NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
Bij flit nummer Behoort een Bijvoegsel.
BARON MONTEZ
No. 23.
Zaterdag 19 Maart 1904.
Drie-en-dertigste jaargang
VERSCHIET WOE.VSIlAfi EN ZATEROAIi.
GRATIS.
BINNENLAND.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden f 1.Franco per post door het geheele Kijk
liet gratis Zondagsblad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoomio. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meeF 77» Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts drieittaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Zij, die zich met ingang
van 1 April a.s. op dit
blad abonneereti, ontvangen de tot
dien datum verschijnende nummers
Een woord aan allen, die vermeenen
te behooren tot den
handeldrijvenden Middenstand.
II.
Dat de kamers van Koophandel bij
een gedeelte van hen, die bij den
detail-handel zijn betrokken, niet meer
Sympathie hebben, zal wel in hoofd
zaak liggen, zooals ik reeds in 't be
gin van mijn opstel zeide Dat onbe
kend, onbemind maakt. Van eene
verkiezing voor eene K. v. K. wordt
over 't geheel weinig werk gemaakt
en de Candidaat wordt gekozen met
slechts luttele stemmen. Endaaivoor
zijn de Burgemeester en twee leden
van den Raad eenige uien gebonden,
oio 't Stembureau te vormenEen
zware geduldproef voor de Heeren
als ze wat voortvarend zijn uitgevallen
En jammer van den kostelijken on-
gebruikten tijd voor hen, die buiten
dien nog zaken hebben
Zijn er verkiezingen in aantocht
waarbij eene politieke partij belang
heeft of vermeent te bobben, dan zijn
aanstonds de voormannen der partij
in beweging om de kiezers voor te
lichten. Maar bij eene verkiezing van
eene K. v. K blijlt gemeenlijk alles
rustig. Van daar dan ook dat regel
is: heel weinig belangstelling en nog
minder opgaan ter stembus.
In Amsterdam en Rotterdam en
mogelijk op meer plaatsen, spannen,
bij eene verkiezing voor de K v. K.,
de kiesvereenigingen er zich voor, om
tusschen de kiezers onderling eenige
voeling en aan de kiezers eenige
voorlichting te geven, met betrekking
I tot den Candidaat. Dit geeft natuui-
I lijk iets, maar uit den aard der zaak
I zijn zij niet de gewensciite bemid
.delaars Eene kiesveieeniging is ei ne
I politieke vereeniging, ten minste zij
hekerit kleur in politieke richting.
En dit acht ik een nadeel bij hespro-
kingen van een Candidaat voor eene
K. v. K; althans voor eene plaats
als de onze.
Volgens mijn gevoelen is de vereeni
ging «Handel en Nijverheid" bier,
liet aangewezen lichaam om voeling
te houden met de kiezers voor de
K v. K, hen op te wekken en in
hare maandvergaderingen de candi-
daten te bespreken.
Hoe minder partijgeest of godsdien
stige richting, zoowel in de eene als
in de andeie Corporatie, zich laat
gelden, hoe beter! voor beide is
strikte neutraliteit zoü ik zeggen, de
eerste levensvoorwaarde, om aan
beider doel te beantwoorden. Terecht
hebben zij die «Handel en Nijverheid"
bij bare eerste zwakken schrede steun
den, begrepen, dat voor Amersfoort
deze vereeniging aangewezen was om
in eene leemte te voorzien en hebben
zij dit in Art 1 van bet Huish regl.
opgenomen.
