NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
Wo 84.
Zaterdag 17 October 1908.
Zeven-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
RAADSSTUKKEN.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door bet gebeele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 09.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Vergadering van de Iste afdeeling
van den Raad der Gemeente Amersfoort,
den 30 September 1908des namiddags
te half acht uur, ten Raadhuize.
Aanwezig de heeren E. L. Visser,
Voorzitter; J. W. Jorissen, A. A. Hamers,
S. J. van Duinen, W. Salomons, benevens
de Burgemeester, de Gemeente secretaris
en de heer H. W. van Esveld, lid der
tweede afdeeling.
Afwezig met kennisgeving de heeren:
A. M. Tromp van Holst en Hr. J. Heyli-
gers; afwezig zonder kennisgeving de
heeren: D. Gerritsen en N. Veis Heijn.
Tot rapporteur wordt benoemd de heer
W. Salomons.
Aan de orde komt nader voorstel van
Burgemeester en Wethouders betreffende
ontslagen pensionneering der nachtwakers
benevens een voorstel van den heer Plomp,
strekkende
om het voorstel van Burgemeester
en Wethouders niet aan te nemen,
om de jaarwedde der nachtwakers
met f25 te verhoogen.
Een der leden deelt mede, zich zeer
wel te kunnen vereenigen met het eerste
gedeelte van het voorstel-Plomp, daar dit
de strekking heeft, niet over te gaan tot
onmiddellijk ontslag der nachtwakers,
doch het besluit van 23 September 1902
te handhaven, waarbij besloten werd, hen
te laten uitsterven.
Onmiddellijk ontslag zou naar zijne
meening een te harde bepaling zijn, daar
deze menschen, die hun levensstandaard
geregeld hebben in verband met deze
niet onbelangrijke bijverdienste, deze
bijverdienste in hun huishouden niet kun
nen missen. Hij verklaart zich echter
tegen een verhooging hunner jaarwedden.
Het hospiteerende lid meent dat, waar
de nachtwakers mede behooren tot het
politiekorps, het niet aangaat te zeggen,
dat hun betrekking een bijbaantje ishet
is naar zijne meening hun hoofdbetrek
king. Wat zij overdag uitvoeren, is hun
bijbaantjezij hebben geregeld nachtdienst;
hun dienst is dus nog zwaarder dan die
van de overige agenten en waar zij tot
het politiekorps behooren en hiervoor een
algemeene verhooging van jaarwedden
is vastgesteld, meent hij, dat een ver
hooging van jaarwedden ook aan de
nachtwakers toekomt: hij is dus voor
het geheele voorstel-Plomp.
Een lid heeft schriftelijk medegedeeld,
dat hij zich vóór de intrekking van het
Raadsbesluit van 1 April 1908, en dus
vóór handhaving der tegenwoordige rege
ling wenscht te verklaren.
Een lid verklaart, dat hy indertyd
vóór de opheffing der nachtwakers
gestemd heeft en sindsdien niet van
meening veranderd is; hy is dus tegen
het voorstel-Plomp.
Sub a. van het voorstel Plomp wordt
in stemming gebracht en aangenomen
met vier tegen éen stem.
Sub b. van het voorstel-Plomp wordt
met algemeene stemmen verworpen.
Aan de orde komt het voorstel betref
fende de Verordening, houdende bepalin
gen voor het overdragen aan de Gemeente
van verkeerswegen of terreinen tot het
aanleggen van verkeerswegen bestemd.
Een afwezig lid heeft schriftelijk mede
gedeeld, dat hy zich met dit voorstel
vereenigen kan behoudens een kleine
redactiefout; in art. 56 wordt gesproken
van „verharding"; in art. 66 van „hard
making". Hij stelt voor, in art. 56 óok
van „hardmaking" te spreken.
Een lid meent, dat het niet billijk is,
den overdrager de garantie voor de water
leiding te doen betalen; by behoeft dit
immers ook niet te doen voor de gas
leiding.
