NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
BINNENLAND.
ËËU1 LLËTUiV
BARON MONTEZ
iVo. 30.
Woensdag 13 April 1904.
Drie-en-clertigste jaargang
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Aan onze Lezeressen.
HET NIEUWE MODEBLAD.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk
Met gratis Zondagsblad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLaugestraat 77. Telephoning. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Bij het intreden van het voorjaarssaizoen,
vestigen wij de bijzondere aandacht onze leze
ressen op de belangrijke PREMIE, welke voor
onze abonnés tegen den bespottelijk lagen prijs
van 55 cents per 3 maanden verkrijgbaar is, in
2 maal per maand verschijnende in S pagi
na's met omslag en knippatronenblad
en gedeelte roman.
Aan wie nog niet mocht hebben kennis ge
maakt met dit zeer traaie en uiterst practisch
mode-tijdschrift, zullen wij gaarne op aan
vrage een Ex. gratis en franco ter kennisma
king doen geworden.
Bij inzage zal een ieder moeten erkennen,
dat een zoo fraai Modeblad nog nimmer tegen
zulk een ongekend lagen prijs werd aangeboden.
De talrijke gravures, waarmede de bladzijden
als 't ware zijn bezaaid, geven uitnemende en
practische modellen voor onze Dames, die in
dit tijdschrift vinden wat haar op het gebied
van Modes kan interesseeren.
Een keur van toiletten, zoo van eenvoudige
als kostbare, tal van gravures en kinderklee-
ding, een schat van patronen voor alle kleed ij,
een groote verscheidenheid van handwerk.
Het blad gaat telkens vergezeld van een
groot PATRONEN BLAD,
zoodat de lezeres in staat is, met behulp daar
van, zelf het model harer keuze te vervaardigen.
Voorts ontvangt men telkens eene aflevering
van een
hoogst boeienden Roman in boekformaat.
het nieuwe modeblad kost slechts per 3
maanden 55 ets. (franco per post 80 ets.)
Men verzuime niet het onderstaande formu
lier in te vullen en ons ten spoedigste toe te
zanden.
DE UITGEVER.
INSCHRIJVINGSBILJET.
De ondergeteekende verlangt bij zijne
Courant geregelde toezending van
HET NIEUWE MODEBLAD,
tweemaal per maand verschijnendetegen
den prijs van 55 ets. per drie maanden
franoo per post 80 ets.)
woonplaats:
naam:
99"" Met I April
kwartaal aan.
ving een nieuw
Drankwet-Actie.
De Commissie voor Drankwetactie
van den Volksbond, Vereeniging tegen
drankmisbruik, heeft een adres aan
de Tweede Kamer gericht, waarin
de commissie zegt, met leedwezen te
hebben ontwaard,dat slechts op
zeer enkele punten door de Regeering
gevolg is gegeven aan hare wen-
schen omtrent verscherping ol ver
duidelijking van het ontwerp-Ürank-
wei. Zij verzocht, dat alsnog, bij de
mondelinge behandeling van het ont
werp aan bare gemotiveerde wenschen
de noodige aandacht worde geschon
ken, met name aan de bestrijding
van den clandestienen handel, waar
mede h i. de geheele drankwetgeving
in de toekomst staat of valt.
Bij vernieuwing vestigt de com
missie de aandacht op hetgeen zij
daaromtrent betoogde in haar adies
van 1'2 November, daaraan toevoe
gende de opmerking, dat er te meer
reden is om het gevaar, dat de clan
destine handel ook in de toekomst
welig zal blijven tieren, niet te ge
ring te schatten omdat in verschil
lende bepalingen, die door de Re-
geering tot bestrijding van het drank
misbruik noodig worden geacht, ele
menten zijn die zullen strekken, om
den clandestienen drankhandel in de
hand te werken.
