NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. flo. 20. Zaterdag 11 Maart 1905. Vier-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Bij flit nummer behoort een Bjjvoepel. BUITENLAND NA TWINTIG JAREN, Amersfoortsc Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75; Franco per post door het gebeele Rijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. BureauLaiigestraat 77. Telephooiins. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Het Handelsblad schrijft omtrent den slag bij Moekden. Terwijl de ontvangen telegraphische berichten weinig twijfel meer laten over den uitslag van den geweldigen veldslag om Moekden, dient men toch de aandacht gevestigd te houden op het uitblijven van Japansche over- winningsberichten in het bijzonder van den westelijken vleugel Want zeker zullen de Japansche legers ook hier moeten zegovieren, wanneer zij den slag bij Moekden tot een ver pletterende nedeilaag voor de Russen willen maken. Onder de telegrammen van lieden wordt gemeld, dat het gevecht op den westelijken vleugel sedert drie dagen nog steeds voortduurt. Men zou dit dus kunnen beschouwen als een achterhoedegevecht. datKoeiopa tkine door generaal Kaulbars laai leveren, om den terugtocht van zijn •hoofdmacht naar het noorden mogelijk te maken. Houden de Russen de Ja panners hier tegen, blijven zij de stoute omtrekkende beweging langs dezen vleugel verijdelen, dan schijnt Koeropatkine's aftocht al weer gedekt en zou voor de zooveelste maal maar schalk Oyama's plan gefaald bobben, om zijn tegenstander in te sluiten. De indruk, dat de resultaten van de gevechten op dezen vleugel niet hebben opgeleverd wat men aan Ja pansche zijde ervan gehoopt had, wordt wel versterkt in een telegram van den Petersbui gsclren correspondent van het »Berl. Tagebl." Deze seint: Vrijdag en Zaterdag heeft de bijzonder gevaarlijke toestand van Koeropatkine zich beslist ver beterd door een op het juiste oogen blik in het vuur brengen van reser- ven, waai toe niet weinig heeft bij gedragen het krachtige ingrijpen van generaal Kaulbars. De Japanners hadden er vast op gerekend, Zater dag in het bezit van Moekden te zijn waar de Chineesche gouverneur hen op hun verzoek een feestelijke ont vangst zou bereiden. Door het drieste optreden van Okoe werd Koeropat kine gedwongen een beslissenden slag te aanvaarden, want een terugtocht was nog slechts onder reusachtige verliezen mogelijk. Dit bewustzijn schijnt het Russische leger inderdaad zooveel krijgslust gegeven te hebben, dat het er in geslaagd schijnt, de Japansche omtrekkende beweging te doen mislukken. Enkele berichten wijzen op successen van Kaulbars op den rechtervleugel en zinspelen op een terugtocht van Okoe. Van andere zijde wordt echter Foes joen als het hoofdpunt voorgesteld. En ook voor deze zienswijze valt te zeggen, wanneer men de onophoude lijke en in de laatste dagen vooral met nieuwe kracht herhaalde aan vallen van generaal Koeioki uit het zuid-oosten ziet, dio zoowel Moekden als Foesjoen tot doel kunnen hebben. Na echter veertien dagen om de Taling- en Kautoelinpassen gestreden te hebben, is Koeroki nu eindelijk verder gedrongen, naar liet schijnt. En daar ook de stellingen aan de Sjaho schijnen opgegeven te zijn waarmedo de zoo heldhaftige ver dedigde Poetilofheuvel ook verlaten is moet men aannemen, dat de Russische terugtrekkende beweging uit het oosten en zuiden begonnen is, terwijl zij juist, waar zij het hevigst werden aangevallen, stand houden. Tenzij het telegram van Oyama be- teekent, dat ook Nogi en Okoe in hun pogingen zijn geslaagd. Men schat de Russische verliezen op 30,000 man en meer dan 800 offi cieren. Van verschillende zijden werd reeds eerder gemeld, dat de Japan ners, die bijna voortdurend aanvallend moesten optreden, aanzienlijk hooge re verliezen dan de Russen hadden, len dat de gezamenlijke verliezen van Russen en Jappanners, die uit den den slag van Liaojang zouden over treffen. Hoewel deze cijfers van geen van beide met zekerheid werden vast gesteld, schatte men toen de ver lie zen op ongeveer 60,000 man. Welk een cijfer zal deze slag van Moekiien dan wel brengen Het is een verliescijfer als in nog geen slag uit do geschiedenis van den oorlog werd bet eik t. En het vreeselijke van zulk een slachting is wel haast, dat men de beteekenis van een cijfer, dat wellicht tot 70 of 80,000 dooden en gewonden loopt, nauwelijks meer beseft. Zóó ontzettend is deze worsteling geweest dat de episoden uit den slag bijna onopgemer kt voorbij zullen gaan. Toch worden er reeds