NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
DE SCHIMMELRIJDER.
No. 49.
Woensdag 21 Juni 1905.
Vier-en-dertigsten jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk f 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langcsirnat 77. Telephooiuio. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/a Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Van alle zijden komen uit Rusland
weder berichten van opstanden. De
troepen soldaten, die de boeren, welke
gestraft zijn wegens hun deelneming
aan de oproerige bewegingen in Kief
en in de provinciën Wolhynië en
Podolië, naar de strafkolonies Moghilelf
moeten geleiden, worden in ieder dorp
door de boeren aangevallen.
Ernstige onlusten hebben plaats
gehad te Nishni-Novgorod, waar voort
durend door boeren, pachters en koop
lieden heftige, opruiende redevoeringen
worden gehouden tegen de regeering
en den czaar.
Ook de arbeiders vatten den strijd
tegen de regeering weder rnet nieuwe
kracht op. Alle postbeambten te Mos
kou hebben het werk gestaakt in ver
binding met de voerlieden.
In den nacht van 17 op 18 Juni
kwamen in de gevangenis te Reval
200 gevangenen in opstand. Mishan
deling van de gekerkerden moet de
reden zijn van bet oproer, dat eerst
den volgenden morgen met behulp van
de troepen van het garnizoen werd
bedwongen.
Zondag hebben te Warschau onge
veer tien duizend Israëlieten een be
tooging gehouden om te protesteeren
tegen de uitsluiting der Israëlieten
voor de Volksvertegenwoordiging. De
betoogers kwamen in botsing met de
troepen, waarbij deze laatste van de
wapens gebruik maakten. Er vielen
verschillende gewonden onder de mani
festanten van de soldalen werd er
één gewond.
De Oorlog tiisschen Rusland
en Japan.
De strijd in Manlsjoerije.
Het staat te vreezen, dat de stem
van de vrienden des vredes weldra
zal gesmoord worden in kanongebul
der en wapengekletter. Het treden
tusschen de vijandelijke afdeelingen
op de lijn Liaojang—Woping op Vrij
dag l.l duidt wel op de nadering van
een nieuwen veldslag, die, zooals nu
reeds in militaire kringen gezegd
wordt, bloediger nog zal zijn dan een
der vorige.
Als het zoover komt, is ar geen
twijfel aan of de schok zal ontzettend
zijn, daar eenerzijds, van Japan, de
reeds behaalde lauweren op het spel
slaan, terwijl van Russische zijde een
winste te maken is, die een geheele
wending aan den loop der gebeurte
nissen zou geven.
Ook de particuliere berichten, die
uit Mantsjoerije komen, luiden niet
bijzonder gunstig voor hoop op vrede.
De generaals Koeroki en Kawamoera
slaagden er in zich te vereenigen en
trachten nu den Russischen linker
vleugel om te trekken, met Kirin als
doel. Hier is het hoofdkwartier van
Linevitch gevestigddeze plaats,
Goentzoeling en Itoeng zijn goed ver
sterkt dank zij den natuurlijken hulp
middelen. 12000 Chineezen werken
dag en nacht aan de versterkingen
De eerste verdedigingslijn der Rus
sen, KwangChengsteKirin, zal
echter niet lang te houden zijn en
reeds zag men de Russen langzaam
terugvallen voor bet optrekkende
Japansche leger op de Itoeng-Kirin-
positie. De cavalerie van den Japan
schen generaal Ningoeta zou zich
boven Kirin bevinden, waar zij de
verbindingslijn bedreigt.
Ook de goed-ingelichte correspon
dent van de Daily Telegraph te Tokio
meldt, dat de Japar.scbe opmarsch
ernstig is begonnen en dat het Rus
sische leger als feitelijk omsingeld
moet worden beschouwd daar de
Japanners reeds een cirkel van bijna
100 mijl in omtrek beslaan, welke
cirkel zich steeds nauwer samentrekt.