Als middel tot bestrijding van hel
clandestine tappen beveelt de com
missie aanhet schorsen voor den
tijd van drie of zes maanden van het
verlof dergenen, die zich schuldig
maken aan overtreding van het ver
bod van drankverkoop zonder ver
gunning.
Verder heeft de commissie bezwaar
tegen twee wijzigingen, door de Re
geering in het ontwerp gebracht In
de eerste plaats de beperking van
het verbod om een vergunning te
verleenen voor een localiteit, waarin
een andere winkelnering wordt uit
geoefend, tot de tappersvergunningen,
welke beperking de commissie een
verzwakking van de wet van 1881
noemt, en in de tweede plaats de
wijziging van art 3 sub. 4o., en de
toevoeging van art. 4a. van het ont
werp (het tappen op den openbaren
weg).
Omtrent de Sociëteiten zegt de
memorie van antwoord betreffende
de Drankwet-herziening de Regeering
woordelijk het volgende:
»Ten aanzien van de socieleiten
komen in liet Kamerverslag twee
uiterste lichtingen aan het woord.
De eene wenscht, dat de sociëteiten
in alle opzichten inet tapperijen zullen
worden gelijkgesteld, de andere, dat
de socieleiten zonder belemmering
worden toegelaten.
»De Regeering kan noch aan de
eene, noch aan de andere richting
haar onverdeelde instemming schen
ken.
»De wetgever heeft uit te gaan van
de bestaande opvatting, dat een
sociëteit zonder «vergunning" geen
sociëteit iri den eigelijken zin des
woords is. Een sociëteit zonder «ver
gunning" zou in veler oog te zeer
gelijken op een krans van geheelont
houders, en dat wil men niet. Al
kan zich nu de Regeering zeer wel
een sociëteit denken, zonder dat het
gebruik van sterkedrank is toegelaten,
toch zou zij, weigerde zij met deze
bestaande opvatting te rekenen, ter
wille van het mindere (een alcohol
vrij sociëteitsleven) het meerderu
(het doel der wet) opolleren.
«Evenmin mag vergeten worden,
dat over 't algemeen het sociëteits
leven een geheel ander karakter draagt
dan het koffiehuis- of kroegleven.
Sociëteiten hebben geen bediijf; zij
bedoelen geen winst; zij verkoopen
niet aan het publiek. Het zijn ge
sloten gezelschappen, die slechts in
eigen gebruik voorzien. Uit dien
hoofde zouden zij zonder belemme
ring zijn toe te laten, indien niet
hel gevaar bestond, dat de pseusdo-
societeiten welig zouden gaan tieien
en aldus het doel der wet verijdeld
zou worden. Om deze redenen wor
den de societeiien eenerzijdi niet
onder alle bepalingen begrepen, maar
is anderzijds de verkoop van sterke
drank in het klein ook in sociëteiten
reeds door de bestaande wet afhan
kelijk gesteld van het bezit van een
«vergunning".
«Ter verdere wering van wetsont
duiking worden thans nadere eischen
omschreven in art. 3a, t. w.dat
de sociëteit rechtspersoon zijdat de
ingezetenen alleen toegang hebben,
indien zij lid zijn; en dat de vereeni
ging te goeder trouw sociëteit zij
In verband met den tweeden eisch
wordt voorts in art. 13 bepaald, dat
een ledenlijst steeds op verzoek van
de politie vertoond moet worden.
Vergelijking van die lijst met het
aanwezig publiek zal gereede conti óle
geven. Almede wordt geëisclit, dat de
«vergunning" woide gevraagd ten
name van de rechtspersoon. Verkoop
van steike drank in een sociteit
beoogt niet exploitatie van het publiek
om kapitaal rentegevend te maken
het motief voor uitsluiting van rechts
personen geldt dus hier niet. Boven
dien zal ook deze eisch wetsontduiking
tegengaan niet meer de sluwe win
zucht van een kroeghouder zal aan
de pseudo-societeit het aanzijn kun
nen geven, maar het totstandkomen
van de sociëteit zal afhangen van
de leden der vereeniging, die door
het bezit van de «vergunning" den
buffethouder in hun macht hebben.
