NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. BUITENLAND. BARON MONTEZ So. 36. Woensdag 4 Mei 1904. Drie-en-dertigste jaargang VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk Htt gratis Zondagsblad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 17. Telephoonno. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedére regel meer 7'/» Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Met reuzenmoed hebbon de Russen vjjf dagen gestreden, aan de Yaloe, om den Japanners den overtocht te beletten. Doch tegen de overmacht der Japanners waren zij niet bestand. Het blijkt, dat Koeropatkine de Yaloe wel wilde verdedigen, maar dat hij de spoorweglijn van Nioetsjwang naar Moekden belangrijker achtende, zijn hoofdmacht aan die lijn verzamelde, en slechts een sterke voorhoede aan de Koreaansche grensrivier had om de Japanners zoo lang mogelijk op te houden. Deze Russische afdeeüng, die volgens de Japansche berichten 30.000 man sterk was, had stelling genomen aan beide oevers van de Iho, een rechter zijrivier van de Yaloe, met den rechter vleugel aangeleund tegen Kioelien- tsjeng. De stad Antoeng was door de Russen eveneens bezet en versterkt. De Japanners brachten, na een drie- daagschen artilleriestrijd, en na de eilanden die in de Yaloe-mond liggen te hebben genomen, drie divisiën in het gevecht: de garde, de 2e en de 12e divisie. Door een omtrekkende beweging viel de 12e Japansche divisie den rechtervleugel der Russen bijKioelien- tsjeng aan, terwijl de garde en de 2e divisie de pontonbruggen ten noorden van Wijoe overtrokken. De hoogten waarop de Russen stelling hadden genomen, werden in stormpas geno men, nadat de Japanners de Iho waren doorgewaad. En het slot was, dat de Russen Kioelientsjeng en Antoeng moesten ontruimen, en terugtrekken in de richting van Feng-wang-tsjeng. Wanneer de Japanners thans op rukken naar den spoorweg zullen zij daar tegenover de Russische hoofd macht komen te staan. Doch waarschijnlijk zal dan het tweede Japansche legerkorps, dat ins gelijks uit drie divisiër. bestaat, wel ergens in Mandsjoerije geland zijn. Van dat legerkorps, dat reeds geruimen tijd geleden werd ingescheept, ver neemt men nog steeds niets anders. Slechts ten gevolge van zwaren mist blijkt Wladiwostock aan een bom bardement en het Russisch eskader, dat doorgaans naar die haven ge noemd wordt, aan een gevecht met de Japansche vloot ontkomen te zijn. Admiraal Kamimura heeft gerap porteerd, dat hij eerst vruchteloos naar de verlaate sedert door de Rus sen vernielde Kiushiutnaru (die hem kolen brengen moest) gezocht heeft en herhaaldelijk in de buurt van het Russisch eskader moet geweest zijn, zonder, door den mist, het te be speuren, of door den vijand bespeurd te worden. En hetzelfde natuurverschijnsel heeft, lot tweemalen toe, hem belet Wladi wostock aan te vallen, gelijk zijn voornemen was. Voor do zoo vindingrijk gebleken Japansche ingenieurs en scheepsbouw kundigen dus een nieuw probleem tor oplossing! De mist heeft den Japanners echter niet belet, hier en daar drijvende Russische mijnen op te pikken en te vernielen Omtrent het in den grond boren van het Japansche transportschip Kiushiumaru door de Russen wordt nog het volgende bericht Óp het bericht dat het transport schip in aantocht was begeleid door torpedobooten, voeren de Russische kruisers het tegemoet, in de richting van Zuid-Oost Korea. Zij ontmoetten het transportschip onder geleide van slechts twee torpedobooten. De Japan ners wisten blijkbaar niets van het uitvaren der Russische schepen. De Russen zouden nu zeker liet transportschip eenvoudig hebben buit gemaakt, wanneer niet het Japansch eskader van twaalf schepen dus door hen toch wel waargenomen! aan den horizon was verschenen. Nu hadden zij de keus, het transportschip te laten gaan om zijne troepen te landen, of wel zelf groot gevaar te loopen door het buit te maken en op sleeptouw te nemen, in welk ge val het Japansch eskader tijd zou hebben om hen in te halen en te vernielen. Daarom besloot de Russische com mandant het transportschip te laten zinken en met zijne kruisers ten spoedigste naar Wladiwostock terug te keeren. Volgens een bericht uit Seoul, zijn 53 geredde manschappen van het in den grond geboorde Japansche troe penschip Kiushiumaru in de haven van Sinpho aan land gebracht. Zij werden gered door een Japansch schip, hetwelk van Gensan uit te hulp werd gezonden. Aan den Japanschen kapitein Kon- gadjy-Satourai, die om 