NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. BINNENLAND. mo. 3. Woensdag 10 Januari 1906. Vijf-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. BUITENLAND. DE TOESTAND IN RUSLAND. HET KIND DER PRAIRIE. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door het geheele Rijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonn'. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Het officieuse Russische Telegraaf- Agentschap heeft dagwerk met het schoonwasschen der Regeering van de tegen haar gerichte beschuldigingen, met name wat betreft de wijze, waarop ze een einde maakte aan het verzet te Moskou. Over de beschuldiging van over dreven gestrengheid daarbij wordt vrijwel heengegleden met de beschul diging, dat het optreden der opstan delingen óók onmenschelijk was. En dan volgt de verklaring, dat, naar de overtuiging der Regeering, liet opt reden der troepen en het gevangennemen van zoovele personen door de bevol king zal worden goedgekeurd, wanneer deze weet hoe door de gearresteerden een aantal aanslagen op de vreedzame bevolking waren voorbereid, en dat een voorraad wapenen en ontplofbare stoffen werd in beslag genomen, groot genoeg om geheele steden te ver woes ten en duizenden; personen te dooden. In denzelfden adem spreekt het Agentschap dan ook de ongunstige berichten omtrent den toestand in den Kaukasus tegen met de eenigszins dubbelzinnige verzekering, dat het 'er juist nog is als eenige maanden ge leden, terwijl van Rostow aan den Don, dat óók door een geweldig oproer is geteisterd, wordt verklaard, dat de muiters met achterlating hunner wa penen zijn gevlucht en dat het leven in de stad weder don gewonen gang gaat. Te Windau, in de Oostzee-provin- ciën is, volgens melding van Gouver neur-Generaal Sollokub, uit Riga, het sociaal-democratisch comité, hetwelk zich aldaar als plaatselijk bestuur had opgeworpen, in hechtenis genomen. Het waren er 10; maar bij eene poging tot ontvluchting zijn er drie gedood en werd één zwaar gewond. Libau moet door 50,000 boeren worden belegerd, die zich reeds van jGrobin hebben meester gemaakt. De opstandelingen zingen een-soort van Marseillaise, die zeer opwindend op hen werkt. Het Zuid-Russische revolutionnaire comité, dus meldt men uil Odessa aan the Times, heeft bij gebrek aan geld, besloten van de gewelddadige omwenteling af te zien. De Regeering trekt een leger samen, dat tegen de nieuwe Republiek in den Kaukasus zal opiukken. Eene deputatie uit Irkutsk is te St.-Petersburg aangekomen, om de Regeering te verzoeken aan Siberië zelfbestuur toe te staan met benoe ming van een Onderkoning. De groote verandering in Finland het herstel van het grootvorstendom, wordt langzaam aan doorgevoerd. Een paar weken geleden heeft de openlijke capitulatie plaats gevonden De zeven gouvernementen van het land, die gestaan hebben onder de volgelingen van de Plehwesche school, worden thans bestuurd door Finnen. Drie van hen zijn zelfs uit verban ning teruggekeerden. Doch allen waren vroeger reods ambtenaren, die bij den overgang van het oude naar het nieuwe régime van onderdrukking geen werktuigen wenschten te zijn in handen van de knevelaars. En eenige dagen geleden is de Landdag-zitting geopend nadat er langen tijd geen sprake was van een Landdag namens den Tsaar met een troonrede, zooals de gewoonte is in constitutioneele rijken. Thans zullen de recrulen weer opkomen om dienst te nemen in de Finsche regimenten, die hun eigen standaard krijgen. Koning Edward van Engeland toe kende gisteren het besluit, waarbij het Parlement wordt ontbonden en nieuwe algemeene verkiezingen worden uitgeschreven. Het aantal kiezers voor het Parle ment in Groot Britannië en Ierland bedraagt volgens de nieuwe lijsten 7,'266,703, tegen 7,194,975 in liet jaar 1905. De Britscbe Minister John Morley heeft tot een deputatie van arbeiders en socialisten, die hij te Arbroath ontving, gezegd, dat hij de bewering als zou de Staat werk moeten ver schaffen aan allen die daarom vragen, in strijd met gezonde begrippen en gevaarlijk acht. Koning Edward is zeer bepaaldelijk voornemens, in het komend voorjaar naar Athene te gaan, om daar de Olympische spelen bij te wonen. Volgens Le Matin beweert men, dat de Koning