Later is hierin eene wijziging ge-
bracht en is bet artikel, voor zoover
bet betieft de bespreking van candi-
daten voor de K v. K. bij Besluit
der algem. vergadering van 5 Juli
1901, drie jaren buiten werking ge
steld. Destijds was ik nog niet lid
der vereeniging, en heb de discussiën
daarover niet bijgewoond. In die dagen
zullen de motieven daartoe zeker
overwegend zijn geweest, doch ik
veiliouw dat, nu spoedig de schor-
schingstijd is verstreken, de vereeni
ging op een standpunt is gekomen,
waarop ongehinderd ait. 1 in zijn
geheel in praktijk kan worden ge
bracht. In de dagen, toen genoemd
besluit werd genomen, was de meer
derheid bevreesd, dat door het be
spreken van Candidaten, licht gele
genheid werd geboden, om, zij hei
ook ter sluiks, minder gewe.usclile
opiniën. minder gewenscht natuurlijk
voor den bloei der vereeniging, naar
binnen le doen sluipen. Dit motief
acht ik van groote juistheid, indien
door de eene of andere politieke of
godsdienslige partij naar de opper
macht in de vereeniging zou worden
gestieeld. Maar ik geloof, dat na de
veiloopen drie jaren, nu de vereeni
ging heeft gewerkt en de belang
hebbenden weten, hoe zij hare taak
opvat, ieder lid overtuigd zal zijn,
dal partij-ijver, bij haar binnenge
bracht, der Vereeniging zou schaden.
En 't wil mij voorkomen, dat niet
één der leden daartoe 't initiatief zou
willen nemen't Is mijn vast ver
trouwen dat ieder lid te veel aai;
haar gehecht is, om haar daarmèe
te schaden in haar ontwikkeling!
Een voorname oorzaak dei onbe
kendheid met de K. v. K. aclit ik
mede gelegen in de omstandigheid,
dal bij, die kiezer voor deze Corpo
ratie wenscht te woiden, zich moet
opgeven bij het Gemeentebestuur. En
voor deze aangifie staat, betrekkelijk,
een korte tijd en kornt slechts om
de twee jaar voor: in het jaar waarin
eene periodieke aftreding en, als ge
volg daarvan, eene verkiezing moet
plaats hebben. Zoo is er in dit jaar
weer gelegenheid zich aan te geven,
doordien, drie leden periodiek moeten
aftreden.
Art. 7 van het reeds vroeger genoemd
reglement bepaalt:
«Vóór 15 Juli van het jaar, waarin
eene periodieke vei kiezing moet plaats
hebben wordt eene voorloopige lijst
door B. W. opgemaakt."
«Op die lijst worden gebracht de
namen van
a. hen, die op de laatst vastge-
gestelde lijst van kiezers voor de
Kamer voorkomen, en in hunne Bur
gerlijke rechten zijn;
b. hen, die van hunne aanspraak
om op deze lijst te worden geplaatst
schriftelijk hebben doen blijken."
De Burgemeester noodigt daartoe
hen, die niet op de laatst vastgestelde
lijst vooi komen, maaraanspraak maken
om op de kiezerslijst te worden ge
plaatst, uit, daarvan vóór 1 Juli aan-
gi/te te doen. Het model dezer aan
gifte wordt door den Min. van VV., H.
N. vastgesteld."
't Is overbodig bier iets bij te voegen.
Wie kiezer kan zijn is reeds aan
gegeven.
De leden der K v. K. alhier, wor
den gekozen voor een tijdvak van
vier jaren. Om de twee jaar treden
telkens drie leden af, die herkies
baar zijn.
De herstemming die binnen kort
(12 April) moet plaats hebben tus
schen de Heeren E. Klasser en H. Meur-
sing is voor het tusschentijds aan
vullen van een opengevallen plaats
in de K. door bet verlaten der Ge
meente van den Heer A. Visser. De
leden die volgens rooster moeten
aftreden met het einde van dit jaar
zijndo Heeren H. C. van Dain, C.
van der Zoo de Jong, (die, als mijne
inlichtingen juist zijn bij de a.s. perio
dieke verkiezing niet meer in aan
merking wenscht te komen,) en de
reeds vertrokken Heer A. Visser.
De te kiezen candidaat bij de a.s.
herstemming krijgt dus zitting tot
einde December.
