NIEUWE TÉT Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. BINNEN LA NI). AFGERICHT So. 7. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. DROEFHEID. Woensdag 23 Januari 1907. Zes en-dertigsie jaargang. Amersfoortsche Courant f' ■'1 ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75; Franco per post door het geheele Kijk 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langeatraat 71. Telephoon no.69. ADVERT ENTIRN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/. Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Groot rerschil is er in droefheid, omdat de oorzaak waaruit de droef heid ontsiaai, verschillend is. De droefheid vindt in den regel haar oorzaak in het een of ander vei hes dat men lijdt. Als kleine jongen stort men tranen omdat de vlieger vei loren ging of het touw verward raakte. Als klein meisje werden overvloed van tranen gestort toen de pop armen of beenen brak. Het leven van een metiscH is een reeks van verliezen en die verliezen zijn alle oorzaken van smart. Bij dien man, die daar zoo bedrukt over straat gaat, zonder veer kracht in zijn gang zijn het zijn koopmans zorgen. Hij wil wel maai bij kan niet. Een gunstige keer in den handel en hij zou geholpen zijn; maar die gunstige keer koini niet en blijfi uit; morgen zal hij neergebogen zitten voor zijn lessenaar op hei kaniooi en zijn oogen zullen staren in de verte, als zochten zij aan verie stranden de hulp, die komen moet. Bij dien anderen man is het weer verlies van zijn oogst. Hij slaat voor zijn akkeis; de zon, de hitte, de dioogte bobben zijn velden verdord; daar zit geen koren in de aar; daar is geen gras op de weide en liet vee loeit om voeder, dat hij niet verschaf fen kan; en straks zal hij met ledige handen voor de pachtheer komen, bedremmeld, verlegen, vol wanhoop. Bij deze vrouw is de oorzaak van haar droefheid het verlies van een kind; hij was zulk een flinke jongen was er zoo een onder de kinderen in de buurt? Maar die andere kinderen spelen nog ginds op de straat, terwijl haar kind Zij kan het nog niet indenken; zij weent, en weent. Bij die andere vrouw, die jonge vrouw is het weer iets anders: zij had een ideaalzóó, zóó moest baai- jonge leven loopen een hai t, waar aan zij zich zou kunnen steunen een eigen huis, een eigen haard en kinderen om haar heen, bloemen en zonneschijn, maar het kwam niet, er kwam niets vanen heel dat ver gezicht trad al verderen verder terug, tot er ten laatste niets overbleef dan een donkere vlek, een nevel zóó dat haar karakter er zelfs onder leed. flier staat een man vol wanhoop bij du bouwvallen van oen huis, dat in den nacht is afgebrand. Daar zucht een vader over den verkwistenden weg zijns zoons. Ginds bedelt eene arme vrouw van deur tot deur, die eertijds door onze stad reed in haar eigen rijtuig, terwijl de menschen op straat voor haar uitweken. Hier zwoegt de uitgeputte weik- man in de fabriek tegen de machine in ongelijken strijd daar sleept zicli de ziekelijke naaister eenzaam naar hare kamer: zij zal er haai' kaïig hrood eten, maar niemand hebben om legen te sprekenhaar hart is al lang vol. maar zij kan het niet uitstorten. En daar ginds achter die schitterende hooge vensters slaat eene vrouw, irotsch zoo men denkt, maar met eene worm in het hart. die niet sterft, de pijnigende gedachten aan een man, die niet trouw isaan wien kan zij dat klagen? Kunnen en mogen wij de droef heid veroordeelen Zullen wij, alsof wij haar zeiven nooit gekend hebben, op eene hoogte gaan slaan, en een straf rede er tegen houden Niels ware dwazer dan dal Moge onze lippen hiervoor bewaard blijven. Neen, wij veronrdeelen de droefheid der men schen op zich zelf nog nietwij erkennen liet recht der tranen wij hebben deeinis met het leed wij staan eeibiedig bij de smait; wij gaan uit den weg voor rouwgewaad Wij staan op als de bedrukte nadert en wij reiken de hand aan de be droefden. Het strekt der menschheid lot eere, dat eerbied voor de smart nog tot die gevoelens behoort, welke, onder haar nog onwillekeurig en algemeen zijn. Maar tocii moeten wij voor de di oef heid waarschuwen als daar iels bij komt. Als de. dioef- heid niets anders is dan liefde tot het zinnelijke, wat hij zoovelen het geval is Als de droefheid niets anders is dan ondankbaarheid, en miskenning der teederste liefde, als de droefheid aangroeit tot di oefgeestigheid, tot pessimisme, de modekwaalonzereeuvv Dan waarschuwen wij legen de dioefheid BUITEN LAM) Een paar cijfers over hel aantal mensclienlevens dat do Bu-sische tioebelen hebben gekosl, stelt den ernst der