ook een bezoek wil brengen aan Keizer Wilhelm, als blijk van zijne goede gezindheid jegens Duitschland. Maar die bewering vindt niet veel geloof. Uit de adresboeken van verschil lende groote steden vinden wij in de N. Holt. Cl. het volgende gereleveerd Blijkens het adresboek van Parijs maakt Robespierre tegenwoordig bri quet ten, Racine handelt in haver en hooi, Boileau is wijnkooper, Napoléon doet óók in wijnen, Molière is kleer maker, Musset verver, Hugo tandarts. Te Londen verhuurt Olivier Crom well gemeubileerde kamers, Shake speare is er rijtuigfabrikant, Milton schrijnwerker eh Luther houdt er een restaurant. Goethe is barbier te Berlijn, waar Kant een verhuurkantoor heeft. Uit het Amsterdamsch adresboek kunnen wij er nog bijvoegen, dat Kant daar óók eene varkensslachterij heeft, dat Schopenhauer er als schil der is gevestigd en dat Schiller er een bierhuis houdt. In West-Pennsylvanië heeft een zware sneeuwstorm groote schade en verlies van een aantal menschen- levens teweeggebracht. Een nieuw goudland moet ontdekt zijn aan de Straat van Magelhaen (de zeeëngte, die Vuurland van het Zuid- Amerikaansche vasteland scheidt.) Het werk aan den Simplon-tunnel nadert zijn voltooiing. Reeds is vair de 3000 werklieden die er bezig waren een duizendtal ontslagen. De storm van Zaterdag beeft in het Kanaal een aantal ongelukken aangericht. Van overal komen berich ten van hel vergaan van schepen. Ook op het land veroorzaakte de storm veel schade, terwijl op ver schillende plaatsen in Engeland boven dien persoonlijke ongelukken voor kwamen. J. C. van Marken, t Te Delft is overleden de welbekende groot-industrieel en sociaal-econoom J. C. van Marken. Wat hij geweest is als oprichter en bestuurder der Ned. Gist- en Spi ritusfabriek te Delft, die hij begon te drijven met een kapitaal van Vit ton en in welke thans een kapitaal steekt van 6'/i millioenwat hij ge weest is voor het personeel zijner fabriek, voor hetwelk hij het Agneta- Park opende; dat alles te te bekend, om het breedvoerig te melden. In 1866 openbaarden zich bij Van Marken de eerste verschijnselen van de ziekte, welke hem in steeds heviger mate en met steeds korter tusschen- poozen plaagde. In Wilderingen vond hij verlichtingmaar de gezochte genezing bleef voor altijd uit. Her haaldelijk heeft hij in de latere jaren buitenlandsche badplaatsen bezocht, soms voor viijen langen tijd en hij mocht dan oogenschijnlijk hersteld terugkeeren, zoodra hij zich in Delft aan den arbeid zette, overvielen hem de sloopende zenuwpijnen opnieuw. Met volhardende moed heeft hij zich daartegen verzet en heeft hij lot stand gebracht, wat hij meende, dat in het belang van zijne arbeiders was. Ziekte-, ongeval invaliditeits-, ouder- domsverzekering; weduwen-en weezeo- pensioen, deelgerecbtigheid in de winst der onderneming, vertegen woordiging van den arbeid, regeling van verlof, leerplicht, maatregelen van hygiene, spaarbus en meer andere dingen van maatschappelijk opbou wende strekking, waren door hem in toepassing gebracht, voor de samen leving goed tot besef kwam van de beteekenis dezer wetgeving. In Van Marken is een man heengegaan, die zijn gansche leven vooraan stond in de gelederen van lien, die van gezonde sociale wet geving veel, zoo niet alles verwachten. Door den Bond van Onderwijze ressen bij het Fröbelonderwijs is aan de Tweede Kamer der Staten Genoraal het navolgend adres verzonden Amsterdam, Dec. 1905. De ondergeteekenden Joha. Wierts van Coehoorn-Stout en Anna de Groot, resp. Presidente en Secretaresse van den Bond van Onderwijzeressen bij het Fröbelonderwijs, goedgekeurd bij Kon. Besluit van 23 januari 1905, Stbld. No. 13, hebben de eer zich namens dien Bond tot u te wenden met het verzoek van uw aandacht voor het volgende: Daar de toestand van het Bewaar school- Fröbel- of Voorbereidend On derwijs zonder eenige wottelijke rege ling is, heeft ieder de vrijheid, zonder eenig bewijs van bekwaamheid daar voor te hebben afgelegd, aan een bovengenoemde inrichting werkzaam te zijn, zeer zeker tot ontzaglijk nadeel voor de jeugd van 3—6 jaar, die van zulke inrichtingen gebruik maakt en door onwetende ouders aan onbek wame krachten wordt toevertrouwd. Voor noemde Bond verzoekt daarom een wettelijke regeling, bepalende: dat ieder die aan een dergelijke inrichting wenscht werkzaam te zijn een diploma van bekwaamheid, ver kregen aan een Kweek- of Vormschool, moet kunnen vertoonen, alvorens tot FRANZ TRELLER. 