't Is opmerkelijk dat juist deze her
stemming, de, in mijn vorige artikel,
uitgesproken meeningen van de Ka
mers v. K., en die van de Middel
stand, zuiver teruggeeft, want hoewel
er niet officieel een Candidaat is ge
steld bij de eerste stemming, is het
van genoegzame bekendheid van beide
Candidaten, uit welken hoek de wind
waait.
Of zij, die kiezer zijn en zich
scharen bij den handeldrijvenden Mid
denstand, (de heer Klassei behoort
daartoe.) zich zullen laten gelden bij
de a.s. herstemming? 12 April zal
hierop antwoorden
S. J. VAN DUINEN.
Staatscommissie!).
Zeker naar aanleiding der benoeming
eener Staatscommissie de hoe
veelste? inzake de Jachtwet,
schrijft de «Arnh. Ct."
«Naar wij vernemen, begint men
in bevoegde kringen zich ernstig be
zorgd te maken over de dreigende
schaarschte van Nederlandsche inge
zetenen, geschikt en genegen om als
lid zitting te kunnen nemen in Staats
commissies.
Door enkele invloedrijke personen
moet daarom het denkbeeld in over
weging zijn genomen om, terstond
nadat de gewijzigde wet op het Hoo-
ger onderwijs afgekondigd en in wer
king getreden zal zijn, aan één onzer
Rijks-Universiteiten een bijzonderen
leerstoel op te richten, met het doel
om leiding te geven aan de studie
van personen, die later als leden van
Staatscommissies zullen kunnen op
tieden."
Het 10e regiment.
Van het nieuw te vormen 10e re
giment infanterie zullen in garnizoen
komen of blijven: de staf te Haarlem
het le bataljon te Hoorn; het 2de
bataljon te Den Helder, en het 3de
en het ide bataljon te Haarlem. Als
voorloopige standplaats voor het de
pot van het korps wordt aangewezen
Haarlem.
Bij het 1ste regiment infanterie
zal een nieuw bataljon worden opge
richt, hetwelk den naam zal dragen
van 3de bataljon en te Assen in gar
nizoen zal komen.
liet 10de regiment infanterie zal
voorshands gerekend worden te be
hooren tot het verband van de 1ste
divisie infanterie.
De vrijwillig diende onderofficieren,
koiporaals en manschappen van het
3de bataljon van het regiment grena
diers en jagers, mogen lot 1 Januari
1906 de grenadiersuniform afdragen
DOOR
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
41)
Hij is gekleed in gewoon avond-toilet en
draagt een zwaren gonden ketting op zijn
vest wat niet erg meer in de mode is, geloof
ik. Ten minste, mr. Larchmont draagt er nooit
zoo een.
Spoedig daarna bevinden wij ons op weg
naar Dairy Kitchen, een prachtige restauratie,
waar tegen een tamelijken prijs een zeer goed
diner is te krijgen, terwijl wij bij het dineeren
steeds geaccompagneerd worden door een or-
chest en het welluidend geschreeuw van een
stuk of vijftig bedienden.
Onder de schitterende booglampen ontmoeten
wij mr. Jenkins, een van de bedienden van
Pacy en Co., die ons luidt toeroept: «Ik heb
al twintig minuten lang een tafeltje bewaard,
en ik heb honger.»
«Dan heb je zeker je rok in den winkel
reeds aan gehad. Ik geloof niet, dat jelui ooit
eerder weg gaat dan op zijn vroegst om kwart
over zes,» spot Alfred Tompkins uit de hoogte.
Mr. Jenkins, gekrenkt door dit sohempen
op zijn zaak,» ziet ons met sombere en honge
rige stilzwijgendheid aan, terwijl wij aan zijn
tafeltje plaats nemen.
«Heb je het menu gevraagd, Horace vraagt
Tompkins.
»Neen! Wat is dat? is de vraag van Jen
kins. Ik stik bijna van het lachen en miss
Broughton merkt sarcastisch op«Misschien
denkt hij wel, dat het de oesters zijn.»
