NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor do Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
fio. 89.
Woensdag 6 November 1907.
Zes-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG:
EEN RIJKSBANK
Parijsche Brieven.
,OP KALME ZEE5
HCet liaxt van ZS-a.sla,nd..
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden met Zondagsblad f 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangeetraat 77. Telephoon no. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
ter verzekering van het Kapitaal in
Nederlands Handel en Industrie
belegd.
II.
Te zwoegen en te streven
Met a! de kracht des mans,
Dat is het zout van 't leven.
Dat vlecht den Burgerkrans
Hoe ik mij de werking eener zoo
danige rijksbank voorstel?
Stel een oogenblik, dat een Rijks-
geldverzekeringsbank is opgericht en
de meeste bedrijven in hun eigen be
lang zich daarbij hebben aangesloten.
De bank verplicht zich tegenover
geldschieters dier onderneming tot
jaarlijksche betaling eener rente,
zoover die uit de bedrijven zelve niet
kan worden betaald, van niet meer
dan 3pCt. Zij vraagt daarvoor van
al die ondernemingen, in haar regis
ters ingeschreven, een assurantiepre
mie op den voet als onze tegenwoor
dige brandwaarborgmaatschappijen.
Tevens geeft ieder deelnemer het
recht aan de Rijksbank om bare
boekhouding twee malen per jaar door
deskundige beambten te laten con
troleeren. Voor het opmaken van
balansen en winst en verliesrekenin
gen zou een duidelijke, algemeen
voorgeschreven methode kunnen wor
den ingevoerd. Op grond van die
controle zou dan telkens door de
Rijksverzekeringsbank een prijscourant
(reeds biervoor werd daarvan met
een enkel woord melding gemaakt)
worden gepubliceerd, waarin alle ka-
pitaleD, in de verschillende zaken ver
zekerd, genoteerd worden naar de
uitkomsten van dat onderzoek
Zij, die hun kapitaal volgens die
prijscourant willen beleggen, hebben
dan zelf de keuze, in welk bedrijf en
tegen welken koers zij geld willen
storten om dit veilig en rentegevend
te beleggen.
Likwideert een zaak, gedwongen
of niet, dan benoemt de Rijksbank
een Curator en zorgt voor de terug
betaling a paii van bet gegarandeerd
kapitaal, in eens of in termijnen, al
naarmate de reserve dit toelaat. De
uitkeering der 3'/* pCt. rente duurt
zoolang voort, tot het geheele kapi
taal is afgelost.
Alle in Nederlands handel en
industrie belegde, bij de Rijksbank
verzekerde kapitalen zijn gegaran
deerd met 3'/, pCt. rente en ook
bij likwidatic van de betrokken
zaak a pari aflosbaar, in eens of
bij gedeelten.
Dit feit zal tot gevolg hebben, dat
alle schuldbewijzen, op deze manier
voor rente en aflossing verzekerd, bij
iedereen, bet volste vertrouwen ge
nieten, ten alle tijde rustig in de
brandkast bewaard kunnen blijven
en gemakkelijk verkocht of beleend
worden; ook kan de hoogere waarde
dier papieren, ai naar de bloei van
een zaak toeneemt, een belangrijken
handel in het leven roepen waar
van thans bij aandeelen, in particu
liere bedrijven gevestigd, slechts
zeldzaam sprake is.
Menig bankier heeft mij verzekerd
dat hij aan zijn cliënteele nimmer
aandeelen in kleine particuliere be
drijven te koop aanbood, omdat dit
incourante stukken waren, welke
bijna nooit van eigenaar verwissel
den.
Hoe geheel anders zou de toestand
worden, als de kapitaalbezitters ook
aan den handel in die geldswaardige,
volkomen betrouwbare papieren gin
gen deelnemen, om reden ook bij
die kleinere bedrijven winst door
koersverschil behaald kon worden.
