Gemengd Nieuws. contróle deert alleen hen die de gan- sche buurt afloopt om zwakke dieren te koopen en het vleesch daarvan voor goede qualiteit verhandelt. Maar dat zijn geen slagers, neen, dat zijn beun bazen, Godvergeten knoeiers, markt- bedervers, oneerlijke concurrenten die den goeden naam van alle slageis op het spel zetten. Voor zulke lui is de contróle lastig, vooral van bet levend vee. Ik stel me voor dat zoodra er een keurings bureau bestaat de slager zijn \ee niet bij zich aan huis laat afleveren dan nadat het aan het keuringsbureau is goedgekeurd, en in de verordening zou de bepaling dienen opgenomen te worden, dat de slager geen ander dan goedgekeurd vee op zijn stal mag hebben. Vraagt u mij nu kan die keuring niet op stal geschieden dan zeg ik volmondig ja, dat kan wel maar dan moeten de stallen zoodanig zijn ingericht, dat de keurmeester het dier van alle zijden kan bekijken De gemeente zou dus een bepaalde verordening kunnen geven hoe die stallen mooten zijn ingericht en of de kosten dan voor het meerendeel der slagers niet veel grooter zouden worden staat nog te bezien Maar als we nu eens kalm nadenken, dan heeft het keuren aan een bureau toch niet zooveel bezwaar. Varkens en kalveren worden per wagen ver voerd en deze wagens kunnen dus gemakkelijk even dat keurbureau aan doen, voordat ze naar het huis van den slager rijden, liet bureau is immers bijna den ganschen dag ge opend. En runderen, och die zijn voor 't meerendeel zoo flegmatisch, dat die niet schrikken van een wan deling langs liet bureau, zelfs voor het vervoer van stieren ben ik niet bevreesd. Als ik nu eens naga dat te Nijmegen het vee van de stallen der slagers door de straten wandelt naar bet buiten de stad gelegen slachthuis en er in de 4 jaren dat dit plaats heeft en waarin toch 16000 stuks vee deze wandeling gemaakt hebben, er nooit eenig ongeluk zich heeft voorgedaan, dan mag ik toch zeker wel veronderstellen dat de slagers- vereeniging hier zich wat ver heeft laten voeren door haar vrees. De slagersvereeniging heeft in Art. 13 bezwaar tegen de woorden: «bin- nen 12 uur," en nreent daaruit te moeten verstaan, dat de keurmeester 12 uur tijd heeft om te keuren. Dit is niet juist. De bedoeling is dat de keuring niet na 12 uur, maar zoo vroeg mogelijk doch uiterlijk binnen 12 uur moet geschieden. Ste )u slacht in den zomer des avonds te 10 uur dan zal de keurmeester des mor gens b.v. te 6 uur komen keuren, dat is dus 8 uur na de slachting. Ik geef toe dat keuring direct na de slachting nog beter is, doch dit kan alleen geschieden in een abattoir. Nu is een tijdruimte van 12 uur wel wat ruim genomen en daarvoor zag ik liever geplaatst binnen 5 uur, doch de bepaling er bij, dat als zulks ten gevolge van het in art. 15 bepaalde niet mogelijk is of als er op Zondag geslacht wordt, dat dan de keuring zoo spoedig mogelijk den volgenden dag zal plaats hebben. Art. 14. Is dunkt me te wijzigen door te bepalen, dat 12 uur in 2 uur veranderd wordt en 4 in 3 uur. Art. 15. Doslagersveroeniging meent dat die uren niet goed gekozen zijn. Er wordt zegt zij in de meeste ge vallen 's avonds geslacht, welk vleesch den anderen dag in de vroegte gebruikt moet worden. Stel u slacht des avonds te 11 uur en de keurmeester is bij u des morgens te 6 uur, dan is uw vleesch 7 uur oud. Dit vleesch is eigenlijk nog te jong om goed te zijn dat wil zeggen om smakelijk te kunnen