't leven kwam aan boord van het in den grond ge boorde transportschip Kiushiumaru is nog na zijn dood een ridderorde verleend voor de door hem bewezen verkenningsdiensten op Noord-Korea. De Iersche quaestie dreigt in een nieuwen vorm te herleven. In deze week zal de Eerste Minis ter Balfour eene deputatie van Con servatieven ten gehoore ontvangen, die komen aandringen op het indienen van een wetsontwerp, waarbij de vertegenwoordiging der Britsche lan den in het Parlement anders ge regeld wordt. Ierland heeft thans één volks vertegenwoordiger op elke 7000 in woners; Schotland op elke 10,400 en Engeland op elke 11,000 inwoners. Daarover is, vooral tijdens den Zuid-Afrikaanschen oorlog, toen de Ieren «stout" waren, al dikwijls op schampere wijze geklaagd en daarin willen de Conservatieven verande ring zien gebracht. Zij wenschen een vertegenwoordiging van de drie lan den op gelijken voet, en oppervlak kig beschouwd zou men dit recht vaardig vinden. Maar in waarheid zou het zeer onrechtvaardig zijn. Die regeling be rust namelijk op eene overeenkomst, ruim eene eeuw geleden met Ierland gesloten en zij was een der voor waarden waaronder Ierland zich onder wierp aan het Britsche gezag. De voorgestelde «redistribute" zou de Iersche vertegenwoordigers in het Parlement met 30 verminderen en alzoo die groep, welke thans door haren steun den doorslag kan geven ten gunste van de eene of de andere partij, onschadelijk maken. Daar is het de Conservatieven om te doen, en misschien kunnen zij ook Liberalen, wien het verdriet dat de Ieren feitelijk meester van den toe stand zijn, voor het plan winnen. Maar de Ieren zouden zeker niet lijdelijk berusten in de regeling en er zou dan zeker weder een tijd perk van woelingen en oproer aan breken voor het «groene eiland," van welks toekomst Koning Edward nog dezer dagen verklaarde zulke goede verwachtingen te koesteren, en waarmede men pas onlangs met zooveel moeite als een wapenstilstand sloot. De opening der Wereldtentoonstel ling te St.-Louis op Zaterdag 1.1. werd door het fraaiste weder begunstigd. Een dichte menigte verdrong zich op de terreinen. Om halftien begaf zich een optocht van de administratiegebouwen naar het St.-Louis-plein. Daar kwam ook tegelijkertijd een tweede stoet, be staande uit vertegenwoordigers der vreemde Regeeringen, wier uniformen schitterend afstaken bij de donkere kleeding van hetTentoonstellingsper- soneel. Na het uitvoeren van verscheidene muziekstukken werden er redevoerin gen gehouden. Daarop werden de sleutels der gebouwen overhandigd aan den President der Tentoonstel ling, die ze officieel overdroeg, aan- de vertegenwoordigers der inzenders. Na nog verscheidene redevoeringen zond de Heer Taft, secretaris van Oorlog, een electrisch sein aan Presi dent Roosevelt, in het Witte Huis te Washington. De President, omringd door het Diplomaten korps, de Ministers, ver tegenwoordigers van het Congres, van leger, vloot, enz., drukte toen gelijk reeds is gemeld, op een electrischen knop, welke met de Tentoonstelling te St.-Louis was verbonden en bracht daarmede aldaar de werktuigen in beweging, de waterwerken aan den gang en de vlaggen op de gebouwen aan het wapperen. Alle aanwezigen hieven toen het volkslied aan en daarmede eindigde de plechtigheid. Eenig denkbeeld van het reusachtige oppervlak der tentoonstelling kan men zich vormen door eene vergelijking met vorige tentoonstellingen. De wereldtentoonstelling van Philadelphia besloeg indertijd eene oppervlakte van ruim 95 H.A die te Chicago van ruim 267die te Parijs van ruim 222, terwijl die van St.-Louis zich over ruim 402 H.A. uitstrekt. Het tentoongestelde is verdeeld in 15 departementenonderverdeeld in 144 groepen en deze weer in 807 klassen. Men rekent per uur op zijn minst 80,000 personen van de stad St.- Louis naar het tentoonstellingsterrein te kunnen vervoeren. Binnen het terrein loopt een «intramural" spoor weg met talrijke stations, om de be zoekers naar de verschillende afdeelin- gen te brengen. Op het gebied van logies is ook met met een grooten toevloed van reizigers rekening ge houden. Bij het bestaande getal van 100 goed ingerichte logementen van ver schillende soort, die 21,000 gasten kunnen herbergen, zijn er nog een 35 nieuwe hótels gebouwd, die nog eens 26,000 onder dak kunnen bren gen. DOOR ARCHIBALD CLAVERING GUNTER. 