't Ziet er dus wel zoo wat naar uit,
of een spoedige vrede of wapenstil
stand voorloopig tot de vrome wen-
schen blijft behooren.
Generaal Uotlia.
De leider der Hollandsche Afri-
kaanders in Transvaal, generaal Botha,
heeft in de laatste week van Mei een
interview toegestaan aan den verte
genwoordiger van de Londonsche
Westminster Gazette. Uit hetgeen de
generaal den journalist mededeelde
stippen wij enkol het volgende aan
»Het is niet juist, ie zeggen, dat
wij in alle opzichten tegen de nieuwe
Grondwet zijn. Wij aarzelen niet te
verklaren, dat zij ons, over 't geheel
genomen niet aanstaat, daar zij, van
't begin tot het eind, wantrouwen uit
drukt. De vroegere ilooge Commis
saris en de luitenant-gouverneur van
Transvaal, hebben het in het open
baar erkend, dat de Boeren bet vre
desverdrag getrouw zijn nagekomen
wij kunnen oprechtelijk elkeen tarten
het tegendeel te beweren.
Wij hebben niet geaarzeld openlijk
te verklaren, dat de Grondwet ons
niet bevalt, maar wij zeggen niet, dat
zij niets goeds inhoudt.
De door ons tegenover de Grond
wet aan te nemen houding zal vol
komen openhartig zijn. Op 5 Juli
zullen wij een Volkscongres bijeen
roepen. Wij zullen elk onzer plaat
selijke besturen verzoeken, \ier of
vijf van haar beste vertegenwoordi
gers naar het Congres af te vaardigen.
Hun zal op onpartijdige wijze het
voor en tegen van de Grondwet wor
den uitgelegd. Daarop zullen wij den
vertegenwoordigers verzoeken naar
hun afdeelingen terug te keeren om
het volk op de meest volledige wijze
in te lichten. Daarna zullen wij op
de volgende punten de instructies der
afdeelingen inwachten;
lo. of wij zullen deelnemen aan de
verkiezingen
2o. of wij, indien wij deelnemen,
ook aan het regeeringswerk zullen
deelnemen.
Wij zullen aan de stem des volks,
zooals die op het Congres tot uiting
zal komen, gehoorzamen.
Wat de quaestie der financiën betrof,
protesteerde Botha tegen liet besluit
der Britsche autoriteiten, dat de volks
ver tegenwoordiging zich niet zal kun
nen bemoeien met de administratie j linge wijziging in de plannen van den
der spoorwegen en met het korps vorst moet worden toegeschreven.
Zuidafrikaansche Politie.
Beze beide onderwerpen houden zoo
innig verband met ons leven, dat het
ijdel is, te beweren, dat wij werkelijke
vrijheid genieten, vóórdat wij behoor
lijk zullen in staat zijn, vertoogen en
bezwaren te dier zake op behoorlijke
wijze tot uiting te brengen. Wij hebben
nu niet het recht om controle te oefenen
op het uitgeven van één shilling. Wij
mogen praten en nog eens praten
maar meer niet
Wat de schoolquaestie aangaat, ont
kende Botha dat hij en zijn partij-
genooten er tegen zouden zijn, dat de
Bóeren-kinderen Engelsch leeren. Het
tegendeel was waar. Maar vvèl slon
hij erop, dat aan de Hollandsche taal
de plaats zou worden ingeruimd welke
'naar toekomt, en dat ook zelfs het
onderricht in liet Engelsch niet zal
worden gegeven door onderwijzers, die
geen woord Hollandsch verstaander
gelijk onderwijs deugt niet. De Boeren
kinderen gaan meestal maar enkele
jaren op school; en Botha staat er
bepaald op, dat van dien korten tijd
zoo goed mogelijk wordt gebruik ge
maakt. Be geïmporteerde onderwijzers,
die door de Boerenkinderen niet wor
den verstaan, zijn dan ook onbruikbaar.