Geen tapper, hoez er ook belust op
wetsontduiking, zal zich op dezen
voet aan de stichting van een pseudo-
societeit wagen en zich aan de ge
nade of ongenade van zijn klanten
overleveren.
«Ten slotte zullen sociëteiten, even
als thans geschiedt, binnen het maxi
mum vallen, maar zich (door over
schrijving onder goedkeuring van
Gedep. Staten) steeds van een «ver
gunning" kunnen verzpkeren.
«De Regeering meent, door deze
gewijzigde regeling voldoende reke
ning te hebben gehouden met de
wenschen der beide uiterste richtin
gen, on toch niet verder te zijn ge
gaan dan voor het doel der wet
noodig is.
«De beperking dat de «vergunning"
alleen zoo betreden den verkoop aan
leden is geschrapt."
De bloemvelden.
De Ilaarlemsche correspondent van
't Haudelsbl: schrijft aan zijn blad:
Een paar uur per fiets rondtoeren
in de omgeving van Haarlem kan de
zekerheid verschaden, dat de zon en
het ietwat betere weer der laatste
dagen alweer goed hebben gedaan
aan de bloemenvelden.
Waren in 't begin der afgeloopen
week ternauwernood kleuren te be
kennen, np ziet 't oog al ver en ver
weg de zacht-vervloeiende kleurscha-
keeringen van rood paais, wit, blauw,
geel. Vooral de hei-gele nai cissen zet
ten de velden in gloed, en wel zijn
er nog veel in knop, maar als de
koude Nooid-Ooslenwind gaat liggen
en de zon blijft schijnen, dan zijn ze
er, volgens inenschen die T weten
kunnen, met een dag of anderhalf
heelemaal uit.
Van Haarlem uit is een ritje door
Heemstede, Vogelenzang, llillegom en
Lisse dan ook reeds zeer loonend, en
zooals gezegd, wanneer 't weer
meewerkt, zal er Zondag a.s. reeds
veel te genieten zijn.
Van de vroege gewassen worden
de bloemen reeds gesneden, terwijl
hier en -daar een veldje vroege tulpen
al kleur begint to toonen. Gisteren
waren er al wat wandelaars op de
been, in Hillegom en omgeving kon
men al zien dat het bloemenfeest
komt, maar de wind, de koude wind,
en de regenwolken die 't weldadig
zonnekoesteren tegenhouden, die doen
't hem
Ook in andere richting. Sandpoort,
door
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
48)
Aan de tafel tegenover haar wordt een
gesprek gevoerd over de vraag of de Vereenigde
Staten tusschenbeide zullen komen in het geval
de rechten van de enkele Amerikaansehe aan
deelhouders der Panama-spoorwegmaatschappij
worden miskend door de Panama-kanaalmaat
schappij. Kolonel Clengham Cleggett heeft
klaarblijkelijk het hoogste woord en vaart
heftig uit tegen zijn landgenooten.
«Weer zoo'n on-Amerikaansche snaak,merkt
Larchmont zacht op. «Vroeger was Cleggett
een man van het Congres en schreeuwde hij
overal de leer van Monroe uit, totdat hij een
Fransch salaris heeft ontvangen.»
«Dan is het een omgekochte huurling,»
fluistert de jonge dame een zekerheid, de jeugd
en den vrouwen eigen. Haar fraaie lippen
komen daarbij zeer dicht in de nabijheid van
Larchmont's oor, want hun stoelen zijn zoo
dicht bij elkaar geplaatst, dat zij ongestoord
een onderling gesprek kunnen voeren. Plotseling
doet zij de vraag:
«Weet u veel bijzonderheden omtrent het
kanaal?»
«Ik heb er in den laatsten tijd nog al een
vrij nauwkeurige studie van gemaakt,» ant
woordt de jonge man en valt bijna verwoed
op zijn ontbijt aan.
