NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. VERSTREKT immn FEUILLETON. DE SCHIMMELRIJDER. BINNENLAND. flo. 64. Zaterdag 12 Augustus 1905. Vier-en-dertigsten jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door het geheele Kijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69. ADVERTENTIÊN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/a Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte H. M. de Haar voornemen nog deze maand vertrekken. In October zal milie voor eenige goed Dobbin, in trekken. Koningin moet van hebben afgezien om naar 't buitenland te de Koninklijke Fa- weken naar 't land Mecklenburg, ver- H. M. de Koningin-Moeder kwam Donderdagmiddag met den trein van 12 54 te Zutfen aan, bij het station door een dichte menigte zeer levendig toegejuicht. Op het perron werd H. M. o.a. opgewacht door den burgemeester, den heer Storm Buysing, wiens jongste dochtertje H. M. een ruiker aanbood. De rijtocht ging eerst naar het Oude en Nieuwe Gasthuis (krankzin nigengesticht), waar een bezoek werd gebracht aan de zaal 2e kl. Hier werd H. M. ontvangen door provisoren, de heeren Stolk, Brunings, Albers, Sta ring en Bom Colthoff, secretaris, den rentmeester, den heer Kuipers, en de doctoren Bijl, Franken en De Fije later voegden de hoofdverplegers en hoofdverpleegsters der afdeelingen zich hierbij. De president-provisor, mr. J. L. A. Stolk heette H. M. welkom. Vervolgens werd een wandeling gedaan door het gebouw en de tuinen. De verschillende werkplaatsen (timmer mans-, schilders-werkplaats, weverij, mattenvlecbterij, bebangerij, schoen makerij), worden bezichtigd, en dan gaat het langs de bakkerij naar het Wilhelmina-plein, waar een Wilhel- minaboom staat en waar een borst beeld van de Koningin in den muur van het paviljoen prijkt. In de le kl. zaal teekent H. M. haar naam in een boek, en hierna wordt voortgeschreden naar de kerk, waar eenige patiënten, naast het orgel gezeten, Psalm 134 zingen: «Dat 's Heeren zegen op u daal". Er wordt nu een bezoek gebracht aan het Bornhof, oud-mannen- en vrouwenhuis. Een wandeling wordt gedaan door het gebouw; in alle afdeelingen neemt H. M. een kijkje, ook in de keuken. Van het Bornhof gaat het nu naar de Groote- of St. Walburgkerk, waarin de heer Brandts Buys Sr. het orgel bespeelde. Hier zijn de kerkvoogden aanwezig om 11. M. te ontvangen. De waarnemende voorzitter, de lieer J. W. van Dieren heet de Vorstin welkom en herinnert er aan dat het juist acht jaar geleden is, dat Koningin Emma met Prinses Wilhelmina Zutfen bezocht. Dr. K. O. Meinsma, de archivaris, geeft vervolgens aan H. M. uitlegging omtrent de kerk en de Librije. Bij het verlaten der Librije teekende H. M. haar naam in een nieuw bezoekboek daarbij lag het boek, waarin acht jaar geleden Moeder en Dochter Haar naam geschreven hebben. Vervolgens ging de tocht naar het feestterrein der Landbouwtentoonstel ling in het fraaie Coenen-park, waarna met veel belangstelling het bekroonde vee werd bezichtigd. Bij Haar vertrek betuigde H. M. Hare groole ingenomenheid met het geen Zij had gezien. Om halfdrie arriveerde Prins Hen drik per rijtuig van Het Loo aan de Lange Brug. Z. IC. H. werd opge wacht door baron Van Nagell, bur gemeester van Warnsveld en presi dent der regelingscommissie, en mr. Van Marle, ondervoorzitter der Maat schappij. Van daar ging het naar de tentoonstelling. Het bezoek van den Prins was incognito. Het vaandel, bestemd voor het lie reg. inf. zal op 4 September a.s. door H. M. de Koningin aan den regimentscommandant, kolonel D. L. Hoogkamer in de legerplaats te Milligen op plechtige wijze worden uitgereikt. Het regiment zal daarbij door een detachement van 100 man worden vertegenwoordigd Ncd. OndcrwijsgenooUchap. Het hoofdbestuur van het Neder- landsche Onderwijzers-genootschap heeft besloten le. De vereeniging «Volksonderwijs", den Bond van Nedeil. Onderwijzers en de Hoofdvereen. uit te noodigen om gezamenlijk een onderzoek in te stellen naar het gebrek aan plaats ruimte op de openbare scholen 2e. in den loop van den winter een onderzoek in te stellen naar het bezoek aan de herhalingsscholen en de moei lijkheden, bij de inrichting van dat onderwijs ondervonden 3e. een oqderzoek te doen naar het getal scholen met 21 tot 45 leerlingen en, in verband daarmede, naar het getal onderwijzers zonder betrekking 4e. te onderzoeken welke