NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
ZUINIGHEID.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
BARON MONTEZ
No. 73.
Zaterdag 10 September 1904.
üne-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk
Met gratis Zondagsblad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Laugestraat 77. Telcplioouno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Zuinigheid en vlijt bouwt huizen als
kasteelen. Sparen doet garen. Jonge
verkwisters, oude bedelaais. Wie alles
koopt wat hij niet behoeft, moet dra
verkoopen wat hij wel behoelt. Wie
het kleine niet eert, is het groote niet
weerd. Het is gemakkelijker twee
schoorsteenen te bouwen dan eén ervan
te laten rooken. Een appeltje voor
den dorst.
Uit deze en nog tal van spreek
woorden blijkt, hoezeer de deugd der
zuinigheid door de vaderen op prijs
werd gesteld.
Verdient die deugd len allen tijde
aanbeveling, vooral in onzen tijd nu
het leven zoo duur wordt, hooger
eischen gesteld worden en de concur
rentie den strijd om liet bestaan zoo
veel moeielijker maakt.
Zuinigheid moet niet verward worden
met gierigheid. Gierigheid, die maar
bij elkaar schraapt en angstvallig bij
elkaar houdt, die niets voor een adder
over heelt en in het bezit alleen genol
vindt, het is een treurige ondeugd die
niet zuinigheid niets te maken heeft.
Zooals de meeste deugden tusschen
tw ee ondeugden inliggen, houdt zuinig
heid het midden tusschen gierigheid
en verkwisting.
Zij is dat gezond overleg, dat ons
noopt niets te laten verloren gaan, en
met de minst mogelijke middelen het
meeste te bereiken. Zij duldt niet dat
iets verwaarloosd, vermorst of ver
bruikt wordt waar het niet noodig is,
al is 'teen lucifer of iets van nog zoo
geringe waarde.
Een zuinig mensch openbaart dat
kostelijk overleg in alles en overal. Hij
is zuinig op zijn geld, maar ook op
zijn tijd, hij verkwist zijn uren en
minuten evenmin als zijn geld of goed.
Hij is zuinig met zijn gezondheid, met
zijn spreken, met zijne beloften, kortom
met alles wat hem of anderen toe
behoort.
Zuinigheid weeit armoede. In gezel
schap van den luiaard kan de ver
kwister tot de mieren gaan en loeren
hoe in den zomer hel brood bereid en
in den oogsttijd de spijs vergaderd
moet worden. De bijen verzamelen in
den zomer opdat zij des winters niet
omkomen van gebrek. De veldmuis
zelfs zorgt voor wintervoorraad. En
de mensch is vaak minder bedachtzaam
dan die redelooze diertjes.
De Perzen hebben een spreekwoord,
dat luidt: Wie bij dag licht aansteekt,
moet 's nachts in heb donker zitten.
Wie kent ze niet, aan wie dat woord
bewaarheid is, die in dagen van voor
spoed de waarde van het geld niet
kennen, alles volop moesten genieten,
alle lusten moesten bevredigen, en later
danig in bet nauw zaten
Wie zuinig is wei kt mee aan den
opbouw van zijn welvaart. Er zijn
rijke mensclien, die klein en zuinig
begonnen zijn, die zich met liet aller-
noodigste tevreden stelden, al het over
bodige zich ontzeiden en door zuinig
heid het ver hebben gebracht. Nooit
zouden zij de mannen van aanzien en
invloed geworden zijn, wanneer zij zicli
niet eerst bekrompen hadden en het
mie loiing naar de nering zetten" zóó
hadden verslaan dat de inkomsten door
de uitgaven geheel werden verslonden.