gebeurtenissen daar wel in het licht. In 1906 zijn er 1100 inenschen gedood en 1640 gewond, waaronder 75 generaals; daarenboven zijn er nog 90 aanslagen mislukt. Daar tegenover staat een getal door de krijgsraden en andere rechtbanken veroordeeld en ter dood gebrachte revolutionnaii en van 1010. zonder nog de 750 lieden te rekenen, die volgens de dagbladen in de Ballische provinciën zijn gefusileerd 200 per sonen zijn gedood en 350 gewond bij verschillende aanslagen eri gevechten waar zij niets mee te maken hadden. De politie heeft 1100 bommen ge vonden, 210 bommen zijn er ontploft. Naar Siberië verbannen zijn niet minder dan 35000 menschen. Hoeveel airesialiën er hebben plaats gehad is niet uit te maken, maar in April was dat volgens de bladen al 72000. In de gevangenis van Warschau werden in Juli 8895 menschen opgesloten. Op 20 Jan. j.l. hadden de ver- i kiezingen van den eersten graad voor de Rijksdoema door de arbeiders te Petersburg plaats. In een-en-twintig fabrieken werd niet gestemd, daai de politie den lijd voor de verkiezing niet vroeg genoeg had opgegeven. De uitslag van 49 fabrieken is bekend. Van do 53 kiesmannen, die daar ge kozen werden, is er één revolutionnair socialist, 21 behooren lot de sociaal democratische par lij, 19 tot de linker zijde, twoe tot de kadeltenpartij, 9 tot de gematigden en een tol de rechterzijde. Op den 27e dezer maand hebben de verkiezingen iu de 128 andere fabiieken plaats. De Sjah van Perzië is gekroond, tegen de gewoonte in met zeer veel praal. Tegen één uur wareri alle prin sen van het Keizerlijk tiuis, ministers, geestelijken, hoogwaardigheidbeklee- ders en het diplomatencorps in de troonzaal aanwezig. Ter bepaalder tijd nam de Sjah plaats op den troon, <1 ie schitterend versieid was met diamanten en edelgesteenten. De ver moedelijke troonopvolger zat op de treden van den troon, terwijl de andere aanwezigen in een kring er om heen zaten. De groot-vizier plaatste toen de kroor. op het hoofd van den Sjah en las een proclamatie voor, waarbij bij tot Sjah werd uitgeroepen Daarop sprak de geestelijkheid een gebed uit voor den nieuwen Sjahvervolgens verwisselde deze zijn kroon met een met diamanten versierde muts en ontving in liet midden der zaal de gelukwenschen der aanwezigen. Er was een telegram met geluk wenschen van den Koning van Enge land ontvangen. Orkaan in Australië. Een telegram uit Sydney meldt, dat Zaterdag door een oikaan drie kwart van de stad Cooktown op Queensland verwoest werd Uit Koeansjen-Dsi in Mantsjosrije komen onrustwekkende berichten over gioote krijgstoerustingen, die de Ja- I panneis maken. In Wladiwostock ech ter, zoo zegt het Nowoje IVremja, ziet men een eventueele nieuwe bot sing met gerustheid te gemoet en veroordeelt men do toegevendheid, die de pers in Petersburg tegenover de Japanners aan den dag legt. Maar men kan al zulke sombere lijdingen overeen «aanstaande nieuwe botsing" gerustelijk aan overspannen verbeeldingskiacht toeschrijven. Zwitserland volgt in godsdienstig opzicht niet het voorbeeld van zijn buurvrouw Frankrijk. Een omwerp van wet op de scheiding van Kerk en Staat is door het volk afgestemd. Al is het Noorden van Europa sedeit een paar weken van sneeuw stormen en ijs bevrijd, in liet Zuiden zijn er nog streken, welk geweldig daaraan te leiden hebben Zoo Is er in de Ceveitnis (in Fiankiijk) een zoo enoime hoeveelheid sneeuw ge vallen. dat ze op vele plaatsen lot tot een hoogte van vijftien meter is opgehoopt Er zijn huizen geheel onder sneeuw begraven, zoodat de bewoners gedwongeu zijn tunnels te graven om er uit te komen. Boomen worden veranderd en ijsblokken, want vriezen doel het ook heel sterk. Veel schade wordt er aangericht, maar aan personen zijn lot nu toe geen ongelukken overkomen. -- Michiel Adriaenszoon de Ruyler is ongetwijfeld een der populairste figuren uit onze geschiedenis De naam van Piet Hein, moge. dank zij het bekende liedje, meer op den tong van onzen schooljeugd liggen, die van De Ruyter sluit alle eigenschappen in welke men zich gaarne in zijne helden denkt. Hij is tegelijk de schrik der vijanden en sBestevaer" zijner eigen schepe lingen en liet grootmoedige van zijn karakter, zijn eenvoud en vroomheid van gpmoed rnaken hein tot een der ideaalste figuren uit onzen gouden eeuw. Het Nationaal comité voor de her denking van den 300-jarigen geboorte dag van den held wil bij gelegenheid dier herdenking, het Nedeilaulsche Mevr. P. SMISSAEKT—BOOGAERT. 