NIEUW E Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. DE KLEINE POSTILJON. BINNENLAND. No. 57 Woensdag 15 Juli 1908 Zeven-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door het geheele Rijk 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Onthulling Dr. Schacpinan monument. Maandagmiddag werd op plechtige wijze het Dr. Schaepman-monument onthuld op de weide voor het Semi narie Rijsenburg, te Driebergen. Zeer velen waren gekomen om deze plech tigheid bij te wonen, zoodat de extra trams van de O. S. M. aan. de ver sterkte treinen van de S. S goede diensten bewezen. Het monument is verrezen op een pleintje, waarvan de straal 30 M. is. Dit pleintje is door de verfraaiingsvereeniging Driebergen Rijsenburg omgeven met een fraai hekwerk en daarom heen is het beekje verlegd. Ook een drietal groote mo numentale banken en twee lantaarn palen zijn' naar teekeningen van den architect Dr. Cuypers in overeenstem ming met het monument aangebracht door genoemde vereeniging. Het in rijk Gotbischen stijl opgetrokken, 10 meter hooge monument heeft een zeskantigen pyramide-vorm. Aan de voorzijde is het levensgroote beeld van Dr. Schaepman, staande in een nis; met gulden letters er onder: «Dr. Heiman Joan Aloysius Schaep man, geboren te Ubbergen den 2n Maart 1844, overleden te Rome den 21 n Januarie 1903 en aldaar op het Campo Santa dei Tedeschi begraven", De overige 5 vakken zijn reliefs. Links Dr. Schaepman als staatsman, om hem heen geschaard staatslieden van verschillende richting, o. a. zijn direct te herkennen Minister Kolkman, Mr. de Beaufort, Dr. A. Kuyper, Mr. Goeman Borgesius en Mr. v. Houten. Onder dit relief staat te lezen «Hij heeft zijn vaderland liefgehad met eene liefde die alles overtrof, die geen offer te groot, geen inspanning te machtig deed achten, met eene liefde die hem alles heeft doen vergeten, alle verwaarloozing, minachting ver getelheid, verwerping". Dan volgt Dr. Schaepman als dichter, zittende in zijn studeervertrek, waar onder: Dichter zijn 't is de aard beheerschen, Met onbreekb'ren vorstenstaf, 't Is de volle kracht bezitten Die de schepper 't schepsel gaf. 't Is als de aadlaar opwaarts stijgen Met den blik omhoog gericht, Om den vollen straat te vangen Van het gouden zonnelicht. Verder aan den achterkant, met het gezicht op bet Seminarie, Dr. Schaepman de priester. Onder dit relief is gebeeldhouwd: »Hij heeft zijn doel, het middenpunt van zijn streven en strijden, zijn leven lijden, gevonden in de Katholieke Kerk. Aan haar heeft hij gewijd al de geesidiift van den zanger, al den ernst van den vorscher al de kracht van den man". Verder volgt Dr. Schaepman als professor voor zijn aandachtige leer lingen met het volgende onderschrift »De historie is de dienares van God en haar feiten vormen een wolk van getuigen rondom de onfeilbare waarheden, door God op den bodem der geschiedenis gelegd. De feiten omgeven het geloof als een breede hofstoet in blanke gewaden gehuld, den lof zingende des Konings, hoog prijzende Zijne waarheid". Eindelijk Dr. Schaepman, de rede naar van het volk, met het onder schrift «Waar van den strijd voor waar heid, recht en vrijheid wordt gewaagd, waar tot mannelijk pal staan wordt gemaand, waar tot kloekmoedig voor waarts schrijden wordt geroepen, daar is zijn naam een wachtwoord en een leus". Al de onderschriften bij deze re- liefs zijn woorden van Dr. Schaep man zeiven. Boven de reliefs zijn de symbolen van burgerlijke deugden afgebeeld, terwijl het geheel gekroond wordt met het beeld van St. Joris, den draak bestrijdend, welke ridderlijke figuur een zinnebeeldige voorstelling van Dr. Schaepman is. Het geheel is ontworpen door Dr. Cuypers te Roermond en op zijn ateliers vervaardigd. Daarna leidde de harmonie muziek met een paar krachtige accoorden de cantate in De cantate, gedicht door professor J. H. G. Jansen, bestaat uit 7 strop- hen, waarin de beteekenis van het standbeeld en de reliefs wordt ver tolkt. Zij werd uitgevoerd door een 100-tal theologanten van het Semi narie, begeleid door het Harmonie- gezelschap DriebergenRijsenburg. Schoon klonken de forscbe mannen stemmen, teruggekaatst tegen den boschrijken achtergrond, vooral bij de strophen waar de liedertafel alleen zong. De leiding van deze uitvoering