Franklin, het voorbeeld van ai beid-
zaamheid en stiptheid was mede een
toonbeeld van zuinigheid. Toen hij
reeds in goeden doen was gekomen
leefde hij sober en eenvoudig als te
voren. Als middel om vooi uit te komen
ried hij aan »Geef altijd iets minder
uit dan gij verdiend hebt dan zal uw
zak spoedig gaan uitzetten en nooit
over buikpijn klagen." »I)e oogen van
anderen," zegt bij, »zijn het eigenlijk
die ons te gronde richten. Waren alle
menschen, behalve ik zelf, blind, dan
zou ik noch zoovele fraaie kleederen,
nocli zoo'n mooi huis, noch zulke
prachtige meubelen noodig hebben."
Juist, de mode en «watde menschen
er wel van zullen zeggen" doen velen
leven boven hun stand. Ziet eens
hoevelen een te dure woning huren,
niet alleen voor eigen gemak, maar
om beter te kunnen ontvangen. En
wie heeft er tegenwoordig geen salon,
welke dame niet haar jour" orn haar
moois ten toon te stellen voor de
rondloerende vriendinnen. Dat stand
ophouden en willen meedoen kost dik
wijls meer gold dan beschikbaar is.
Wie van den zomer niet een paar
weken naar liet buitenland is geweest,
wie niet thuis is in de vermakelijkheden
welke de groote steden aanbieden, wie
niet kan meepraten over de nieuwste
opeia, ovei de tafel in palace-hotel enz.,
hij is immers niet up to date, te droog
en te antiek.
Zoo olïeren velen in liet naapen
van anderen, in het jagen naar genot
hun maatschappelijke welvaart open
nog zooveel daarbij.
Er zou minder armoede, er zou
meer welvaart zijn, als wat meer
zuinigheid werd betracht.
Franklin heeft berekend, dal hon
derdduizend gezinnen in Paiijs, die
's avonds waskaarsen gebruikten, als
zij tusschen 20 Maart en 20 Sep
tember vroeger naar bed gingen en
vroeger opstonden, wel 48 millioen
gulden zouden besparen Dereken op
uw beurt eens hoeveel de onthouding
van geheel onnoodige en wellicht
onmatige genietingen u zou besparen,
hoeveel bijv. het opgeven van één
borreltje of van twee sigaren per dag
u in een jaar rijker maakt.
In een armhuis was een man die
er zich op beroemde, dal hij gedu
rende zestig jaren dertig cent per
dag voor drank had uitgegeven, maar
nooit dronken was geweest. Een heer
dit hoorende ging eens uitrekenen
hoeveel dat rento op rente in zestig
jaar bedroeg, en hij vond dat het
zeven-en-dertig duizend gulden was.
Groot was de verbazing van den
ouden man, toen hij vernam over
welk kapitaal hij had kunnen be
schikken wanneer hij eenig idee van
zuinigheid en sparen had gehad. In
plaats van in een armhuis had hij
zijn leven kunnen eindigen in een
aangename woning, in een eigen
tehuis en zonder bekrompenheid.
Dergelijke voorbeelden zijn er meer.
Ook zouden wij aanzienlijke kooplie
den kunnen noemen die inet een zeer
klein kapitaal zijn begonnen en door
zuinigheid groot zijn geworden. Wij
willen echter besluiten mot aan te
geven, dat ieder de kunst van zui
nigheid kan leeren door acht te geven
op de waarde van het kleine en in
alles op de kleinljes te passen.
Zuinigheid is ten nauwste verwant
aan de matigheid, beide zuslerdeugden
zijn vruchten der zelfbeheerscliing en
deze weder heeft »de eerbied voor
zichzelven" ten grondslag.
Sedert eenige dagen is een
nieuwe postweg tusschen Zwitserland
en Italië geopend, nl. over den Groo-
ten St. Bernard, liet bekende nllospiz"
op den bergpas, bijna 2500 meter
boven de zee gelegen en beroemd
door zijn hulpvaardige monniken en
hun honden, was met Mai tigny reeds
lang over Sembrancher, Orsières en
St. Pierre door een lijweg verbonden.