De Voorzitter deelt mede, dat dit geheel
verschillende gevallen zyn. De overdrager
betaalt namelijk den geheelen aanleg dei-
gasleiding en het zou dus onbillijk zijn,
hem nog meer te laten betalende over
drager betaalt echter niets voor den aan
leg der waterleiding, daar dit, overeen
komstig de concessie, geheel door de
Waterleiding-Maatschappij bekostigd
wordt; slechts is de gemeente verplicht,
voor een dergelyken nieuwen aanleg
gedurende drie jaar een bepaalde garantie
van waterverbruik daar ter plaatse te
geven en deze verplichting wordt by de
overdracht der hier bedoelde terreinen op
den overdrager overgebracht.
Een der leden vindt artikel 10 te abso
luut geredigeerd, daar er geen mogelijk
heid gelaten wordt, een gemaakt verzuim
te herstellen.
De Voorzitter merkt op, dat dit wèl
kan door het indienen van een geheel
nieuw adres.
Een lid merkt op, dat artikel 11 laatste
alinea te streng is, daar de bebouwing
van een weg zeer lang kan duren.
De Voorzitter zegt, dat de redactie
juist zoo gekozen is om niet gedwongen
te kunnen worden, reeds straatverlichting
aan te brengen wanneer nog slechts hier
en daar een huis staat; de redactie laat
echter de mogelijkheid toe, het te doen
zoodra de wenschelijkheïd blykt te bestaan,
ook al is de weg nog niet voor bebouwd.
De verordening, in stemming gebracht,
wordt met algemeene stemmen aange
nomen.
Aan de orde komt de concept-Bouw
verordening.
Door een der leden wordt voorgesteld,
aangezien deze verordening door de
Gezondheids-commissie, door de Commis
sie van bijstand voor de fabricage en
door de Commissie van wetgeving is
onderzocht, deze niet artikelsgewijs te
behandelen, doch in 't algemeen rondvraag
te doen wie der leden eenige op- of
aanmerkingen heeft.
Een lid verzet zich daartegen, daarhy
nogal eenige bedenkingen heeft.
Daar deze meest van technischen aard
zyn welke door de overige leden niet of
moeilijk kunnen worden beoordeeld, wordt
aan dat lid verzocht, zijne op- en aan
merkingen op schrift te brengen en aan
Burgemeester en Wethouders in te zenden,
waaraan hij belooft te zullen voldoen.
Daarna wordt de Begrooting in behan
deling genomen, waarover een afzonder
lijk verslag gegeven wordt.
Het hospiteerende lid verlaat thans de
vergadering.
Rapport omtrent het verhandelde
aangaande de Begrooting 1909 in de ver
gadering van de 1ste afdeeling van den
Raad, gehouden den 30 September 1908.
a. Behandeling der afzonderlijke voor
stellen.
1". Voorstel tot verhooging van de
jaarwedde van den Gemeente ontvanger.
Een der leden wil gaarne medegaan
met het voorstel van Burgemeester en
Wethouders omtrent de verhooging van
jaarwedde van dien ambtenaar. Hij vindt
echter de motiveering van het voorstel
verkeerd, waar gezegd wordt, dat wegens
vermeerdering van werkzaamheden hooger
salaris gegeven moet worden. Dit is niet
juist; een ambtenaar wordt voor een
bepaalde betrekking aangesteld en niet
voor een bepaalde hoeveelheid werk. Ver
meerderen nu in die betrekking de werk
zaamheden eenigszins, dan moet daar
niet direct tractementsverhooging het
gevolg van zyn.
Het voorstel wordt daarna met alge
meene stemmen aangenomen.
2e. Toelage aan den ambtenaar, belast
met de vervolging in belastingzaken.
De voorzitter wijst er op, dat geen
verhooging van toelage wordt voorge
steld, doch slechts een crediet gevraagd
wordt om dezen ambtenaar, die zyn werk
niet alleen af kan en daarvoor hulp moet
nemen, waarvoor hy een groot deel van
zijn eigen toelage besteden moet, een
nadere toelage te geven in verband met
de werkzaamheden, die hy door anderen
moet laten verrichten.