zijn. Immers het is overbekend dat de smakelijkheid van het vleesch eerst ontstaat als het zoogenaamd rijp is geworden dat is voldoende bestorven is, welnu daarvoor is langer tijd noodig dan 7 of 8 uur. Iets anders is het als de slager zegt ik durf des zomers niet in voorraad te slachten met het oog op bederf, daar kan ik in meegaan, maar dit is geen reden om nog vroeger dan 6 uur gekeurd te willen hebben. Ik zie het immers alweer bij mij, waar wij in de zomermaanden te 5 uur het slacht huis openen maar er bijna nooit een slager te 5 uur vleesch komt halen. En in de winter vervalt dat bezwaar geheel en al. Mij dunkt als dat artikel luidde van 1 April tot 1 October van des morgens 6 uur tot zonsoudergang en van 1 October tot l April van des morgens 8 uur tot zonsondergang, dat dan allé slagers op tyd bediend kunnen worden. Het keuren na zonsondergang dus bij kunstlicht is niet aan ie be velen, de keurmeester kan zich licht vergissen en dit zou meestal in het nadeel der slagers zijn. Art. 21. Ik voel ook hier veel het argument der slager. Als het vee levend gekeurd is en hiervan aan teekening is gehouden, dan doet liet er weinig toe of dit al of niet dade lijk geslacht wordt, als er maar geen dagen over heen gaan, want dan kan het gezonde dier ziek geworden zij en daarom zou ik mennen dat hot beter ware te bepalen, dat het verboden is vee te slachten of te doen slachten later dan 48 uur na de keuring, tenzij het andermaal door den keurmeester is onderzocht en goedgekeurd. Art. 29. Aanhechting der huid is overbodig. Bij de levendkeuring wordt rundvee van een loodje aan den staart voorzien, evenals door de ambtenaren der belasting. Varkens kunnen voor zien worden van een oormerk of een brandmerk en paarden van een merk op een der hoeven, welke hoef dan aan het dier bevestigd moet blijven lot na de keuring. En nu nog een enkel woord over de zoo gewraakte keurloouen. Daar waar de gemeente een keuringsdienst gaat instellen, brengt dit kosten mede en deze moeten op de een of andere wijze betaald worden. Winst maken mag de gemeente geenszius op het oog hebben, hoogstens het dekken der kosten. Deze kosten zullen uit aard der zaak zeer gering zijn. De gemeente wil, dat de slagers ze betalen omdat zij meent dat de keuiing in het be lang der slagers is. Deze slagers zeg gen dat het niet in hun belang maar in het belang van het algemeen is en de gemeente ze daarom betalen moet. Ik geloof dal 't zelfde blijft wie ze betalen, want zijn het de sla gers dan zullen die hun vleeschprij- zen verhoogen, en is het de gemeente dan zal deze zijn hoofdei, omslag ver hoogen, waarvan de slagers ook hun deel krijgen. Groot zijn de kosten in ieder geval niet. Er wordt ge vraagd f 1 per rund. Stel dat zoo'n rund schoon weegt 250 kilo dan is dat dus 'li cent per kilo, doch feitelijk nog minder daar ik het vet, de kop, de pooten, de lever, het hart en de longen en de huid niet eens in reke ning breng. Als dus een slager zijn vleesch een halve cent per kilo ver hoogd komt hij er al royaal uit, en nu zoo'n geringe verhooging wel waard er zooveel over Ie zeggen? Men kan echter ook zeggen, keuring van vleesch en vee is in zeer groot hygiënisch belang en daarvoor moet de gemeente wat over hebben, zoo- lat alles uit de gemeente-kas moet komen. Waar echter de frnantie der- meeste gemeenten toch al niet te schitterend zijn, is het wellicht in deze noch de meest geschikte