Mr. Jenkins wordt bij dezen spot van Sally
zoo woedend, dat ik aan het gesprek een an
dere wending geef, door haastig te vragen:
«Naar welken schouwburg denkt gij ons te
brengen
Nadat hij de noodige bevelen voor ons diner
heeft gegeven, behaagt het mr. Tompkins mij
de inlichtingen te geven, waarnaar ik gevraagd
heb.
»Ik heb kaartjes voor de Paragon."
»De Paragon I" roept Sally met schrik uit.
«Waarom neemt u ons altijd mee naar de
Paragon? Wanneer het nu eens Fauutleroy
was geweest, dat ik nu al Zes maanden lang
zoo graag eens wou zien, dan zou het nog
wat zijn geweest! Zoudt u dat nog niet kun
nen doen?"
Mr. Tompkins krijgt een kleur. Hij begun
stigt alleen de schouwburgen, die steeds stuk
ken op hun programma's hebben staan, welke
geen susses hebben of die reeds zoo lang zijn
gespeeld, dat hun eerste glorie voorhij is, en
de directeuren daarom zeer vrijgevig zijn met
vrijkaartjes. Zijn betrekking als bediende in
een der grootste winkels van drogerijen doet
hem herhaalde malen deelen in de gunst der
directeuren. Naar premières noodigt Tomp
kins zelden iemand uit om mee te gaan.
Hij houdt niet van die pre mi èrs, zegt hij.
Hij houdt meer van een stuk, dat al wat oud
is en een honderd maal of wat is opgevoerd.
Alleen voor de Paragon inviteert hij wel eens
iemand op een der premières."
Bijgevolg is het naar de Paragon, waarheen
mr. Tompkins ons zal brengen. Bij het hooren
daarvan zakt mij het hart in de schoenen,
want het is vrij zeker, dat Harry Sturgis
Larchmont daar niet zal zijn te vinden. «Mis
schien zal ik hem nu in het geheel niet meer
zien, vóór ik heenga," denk ik droefgeestig.
Tompkins bemerkt mijn afgetrokkenheid
en vraagt zoo lief mogelijk: «Heeft datgene,
waarmee uw gedachten u bezig hielden, zooals
miss Sally zei, uw eetlust bedorven En zacht,
als ware het de stem van Romeo, fluistert hij
«Dacht gij aan mij
Ik schrik op. De toon, waarop hij dat zegt
Sally's waarschuwing om hem niets te zeggen
van mijn vertrekEen plotseling vermoeden
komt in mij op, een vermoeden, dat mij koel
stemt tegenover mr. Tompkins.
Eenige minuten later wandelen wij over den
Broadway en nemen een rijtuig, dat ons moet
brengen naar de Paragon een kleinen
schouwburg, waar men somtijds goede stukken
speelt, doch die zelden goed bezet is.
Men geeft dezen avond een blijspel en ons
gezelschap verlaat in een goede stemming het
gebouw behalve ik.
Wij wandelen langs de Yijfde Avenue en
loopen dezen drukken verkeersweg af. Ge
durende de wandeling vertelt mr. Tompkins,
dat hij een groote promotie heeft gemaakt
en meer salaris heeft gekregen. Dit stukje
nieuws heeft hij blijkbaar bewaard, om daar
mede indruk te maken op mr. Jenkins, op
Sally of op mij.
Bij de Zes-en-Twintigste Straat schijnt het
geluk mr. Tompkins financiëel roekeloos te heb
ben gemaakt. Onverwacht zegt hij; «Wat
zoudt u er van zeggen, jonge dames, wanneer
wij hij Del gingen soupeeren?"
«Soupeeren bij Del?" vraagt Sally onge-
loovig.
«Zeker."
«Loop heen!"
Doch Tompkins herhaalt ernstig:
Wordt vervolgd