53. »Ik dacht, Harry, dat jij je belast had met het toezicht op miss Minturn, en ieder ver telt mij nu, dat je een voorliefde hebt opge vat voor de tweede-klasse-passagiers." «Miss Minturn heeft mij van dien last ont heven ten behoeve van Herr Wernig, den Fransch-Duitschen kapitalist," merkt de jonge Larchmont op, alsof hij het er op gezet had, den aanval op de jonge dame af te leiden, die juist aan zijn zijde had plaats genomen. Het meisje gevoelt zich geërgerd door het noemen van den naam van Herr Wernig; en die ergernis vermindert niet door het ant woord van den kapitein. "Het scheen anders vrij natuurlijk, dat gij goede kameraden zoudt worden; gij hebt toch te New-York reeds den cotillon met haar nicht gedanst en vogel tjes met dezelfde veeren Ja, hij danste met mijn nicht, miss Minturn van de Vijfde Avenue," valt het meisje in "doch dat is een geheel andere dan de miss Minturn, de Stenograaf uit de Zeventiende Straat. U schijnt in een misverstand te verkeeren, kapitein. Ik behoor niet tot het deftige New- York. Ik ben eenvoudig een jong meisje, dat voor zichzelf moet zorgen. Dit is geen plei- zierreisje voor mij. Ik ga voor zaken. Ik wordt stenografisch correspondent van de firma Montez, Aguilla en Co." Door deze onthulling ontstaat er een kleine beweging aan tafel. De dames zien haar aan sommigen met verbazing, anderen met onverschilligheid een of twee met bewon dering, zooals ook de meeste heeren doen. "Mijn waarde jonge dame," zegt de kapi tein, "ik heb n liever aan tafel zitten dan eenige jonge dames nit de Yijfde Avenue, die ik ooit ontmoet heb. Harry," hij ziet mr. Larchmont aan "Harry schijnt die zelfde meening toegedaan. En ik, als kapitein van dit schip, zon hem veel liever bij u in het maanlicht zien zitten (de laatste woorden worden haar zacht toegefluisterd) dan dien Duitschen geldman tegenover u." Hij wijst naar de tafel, waar Herr Wernig bezig is, zijn derde gerecht behoorlijk met champagne ts begieten. De verklaring, door het jonge meisje mis schien wat overijld, doch openhartig gedaan, wordt blijkens het gedrag tegenover haar, geheel verschillend opgenomen. Van de dames, die tot nog toe uiterst beleefd zijn geweest tegenover de zoogenaamde schoone der Yijfde Avenue, houden eenigen zich nu op een af stand, enkelen, dat zijn zij, die een onafhan kelijke maatschappelijke positie bezitten, wor den vriendelijker, een paar van haar achtten zich zelfs geroepen, miss Minturn bij het verlaten van den salon aan te spreken. Bij de heeren doet zich ongeveer hetzelfde ver schijnsel voor; bij mr Larchmont maakt dit nieuws natuurlijk niet het geringste verschil; hij wist het al lang. Bij het opstaan van de tafel fluistert Harry Denkt gij aan u blofte Een koelte van Cuba, maanlicht en muziek 1" Eén heer schijnt bijzonder in zijn schik door het nieuwtje omtrent de Amerikaansche dame, dat ook hem spoedig ter oore komt; dat schijnt hem nog meer op te wekken dan de champagne, waarmede hij dien avond buitengewoon kwistig is. Die ééne is Herr Wernig, de Fransch-Duitsche kapitalist; nauwe lijks is hij op het dek of hij stevent aan op Louisezoodra hij aan haar zijde is, zegt hij op vriendelijken toon, bijna nog vriendelijker dan des middags«Mijn waarde miss Minturn, ik ben verheugd te hooren, dat u een steno graaf is de stenograaf van mijn grooten vriend baron Montez van Panama te Parijs. Dat is een zeer mooie betrekking voor u. Ik heb veel invloed bij de firma. Ik zal zorg dragen, dat u goede promotie maakt." «Bezorg u geen last om mijnentwil, in geen enkel opzicht!" antwoordt Louise. "Het zou toch niets helpen," lacht zij. »Ik heb een contract. Vóór een jaar zullen zij mijn salaris toch niet verhoogen 1" »Neen, ik blijf er bij ik zal u helpen Ik doe veel zaken van zeer vertrouwelijken aard en wanneer wij op de landengte zijn, zal ik haar vragen u als mijn stenograaf aan mij af te staan." Nauwelijks heeft hij deze woorden gesproken, als mr. Larchmont zijD stoel schuift tusschen miss Louise en den Duitscher, wien hij toe- fluisterd "Wanneer u brieven hebt te schrijven, Herr Wernig, kom dan bij mij. Ik ben ook correspondent, hij de Pacific-Mail-Stoomboot- maatschappij. Ik ben niet zulk een goed stenograaf als miss Minturn, doch ik geloof toch wel, dat ik al uw correspondentie kan waarnemen misschien meer." Het woordje «meer" gaat vergezeld van een ver schuiven van een der pooten van den stoel, op een voet van den Duitscher, die een pijn lijk gezicht trekt onder den last van een ge wicht van honderd zeventig pond. I Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1904 | | pagina 1