1) «Moeder, als ik groot ben, word ik dan net als u? Woon ik dan ook met een Papa in een huis en heb ik dan ook kindertjes, zooals u ons hebt?" vroeg een aardig kruikopje. De moeder tilde haar kleine meid lachend op, terwijl zij antwoordde: «Zeker liefje, als je groot bent, wordt ie net als ik." Dit kleine, onbeduidende gesnrek rees helder voor den geest der jonge vrouw, die op eeu warmen zomeravond over het balcon van haar kamer geleund, droomerig naar de sterren keek. Zij zelf was dat kleine meisje geweest en de woorden harer moeder waren haar bijge bleven als eene vaste voorstelling van wat het leven haar brengen zou. Kort voordat ze van school ging, had ze eens met een paar kennisjes over de toekomst gesproken. Enkelen onder haar moesten trach ten door den een of anderen arbeid nu of later in haar onderhoud te voorzien, anderen namen zich voor uit liefhebberij zich toe te leggen op mnziek, teekenen of vreemde talen. «En jij, Ada?" had een van de meisjes ge vraagd, «wat denk jij te doen?" EeD weinig verwonderd had Ada geantwoord «Ik? wel, trouwen natuurlijk!" En ze had niet begrepen waarom baar ant woord de vroolijkheid harer vriendinnen had opgewekt. Trouwen dat was immers hükr toe komst De oppervlakkige opvoeding, welke zij ont vangen had, was er geheel op ingericht geweest haar toe te rusten met die hoedanigheid en talenten, die een jong, welopgevoed meisje be hoort te hebben. Ze schilderde heel aardig en speelde niet onverdienstelijk piaDo; haar talen sprak ze vlot met een zuiver accent en verder had ze genoeg over alles gelezen om ook over alles een gesprek te kunnen voeren. Op haar achttienden verjaardag had ze haar intrede in de wereld gedaan; haar ouders had den dien dag feestelijk willen vieren en daarom eenige kennissen gevraagd. Vandaag, twaalf jaar later, herinnert ze zich dien dag als ware het gisteren. Wat had ze genoten van de com plimentjes en vleierijen van de vele bloemen en van de toasten, die men op haar dronk Weer ziet ze zich in haar wit neteldoeksch japonnetje, met een paar donkere rozenknoppen in het ceintuur, aan tafel zitten tu6schen de druk pratende jongelui. Zij was de vroolijkste geweest van een vroolijk troepje en had heel goed gezien hoe de gasten pleizier hadden in het levenslustige mooie meisje. Na tafel hadden ze gedanst op het met veelkleurige lampions versierde gazon, achter in den tuin. Hoe heerlijk was die dag geweest, wat een illusies had ze zich toen gemaakt en ook hoe lang schijnt dat alles nu reeds geleden! Vandaag is ze dertig geworden; zelf kan ze het bijna niet gelooven. Als ze er aan denkt, voelt ze zich plotseling oud, heel oud. En toch ziet ze dagelijks in haar spiegel dat ze nog jong is en mooi, Diet meer bet frissche rozeknopje van voor twaalf jaren, maar eeu ontlokeD roos, die nog maar weinig geleden heeft van den tijd. Ofschoon zij niet graag de schoonheid zou mis- schen, die haar eenige troost is gebleven, toch stelt zij haar niet zoo hoog meer als vroeger omdat zij met dat al haar bestemming niet heeft bereikt. Wat haar twaalf jaar geleden ongeloovelijk zou hebben toegeschenen, is maar al te waar zij is dertig en nóg niet getrouwd. O. het heeft haar niet aan aanzoeken ont broken, maar «die alte Geschichte" herhaalde zich ook weer hij haar. Die haar Troegen, wilde ze niet tot man hebben en hij, dien ze gaarne getrouwd had, liet het bij eene eenvoudige hofmakerij. Een andermaal weer kwam het bezwaar «geen geld" tusschenbeide. Ze had gedanst, getennist en geflirt, was naar bals, comedies en diners geweest, had pic-nics bijgewoond en fietstochten meegemaakt in het oneindige, jaar in jaar uit, tot ze er ten laatste genoeg van had gekregen en zich gaarne had teruggetrokken uit dit volle en toch zoo leege leven. Maar wat dan? Waarmee zich bezig te hou den? Aan schilderen deed ze al lang niet veel meer dan wanneer ze af en toe een cadeautje maakte voor familie en kennissenals muziek studeerde ze alleen de nieuwe salonstukken in; voor ernstige studie had ze geen tijd gevonden, ze had het ook zoo druk gehad met uitgaan! En wat bleef haar nu dus over om haar dagen te vullen Deo laatsten tijd toch wordt zij veel minder geïnviteerd dan vroeger, immers zij moet plaats maken voor de jongeren. Sinds verscheidene jaren is zijniet meer in een tennis-of dansclub, en op diners plaatst men haar naast getrouwde of oudere heeren. Dat alleB ontgaat haar niet en zij voelt dus heel goed dat het haar tijd is om zich terug te trekken, maar zij kan er niet toe besluiten, niettegenstaande de vele teleur stellingen die het uitgaan haar tegenwoordig brengt. (Wordt vervolgd)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1907 | | pagina 1