Van predikantenbemoeiing met het
onderwijs wil Botha niet hooren. De
predikanten kunnen den kinderen zoo
veel onderricht geven als zij willen,
maar dan buiten de openbare scholen.
Keizer Wilhelm.
De Duitsche keizer, die op hel oogen-
blik te Hamburg vertoeft, waar bij
gewoonlijk om dezen tijd van het jaar,
watersportfeesten bijwoont, pleegt dan
altijd een uilstapje te maken naar
Helgoland. Ook dit jaar zou de tradi
tioneels boottocht plaats vinden, doch
plotseling is bekend gemaakt dat de
Keizer van zijn voornemen heeft afgo
zien.
Men weet niet waaraan deze plotse-
In een deel van Oostenrijk zijn
ontzettende stortregens gevallen. In
den omtrek van Szatmar zijn huizen
ingestort en 11 personen omgekomen.
De gewassen zijn voor een goed deel
vernield. Het verkeer van spoor- en
tramwegen is gestoord.
Uit Triëst wordt gemeld, dat de
«Keizer der Sahara", Jacques Eebaudy,
daar sedert eenige dagen nauwkeurig
door de politie bewaakt werd, omdat
hij teekenen van krankzinnigheid gaf.
Van Triest wist hij echter de wijk
te nemen naar Göritz, waar men hem
eenigen tijd in het politiebureau on
der bewaking hield, maar na een ver
hoor weer vrij moest laten. Hij heeft
te Triëst een aantal preciosa achter
gelaten, die meer waard zijn dan
zijn rekening in het hotel, benevens
zijn «vriendin", die zonden middelen
is. S t g. Saharae majeslalis t
President Roosevelt heeft aan een
commissie van 5 leden opgedragen,
een onderzoek in te stellen naar
de mogelijke 'nvoering bij alle takken
van staatsbestuur van de beginselen,
welke worden toegepast in de leiding
van moderne handels- en nijverheids
zaken. De President hoopt daardoor
te komen tot een grooter nuttig
effect van den arbeid, welke op de
regeeringsbuieau's wordt verricht, en
tot eon beperking van de slour en
officieele omslachtigheid, welke in
Engeland als «red tape" bekend en
berucht is geworden, maar welke ook
in de Vereenigde Staten volstrekt niet
ontbreekt.
Op den Western-Maryland Spoor
weg in Amerika zijn een reizigers
trein en een ballasttrein tegen elkaar
gereden. Er werden 18 menschen ge
dood en 20 gewond van wie enkele
zeer ernstig.
Oorspronkelijke novelle van Til. STORM.
23)
Die was nog van baar grootvader Zij wierp
een blik op de muurkast; zij was bijna leeg;
maar door de glazen deuren zag zij de gesle-
i en bokaal daar staan, die baar vader zooals
rij zoo gaarne placht te vertellen, eens in zijn
Jeugd met ringrijden gewonnen had. Zij nam
den beker er uit en zette hem bij het bord
van den opperdijkgraaf. Daarop ging zij naar
het raam, want zij hoorde de rijtuigen reeds
tegen de terp oprollen het eene na het andere
hield voor het huis stil, en vroolijker dan zij
gekomen waren, sprongen de gasten van hunne
zitplaatsen op den grond. In de handen wrij
vende en pratende drongen allen de kamer
binnen; niet lang duurde het of men nam aan
den feestelijken diseh plaats, waarop de goed
toebereide spijzen dampten, de opperdijkgraaf
en de dominé in de opkameren al spoedig
weerklonken overal drukke en luide gesprek
ken, alsof hier nooit het sombere zwijgen van
den dood had geheerscht. Zwijgend, het oog
op de gasten geslagen, ging Elke met de mei
den de tafel rond, om te zorgen, dat er niets
bij het lijkmaal vergeten werd. Ook Hauke
Haien zat in de woonkamer met Öle Peters
en andere kleine grondeigenaren.