weg om het de slagers rnaar te laten be talen. In een der afdeelingen is er op ge wezen dat er geen herkeuring karr plaats hebben. Ik vraag waarom niet. Er is dunkt me niets tegen mits de herkeuring maar geschiedt door competente personen. In de regel ziet men dat daar waar pas een slachthuis ol een keuring is in gesteld men van slagers zijde altijd aandringt op herkeuring Dit komt omdat men de keurmeester niet kent en dus wantrouwt. Doch de ervaring leert ook, dat als eenmaal de zaak aan de gang is en de slagers de wijze van keuring gezien hebben, ze bijna nooit orn herkeuring vragen zult spreekt van zelf dat de gemeente zich moet verzekeren van een dege lijke keurmeester, die gediplomeerd veearts zijnde ook niets anders doet dan zich belasten met do keuring en zich daaraan geheel kan wijden, flij moet goed onderlegd zijn in het vak en met ijver en toewijding de keuring leiden. Zijn salaris moet zijn in even redigheid tot het standpunt dat de veeartsenijkunde thans inneemt en zoo hoog, dat hij in zijn stand goed kan leven. En wanneer dan tevens iemand go- kozen wordt met genoegzame men- schenkennis om met Il.H slagers te kunnen omgaan, dan ben ik er zeker van dat ook de H II. Amersfoortsche slagers weldra zeer tevreden zullen zijn met hun nieuwe verordening op de keuring van vee en vleesch. Van 9.30 tot 9 40 werd gepauzeerd waarna gelegenheid werd gegeven tot het vragen van inlichtingen en tot debat. De heer van Ommen zeide namens de Slagersvereeniging de Gezondheids commissie te moeten bedanken, dat genoemde commissie den heer Qua dekker heeft doen optreden. De heer Quadekker komt vrijwel met de slagers in een lijn. De heer van Gelder merkt op dat nu blijkt dat de Slagersvereeniging bet met de keuring beter voor had dan de Gezondheidscommissie. De heer de Pool mei kt op dal de heer Quadekker, als hij inleider goed heeft begrepen, niet zoo hecht aan de levende keuring. Dat is dus principieel dezeqnestie, dat de keuring van vleesch niei afhankelijk is van die van vee en laatstgenoemde dus overbodig is. De inleider antwoordt niet gezegd te hebben niet te hechten aan le vende keuring, maaf- te hebben ver klaard dat hij niet per sé noodig acht levende keuring op eene centrale plaats. Het levendkeuren geelt reeds vin gerwijzingen en verscherpt de aan dacht van den veearts. Heeft men echter een centi ale plaats dan moet die zoo dicht mogelijk bij het station zijn, althans gemakkelijk bereikbaar zijn. De heer De Pool merkt op, dat die plaats hier waarschijnlijk juist aan de tegenovergestelde zijde (terrein oude Gasfabriek) zal worden gevestigd. Ver volgens wordt gediscussieerd over de uren van opening en sluiting van het slachthuis. Daarbij merkt de heer Quadekker op, dat een keurmeester welwillend moet zijn Er moet rekening worden gehouden o.a. met de Israëlitische slagers. Exceplioneele gevallen zijn rru eenmaal niet te reglementeeren, daarbij moet men weten te geven en te nemen. De heer Van Ommen vreest dat de belangen der Christelijke slagers ge vaar loopen, en hoopt dat 's Maan dagsochtends de keuring zoo vroeg mogelijk aanvange. Ook wordt nog de qnaestie der keur ter sprake gebracht. De heer Hoefnagels uit Utrecht vindt het janrmer dat de slagers tegen het moeten bevestigd blijven der huid opponeeren, daar juist bij constateeren an tuberculose de slager dan een bewijs heeft tegenover den boer, dat hel dier in quaestie van geen