NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
HUITEN LAND.
No. »7.
Woensdag 1 November 1905
Vier-en-dertigsten jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
HET KIND DER PRAIRIE.
Amersfoortsc
Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk f 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/j Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote-letters en vignetten naar plaatsruimte
Toestand in Rusland.
De correspondent van de «Standard"
te Odessa geeft de volgende schets
van den toestand aldaar
De nachtelijke aanblik van de stad
stemt in hooge mate somber en
herinnert geheel en al acti een stad,
die door een vijand is bezet. Alle
publieke inrichtingen zijn gesloten,
er is geen enkele plaats meer, waar
personen bijeenkomen.
De straten zijn verlaten. Wacht
posten staan op eiken hoek en de
pleinen worden ingenomen door halve
bataljons, met de geweren aan rotten.
Er staan zoovele schildwachten, dat
ik 10 minuten noodig heb gehad
om den weg af te leggen van mijn
huis naar het telegraafkantoor. Drie
maal werd mijn rijtuig aangehouden
Een norsch officier liet mij niet door,
alvorens ik mijne telegrammen had
getoond.
Slechts één gebouw is schitterend
verlicht, de universiteit nl., waar de
studenten nog hunne eigenlijk ver
boden nachtelijke vergaderingen hou
den
Hetzelfde blad verneemt uit Peters
burg: De stakers hebben gebrek aan
middelen, ze kunnen hun onderhoud
niet bestrijden uit de geringe toe
lage, die hun door de vakvereenigingen
worden uitbetaald. Het laat zich voor
zien, dat de spoorwegstakers binnen
korten tijd liet werk uit gebrek zullon
moeten hervatten. Men stelt echter
pogingen in liet werk om de staking
te rekken tot a.s. Vrijdag, den ver
jaardag van den Tsaar.
Ook in Tiflis is de toestand zeer
gespannen. Men hoort voortdurend
het knallen der geweren, dicht bij liet
station zijn een aantal personen ver
wond. De werklieden van de tabaks
fabriek van Enfidajiantz schoten uit
het dak en de vensters op de politie
en de troepen. Aan beide zijden vielen
talrijke dooden en gewonden.
Er komen alleen militaire treinen
aan, die uit het Noorden groote troe
pen reservisten aanvoerendeze plun
deren op hunne reis de winkels in de
buurten der stations, die ze aandoen.
Zaterdagavond was de stad in vol
slagen duisternis gebuid, daar de lan
taarnopstekers hun arbeid hadden neer
gelegd een doodsche stilte heerschtti
in de ledige stralen.
De gouverneur heeft een proclamatie
uitgevaardigd waarin hij de huiseige
naren gelast zelf voor verlichting te
zorgen niet de bedreiging, dat degene,
die dit bevel niet nakomt gestraft zal
worden met een boete van 3000 Rbl.
of drie maanden gevangenis.
De toestand van Zaterdag in Peters-
burg wordt in een telegram in de
»Köln. Zeit." aldus geschetstVan den
vroegen morgen af tot tegen 12 uur,
«aren de straten bijna geheel verlaten,
Gedurende den nacht had men overal,
zoowel in het midden der stad als in
de voorsteden, meer of minder sterke
afdeelingen cavalerie, kozakken en
infanterie hooren marcheeren en zich
opstellen op de binnenplaatsen van
particuliere en staatsgebouwen. Bij
het ontwaken vond de bevolking op
üe hoeken van alle straten de reeds
door ons medegedeelde bekendmaking
van den gouverneur en bevelhebber in
Petersburg, genei aal Trepof, aange
plakt
Daar de leiders der beweging
hadden verklaard, dat ze thans
tegen wagengeweld met de wapens
zouden optreden en daar liet bekend
is, dat een menigte vuurwapens en
bommen onder de arbeiders en andere
opstandelingen zijn verdeeld, kon bij
de heerschende opgewondenheid de.
kleinste vergissing, de geringste on
doordachte handeling aanleiding geven
dat de wapens werden gebruikt en
een vreeselijk bloedbad werd aange
richt. Wie derhalve niet noodzakelijk
de straat op moest, bleef thuis. In
den loop van den dag verminderde
de spanning en had men niet dit
groote vertoon van troepen gezien,
dan had men kunnen denken zich
in een stad te bevinden, waar alles
zijn gewonen gang gaat en niet in
eene plaats, die veel overeenkomst
beeft met een buskruitvat, dat ieder
oogenblik aangestoken kan worden.
Toen liet avond werd, zag men
duizenden op straat die zich trots
hot verbod naar verschillende volks
vergade; mgen begaven, om zich te
vergasten aan de oproerige rede-
voeringen, die ze daar te hooren
zouden kiijgen. Op een dier ver
gaderingen zeide een redenaar: «Al
zou de Doema spreken als Mirabeau,
bare eischeii zullen toch niet door
het Russische volk aangenomen wor
den, want die eischen kunnen alleen
door geheel Rusland worden gesteld,
niet door de eene of andere groep
van personen zonder ruggesteun."
Een andere redenaar betoogde, dat
de quaestie der democratische inrich
ting van den Slaat in de eerste plaats
een vraag is van rechtvaardigheid.