Het voorstel wordt met algemeene
stemmen aangenomen.
3e Voorstel verhooging jaarwedde van
den Archivaris.
Het voorstel wordt met algemeene stem
men aangenomen.
Ie Voorstel verhooging salaris van den
Directeur der Reiniging en verhooging
loonen der werklieden bij de Reiniging.
Een lid merkt op, dat de werklieden
na de verhooging 9 x 52 f458 per
jaar zullen hebben; dat is byna hettrac-
tement van een onderwijzer.
Werkman bij de Reiniging kan iedereen
worden. Naar zyn meening was het dus
met f 8.50 voldoende betaald. Hy wenscht
zich echter niet tegen de verhooging te
verzetten.
Het voorstel wordt daarna met alge
meene stemmen aangenomen.
5e Voorstel tot verleenen van f250
subsidie aan de Vereeniging tot bestrijding
der tuberculose.
Het voorstel wordt met algemeene
stemmen aangenomen.
6. Behandeling der Begrooting.
Ie Uitgaven.
De Burgemeester deelt by behandeling
van volgnummer 64 mede, dat hy de
aldaar onder 7 genoemde som van f 200,
uitgetrokken voor een nieuw kleed in zyn
kamer, van de Begrooting afgevoerd
wenscht te zien; de vrijkomende f200
kunnen naar den toch reeds zeer lagen
post voor Onvoorzien worden overge
bracht. t
By volgnummer 96, uitrusting der
politie, merkt een der leden op, dat by
het wenschelijk zou achten, een post uit
te trekken voor uniformen voor de Inspec
teurs.
De Burgemeester zegt, dat hy het zeer
zou toejuichen indien dit geschiedt, doch
dat hy het wegens den financieelen toe
stand der Gemeente niet durfde voor
stellen.
By volgnummer 97 vraagt een der
leden of er nog een Vrijwillige brandweer
bestaat, of niet.
De Voorzitter zegt, dat de vereeniging
op het oogenblik feitelijk niet bestaat.
Het lid acht het dan beter, den subsidie-
post dier vereeniging niet voor f 200, doch-
voor memorie uit te trekken.
De afdeeling is het hiermede eens.
Bij behandeling van volgnummer 103
verzoekt een der leden Burgemeester en
Wethouders er by de militaire autoriteit
op aan te dringen, dat bij het uitrijden
der huzaren gebruik gemaakt wordt van
de Korte St. Jansstraat in plaats van de
St. Andriesstraat, daar het rijden der
troepen aldaar hinderlijk is voor de ver
pleegden in het Ziekenhuis.
Bij behandeling van volgnummer 115
vraagt een der leden of het niet mogelijk
is, een post uit te trekken voor de ver
plaatsing der Wilhelmina-boom, daar deze
het licht van de lantaarn op de Varkens-
markt zeer beneemt.
De Burgemeester zegt het te betreuren,
dat die plaats voor den boom uitgekozen
werd. Burgemeester en Wethouders zul
len overwegen of het mogelijk is, den
boom te verplaatsen of dat door ver
plaatsing van de lantaarn aan het bezwaar
tegemoet gekomen kan worden.
By behandeling van volgnummer 124
vraagt een der leden of het niet ge wenscht
zou zijn, dit bedrag met 4000 gulden te
verminderen, daar op de Ryksbegrooting
dit jaar toch nog geen geld voor subsidie
voor deze restauratie is uitgetrokken, en
men dan dit bedrag van f 4000 zou kun
nen gebruiken voor andere doeleinden
byv. voor closets in het Raadhuis.
De Voorzitter zegt, dat de Gemeente,
om kans te hebben op een flinke Rijks
subsidie, zelf ook een flink bedrag moet
uittiekken. Bovendien kan men door
dezen post to verminderen toch liet geld
niet beschikbaar krijgen voor andere uit
gaven, daar deze f 5000 als „buitengewoon"
op de Begrooting staan en dus uit een
leening gevonden moeten worden.