Mr. Larchmont wordt nu stil. Hij is laat aan
het ontbijt gekomen en schijnt den verloren tijd
weer te willen inhalen; het jonge meisje had
nu haar ooren open en haar mond dicht kun
nen houden, wanneer zij niet telkens den
kapitein had moeten antwoorden.
Deze dringt er op aan, dat zij zal proeven
van al de gerechten, die hij haar aanbeveelt,
en daar hij het fort van zijn kok kent, is zij
er wel bij gevaren, als de tafel wordt opge
heven. De jonge man naast haar heeft juist
haastig het laatste gedeelte van zijn koffie
uitgedronken en hij wil zich weer tot de jonge
dame wenden, als de kapitein hem voorkomt
en haar den arm biedt met de woorden; Laat
mij u mijn schip eens laten zien, mejuffrouw
Minturn.» Hij geleidt haar naar het dek en
geeft haar zooveel mogelijk uitlegging van
hetgeen zij ziet.
Na eenige minuten wordt hij echter geroepen
door den eersten officier en daar Harry juist
uit den rooksalon te voorschijn komt, draagt
de zeeman op hem den plicht over, de dame
verder te geleiden.
«Zet mijn onderricht voort, mijn jongen.
Miss Louise weet nu al het verschil tusschen
een steng en den schoorsteen.»
Hij gaat heen en laat de beide anderen
alleen.
Het gelaat van den heer teekent opgeruim-
heid en levendigheidde dame vestigt haar
blik op het water, een lichte blos kleurt haar
wangen, een zekere schuchterheid teekent haar
oogen. Zij denkt aan den storm en de
viooltjes.
Lachend zegt Larchmont: »Wil miss Munturn,
sedert zij onderricht heeft genoten van den
kapitein, mij ook in de geheimen van, het schip
inwijden
Eenige oogenblikken later zitten zij naast
elkaar in twee gemakkelijke stoeltjes, die de
jonge man om de een of andere geheimzinnige
reden zoo dicht mogelijk naast elkaar heeft
geplaatst.
«Wat een vervelend windje'» monpelt het
meisje, achteloos met haar witten, parasol
spelende.
«Niet zoo vervelend als die storm,» lacht
Harry.
Met een dankbaren blik ziet de jonge dame
naar hem op. «U is zeer goed voor mij geweest,»
zegt zij zacht en staart dan weer over het
water.
«Aha, ik beval u dus nog al in de rol van
redder?» schertst de jonge man.
»Op het land misschien Maar hier herinneren
uw woorden aan aanvaringen, orkanen, aan
schipbreuk en aan reddingbooten!» antwoordt
Louise, die bij haar eenig verbeeldingskracht
verbleekt. Plotseling roept zij uit: «Wat een
lief, klein schip
«Bij Jupiteris ook de uitroep van Larch
mont, die haastig zijn verrekijker heeft gegre
pen en een onderzoekenden blikt werpt op de
omtrekken van een fraaien schoener tegenover
hem.
«Dat lijkt een notedop, vergeleken bij onze
stoomboot!» merkt de jonge dame op. «Kent
u het vaartuig?» vraagt zij.
»Ja, hel is de Independent, hetjachtvan
Lloyd Pollock,'' antwoordt Harry. «Pollock
gaat een tocht maken naar West-fndië.
Hij is een van de gezelligste niets-doeners
ter wereld, die zijn gansche leven doorbrengt
met het zoeken naar zomer. Twee maanden
geleden was ik ook nog zulk een nietsdoener,"
zucht hij. Deze laatste opmerking wordt
misschien te voorschijn geroepen door het
gezicht van den hofmeester, die op het dek van
het jacht grog ronddient.
«Waarom laat gij u niet naar dat schip
overbrengen?" vraagt Louise. »Is mr. Pollock
een vriend van u
(Wordt vervolgd].