Wanneer de geldschieters in indu-
strieele- of handelszaak naast het
gewone zegel op geldswaardig
papier noodzakelijk ook een zegel
verlangde: «door de Rijksbank ver
zekerd met 3'/j pCt. rente en aflos
sing a pan", zou elke werkgever of
bandelaar, die met het kapitaal van
anderen moet werken, uit eigen be
lang verplicht zijn aan de Rijksbank
voor rente en kapitaal verzekering
deel te nemen. Zoo verzekert hij
immers thans, uit vrijen wil, zijn
vaste goederen tegen verlies door
brand
Mannen van conservatieve levens
opvatting, industrieelen en handelaars,
zullen mij tegenwerpen, dat door
mijn garantieplannen en de licht
vaardigheid in zaken zouden toene
men het Rijk, of liever het garan
tiefonds, door alle handelaren en in
dustrieelen bijeen gebracht, past
immers altijd bij
Ik ben zoo vrij daartegen op te
merken, dat alle verzekerden tegen
brandschade nog geen brandstichters
zijn, noch zullen worden. Wal betreft
de lichtvaardigheid en roekeloosheid
waarmede «zaken doen" en vooral
de concurrentie zou worden gedre
ven, welnu het geleende kapitaal
wordt immers door alle werkgevers
of handelaren op dezelfde voorwaar
den verkregen. Alle mannen van
goede trouw zullen er naar streven
met bet geld, hun van anderen toe
vertrouwd, te woekeren, ja meer
nog, zij zullen alle krachten inspan
nen om op de prijscourant, door den
Staat uit te geven over de financieele
waarde hunner onderneming, met
steeds grooter dividend te worden
vermeld.
Weder anderen zullen het bezwaar
opperen, dat op deze wijze al meer
en meer aan het Rijksbestuur wordt
opgedragen. Heeft niet ieder mensch
zijn vrijheid lief? Wil niet elkeen
zijn doen en laten inrichten, zooals
hij dat verkiest? Ik zal de laatste
zijn om goed te keuren, dat alles
door Staatsmonopolie moet worden
beheerscbt vóór alles «vrije men-
scben in een vrij land." Maar waar
uit vrijen wil door algemeene deel
name onderling vertrouwen kan wor
den bevestigd, waar het gaat om de
financieele belangen van handel en
industrie op vaster grondslagen te
bevestigen, waar bet er omgaat dui
zenden mannen en vrouwen in Neder
land, die te goeder trouw hun spaar
penningen belegden, tegen verlies
en armoede te vrijwaren, daar moet
de Staat tusschen beide treden. De
postspaarbank is hier het beste voor
beeld. Niet uit dwang, maar uit ver
standig overleg en met volkomen
vrijen wil en vooral uit vertrouwen
op den Staat, bracht helNederlandsche
volk, de middenstand, de kleinere
luyden, in enkele jaren tijds ruim
honderd negen en dertig millioen
gulden als spaarpenningen bijeen.
De Rijkspostspaarbank verzekert
aan de inleggers kapitaal en rente.
Zou een Rijksbank voor handel en
industrie niet hetzelfde kunnen doen,
waar de deelnemers, door het storten
van een premie, een reusachtig garan
tiefonds bijeen brengen?
Het groote gebouw van de Rijks
postspaarbank te Amsterdam met
haar 139 millioen gulden en ruim
een millioen twee honderd duizend
deelnemers, staat daar als een be
wijs van stollelijken en geestelijken
vooruitgang onzer middenklasse. Zes
en twintig jaren geleden bestond van
dat allesniets.
Zou de goode Wijsheid, die inder
tijd de harten en hoofden bezielde
met warmte en kracht, van mannen
als Kerdijk, Pierson, Sassen en meer
anderen, om een Rijkspostspaarbank
te stichten, opnieuw geen bezieling
willen geven aan zoovele Volksvrien
den in ons midden, tot het ontwerpen
van een door mij bedoeld wetsvoor
stel tot oplichting eerier Rijksgaran-
tiebank De stoflelijke en geestelijke
zegeningen voor geheel het nijvere
deel van Nederland zouden, geloof
ik, niet minder groot zijn dan bij de
Rijkspostspaarbank.