28) «Goed. Verlaat u op mij, hoofdman," sprak Puck die nu alle3 begreep; ik lig met mijn tweeloopsbuks in hinderlaag en zal die met beleid gebruikengij weet wel hoe ik schiet." «De medicijnman zal verstandig handelen. De Cheyennes mogen de krijgsbijl niet opgraven, dat moeten de Kiowas doen." «Ik versta u en zal bedaard zijn." Hij viel niet ver van Cajugas af, met Paul in het gras neer. De jonge Indiaan deed zijn paard opstaan, greep de lange lans en besteeg het rijk versierde zadel. De beide ruiters, stoere krijgers waren nauwelijks bij Cajugas aangekomen toen op eene kleine hoogte, wel een mijl ver zeven Indianen verschenen die zich scherp tegen den horizon afteekenden, even als de Cheijenne hoog te paard, hadden ze ook lange lanzen. Zij schenen een oogenblik te beraadslagen en kwamen toen in een lange reeks aange draafd. Cajugas hield de lans met de punt in den grond en wachtte zoo hunne komst af. Puck en Paul lagen goed overdekt, hunne buksen gereed houdend. De dwerg had zijn makker ingescherpt niet eer te schieten voor hij afgevuurd had. De zeven Indianen naderden tot op vijftig pas en hielden toen stil. Zooals men nu kon opmerken waren enkele hunner ook met buksen gewapend? Toen ze op dien afstand de Cheijennes genaderd waren, omringden zij hen van beide zijden. Deze voor de minderheid gevaarlijke stelling was handig en schijnbaar als zonder bedoeling uitgevoerd. De door zijn vedertooi als hoofd kenbare Kiowa reed eenige passen vooruit en groette met de hand, wat Cajugas beleefd beantwoordde. Mijn jonge vriend," begon de Kiowa, een krachtig man van middelbaren leeftijd, weet zeker niet dat hij op de jachtgronden der Kiowas is." Cajugas die voldoende verstond was gene zeide, antwoordde: «ik weet niet wat mijn broeder onder de jachtgronden der Kiowas verstaat. De prairie behoort den roodhuiden; van welken stam zij ook zijn." En tot welken stam behoort de vreemdeling?" Trotsch antwoordde Cajugas: «mijne arendsvederen en mijne lans hebben u al gezegd dat gij een hoofd van het groote volk der Cheijennes voor u ziet." Mijn jonge broeder spreekt zeker de waarheid en het verheugt mij hem hier te ontmoeten. Hij zal mij gaarne volgen naar de hoofden van mijn stam, om hun meetedee- len, wat hem op het jachtgebied der Kiowas had gebracht." Langzaam, om zijn woorden nadruk bij te zetten, ver hief Cajugas zijn rechterhand, toen sprak hij op ernstigen toon: «hoofd der Kiowas uw volk en het mijne hebben vrede met elkander en het is niet goed als de strijdbijl wordt opgegraven tusschen de menschen van roode kleur. De «Donkere Wolk" het groote opperhoofd der Cheyennes, heeft mij en al zijn krijgers aanbevolen vriendelijk te zijn tegen de Kiowas of wij hen aan deze of aan gene zijde van de Verdigris of den Arkansas zouden ontmoeten, hebt gij niet een dergelijk bevel gekregen van de hoofden van uw volk?" «Zoo is het" antwoordde gene met den lach van een hoveling, «en daarom verzoeken wij de Cheijennes ons naar het leger van den stam te volgen om hun gastvrijheid te bewijzen." «Mijn weg gaat naar het Zuiden, Kiowa waar de jagers der Cheijennes mij wachten." Het jonge hoofd doet niet goed met te weigeren mij te volgen-" antwoordde de andere nu op dreigende toon, «mijn krijgers konden ongeduldig worden en de Cheyenne met geweld meevoeren I De zeven Kiowas waren in een halven cirkel opgesteld, in welker middenpunt de drie Cheynnes, die nu bloot gesteld waren aan een aanval van alle kanten of als- zij vluchten wilden daarin verhinderd konden worden. «De hoofdman der Kiowas," klonk de diepe stem van Cajugas weer «bedenke wat hij doet en late de Cheyennes vreedzaam hun weg gaaD. Als hier bloed vloeit, dan zal de heele steppe door bloed gekleurd worden." Puck, die dit alles met scherp oog en met bedaardheid volgde, fluisterde Paul toe; «de strijd zal zoo uitbreken. Ik neem de beide vleugelmannen, neem jij den derde." «Ja," antwoordde deze zachtjes in groote opwinding.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1906 | | pagina 1