NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. DE SCHIMMELRIJDER. flo. 73. Woensdag 13 September 1905. Vier-en-dertigsten jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Zon er leven ie te tap zijn? BUITENLAND. Tartarengrnwelen in Kaukasië. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door bet geheele Rijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer Tl, Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte De jeremiade na den jongsten Oranjedag algemeen verzucht: »wat was bet hier toch weer een dooie boel", heeft in zooverre iets teweeg gebracht, dat nu voor de zooveelste maal het plan wordt opgeval om er voortaan op onze nationale feestdagen wat leven in te brengen. Niettegen staande reeds menige poging faalde, wordt er nog maar weer eens be proefd of onze nationale gedenkdagen in Amersfoort niet evengoed als elders passend kunnen worden gevierd. Tegen hedenavond acht uur is in het hotel »De Vergulde Zwaan" een vergadering belegd, waartoe allen die willen medewerken om ook voor de Amersfoorters den Koninginnedag tot een feestdag te maken, vriendelijk worden uitgenoodigd en waarin ge tracht zal worden een vaste Oranje vereniging op te richten. Juist! Een vaste vereeniging, die permament de feestelijke viering van den Koninginnedag, beter nog van de nationale gedenkdagen in het alge meen, ter hand neemt, opdat zulks niet langer afhangt van het toeval, of ook eenige heeren eens een balletje opwerpen om eens iets te doen. Als de zaak flink wordt aangepakt is het toch niet zoo'n enorme moeielijk- heid met vereende krachten en finan- tiecl gerugsteund door gansch de burgerij, jaar op jaar, een waardig feestprogramma uit te voeren. Maar dan moeten de ingezetenen mede werken en vooral finantieel wat toe schietelijk zijn. Zonder een flink voorziene beurs kan zelfs de meest ijverige commissie niets uitrichten; feestvieren kost nu eenmaal geld en men kan zich niet uitsluitend op een eventueel gemeentelijk subsidie ver laten. Dringend noodzakelijk voor het bij voortduring slagen van den arbeid der organiseerende vereeniging is, dat zij op vaste bijdragen kan rekenen. Anders zal het elke commissie of vereeniging gaan als haar voorgang sters, die zonder uitzondering na een enkel geslaagd feest gingen kwijnen en zelfs zonder plechtig uitgeluid te zijn, naar het rijk der historie ver huisden. Thans staan wij voor een onhoud- baren toestand. Het volk wil nu een' maal feestvieren en wie zou dat wil len afkeuren. Maar als het volk niet anders te zien krijgt dan wat wap perende vlaggetjes en berichten in de Pers hoe gezellig men in andere plaatsen feest viert de parade kan het overgroote deel niet eens bijwonen dan gaat het op eigen gelegenheid aan het «feesten" en wij allen weten wat soort tooneeltjes wij dan te ge nieten krijgen. Dan organiseert Bachus, en hij desorganiseert meteen Vooral in den avond van zoo'n dag wordt het dan een walgelijke dron- kenmansboel. Dit nu kan zoo ge makkelijk voorkomen worden, want indien het volk maar de gelegenheid wordt geboden passend feest te vieren, dan geschiedt zulks ook wel. De ondervinding heeft toch ook hier in Amersfoort doen zien, dat indien er gezorgd wordt voor een pakkend, den dag goed vullend programma, van wanordelijke tooneelen niets is te bespeuren. En bij dat alles komen nog de kinderen, die heusch wel iets meer dan een vacantiedag mogen hebben. Om een schoolfeestje te organiseeren, daartoe zijn altijd krachten beschik baar. Laat de algemeene vereeniging of commissie de leiding hebben en voor schoolfeestjes zich van de mede werking der onderwijzers verzekeren. En ten slotte dit: laat men nu bijeenkomen met den ernstigen wil tot samenwerking. Laat nu niet ieder op zijn eigen torentje gaan zetelen, maar loyaal zich beschikbaar stellen om flinke volksfeesten tot stand te brengen. Hier in Amersfoort zijn er nog altijd zoovelen, die te spoedig op hun teenen zijn getrapt en zich eeu wig en altijd gepasseerd of genegeerd achten. Dat moet nu terzijde. Krach tig en enthousiast, maar bovenal kalm, moet thans de koe bij de horens worden gepakt, opdat men nu eens vasthoude. Zeer zeker vinden wij dan onze goede stad in volgende jaren bovenaan op de lijst der gemeenten, waar recht prettig en bijzonder waardig is feest gevierd op den veijaaidag der beminde koningin of op de nationale gedenkda gen, die wij allen moeten in egrehouden. Komaan: persévérance triomphe de tout De ongehoorde gruweldaden van de Tartarenbevolking in het Russische gebied van den Kaukasus, komen eigenlijk niet onverwacht. Kaukasië, dat verdeeld is in zeven gouvernementen, en in het midden door een hoogen bergrug gesneden wordt, is een van de dichtst bevolkte gedeelten van het czarenrijk. Er wo nen, ondanks de betrekkelijk kleine oppervlakte tien millioen menschen. 