anderen boer afkomstig is. Is de huid totaal afgenomen dan zal de boer schavergoeding weigeren. De heer Quadekker acht dit niet zoo gewichtig daar wel op andere ijze een kenteeken kan worden aan gebracht. Ilij gaat in deze met de slagers mee. Daar ten slotte niemand meer het oord verlangt, neemt de voorzitter het woord en sluit, na den wensch itgesproken te hebben, dat alle ge meentebelangen op een dergelijke wijze besproken mochten worden en het verwijt van onwelwillendheid van de zijde der Gezondheidscommissie tegen over de slagers van de hand wijzend, te ruim 10 uur de vergadering. - De Rechtbank te Utrecht ver oordeelde den 36-jarige koetsier, die om aan zijn drankzucht te voldoen alhier allerlei kleinigheden stal en te gelde maakte, tot een jaar gevan genisstraf en de beide straatmuzikan ten, die alhier A. S. mishandelden, ieder tot zes weken Vele goede eigenschappen der Peru-Gunno. Peru-Guano bevat alle noodzakelijke voedings stoffen en van de voornaamste n.l. van stikstof en phosphorus de grootste hoeveelheid. Peru- Guano bevat de stikstof, gedeeltelijk in den Salpeter, gedeeltelijk in den Ammoniak en deels in den Urinevorm. Peru-Guano is een scheikundige verbinding zoodat in elk kleinste deeltje Guano alle nood zakelijke voedingsstoffen aanwezig zijn. Peru-Guano bevat nog andere nuttige sloffen, zooals magnesium enz. Peru-Guano is een organische stof en geeft dus eenige humusstoffen, al is dit nog zoo weinig aan den grond. Van Peru-Guano gaat niets verloren, hare nawerking is groot. Peru-Guano wordt weer hoe langer zoo meer gebruikt. De ervaring logenstraft dus boven staande uitspraken niet. 375c STAATSI.OTEltlJ. Vierde klasse. Trekking van 25 en 26 April 1904. (1000 loten). Ten kantore van den Collecteur A. C. E. O. Ledïwebee te Amersfoort (Breedestraat 22) zijn aan de navol gende nummers te beurt gevallen: Prijzen van f 65. 3208 3218 3713 3714 3721 4013 4019 4039 4624 4646 4668 8487 8499 10050 10051 10917 1398415279 1528515288 15294 15302 17485 18672 18676 en 18681. Te zamen 26 prijzen. Garnizoensnieuws. De luitenant-kolonel baron Van Voorst tot Voorst, toegevoegd aan den inspecteur der infanterie, is be noemd tot commandant der grenadiers en jagers. v— Bij Kon. Besl. is benoemd tot kapitein bij het 2e regiment infanterie de le luitenant A. IJ. Reitsma van het 5e regiment en is belast met het bevel over het le regiment veld artillerie de luitenant kolonel H. G. J Swaving van het korps. Reserve-adjudant-oinlerofïicier dd. oflicier C. C. Moriën, van het le regiment veld-artillerie, is tegen 1 Mei opgeroepen tot het vervullen van verplichten werkelijken dienst Evenals vorige jaren zal van 1 October tot 27 November bij het 5e regiment infanterie een cursus worden gehouden ter opleiding van voorgan gers bij de Gymnastiek. Ook militie-kader van de lichting 1904 kan daaraan deelnemen, bij voor keur ecb ter diens tplicht igeonderwijzers en aanstaande onderwijzers in platte land-gemeenten. Bij beslissing van het D. v. O d.d. April 1904, Ille Afd No. 6 is le gouden medaille voor 36 jaren trouwen dienst toegekend aan den korporaal Eijsenburger van het 5e Reg. Inf. en zulks te rekenen van af den len Mei. Bedoeld eereteeken zal op Zaterdag 30 April a.s. op plechtige wijze aan den belanghebbende op het voorplein der Infanterie Kazerne door den Kolonel regiments-commandant worden uit gereikt. Bij beslissing van het D. v. O. d.d. April 