was in banden van den componist Pro fessor J. A. S. van Schaik uilCulen- burg, de woorden van het gedicht zijn Treed Schaepman, voor! Heel Neerland laat verrijzen Uw beeld, waardoor het eert zijn grooten zoon, Wjj stemmen in, om uwen naam te prjjzen Uit volle borst met luiden jubeltoon, enz. Dr. Laurillard. f Te Santpoort, waar hij sinds eenige weken herstel van krachten zocht, is overleden dr. Eliza Laurillard. Op 25 Maart 1830 te Rotterdam geboren, studeerde hij te Leiden in de godgeleerdheid en werd spoedig na zijn promotie in deze faculteit, beroepen tot predikant te Santpoort, waar hij van 1854 totl857 hetEvangelie verkondigde, om toen een beroep naar Leiden aan te nemen, waar hij tot 1862 het predikambt vervulde. In dat jaar aanvaardde hij het op hem uitgebracht beroep naar Amsterdam, waar hij tot 1 Juli 1904 werkzaam bleef, toen hem eervol emeritaat verleend werd. In al die jaren heeft dr. Laurillard zich alom in den lande, doch bovenal in de hoofdstad, vele vrienden ver worven. Bekend als kanselredenaar, door velen geliefd om de talrijke ge schriften, die hij het licht deed zien, geacht als mensch, heeft hij zich een welbekenden naam verworven. Een groot aantal letterkundige bij dragen verschenen van zijn hand in verschillende tijdschriften en behalve velen zijner kanselredenen, gaf hij om slechts een greep te doen uit «Uit de papieren tasch", «Oudejaars- gedachten", Ernstig en Los", «Vlecht- werk in velschillende kleuren", «Op een stoel door het land", den be kenden scheui kalender, jaarlijks ver schijnend e. d., altemaal boeken, die door de populaire en dikwerf humo ristische wijze, waarop de schrijver zich wist te uiten, door velen met genoegen werden gelezen. Doch niet alleen als predikant en letterkundige maakte dr. Laurillard zich naam, in tal van pbilanthropische vereenigingen maakte hij zich voor zijn stad- en landgenooten ver dienstelijk. Wanneer men het Amsterdamsche «Heerenboekje" opslaat, zal men een aantal vereenigingen vinden, waarin men den naam van dr. Laurillard aantreft als een der bestuurders. Van die vereenigingen noemen wij in de eerste plaats het «Nederlandsch Genootschap tot zedelijke verbetering van gevangenen", waar hij sedert meer dan 25 jaren het secretariaat in het hoofdbestuur waarnam. Bij het neer leggen dezer functie werd de heer Laurillard tot eerelid benoemd. Ook als commissaris der stichting Mettray" bij Zutfen heeft hij zich een welver dienden naam verworven door de wijze, waarop hij tal van jaren in het belang der aldaar opgenomen verwaarloosde knapen werkzaam was. De «Inrichting voor Doofstommen" te Rotterdam; de «Vereeniging tot opbeuring van boetvaardige gevallen vrouwen"; de Vereeniging «Sarepta" (steun voor weduwen)het Amster- damseh comité van de Vereeniging «Het Roode Kruis"; de «Sophia-ver- eeniging tot bescherming van dieren" de Amsterdamsche sub-commissie voor de «Kweekschool voor Zeevaart" te Leiden, zij allen hebben zich, de een langer, de ander korter, in de krachtige medewerking des heeren Laurillard mogen verheugen. In het Rijksmuseum prijkt de buste van den gestorvene, vervaardigd door den beeldhouwer A. W. M. Odé Jzn. Handelsbij De tuinpartij van Hare Majes teit de Koningin-Moeder te Soestdijk, is uitgesteld wegens overlijden van Hr. Ms. nicht Hertogin Joan Albrecbt van Mecklenburg, die detweededochter was van wijlen den Groothertog van Saksen. Prins Hendrik vertrok gisteren naar Schwerin voor de begrafenis van de hertogin Johann Albrecbt, waarbij Z. K. H. ook de Koningin vertegen woordigt. Tengevolge van het overlijden van de hertogin Johann Albrecbt van Mecklenburg, geboren prinses van Saksen Weimar Eisenach, zal de matinée op Het Loo, die op 21 Juli was bepaald, niet plaats hebben. Wettelijke tijd. De regeering heeft den directiën der spoorwegmaatschappijen voorge steld, de invoering van den wettelijken (Amsterdamschen) tijd op 1 Mei 1909 te bepalen. Dit voorstel is, naar wij vernemen, gunstig door de spoorwegmaatschap pijen ontvangen. Met ingang van 1 Mei 1909 vinden wij dus waarschijnlijk in de dienst regelingen der spoorwegen in ons land den Amsterdamschen tijd vermeld. o Uit het Zwccdsch van SOPHIE ELKAN. 