Toen de maaltijd afgeloopen was, werden
de lange piipen uit den hoek gehaald en aan
gestoken en had Elke het weer druk met den
gasten koffie aan te biedenwant ook die werd
heden niet gespaard. In de woonkamer stond
de opperdijkgraaf aan den lessenaar van den
zooeven begravene in druk gesprek met den
dominé en den grijzen heemraad Jewe Man
ners. «Alles goed en wel, mijne heeren," zeide
de eerste; «den ouden dijkgraaf hebben wij
zooeven de laatste eerbewezen, maar waar
vinden wij een nieuwen Ik denk Manners,
dat gij u wel met deze waardigheid zult
moeten laten bekleeden
De oude Manners nam glimlachend het
kalotje van zijn grijze haren. "Mijnheer de op
perdijkgraaf," zeide hij, »dat zou groote gek
heid zijn. Toen de nu overleden Tede Volkerts
dijkgraaf werd, koos men mij tot heemraad en
dat ben ik nu al veertig jaar!"
«Dat is geen gebrek, Manners; dan ben je
zoo veel te beter met de zaken bekend en
zul je er niet veel moeite mee hebben!"
Maar de grijsaard schudde het hoofd»Neen,
neen, mijnheer, laat mij maar waar ik ben,
dan loop ik misschien nog wel een paar j aar mee."
De dominé stemde met hem in: «Waarom,"
zeide hij, «de betrekking niet opgedragen aan
hem, die haar gedurende de laatste jaren fei
telijk toch bekleed heeft?"
De opperdijkgraaf keek hem aan«Ik be
grijp u niet, dominé
Maar de dominé wees met den vinger naar
de opkamer, waar Hauke op langzame en
ernstige wijze twee bejaarde lieden iets scheen
uit te leggen.
«Daar staat hij," zeide hij «die lange Fries met
zijn verstandige, grijze oogen, dien mageren neus
en die knobbels op het voorhoofd. Hij was
knecht bij den ouden dijkgraaf en zit nu op
zijn eigen kleine hofstede; hij is alleen nog
maar wat jong!"
«Hij schijnt een dertiger" zeide de opper
dijkgraaf, den hem aldus voorgestelde nauw
lettend gade slaande.
«Hij is nauwelijks vierentwintig." merkte
de heemraad Manners op; «maar dominé heeft
gelijk, al die goede voorstellen, die gedurende
de laatste jaren door den dijkgraaf, wat be
treft dijken en sluizen, gedaan werden, waren
van hem afkomstig; want de oude man zelf
was op het laatst niets meer."
«Zoo, zoo?" zeide de opperdijkgraaf; en gij
denkt, dat hii nu ook de aangewezen man
is, om zijn ouden meester in dieDS betrekking
op te volgen."
«De aangewezen man zou hij anders wel
zijn," antwoordde Jewe Manners, «maar hem
ontbreekt wat men hier klei onder de voeten"
noemt; zijn vader bezat zoowat vijftien en hij
zal ongeveer twintig pondemaat hebbenmaar
daarmee is tot nu toe nog niemand hier dijk
graaf geworden."
De dominé opende den mond reeds, alsof
hij daar iets tegen inbrengen wilde, toen Elke
Volkerts, die al een poosje in de kamer was,
zich plotseling bij hen voegde. «Wilt n mij
vergunnen, een woordje te spreken," vroeg zij
den opperdijkgraaf, «om te voorkomen, dat
uit een dwaling een onrecht voortvloeide
«Zeker, juffer Elke, ga uw gang!" ant
woordde deze«wijsheid van knappe meisjes
lippen klinkt altijd goed."
«Het is geen wijsheid, mijnheer, ik wil
u alleen maar de waarheid zeggen."
«Ook die moet men immers kunnen hooren,
juffrouw Elke!"
Het meisje liet hare donkere oogen nog
eens naar alle kanten gaan, alsof zij er zich
van wilde vergewissen, dat er geen overtol
lige ooren in de buurt waren.
Wordt vervolgd.)