1904, IIIe Afd. No. 6, is de gouden rnedail'e voor 36 jaren trouwen dienst toegekend aan den sergeant-majoor Ensinck van het 5e Reg. Inf. en zulks te rekenen van af 10 Mei a.s. Bedoeld eereteeken zal op dien datum op plechtige wijze aan den belanghebbende, op het voorplein tier Infanterie Kazerne door den Kolonel regiments-commandant worden uit gereikt. April. Ook in het buiterdand heeft de maand April evenals bij ons den bij naam van veranderlijkin bijna alle levende en doode talen komen spreek wijzen voor, die op deze eigenschap pen wijzen. lil Oostenrijk zeggen de boeren «Hoe grilliger April zich toont, des te vruchtbaarder wordt het jaar.' Als April blaast op zijn hoorn, staat liet goed met hooi en koren." Is daarentegen de door leeken zoo veel gesmade maand standvastig, dan is de Oosteni ijksclre boer daarover on gerust, want dan voorspelt hij: «Is April erg mooi en rein, dan zal Mei les te slechter zijn." Ook de tuin lieden zien het niet gaarne, als April zijn natuur ver loochent, want zij we ten dat dan het ongedierte zeer toe neemt en hun schoonste planten en hun beste vruchten vernielt, want Er is geen April zoo goed, of hij sneeuwt de boeren op den hoed." Een natte April is den boeren nog het aangenaamste. «Apnlregen komt hem gelegen." Een heel vreemd ver wijt wordt in Frankrijk aan April gemaakt: «Waren er geen groote heeren en geen April, dan hoorde men van honger en oorlog niet veel." Mazelen en bewaarscholen. Het ernstiger karakter dat de ma zelen in ons land in do laatste jaren hebben aangenomen, en dat vroede onvroede mannen doel terugver langen naar de vroegere amulet, hot «briefje op de deur," wordt ook in Engeland met bezorgdheid waarge nomen, In Engeland en Wales alleen sterven jaarlijks 13 000 kinderen aan deze ziekte, de eenige infectie-ziekte die in onzen tijd niet afneemt. In kleine gemeenten is herhaaldelijk de sluiting van scholen gedurende vier eken toegepast, en niet goed gevolg, mits zij terstond na de waarneming der eerste ziektegevallen geschiedde. Dr. Newsholme te Brighton staat hierbij toe, dat de kirnleien, die reeds mazelen hebben gehad, de school blijven bezoeken. «The Brit. med. Journ." wenscht het schoolgaan van inderen van 3—5 jaar (het rr.eent, lat dit in andere landen onbe end i«) geheel af te schalfen. Ergaan 611.000 van die kinderen school «om de moeders le onlheflen van haar natuurlijke ouderplichten," en in die jaren vallen bjjna al de sterfgevallen. Hoe ouder de kinderen naar school gaan, op hoe later en ongevaarlijker leeftijd zij in het algemeen de mazelen zullen krijgen, afgezien van de be smetting der jongere kinderen in het gezin van het schoolkind. Het En- gelsche tijdschrift schijnt niet te be denken, dat ook zeer plichtgetrouwe ouders in de noodzakelijkheid kunnen verkeeren, hun kinderen naar bewaar scholen te zenden, en dat de trap van een kazernewoning, als de kleintjes thuisblijven, ook al een bewaarschool is, maar niet van de beste soort. »Tijdsv. Gen.") Mejuffrouw Roosevelt krijgt straf. Roosevelt, als president der Ver- eenigde Staten niet makkelijk, kan ook als papa met de noodige streng heid optreden Zijn dochter, de aar dige Alice, heeft het pas ondervonden en voor het oog van het geheele Amerikaansche volk heeft deze veel- gevierde jongedame een ongemakke lijke afstrading gekregen van papa Roosevelt. Met een paar vriendinnen was Alice naar de wedrennen gaan kijken. De