(Slot volgt./
i.
Mijn eerste brief uit Parijs
Waar zal ik over scbrijven? Patijs
is mij heelemaal niet vreemd. Twintig
jaar geleden heb ik er gewoond, bij-
kans een jaar achtereen. Drie jaar
geleden ben ik er ongeveer een maand
verbleven. Zoodat ik nu bezwaarlijk
de indrukken kan weergeven, die de
groote en grootsche Seine-stad op
degenen maakt, die er voor het eerst
in bun leven zijn.
Aan den anderen kant: nu, dezen
derden keer, ben iK hier pas eenige
dagen, nog geen volle week. Waarover
zal ik schrijven? Ik zou uit vier of
vijf krantenartikelen een vijfde of
zesde kunnen samenstellen. De Fran-
sche pers levert me stof genoeg tot
bet fabriceeren vari dergelijke com-
pilatorsarbeid, waarvan de Hollandsche
journalistiek overloopt. Nietwaar, we
weten toch allen wel, dat menige
Parijsche, Londensche of Berlijnscbe
brief geschreven wordt op het eene
of andere redactie-bureau in het
eene of andere Hollandsche provincie
stadje, niet zelden door iemand, die
«la ville lumière" hoogstens kent
door een stelselmatige weekreis met
Lissone of een andeten reis-impresario.
Het lust mij echter niet, compila-
torsarbeid te verrichten, arbeid, die
riekt naar de lamp, het gomkwastje
en de uitgerafelde bladen van een
woordenboek.
Waar, te drommel, zal ik dus over
schrijven?"
Ik zit met de handen in het baar
Moet me een uurtje op mijn kamer
opsluiten, terwijl ik een schier onbe-
dwingbaren lust gevoel om de straat-
steenen te betreden en het gebeurde,
hoe schijnbaar onbelangijk ook, aan
dachtig gade te slaan. Ik weifel. Zal
ik de straat opgaan? Maar dan loopt
men hechte zelf de schakels van
mijn gedachtenreeks aaneen dan
loopt mijn huishouding in de war.
EurekaA la bonne heureIk
zal eerst eenige woorden aan de huis
houding wijden, boe vreemd het ook
klinke van den kant van mij, die nooit
een Jan Hen ben geweest.
De huishouding Vroeger zou
ik met Dominique Bonnaud hebben
uitgeroepen
75»
SS'
OF
UIT NORMAN HANSEN'S «TOEMAN"
Verhalen uit den Ruseisch-Japanschen oorlog
naar het Deensch.
2)
Wij hadden ons kamp gebouwd aan de
zonnige oevers van den Wolga en van daar
waren mijne Russische Collega's aan het werk
getogen, evenals de reizende oogendokters van
vroegertijdzij moesten een gebied doortrekken
dat nog geheel en al middeneeuwsch was
gebleven, maar in zooverre lag er een wereld
tusschen hunne behandeling en die van boven
genoemde dokters, dat zij nu al de gereed
schappen en middelen van de moderne weten
schap ter hunner beschikking hadden. Ik
maakte toen voor de eerste maal kennis,
onder de bewegelijke en veranderlijke opper
vlakte van dat Rusland, dat oogenschijnlijk
Europeesch is met dien onwrikbaren en dich
ten laag dien de moejichs uitmaken, evenals
dicht saamgepakte leem. Ik leerde dat groote
Russische volk kennen, dat zoo nederig is,
dat het in de meening verkeert, dat de
ellende, die het lijdt, geluk is, zijn wonder
baarlijken eenvoud, de tevredenheid zijns
harten, zijn oneindig geduld, en aan de
andere zijde de geestdrift, waarmede diegenen
zich opofferden, die zichzelven geheel gaven
om onvermoeid voor het heil van dat volk
te werken, en wier eenige belooning misschien
wel was, dat zij met wantrouwe gade gesla
gen werden en hun den hartelijk bedoelden
bijnaam gegeven werd van: Intellectueelen.