Maar aan den zuidkant (Italië) kon
den de lijluigen uit het dal van Aosta
niet verder komen dan tot St. Remy,
van waar men dan langs een steil
bergpad in 2 uur de pashoogte kon
bereiken. Thans is echter de rijweg
tot daar doorgetrokken en aldus een
nieuwe veikeersweg, westelijk tus
schen beide landen vei kregen De
pas is beroemd in de geschiedenis
door de taliijke legers die er over
naar Italië zijn getrokken de Longo-
barden, de Franken (Karei de Groote).
de Düitscbers (Barbarossa) en in Mei
1800 de Fransclien onder Napoleon
Bonaparte
De Vereenigde Staten en Panniua.
Na langduiige onderhandelingen tus
schen de Vereenigde Staten en Panama
is thans de grens vastgesteld van hel
pachtgebied waarde Vereenigde Staten
gezag zullen uitoefenen. De grenzen isme.
volgen ter weerszijden de krommingen
van het kanaal-iracé, maar de sleden
Colon en Panama zijn ervan uitgezon
derd. Niet ver van de stad Panama
wordt echter een nieuwe gemeente
gevormd, waar het hoofdkwartier ten
behoeve der kanaalwerken gevestigd
zal worden; de nieuwe stad zal Ancon
heeten, en zal vermoedelijk de stad
Panama overvleugelen. De eilanden in
de golf van Panama zullen door de
Unie gebruikt worden als maritieme
stalions.
Keizer Wilhelm, de veelzijdige,
heeft een ontwerp-teekenirig voltooid
vooreen hei inneringsmedaille,bestemd
voor de bloedverwanten der door de
Herero's gedoode soldaten.
De Pelil Bleudie nu letterlijk ner
gens eerbied voor heeft, voegt aan
dit beiiclit toe: nAls ze nu niet te
vreden zijn I
Bij de manoeuvres te Essex is
iets gebeurd, dat doet denken aan
de geestige plaatjes in de Flieyende
over ouwerwetsche legermaiioeuvres.
Zevenhonderd paarden ontsnapten en
renden in woeste vaart door de tenten,
't Geval was anders minder humoris
tisch dan op bedoelde plaatjes: de
dieren richtten groote verwoesting aan
en verwondden eenige soldaten.
In Amerika vreest men ter gele
genheid van de manoeuvres voor groote
botsingen tusschen de blanke en de
zwarte soldaten en officieren. De blan
ken willen denegeroflicieren nii-tgioe-
ten en eischen (lat de zwarten in alle
opzichten b\j hen worden achterge
steld.
29 en 30 October wordt te Am
sterdam het aangekondigd congres ge
houden ter bespreking van het verband
tusschen maatschappelijke toestanden
der arbeidende klasse en het alcohol-
DOOR
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
91)
Den dokter fluistert zij toe: »Het is een
kabel-telegram zal ik? mag ik?»
»Nog niet,» antwoordt de man der weten
schap, »Doch misschien morgen wanneer
alles goed gaat. Hij is bijna beter dank zij
zijn goede oppasseres.»
»Dank zij zijn goeden dokter,» antwoordt
Louise, met een blosje van geluk op de wangen,
en innig gelukkig gevoelt zij zich, wanneer
zij zich naar haar kantoor begeeft, waar zij
een groote hoeveelheid werk haar lessenaar
vindt.
Het is grootendeels gewoon werk, waarvoor
geen dictaat noodig is, doch enkele aanteekenin-
gen voldoende zijn. Zij begint aan dit werk,
want Aguilla, die juist binnenkomt, deelt haar
mede, dat hij naar Parijs heeft getelegrafeerd,
dat hij omtrent hetgeen gisteren gesproken
is, nog niets naders weet te zeggen en dat
hij eerst antwoord moet hebben. Daarna gaat
hij heen, als wilde hij tooneelen als van den
vorigen dag ontvluchten.
Het meisje brengt des middags nog een uur
door aan het bed van Harry Larchmont, komt
laat in den namiddag terug om haar brieven
af te maken en zit nog aan haar typewriter,
als alle andere bedienden reeds zijn heenge
gaan.