«Aan alle klassen, die tezamen het
volk uitmaken, moet in gelijke mate
het recht worden gegeven om in
staatsaangelegenheden te beslissen.
Een geheel Russisch parlement volgens
het beginsel van het algemeen kies
recht is de «conditio sine qua non"."
En merkwaardig, al deze vergade
ringen, zelfs die waar men het hevigst
te keer was gegaan tegen de huidige
toestanden, verliepen kalm en ordelijk.
De ieideis hadden hunne hoorders
aangemaand iedeie botsing met politie
en soldaten te vermijden en deze ge
hoorzaamden. Deze ordelijkheid en
kalmte geeft hoop, dat het der regee-
ring niet wat verstand en goeden wil
zal gelukken zonder bloedvergieten
alsnog den vrede tusschen volk en
regeering le herstellen.
Volgens berichten uit de provincies
is de beweging overgeslagen naar de
veist afgelegen streken, naar Siberië
Transbalkalië en Midden-Azië. Het
Mandsjoerijsche leger is op het oogen
blik geheel en al afgesneden.
En overal is het niet slechts de jeugd,
die aan ,1e beweging meedoet, zelfs
kalme, bedaagde burgers, kiezen par tij
tegen de politie, die tegen schoolkin
deren met geweld optreedt. Verstan
dige menseden, die met de geheele
beweging niets te maken hebben, leg
gen zichzelf de vraag voor, hoe het
toch mogelijk is, dat er nog regeerings-
personen zijn, die in ernst gelooven
de beweging met maatregelen van
geweld te kunnen onderdrukken. De
teerling is geworpen. De toekomst
belooft der regeering weinig goeds.
Het Keizerlijk manifest.
Hel eerste deel van het keizerlijk
manifest dat gisteren werd uitge
vaardigd luidt aldus
«Wij Nicolaas II, bij de gratie Gods
Keizer en alleenbeeischer van geheel
Rusland, Tsaar van Polen, Grootvorst
van Finland, enz. enz.
«vetklaren aan al onze getrouwe
onderdanen, dat de troebelen en on
lusten in onze hoofdsteden en in
andere plaatsen van ons Rijk ons
hart met groote en smarlelijke.droet-
heid vervullen, daar het geluk van
den Russischen souverein onverbreek
baar verbonden is met het geluk van
het volk, en de smart van het volk
ook de smart van den Keizer is.
«Uit de legenwooidige troebelen
kan de algeheele nationale desorga
nisatie ontstaan, waardoor de ondeel
baarheid en de eenheid van ons Rijk
bedreigd zouden kunnen worden. De
hooge plicht, ons door onze souve-
reine loeping opgelegd gebiedt ons,
met geheel ons hoofd en geheel ons
hart er naar te stieven, het einde te
bewerken dier troebelen, welke zoo
gevaarlijk zijn voor onzen Staat.
«Wij hebben aan de verschillende
autoriteiten last gegeven maatregelen
te nemen om directe uitingen van
wanorde, onlusten en gewelddadig
heden te voorkomen, om vreedzame
heden, die kalm hunne plichten willen
vervullen te beschermen.
«Doch bovendien hebben wij het
noodig gevonden, om de algeuieene
maatregelen tot bevrediging van bet
openbare leven te doen slagen, meer
eenheid te brengen in het opperbe
stuur van den Staat.
«Wij dragen onze regeering op,
als volgt onzen onveranderlijken wil
uit te voeren
»lo. Aan de bevolking worden ver
leend de onwankelbare grondslagen
van de burgerlijke vrijheid, berustende
op wezenlijke onschendbaarheid van
persoon, vrijheid van geweten, van
het woord, van vereeni^ing en ver-
gadeiing.
»2o. Zonder dat de vroeger bevo
len verkiezingen voor de Rijksdoema
worden opgeschort, worden opge
roepen om aan deze verkiezingen
deel te nemen, voor zoover de korte
termijn voor de bijeenroeping der
Doema dit zal toelaten, de klasse
der bevolking, die thans geheel van
het kiesrecht verstoken zijn, terwijl
voorts de regeling van het algemeen
kiesrecht wordt overgelaten aan de
nieuw ingestelde wetgevende macht.
3o. Als onveranderlijke regel wordt
gesteld, dat geen enkele wet in kracht
kan treden, welke niet is goedge
keurd door de Rijksdoema Verder
zal aan de gekozenen van het volk
de gelegenheid worden gegeven daad
werkelijk toezicht te oefenen op de
wettigheid der handelingen van de
door ons benoemde ambtenaren.
«Wij loepen alle getrouwe zonen
van Rusland op, zich hun plicht jegens
hun land te herinneren, mede te
werken tot het doen eindigen der
ongehoorde onlusten, en met ons ge
meenschappelijk hun krachten te
geven tot herstel van de rust en den
vrede in hun geboorteland.
«Gegeven te Peterhof op 17/30
October 1905, in het elfde jaar onzer
Regeering.
NICOLAAS."