By behandeling van volgnummer 127
vraagt een der leden of de opzichter, die
aldaar voorkomt, een nieuwe betrekking is.
De Voorzitter zegt, dat dit het geval
is en dat waarschijnlijk in den loop van
het jaar tot de aanstelling van een der
gelijk persoon overgegaan zal moeten
worden, indien het blykt, dat by het
aanleggen van gasleidingen het bestaande
personeel niet voldoende toezicht kan
houden.
Bij de behandeling van volgnummer
217 vraagt een der leden wat de Veree
niging tegen drankmisbruik eigenlijk voor
een soort van vereeniging is.
De Voorzitter deelt mede, dat het een
federatie van vereenigingen is, die de
bestrijding van het drankmisbruik beoogt.
Gebleken is echter, dat deze federatie
slechts werkt met de Gemeentesubsidie
en niet tevens met geld, bijeengebracht
door de vereenigingen of hare leden.
Een lid meent, het dit in dat geval
wenschelyk is, geen subsidie meer te
verleenen.
De Voorzitter zegt dat, waar de subsidie
verleend is, zonder er de uitdrukkelijke
bepaling by te voegen, dat door deleden
een bedrag bijeengebracht moet worden,
minstens gelijkstaande aan het bedrag der
subsidie niet ineens kan ingetrokken
worden op grond van het nietvoldoen
aan die bepaling. Wel kan echter bij het
verleenen der subsidie thans deze voor
waarde gesteld worden en de uitkeering
der subsidie afhankelijk worden gesteld
van het voldoen aan die voorwaarde.
De afdeeling vereenigt zich met de
zienswijze van den Voorzitter.
Over de uitgaven worden verder geen
opmerkingen gemaakt.
Inkomsten.
Ook de begrooting der inkomsten levert
geen aanleiding tot het maken van op
merkingen op-
Niets meer aan de orde zijnde, wordt
de vergadering gesloten.
Vergadering van de 2de afdeeling
van den Raad der gemeente Amersfoort
gehouden den 6den October 1908 des
namiddags te half acht, ten Raadhuize.
Aanwezig de heeren: Celosse, Wethou
der-Voorzitter; H. Kroes, D. Ruys, C. J.
Plomp, A. H. van Kalken, M.R.N. Ooster
veen, H. W. van Esveld en J. C. Rolan-
dus Hagedoorn, benevens de Gemeente
secretaris en de leden der eerste afdeeling
D. Gerritsen en N. Veis Heyn.
Tot rapporteur wordt benoemd de heer
D. Ruys.
1. Voorstel tot verhooging van de jaar
wedde van den Gemeente-ontvanger.
Alle leden kunnen zich met dit voor
stel vereenigen.
2. Voorstel tot het verleenen van een
crediet, ten einde een toelage te kunnen
geven aan den persoon, belast met de
invordering der belastingen.
Alle leden kunnen zich met het voor
stel vereenigen.
In verband met dit voorstel vraagt een
der leden of het niet mogelijk zou zyn,
beter toezicht te houden op ontduiking
der Hondenbelasting. Hij is er van over
tuigd, dat er voor een zeer groot aantal
honden geen belasting betaald wordthy
meent, dat de persoon, belast met de
inning der belastingen, tevens hierop
toezicht zou kunnen houden.
De voorzitter zegt. dat Burgemeester
en wethouders voornemens zyn, dit toe
zicht aan den rechercheur Van der Horst
op te dragen, en meent, dat aan een per
soon, belast met de inning der belastingen
deze werkzaamheid niet opgedragen kan
worden.
Ook een ander lid acht het niet ge-
wenscht, dat aan den persoon belast met
invoidering der belasting dit toezicht
opgedragen wordt. Hy vreest echter dat
wanneer Van der Horst er mede belast
wordt, deze geheel aan zyn eigenlijken
dienst onttrokken wordt; daarom meent
hy, dat het beter is, een afzonderlijk
ambtenaar te benoemendit zal zeker de
kosten loonen.