En al die herinneringen combineerden zich
tot dien indruk van moeilijk te omschrijven
en toch onweerstaanbare en onuitwischbare
bekoring, die Rusland bij den vreemdeling
achterlaat.
Jaren later zag ik Rusland weer van de
zijde der Finsche golf, in den tijd, dat Fin
land streed tegen de schijnbaar almachtige
hand der Tchinovniks zijne wetten en zijn
oude vrijheden ware vernietigd, de rechten
der burgers met voeten getreden, de besten
onder hen verbannen en de vuist van den
veroveraar drukte zwaar op het land. Het
was alsof een onzichtbare hand op de rots
„Tchinovnik"ambtenaarsstand van af den laagstcn
commissaris tot den eersten minister.
achtige kust die Finland omringt, geschreven
had, wat eens een Assyrisch vorst op een
rots in de woestijn heeft laten bijtelen om
zijn overwinning te verkondigen.
«Hier woonde eens een volknu bestaat
het niet meer. Met de verpletterende kracht
van mijn rechterhand heb ik, machtig koning
voor God, dit volk vernietigd en zijn land
verwoest. Merodak, de Heer der Heerscharen,
beloone mij door deze daad ter zijner eer en
glorie volbracht en dat alle menschen, door
alle eeuwen mijnen naam verheerlijken."
Maar ter juister tijd, werd de Tchinovnik
die er mede belast was deze daad te volbren
gen door een wraakzuchtig revolverschot
neergelegd, en voor den goeden naam van
den Czaar werd de ten halve uitgevoerde daad
vernietigd. Toch ontging de misdaad zijn
straf niet. Een onverbiddelijk noodlot richtte
het ontzaggelijke rijk ten gronde.
En heden nader ik ten derdemale de kus
ten van het onmetelijke Rusland. Aan boord
van een stoomschip, bestemd om troepen van
Wladiwostok naar de Zwarte Zee te vervol
gen, bevind ik mij, gekleed in de nederige
uniform van Scheepsdokter; niemand zal mij
herkennen en de mannen zullen gaarne hun
hart bij mij uitstorten. Daar ik goede ooren
aan mijn hoofd heb, zal ik menig onopge
smukt verhaal hooren, en niemand zal zoo
glad zijn mij te bespionneeren.
Oh, die dappere spionnen van vroeger dagen
Komt maar op, als nog eens onze wegen elkan
der moeten kruisen, want van al het grappige
en komieke, dat er op deze wereld bestaat,
weet ik niets dat zoo op mijn lachspieren werkt
als die onhandige en lompe Russische spion
nen. Maar laat mij daarover maar zwijgen
Daar valt van het oorlogschip, dat aan het
voorgebergte ligt het avondschot, ten teeken
dat de zon is ondergegaanhet geluid rolt
dof over het dikker wordende ijs en men
hoort de echo, teruggekaatst door de heuvels
die dieper het land inliggen. Onze lantaarns
en die van de andere schepen worden ont
stoken, en de schemering maakt plaats
voor de duisternis. Ik sta vooruit, en
kijk naar de golvende lijn der heuvels, ter
wijl mijne gedachten afdwalen naar het on
metelijk stuk vastland, dat zich daarachter
uitbreidt dat uitgestrekte vreemde rijk,
dat slechts naar eigen maat gemeten kan
worden, onbegrijpelijk voor hen die het be
treden rnet het oordeel van een Westerling,
dat land, dat niet gemeten noch beoordeeld
mag worden volgens onze zienswijze.
Wordt vervolgd