In het jongste verslag der Protes-
lantsche Gustaaf-Adolf-Vereeniging
worden met ingenomenheid twee op
merkelijke vooi beelden van Katholieke
FRANZ TRELLER.
8.
Daarop vroeg hij bescheiden: hoe mag ik u noemen Sir?"
De trapper lachte bij deze vraag, maar het was een bittere
lach.
Hahal jongen, ik heb hier in de steppe al verscheiden
namen gedragen, mij door de jagers en Indianen gegeven.
Zij noemden mij Buffel, Goliath, Sterke band, en meer van
die beteekenisvolle benamingen, die men in de wildernis
naar zijn uiterlijk of eigenschappen krijgt. Sedert eenige
jaren, na een kleine schermutseling met die spitsboeven, de
Kiotoa's, een Indianenstam die hier in de steppen bij den
Arkansas rondzwerft, waarbij ik twee van die kerels zoo
hard met de koppen tegen elkaar sloeg dat de hersenen
er uit spatten en waarbij ik nog op andere wijze opruiming
onder hen hield, noemen zij mij Grizzlij, den grijzen beer
en onder dezen naam ben ik nu zootamelijk algemeen onder
roodhuiden en blanken bekend. Ik ben echter ook geboortig
uit de Staten zooals gij jongen en bad eens een Christelijken
naam zooals de andere daar, maar dat is lang geleden. Hoe
je mij noemen moet Hm I zeg eenvoudig oom ik bad
vroeger een broers zoon die op u geleek, je herinnert mij
aan hem; zeg: oom, jongen, bet zal u geen familie verplich
tingen opleggen, voegde hij er lachend bij, welke lach even
als straks een bitteren, smartelijken grondtoon bad.
«Kort en bondig noem mij oom."
"Best oom," antwoordde Paul, zóó zal ik u noemen."
Even daarna vroeg de knaapen woont u hier alleen in
deze troostelooze eenzaamheid?"
"Troostelooze eenzaamheid, jongen? Maar gij kent de
verhevenheid van Gods vrije schepping niet, ge weet niet
wat ge zegt. Er is niets heerlijker in deze wereld dan deze
eindelooze steppe. Eenzaamheid? Jongen; hier spreekt alles
tot een mensch die een ziel eD een hart in zijn borst beeft.
De hemel, de wolken, zon en sterren, de wind, bet zij die
zacht suist of verderfbrengend stormt, de planten en bloemen
der prairie, de dierenwereld, van de nietige kever af tot
de machtige buffelstier toe, alles spreekt verstaanbaar tot
den mensch op verhevener wijze dan in die mierenboopen,
steden genoemd, want het is God zelf die hier uit Zijne
werken tot ons spreekt. Sedert vele zomers leef ik bier en
ik ben geen oogenblik alleen. Meermalen per jaar moet ik
naar de neerzettingen om mijne buiden af te zetten en
het noodige in te koopen voor mijn jagersleven, maar zoodra
ik kan keer ik in de wildernis terug die mij een dierbaar
tehuis geworden is. Na een rusteloos leven heb ik hier
eindelijk rust gevonden en in de steppe zal naar ik hoop,
ook eens rusten wat er sterfelijk aan mij is."
Toen de trapper, wiens beele wijze van spreken een man
van beschaving verried, zoo sprak, schitterden zijn groote
blauwe, levendige oogen en de zwijgend luisterende knaap
gevoelde dat hij met innige overtuiging, als in geestverruk
king sprak.
"Ja, jongen, dat is de verhevenheid der natuur, leer die
kennen als ik, en gij zult haar liefkrijgen als ik."
"Tot biertoe heb ik treurige herinneringen aan de steppe."
«Dat zal anders worden, kind, gij zult er anders over
gaan denken. Zeker, daar ginder, aan de overzijde der
rivier is een zoute bodem, tot aan de Canadianrivier tiert
plant noch dier, maar aan deze zjjde bloeit het rijkste natuur
leven. Je zult bet wel eenigen tijd bij mij moeten uithouden,
voor ik je naar de neerzetting terug kan brengennu kan
ik niet weg, ik moet eerst nog menigen buffel schieten."
Paul was te gelukkig na het doodsgevaar waaraan hij
ontkomen was om zich te bedroeven over dit vooruitzicht
eenigen tijd bij zijn alleen en eenzaam wonende redder te
moeten blijven. Integendeel nu bij, een beschermer gevonden
bad was hij met zijn jongenslust in zoo'n leven van avoutureD
en romantische gebeurtenissen, gaarne bereid die wildernis
voor eenigen tijd tot zijn woonplaats te maken, ofschoon
bij nog bekommerd was over het lot van zijn oom James.
»lk wil graag bij u blijven, oom, tot de omstandigheden
u veroorloven mij naar huis terug te brengen.'
Dat is goed, kind, ik denk dat ge je niet zult vervelen:
Ik ben bier ook niet geheel alleen, behalve mijDe paarden
heb ik nog een wonderlijken kameraad, verschrik maar
niet als ge bet kaboutermannetje ziet dat woonplaats en
levenswijs met mij deelt."
Buiten liet zich een kort fluitje hooren.
Wordt vervolgt).