sport zelf bood haar blijkbaar geen emotie genoeg en al gauw stapte het troepje meisjes naar het hoekje, waar de bookmakers stonden en werd er gewed. Alice won en het pleizier was groot. Maar een loerend photograaf had een opname gemaakt en op een goeden dag ontving de president een aflevering thuis van een geïllustreerd tijdschrift, waarin hij zijn eigen doch ter terugvond, staande met een vroolijk tioepje om den bookmaker en juist bezig het gewonnen dobbel- geld in ontvangst te nemen. Als goed vader, als goed sportsman, was de heer Roosevelt hoogst veront waardigd en juffrouw Alice werd ter verantwoording geroepen. De President kocht de geheele op lage van het tijdschrift opwaarom het den photograaf wellicht te doen was geweest, en Alice en haar vriendinnen werden op hoog bevel van den president der Vereenigde Staten met gedwongen vacantie mid den uit den Washingtonschen uit- gangstijd naar buiten gezonden. In Amerikaansche societybladen, maar ook in sportbladen, wordt het geval zeer besproken. Eenige uitkomsten van proefvelden, (1902-1903.) 1. In de verzameling van verslagen, be trekking hebbende op de vanwege het rijk gesubsidieerde proefvelden enz- wordt meestal in een résumé het resultaat van het proefveld opgegeven. Voor hen, die nog twijfelen aan de kali als bemestingsmiddel vermeld ik hier eenige dier resultaten. Natuurlijk z\jn er ook uitkomsten, die minder sprekend zijn dan deze, ja, er zjjn er zelfs, waar de kalibemesting door bijzon dere omstandigheden geen loonend resul taat gaf, doch het aantal der gunstige uitkomsten is zoo overwegend groot, dat ik de minder gunstige gerust kan weg laten. Het is trouwens slechts een poging om den belangstellenden lezer er toe te brengen zelf door proeven zijn voordeel te doen zoeken. I. Een bemesting met kainiet en slak- kenmeel op lage, zure weiden gaf ook thans weer betere uitkomsten dan een bemesting met slakkenmeel alleen. n. Een bemesting van 800 K.G.Kaïniet en 600 K.G. slakkenmeel op madeland werkt te Beilen en Zuidwolde in het 4de en 6de proefjaar nog uitstekend. III. Op het proefveld te Kruiningen is de kali bemesting op aardappelen loonend geweest. IV. Een bemesting met superphosphaat op uien te Kappelle heeft uitstekend ge werkt. Ook door toepassing van zwavel- zure-kali-magnesia werd een goede weer- opbrengst verkregen. V. Een bemesting met ammoniak-super- phosphaat op aardappelen heeft op dit proefveld betere resultaten gegeven dan een bemesting met chilisalpeter en super phosphaat. Een kalibemesting bleek ook op dit proefveld loonend te zijn. (Kapelle Zeeland). VI. Op zuren klei-derrie-grond heeft 1000 K.G. kaïniet, 600 K. G. thomasslak ken, 4000 K.G. kalk en 200 K.G. chilisal peter, kostende ruim f100 de opbrengst aan gras met meer dan 100 pCt verhoogd per H A. Hoewel op een perceel de grond bijzonder zuur was en daarop geen kalk gebruikt is gaf 800 K.G. chloorkalium en 500 K.G. ammoniaksuper toch 50 pCt. meer opbrengst, terwijl 800 K.G. kalk en 500 K.G. ammoniaksuper slechts 30 pCt. meer opbrengst leverde. VII. Suikerbieten bemest met 400 K.G. chloorkalium, 3000 K.G. kalk, 1000 K.G. super en 400 K.G. chilisalpeter gaven 48440 K.G met 16,4 pCt suiker en putten bij zulk een bemesting den grond niet uit. Een zware stalmestbemesting leverde 40000 K.G. bieten met 15,9 pCt. suiker. Jan van de Mark,

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1904 | | pagina 6