't Is nauwelijks een eeuw geleden, dat de ,Russische keizers het gebied in bezit namen en eigenlijk is het nog maar een veertig jaren geleden, dat de bevolking delinitief aan de Russische overheersching werd onder worpen. De onderwerping kostte heel wat bloed. In vinnige gevechten tegen de Jesghis's en de Circassiërs, die bekend stonden om hun wreede han delwijze door gevangenen hoofd en handen af te snijden, en aan wier hoofd zich de legendarische en onver moeide Schamyl bevond, werd ten laatste de tegenstand gebroken. In werkelijkheid echter, is het na den dood van Schamyl in 1871 nim mer rustig geweest in Kaukasië. De vertegenwoordigers van verschillende gelooven en rassen zijn onophoudelijk met elkander aan het plukharen Ma- homedanen en Christenen, speciaal Tartaren en Armeniërs grijpen elke gelegenheid aan om elkander op de meest bloedige wijze te bestr ijden en dikwijls komt het voor, dat Kaukasië het tooneel is van een burgeroorlog. Een nieuw element voor onlusten kwam met de industrie in het land In bet begin had de Russische petro leum een scherpe concurentie te voe ren met de Amerikaanscire. Wasech ter de opbrengst van de bronnen in Kaukasië in 1862 50.000 ton, in 1894 bracht dit gebied 5 millioen ton aan de markt en in 1903 was dit cijfer zelfs nog verdubbeld. De werklieden, uit noordelijker streken des lands gekomen, vermeerderden de botsingen nog. Al voor den oorlog met Japan had er een groote opstand plaats. In Sep tember 1903 gingen te Bakoe Tarta ren en Armeniërs elkaar te lijf. Maar gedurende den oorlog scheen Rusland in deze streek de rest van zijn gezag geheel in te boeten. Rond Tiilis en Elisabethpol heerscht sedert een maand of zes een zuivere anarchie. Nog geen drie maanden geleden was Batoem de groote haven van de pe- troleumstreek aan de Zwarte Zee, het tooneel van menschenslachtingen op groote schaal. De toestand was toen zoo ernstig, dat de groote scheep vaartmaatschappijen in het buiten land tijdelijk den dienst op Batoem onderbraken. Thans laait en brandt het vooral aan den Westelijken oever van de Kaspische zee. 't Is moeilijk na te gaan, aan wie de eigenlijke oorzaak thans moet worden toegeschreven. Onwaarschijnlijk klinkt het met het oog op den omvang van den opstand niet, dat de Tartaarsche bevolking een strijd tegen het Russische régime op 't getouw heeft gezet om hun land zelfstandig te verklaren of onder Turksche heerschappij te brengen. Dat wordt ook waarschijnlijk ge maakt door de organisatie van den opstand. Ook zijn er die beweren, dat Turksche agenten al lang aan het stoken zijn geweest om den heiligen oorlog te doen uitbarsten. De ambte naren bevestigen, dat zij 't bewijs hebben, dat Turksche handlangers het land afloopen om de bevolking op te zeepen. De tartaren zouden het voornemen hebben Bakoe en Schoescha te be legeren Bakoe, de veel geteisterde hoofd stad van het gelijknamige gouverne ment, is gelegen aan en 6 7 M. boven de Kaspische Zee. De stad (in 1897 112.000 inwoners) ligt ge deeltelijk op een schiereiland en het zuidelijk gedeelte van do baai wordt ingenomen door de Europeesche wijk met de aanlegplaats der stoombooten, het huis van den gouverneur enz. Aan den noordelijken oever blijkt de z.g. zwarte stad te liggen, het middel punt van de petroieurnindustrie met nauwe stegen en huizen met platte daken, die op de helling van een heuvel zijn gebouwd De petroleumbronnen liggen hoofd zakelijk ten noorden van de stad bij de dorpjes Balakani, Saboentchi en de vlekken Romani, en Bibi Erbat. De gouverneur heeft een dringend telegram naar Tiflis gezonden, waarin hij meldt dat zijn troepen allerwegen zijn omsingeld door de Tar taren en onvermijdelijk zullen moeten bezwijken, als hem geen onmiddellijke hulp wordt gezonden. Indien troepen ontbreken voor on middellijke beteugeling, zal heel het land te vuur en te zwaard gezet en al de bevolking van steden en dorpen totaal uitgemoord worden. Te St. Petersburg beschouwt men den toestand als uiterst bedenkelijk. De beheerders der bronnen vergaderden in de Nobelfabriek om te beraad slagen over den toestand. Zij hebben geseind aan den keizer «Bloedige botsingen hebben voort durend plaats te Bakoe. De door schrik bevangen bedienden ontvluchten de stad. Naphtaontginningen, die Oorspronkelijke novelle van TH. STORM. 