Er is niemand meer in het gebouw.
De laatste brief is geëindigd en zij zal op
staan om naar huis te gaan; plotseling wordt
de deur geopend en hoort zij een heesche stem,
heesch door het vele drinken van aquardiente,
heesch van woede. Zij geeft een gilhaar hart
jaagt van angst, want zij, Louise Minturn,
bevindt zich geheel alleen van aangezicht tot
aangezicht tegenover Domingo, den moordenaar
van Alice Ripley en haar man.
Zijn oogen fonkelenzijn borst is gedeelte
lijk naakt, daar hij den doek uit woede of
dronkenschap heeft stukgetrokken.
Zij wil vluchten, doch hij sluit de deur,
draait haar op slot, steekt den sleutel in den
zak en schreeuwt: »Lefort, de hongerlijder,
die zit te huilen om zijn geld, zegt, dat ook het
mijne is verdwenen! De vrek huilt! De zee-
roover doodt!»
Een onheilspellende gloed ligt er in zijn
met bloed doorloopen oogen. »Gij zijt degene,
die kunt schrijven met de tooverdoosfluistert
hij. »Gij schrijft alle woorden op?»
»Ja!» hijgt het meisje.
"Schrijf op dan, dat ik, Domingo van Porto
Bello, dien schurk van een Montez, die mij
geld heeft ontstolen, en mijzelf kan doen op
hangen.
Het meisje ziet hem met bleek gelaat en
bevenden handen aan.
"Schrijft op!» schreeuwt hij. «Schrijf op, of
ik dood je! Schrijf op, de geschiedenis van de
blanke vrouw met de paarlen!»
Louise zinkt neer in haar stoel; sidderend
voldoet zij aan het bevel en schrijft de ge
schiedenis op van den ex-zeeroover, die haar
onder vloeken en razen wordt verteld.
»Gij kent mij, Domingo van Porto Bello?»
»Jja I»
«Schrijf op dan! Gij kent Fernando Gomez
Montez, ezeldrijversjongen van Cruses, die zich
baron noemt?»
»Ja I»
«Schrijf op dan Herinnert gij u den nacht van
'56, toen wij hen hier doodden vrouwen en
kinderen allen!»
»Mijn Hemel
«Schrijf het op! Gij kent den Califomiër
gij kent Senor Georgio Ripley de blanke
dame de dame met de paarlen
»Ja!»
"Schrijf het op, hoe wij den man doodden
en het goud en de vrouw hebben gestolen
Dat Montez mij weinig goud gaf en zelf veel
hield! Schrijf op, hoe wij dien nacht den man
bij de haaien hebben gegooid."
"Mijn God!» gilt het meisje.
«Schrijf het op! schrijf het op, hoe wij de
mooie vrouw naar de bergen hebben gedragen,
langs het pad van Gargona, naar de toppen
der Cordillera's, over het oude pad van Porto
Bello, waar de muilezel struikelde, doch ik
vast voorwaarts stapte.
Hoe de apen schreeuwden en de jaguars
jankten, toen wij in den donkeren nacht
voorbij de boomen gii genhoe het maaulicht
scheen tusschen de bladeren en takken der
palmboomen. Hoe de dag aanbrak boven
ons de vogels en de zonneschijn, rondom ons
wezens, die de duisternis liefhebben. En de
dame die haar bewijstzijn herkreeg be
gon te schreeuwen en wij namen haar mede
naar de hut bij de rivier, waar zij worstelde
en riep om haar echtgenoot. Mia mad re!
Wat schreeuwt zij! Zij schreeuwde zooals de
vrouwen schreeuwden op het schip der zee-
roovers, wanneer haar echtgenooten aan den
galg bengelden of voor haar oogen werden
doodgeschoten. Dat zeg ik u, Domingo!
Schrijf het op!
U'urdl vervolyd/.