gemeenten na 1 Januari 1906 een hooger school geld heffen dan den kostenden prijs. Historische Optocht te Maastricht. De Historische Optocht van 13 en 15 Augustus te Maastricht belooft schitterend te worden als geen zijner vele voorgangers. Zoowel wat betreft het aantal deel nemers, hetwelk enorm veel grooter is dan ooit te voren, als wat aan gaat de prachtige wagens en de rijk dom der costuums (grootendeels ge leverd door het Nederiandsch kostuum- magazijn voorheen Helmhout Co. te Amsterdam). Het comité van toezicht heeft gisteren zij»H«$isten rondegang ge daan de laalste hand is gelegd aan ^r-elalwagens,yCostumes en paarden tuigen, boomen zijn gesnoeid, telefoon draden weggenomen en lantaarns verplaatst om vrijen doorgang te geven aan de wagens-hooger dan-een- huis. Uitgebreide maatregelen voor een goede orde zijn genomen. Elke deel nemende vereeniging zorgt voor com missarissen van orde, en daarenboven staat het geheele politiecorps die twee dagen mèt nog bereden rhare- chaussees onder liet opperbevel van den Inspecteur van Politie. Om zich niet enkel te bepalen tot een eenvoudigen rondegang door de stad, heeft de organiseerende vereeni ging «Maastricht Vooruit" het gelukkige idee gehad dezen optocht te doen gepaard gaan met een hul diging van Lands- en Stadsbestuur. Deze plechtigheid zal des Zondags namiddags ten 3 ure op het afgesloten marktterrein, vóór het gemeentehuis plaats hebben, en de vereeniging is zoo gelukkig geweest er in te slagen om Mevrouw van Ollefen, lid van het Kon. Nederl. Tooneei, een onzer be kendste Nederlandsche arlisten, bereid te vinden, zich van deze huldiging te kwijten na te voren een gedicht, spe ciaal voor deze gelegenheid vervaar digd, gezegd te hebben. Des Dinsdags dag waarop tevens des ochtends 11 uur de vermaarde Lieve Vrouwe processie gehouden wordt zal de optocht wederom ten 2'/» uur uittrekken en zal des avonds op 't Vrijthof eene reünie (vei lichting en concert-promenade) plaats vinden. Watergebrek In Friesland heerscht op de zand gronden groot gebrek aan water. De slooten zijn uitgedroogd, zoodat men ver van uit wijken, kanalen of pompen water in de weide moet brengen. Gras is er weinig, zoodat er reeds vee ge stald is of in de weide met hooi ge voederd wordt. Door den lagen waterstand beginnen vele pompen, die geregeld heerlijk water geven, nu kwalijk riekend water te geven. De regenbakken zijn slecht voorzien, zoodat in sommige plaatsen reeds 3 cent voor een emmer drink water betaald wordt. Uit de meren wordt drinkwater aangevoerd. Natuurverschijnselen. Het onweer, dat Woensdagavond boven Arnhem woedde, ging verge zeld van verschillende natuurverschijn selen. In het begin, toen de bui nog ten Z. O. van de stad hing, werd men eerst hoog aan de lucht een z.g.n. vallende ster gewaar, die na een oogenblik verdween. Ongeveer vijf minuten later werd in Z. O. richting, op ruim 20 gr. hoogte, een vuurbol zichtbaar, die eerst ongeveer 15 sec. onbeweeglijk in de lucht bleef hangen en toen tamelijk langzaam daalde, daarbij zich in zes deelen splitsend. Even daarna verscheen een tweede bol, die iels grooter was, nog lang zamer daalde, daarna weer eenigen tijd bleef hangen en toen uit elkaar barstte. Ten slotte zag men kort achter elkaar nog twee bollen, die wel kleiner waren, maar overigens zich als hun voorgangers gedroegen. Geen van alle vuurbollen scheen den grond te bereiken. (Arnh. Cl.) Stoffige kogelflcschjes. De Volksgezondheid, populair hy giënisch tijdschrift, van 1 Augustus, wijst op de verregaande achteloosheid om kogelfleschjes in allerlei stof en in een onzuivere atmosfeer te laten staan. «Langs stoffige wegen worden de llesclijes vervoerd in open manden en in pakhuizen worden zij vaak langen tijd bewaard of in lokalen waar de dampkring door rook en vuilen damp verontreinigd wordt «Het kan niet anders of er moet zicb, reeds na korten tijd dikwijls, een laag vuil en stof afzetten op het ko- DEriEOERLflUDSCHE HonDELSBflnK Koninklijk goedgekeurd Amsterdam. Oorspronkelijke novelle van TH. STORM. 