enkele van bekend gemaakt. En het zijn dan gru welijke bijzonderheden, die men ver neemt. Zoo wist generaal Sassoelitsj een deel van generaal Koeroki's garde te omsingelen; op zijn vraag, of de vijand zich wilde overgeven antwoord de doze ontkennend, en zonder kwar tier te geven werden allen neerge schoten. De aanvallen van generaal Nogi's troepende veteranen van Port-Arthur, worden vooral als ontzettend beschre ven deze soldaten maakten lachend vergelijkingen tusschen de bestorming der haast onbereikbare Porl-Artbur- forten en deze aanvallen in de open vlakte. Maar de Siberische troepen onder generaal Kaulbars bleken tegen standers, die aan hen gewaagd waren. De Russen behielden hardnekkig hun stellingen onder de verwoede aanvallen en het bombardement der 6 inch. belegeringskanonnen. Toen het bevel kwam, dat zij op de hoofdmacht moesten terugtrekken, weenden de soldaten, dat zij Irun zoo dapper verdedigde stellingen moes ten verlaten. In een andere verschansing liet kolonel Joedenitsj eerst sectievuur openen op de Japanners, toen deze tot op vijftig pas genaderd waren; de aanvallers vielen in gelederen onder liet Russische vuur3000 gesneuvelde Japanners lagen hier bij elkaar. Het hevigst werd echter gevochten ten zuidwesten van Moekden; de Ja panners vochten daar met 50,000 man infanterie en 200 kanonnen. Om de twee uur herhaalden zij hun aanval len, telkens met versche troepen. De lijken lagen hier bij stapels, zoodat de Russen er zich van bedienden als van verschansingen. De Russen onder namen bier zelfs tegenaanvallen, en met name wordt een aanval genoemd onder generaal Tserpitski, die zijn regiment in het vuur leidde, zelf te paard aan het hoofd gaande, terwijl de muziek speelde en de vlaggen in den wind wapperden. De particuliere correspondent schrijft omtrent den oorlog in Azië: «Groote nederlaag van het Russische leger" wordt hedenmorgen reeds door de ochtendbladen aangekondigd. En inderdaad ziet het er, wanneer men afgaat op de laatst ingekomen berich ten, waar uit, of slechts een wonder Koeropatkine's Mandsjoerijsche leger zal kunnen redden van algeheels ver nietiging. De nog voortdurend zich vernau wende opening van het hoefijzer, door de van links naar rechts elkander opvolgende strijdmachten van Nogi, Okoe, Nodzoe, Koeroki en Kawamoera ligt thans tusschen Foesjoen en den spoorweg van Moekden naar Tjeling, en de mogelijkheid bestaat, dat door die opening Koeropatkine de hoofd macht van zijn leger naar het noorden zal kunnen wegvoeren. Moekden met allen en alles van garnizoen en krijgsvoorraad, welke die plaats bevat, schijnt voor de Russen verloren; want reeds is het linker uiteinde van het hoefijzer naar binnen toe omgebogen, dat wil zeggenNogi heeft zijn troepen van luiks naar rechls over den spoorweg gebracht en aldus de communicatie tusschen Moekden on Tjeling verbroken. Tevens beeft hij met die ombuiging, wanneer men althans de berichten uit Tokio geloovcn mag, waar men reeds aan het feestvieren is geslagen, een Russische macht van 200.000 man ingesloten, die zich onvermijdelijk zal moeten overgeven of vechten tot het bloedig einde. Een Central News telegram dat Woensdag uit Moekden verzonden werd, meldt: De strijd ging op de Russische achterflank om het bezit van Tasjisjao, dat ongeveer 10 wersten van Moekden verwijderd op den Sinming- trngweg ligt, en om de verovering van Yoesjansjoen, dat ongeveer op zeven wersten afstand van liet station van Moekden ligt. De dorpen op het slag veld waren alle omringd door boom gaarden van tamarinden, alsook door hooge muren en versterkingen, en vormden ieder op zich zelf een sterke redoute. Niets kon echter de Japanners tegenhouden, die den eenen stor mloop direct op den andere lieten volgen. Op een plaats ten westen van Yoesjansjoen hield een Russische af- deeling stand, van een der jongst aangekomen divisies, die nog niet in conflict met de Japanners was ge- geweest. Het kanon- en geweervuur van de aanvallers maakte het dorp waar zich de Russen ophielden, lot een vulkaan, en «ie Russen moesten terugtrekken. De Japanners bestorm den daarop met onweerstaanbaar geweld de versterkte positie en achter volgden de vluchtende Russen. Onder commando van Koeropatkine zelf werden daarop nieuwe infanterie- regimenten in het vuur gebracht. Terwijl het bommen en granaten over hen regende, marcheerden zij in gesloten gelederen Irun bevelhebber voorbij, verspreiden ziclr daarna en dekten den alloclrt van hun terug gedreven kameraden. Eerst toen dit was bewerkstelligd begaf Koeropatkine ziclr naar een ander deel van het slagveld, onvervaard voor «Ie kogels, door AUGUSTE CRONER. 