47) "Het was zoo erg niet," zeide hij met een ge voel van verlichting tot zich zelf, «je hebt gister je zelf bij den neus gehad I" Hij riep de heemraden samen en zonder tegenspraak werd tot het werk besloten, iets, wat nog nimmer gebeurd was. Het was den dijkgraaf, alsof hij de weldadige werking van een ver sterkende rust door zijn nog verzwakt lichaam voelde stroomenen na verloop van eenige weken was alles weer flink in orde gebracht. Het jaar verliep allengskens, maar hoe ver der het in den tijd kwam en hoe meer de zoden haar groene grassprietjes door de strooheklee- ding heenstaken, hoe onrustiger Hauke de plaats voorbijreed; en het kwam zoo ver dat Hauke met eigen handen alles wel weer zou hebben willen uitdrukkenals een belichaamde gewetenswroeging lag dit stuk dijk voor zijn oogen. En toch, zijn hand kon er niet aan raken; en met niemand, zelfs niet met zijn vrouw, kon hij er over spreken. Zoo was de Septembermaand eindelijk in het land geko men; op een nacht was het begonnen te stormen en de wind was naar het Noord- Westen gedraaid. Den somberen voormiddag die er op volgde, reed Hauke (weer was het eb) over deD dijk, en een huivering liep door zijn leden, toen hij zijn oogen over de Wadden liet gaan. Daar, in het Noord-Westen, zag hij plotseling weer, en nog scherper en dieper uitgewoeld, de schrik wekkende nieuwe bedding der kil; hoe zeer hij zijn oogen ook inspande, zij wilde niet meer verdwijnen. Toen hij thuis kwam, greep Elke zijn hand: «Wat scheelt je, Hauke?" zeide zij, toen zij hem in het sombere gelaat zag; «er dreigt toch geen nieuw onheil? Wij zijn nu zoo ge lukkig; het komt mij zelfs voor, dat gij nu met allen vrede hebt Na deze woorden was hij niet in staat haar het gevoel van vrees te beschrijven, dat hem vervulde. «NeeD, Elke," zeide hij, «niemand legt mij iets in den weg; maar het is een zware ver antwoordelijkheid, de gemeente tegen God's zee te beschermen." Hij maakte zich los, om de verdere vragen der innig beminde vrouw te ontwijken. Hij liep rond door stal en schuur, alsof hij alles moest nazienmaar hij keek niet eens om zich heen: hij spande slechts alle krachten in, om zijn ge weten te sussen en zich zelf te overreden, dat zijn angst ziekelijk overdreven was. «Het jaar, waarvan ik nu vertel," zeide na een poosje mijn gastheer, de schoolmeester, «was het jaar 1756, dat in deze streek nooit vergeten zal wordenIn Hauke Haien's woning bracht het een doode. Met het einde van Sep tember lag in de kamer, die zij in de schuur bewoond had, de bijna negentigjarige Trijn Jans op sterven. Men had haar, op haar wensch in de kussens overeind gezet, en haar oogen zwierven door de kleine, in lood gevatte ruitjes in de verteginds aan den hemel moest een ijlere luchtlaag boven een dichter laag liggen, want de luchtspiegeling hief de kim op, zoo dat op dit oogenblik de zee als een glinsterende zilveren streep over den rand van den dijk heen zichtbaar was en haar verblindende glans de kamer hinnenzond. Ook de zuidelijke punt van Jeverszand was duidelijk te zien. Aan het voeteinde van het bed hurkte de kleine Wienke neer en hield met haver han den de hand haars vaders, die daar naast stond, vast. Juist was de dood begonnen zijn merk op het gelaat der stervende te drukken, en het kind staarde ademloos op de akelige, on begrijpelijke verandering van het leelijke, maar haar zoo welbekende gezicht. «Wat doet zij Wat is dat, vader?" fluisterde zij vol angst en wrong daarbij haar nagels in de hand van haar vader. Zij sterft!" zeide de dijkgraaf. «Sterft!" herhaalde het kind en scheen zich toen in verwarde gedachten te verdiepen. Maar de oude vrouw was nog niet dood; nog eens bewoog zij de lippen en gillend, als een noodkreet, kwamen de woorden haar uit de keel en hare magere, beenige armen strek ten zich naar de zee uit, die daar buiten glin sterende; «Help mij! Help mij! Gij zijt immers boven water God zij de anderen genadig Haar armen vielen neer; een zacht kraken van het ledikant werd vernomen; zij had op gehouden te leven. Het kind slaakte een diepen zucht en sloeg de doffe oogen tot haar valer op. «Sterft zij nog al?" vroeg zij. «Zij heeft het volbracht!" zeide de dijkgraaf en hij nam het kind op zijn arm. «Zjj is nu verre van ons bij Onzen Lieven Heer!" «Bij Onzen Lieven Heer!" herhaalde het kind en zweeg een poosje, alsof het over die woorden moest nadenken. «Is het daar goed, bij Onzen Lieven Heer?" «Ja, nergens is het beter." Maar Hanke's gemoed was nog vol van de laatste woorden der stervendeGod zij de anderen genadig!" Wat bedoelde de oude heks? Zijn dan de stervenden profeten? (.Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1905 | | pagina 1