Meerdere leden meenen. dat het toezicht
van politiewegen gehouden moet worden,
daar de menschen voor een politie agent
meer ontzag hebben indien hij komt infor-
meeren of zij honden hebben, dan voor
een gewoon burgerlijk ambtenaar. Bij
niet-voldoening aan de aanmaning tot
aangifte kan de politie terstond proces
verbaal opmaken.
Wordt hier eens flink de hand aan
gehouden en volgen er eens een aantal
veroordeelingen, dan zal aan het niet aan
geven spoedig een einde gemaakt zijn.
Een lid acht het wenschelyk, bij het
beschrijvingsbiljet der Inkomstenbelasting
ook een biljet voor de Hondenbelasting
te voegen en hierop te vermelden, dat
terstond tot vervolging zal overgegaan
worden, indien dit biljet niet juist inge
vuld ingezonden wordt.
De Voorzitter deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders de wenken zul
len overwegen.
3. Voorstel tot verhooging van de jaar
wedde van den Archivaris.
Alle leden kunnen zich hiermede ver
eenigen.
4. Voorstel tot verhooging der tracte-
menten van het personeel der Reiniging.
Een der leden merkt op, dat hy met
vreugde kennis nam van dit voorstel van
Burgemeester en Wethouders. Hy spreekt
echter de hoop uit, dat spoedig nog een
verhooging zal volgen, zoodat een
minimum loon van f 10 bereikt wordt.
De werklieden bij de Reiniging zijn meest
vaders van groote gezinnen en dan geeft
een loon van f10 werkelijk nog geen
gelegenheid tot overbodige luxe.
Alle leden kunnen zich met het voor
stel vereenigen.
5. Voorstel tot verleenen van een subsidie
aan de Vereeniging tot bestryding der
tuberculose.
Een der leden acht het zeer goed, dat
niet dadelijk de volle gevraagde subsidie
gegeven wordt. Eerst moet eens gezien
worden hoe de vereeniging werkt.
Een lid merkt op, dat het wel eenigen
tijd zal duren voor men bepaalde gevolgen
zal zien, daar men overal op vooroor-
deelen stooten zal.
Alle leden kunnen zich echter met het
voorstel vereenigen.
Een der leden vraagt hoe het staat met
de plannen eener nieuwe Hoogere Burger
school. Deu laatsten tijd hoort men niets
meer van plannen dienaangaande; ook
op de Begrooting komt hieromtrent niets
voor. Hy acht het echter zeer wensche
lyk, dat hiervan werk gemaakt wordt.
Ook zou hij gaarne vernemen wat het
voornemen is met de huisjes achter de
Hoogere Burgerschoolwegens hun zeer
haveloozen toestand acht hij het wensche
lijk, dat zij afgebroken worden.
De voorzitter deelt mede, dat de plan
nen voor een nieuwe Hoogere Burger
school nog bij Burgemeester en wethou
ders in bewerking zijn.
Wat de huisjes achter de Hoogere
Burgerschool betreft, meent hij, dat door
afbraak daarvan de toestand aldaar niet
verbeteren zal, daar de toestand der
perceelen achter die huisjes even have
loos is als van de huisjes zelf.
Een lid spreekt er zijn vreugde over
uit, dat de Begrooting ook voor 1909
weder sluitend is gemaakt zonder belas-
lingverhooging; de Gemeente verkeert
dus in dit opzicht in gelukkiger omstan
digheden dan zoovele andere Gemeenten.
Dat dit echter gelukt is, meent spreker
te moeten toeschrijven aan verschillende
omstandigheden, die zich de laatste jaren
voordeden, zooals bijv. de uitkomst der
nieuwe schatting voor gebouwde eigen
dommen, waardoor ook aan opcenten een
aanmerkelijk hooger bedrag in de Gemeen
tekas vloeit. Wij moeten echter trachten,
dien goeden toestand te bestendigen, ook
zonder dat zich buitengewone omstan
digheden voordoen. Het is daarom ge-