27) "Gottfried," gilt Hans Muller met een wan- hopigen kreet. De jonge man knikt, daarna wijst hij op John en zegt op ernstigen toon "Aan dezen heer hebt ge het te danken dat gij nog een zoon hebt, die u zal helpen dragen, wat ons te wachten staat." »Wat ons te wachten staat," hernam zijn vader. "Deze heer weet dus "Niets van mij, vader!" «En toch al zeer veel," zei John doodkalm. "Mijnheer Johan Muller, ik moet u verzoeken." »U kent mij das," viel deze hem in de rede. John knikte. Een sarcastisch glimlachje speelde om zijne lippen. "Ik heb u laatst op een Zondag, als oude heer gezien Een hevige blos bedekt het gelaat van Hans Muller en hij slaat zijne oogen even neer, maar daarop kijkt hij John doordringend aan en zegt: «Kom binnen mijnheer. Ik gevoel be hoefte u te danken dat ge Gottfried voor ons behouden hebt en ik zal u dan tevens verhalen hoe ik=to#-. die rol gekomen ben, die u mij laatst zag spelen." Hans Muller, deed de deur nu open en ging den heer John voor naar binnen. Hij had nu de kalmte van iemand, die voor goed met het leven heeft afgedaan. Met bijzonder eigenaardige gevoelens en gedachten ging advocaat John nu het huis binnen, dat sedert zooveel jaren een geheim omsloot, dat deszelfs bewoners alle rust en vrede ontnomen had. De jonge advocaat was verbaasd over de zonderlinge kalmte van Hans Muller. Was dan nu de ure des oordeels niet aangebroken? Moest nu zijn ellendig bedrog en nog zoo veel meer niet ontdekt worden? En deze man scheen toch volstrekt niet bang te wezen voor de straf die daar het noodzakelijk gevolg van moest wezen. Was zijn leven en dat van de zijnen misschien een veel grootere straf ge weest, dan hetgeen hem nu te wachten stond Maar wanneer dit zoo was waarom had hij zich dan al niet lang aangegeven? Deze en nog menige andere vraag kwam bij den dokter op terwijl hij met Gottfried en diens vader langzaam de trap opklom die naar boven leidde. Toen zij daar aangeland waren werd er eene deur opengedaan en de oude vrouw die John een paar dagen te voren de bloemen had zien afsnijden. Zy schrikte op toen zij den vreemdeling zag en was reeds op het punt de deur te sluiten toen Hans Muller haar tegenhield met de vraag »Hoe is het met Helena, moeder?" De oude vrouw zuchtte. "Zeer, zeer slecht zei ze daarop zacht, terwijl zij een schuwen blik wierp op het voor haar onverklaarbare bezoek. Mjiar eensklaps werden hare gelaatstrekken verlevendigend, en terwijl zij haastig naderbij kwam, zei ze haastig "Gottfried deze mijnheer is een dokter, je hebt hem zeker in je angst voor je moeder wezen halen. Die gedachte gaf God je in, beste jongen, want ik vrees dat een dokter hier maar al te noodig is." Jozefa Muller zweeg eensklaps. Zij besefte nu dat zij zeer onvoorzichtig gehandeld had. Haar gelaat verried groote angst maar ontsteld was zij niet, dat bewezen de woorden die zij nu tot den gewaanden dokter sprak "Mijne schoondochter wil namelijk niets van een dokter weten en daarom natuurlijk, daarom alleen nu verloor zij toch den draad en keek haar zoon en schoonzoon met een wan hopig gelaat aan. Zij zag toch op het gezicht van den eerste een zonderling glimlachje en in Gottfrieds oogen zulk een diepe treurigheid, dat zij eensklaps tot bewustzijn kwam dat er iets heel bijzonders gebeurde, veel zondelinger dan het bezoek van een dokter geweest zou zijn. Onwillekeurig zocht de oude vrouw een steunpunt en terwijl hare bevende hand Daar de deur greep, hoorde zij hoe haar zoon haar toevoegde: «Moeder de cotnedie is uit. Ga gerust naar een dokter toe, Gottfried kan terwijl bij zijne moeder blijven, dat beloof je mij, niet waar, jongen want ik heb met dezen mijnheer wat te spreken en dan zullen we samen wel weg gaan. Moeder Gottfried. Pas goed op onze arme zieke. En nu God zij met u." Hans Muller drukte, innig bewogen, de hand van zijne moeder en zijn zoon. Zij hadden hem begrepen. Hun verbleeken, hun beven, hun betraande oogen bewezen dat. Hans Muller nam John mee naar zijn kamer. Deze hoorde nog wat de oude vrouw aan haar kleinzoon vroeg en wat deze haar antwoordde. "Gottfried je weet »Ja, Grootmoeder, ik heb dadelijk nadat ik tehuis kwam, vader gedwongen mij uw geheim, dat ge zoolang zorgvuldig bewaard hebt, mede te deelen. Weldra zal de geheele wereld het weten, daarom moet u nu zoo spoedig mogelijk een dokter halen. Wij hebben nu toch niets meer te verbergen." f Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1905 | | pagina 1