2) Hij tikte aan de deur van het groote vertrek en verbeelde zich, dat iemand daarbinnen •Entrei" riep. Dus opende hij de deur. De reizigster bevond zich alleen. Zij bad niet van kleederen verwisseld en niet eens haar hoed afgezet. Zij zat roerloos voor zich uit te staren op de rivier. Ziende dat zij zich niet omwendde bij bet leven dat bij maakte liep René op baai- toe en legde de kleine band op baar arm. «Pardon, mevrouw, u beeft dit in de omni bus laten liggen." Zij keerde zich thans naar hem toe. «Wat gelijkt zij veel op de Heilige Martha dacht de knaap. De onbekende -dame bad dezelfde plechtige, geheimzinnige, scboone uitdrukking als Taras- con s schutspatrones. De gelijkenis boezemde René ontzag in, maar trok hem tevens aan. Het was hem te moede alsof bij haar heel zijn leven gezien bad. Hij vergat grootvader's verbod en begon oogenblikkelijk "Ik beet René. Des winters woon ik te Taras- conmaar 's zomers ben ik bier om grootvader te helpen, aan wien de herberg toebehoort. Ik zal ook kötelbouder worden, als ik groot ben. Ik zal bet groote logement te Tarascon koopen en dan met Yvonne trouwen, Yvonne is mijn peettante. Verlangt mevrouw ook iets, dat ik baar kan brengen?" "Neen, niets waaraan je mij helpen kunt, kleine René," zeide zij gimlachend. Het was een zonderlinge glimlach, die baar gelaat niet vroolijker, alleen zachter maakte, baar nog meer op de Heilige Martha deed gelijken. Het kind kon de oogen niet van haar afwen den, toen zij hernam: "Ja, bet is waar ook, behoort bet bureau daar bij de rivier aan bet bétel?" "Ja zeker, mevrouw." Dan kan ik daar gaan zitten. Wil je mij den weg wijzen?" Hij knikte, opende de deur voor baar en liet baar voor zich uit gaan, de trappen af. Daarna begon bij voor haar uit te loopen. »René, laat de dame met rust, versta je!" luidde grootvader's stem "Heb je me geboord Ik zal baar alleen maar naar het bureau brengen. Dat beeft zij mij verzocht. Nietwaar, mevrouw?" "Ja." »Hier kan mevrouw geheel en al ongestoord blijven zitten," zeide de kleine, terwijl hij haar een bank aanwees: »Ik heb geen tijd meerik moet naar stal, om Gaspard te hel pen; maar als mevrouw iets mocht verlangen, behoeft zij mij slechts te roepenik kan bet hooren." "Dank je wel, René." Andermaal bevond zij zich alleen en wederom blikte zij over de rivier been, als iemand die iets op den tegenovergestelden oever zocht te onderscheiden. Over den stroom en oevers lachte bet verblindende, witte daglicht van Provence. Het deed pijn aan de oogen, te turen op al dat glansrijke wit. Plotstling boorde zij René's stem tot zich doordringen. "Gelooft u niet, grootvader, dat de vreemde dame een weduwe is? Zij is geheel en al in bet zwart gekleed." Zij boorde bet antwoord van den grijsaard niet, alleen dat bij den knaap bet stilzwijgen oplegde. De fijne, kleeke lippen trilden, terwijl zij mompelde "Neen, René, de vreemde dame is geen weduwe. Zij is iets anders, iets dat gij misshien nooit van nabij zult kennen. Zij is een geschei den vrouw WeduweHoe oneindig minder wreed voor eene vrouw zooals zij, wanneer bet de dood en niet het leven was, die haar van den geliefde scheidde Er zyn zooveel verschillende wijzen van - beminnen. Zij had de gevaarlijkste, rampzaligste manier gekozen. Hare lietde was nooit dat gevoel geweest dat alleen in het hart leeft en sterft zoodra dat hart gewond en vertrapt wordt, dat kan nadenken en verstaan boe, wanneer men niets in ruil ontvangt, bet verstandiger en rustiger is ook niets te geven. Hare teederheid was, van den aanvang af die liefde geweest welke met bet bloed door de aderen stroomt, in elke zenuw weêrtrilt, in eiken hartslag medeklopt, de drijfveer en bet onderwerp is van elke gedachte, elke daad, elke levensuiting, die bet leven zelf is, de bruisende kracht, welke betdoode omhulsel vult. De man, dien zij nog altijd op deze wijze beminde, was baar echtgenoot geweest en bad zich van baar laten scheiden. Dat was nu vijf jaar geleden. Sedert vier jaren was bij gehuwd met de vrouw, die andere, voor wie zij ver laten was geworden. Men bad haar verteld, dat bij zijne tweede vrouw aanbad, dat bij gelukkig was en bij had aan vrienden, die hem in Provence, waar bij zich gevestigd had, opzochten, verklaard nooit te voren in zijn leven geweten te hebben wat geluk insloot. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1908 | | pagina 1