38) Yan den noordwestelijken hoek had men langs Jeverszand een ruim uitzicht op de Wad den maar de wind kreeg er iemand ook zooveel te feller te pakken, de haren fladderden om het hoofd, en wie hier wilde uitkijken, moest zijn muts vast op het hoofd hebben. Het laatst van November, toen het begonnen was te stormen en te regenen, moest nog slechts vlak bij den ouden dijk het gat gesloten worden, op welks bodem het zeewater door de kil den nieuwen polder binnendrong. Aan weerszijden verhief zich de dijk; de afgrond daartusschen moest nu verdwijnen. Droog zomerweer zou dit wel veel gemakkelijker gemaakt hebben; maar het moest nu toch gebeuren; want een onverwacht opkomende storm kon alles in ge vaar brengen. En Hauke spande al zijn krachten in, om het werk te voltooien. De regen stroomde, de wind floot, maar zijn magere gestalte op den vurigen schimmel dook nu hier dan daar uit de donkere menschenmenigte op, die aan den Noordkant zoowel boven als onder aan den dijk bij de kil aan 't werk was. Nu zag men hem onder bij de /vipkarren, die dejtlei ver weg uit de uiterw/tarden moesten kffuenj uist kwam er een aanzienlijk aantaLJnj de kil aan om daar den lastlaf te wer Te midden vanNagjJjlarteren van den regen en het ruischen van den wind klonken van tijd tot tijd de op scherpen toon uitgesproken be velen van den dijkgraaf, die hier vandaag alleen wilde gebieden. Hij liet de karren een voor een voorkomen en wees hen, die naar voren drongen, terug; een «halt I" klonk dan uit zijn mond; het werk beneden rustte; «strooeen voer stroo naar beneden!" riep hij hun, die boven stonden, toe, en van een der bovenstaande wagens wierp men de bossen op de natte klei. De mannen beneden sprongen daar midden tusschen en trokken ze uit elkaar en riepen naar hoven, op te passen dat men hen niet daaronder begroef. En telkens opnieuw kwamen er karren aan en Hauke was reeds weer boven en keek van zijn schimmel in de kloof neer en zag hoe zij daar groeven en werkten. Toen liet hij zijn oogen over het haff dwalen. Het woei hard en hij zag hoe de zoom van het water al meer en meer tegen den dijk opklom en de golven zich steeds hooger verhievenhij zag ook hoe druipnat de menschen waren en hoe zij bij het zware werk nauwelijks konden adem halen, daar de wind hun de lucht benam, terwijl de kille regen hen doorweekte. «Volhouden, manfterff*volhouden riep hij hun toe. «Nog maar één voet hooger en dan is het voor dezen vloed genoegEn te midden van het razen der elementen hoorde men het gedruisch der werklieden, het neerkletsen der naar beneden gestorte klei, het ratelen der- karren en het ritselen van het in de kloof ge worpen stroo. Daartusschen had men zoo nu en dan het keffen van een kleinen, gelen hond vernomen, die bibberend van koude en als ver loren tusschen de menschen en wagens heen en weer gejaagd werd. Plotseling klonk van beneden uit de kloof het jammerlijke gejank van het kleine dier. Hauke keek naar beneden hij had het er van boven in zien slingeren; een toornige blos kleurde plotseling zijn gelaat. «Halt, houdt opl" riep hij den mannen bij de karren toe, want de natte klei werd nog voort durend afgeworpen. «Waarom?" riep een ruwe stem van be neden; «toch niet om dien ellendigen hond?" «Halt zeg ik," schreeuwde Hauke weer; «brengt den hond bij mijBij ons werk zal niets misdadigs gebeuren Maar geen hand bewoog zich, alleen vlogen nog een paar schoppen taaie klei het jankende dier om de ooren. Toen gaf hij zijn schimmel de sporen, zoodat deze van pijn hinnikte, en stormde den dijk af en iedereen deinsde voor hem achteruit, «Den hond!" schreeuwde hij, «ik wil den hond hebben!" Een hand tikte zacht op zijn schouder, alsof het die van Jewe Manners was, maar toen hij omkeek, zag hij slechts een vriend van den ouden man. «Neem u in acht, dijkgraaf," fluisterde deze hem toe. «Gij hebt geen vrienden onder deze menschen; bemoei n verder niet met dien hond De wind floot, de regen kletterdede mannen hadden de spaden in den grond gestoken, som migen zelfs hadden ze weggeworpen. Hauke wendde zich tot den ouden man«Wilt gij mijn schimmel even vasthouden, Harke Jens?" vroeg hijen nauwelijks had de grijsaard den teugel in de hand, of Hauke was reeds naar beneden gesprongen en hield het jankende dier in zijn arm; en bijna op hetzelfde oogenblik zat hij ook al weer in den zadel en keerde naar den dijk terug. Zijn oogen vlogen over de mannen, die bij den wagen stonden. «Wie was het?" riep hij; «wie heeft het beest naar beneden gegooid?" Een oogenblik zwegen allenwant het magere gezicht vau den dijkgraaf gloeide van toorn, en men koesterde een bijgeloovige vrees voor hem. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1905 | | pagina 1