NIEUWS
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
BENJAMIN
No 49
Zaterdag 19 Juni 1909.
Acht-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
DE WEEK.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangesiraat 77. Telephoonno. 09.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/j Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
17 Juni.
Verkiezingsmaand, om de vier jaren
terugkeerend, is een pretje, verzetje,
voor de luidjes, die zich voor de Bin-
nenhofsche aangelegenheden interes
seeren en dan een uur of wat echte
«emotie» kunnen smaken mitsgaders
voor vele anderen, outsiders; men
sehen, die in gewone omstandigheden
even ijskoud blijven voor al zulke
dingen als zekere Amsterdamsche wet
houder uit de tachtiger jaren voor »het
oordeel der pers»...
Iritusschen, bet avondje van 11 Juni
was in volkomen overeenstemming met
de lauwe, laksche, flauwe stemming,
die gansch de verkiezerij ditmaal be-
heerschte. Men verlustigde zich in de
vertooning van de tooverlantaarn-up
to datezong, hier en daar, wat van
«zakjes plakken», van »weg met de
socialen», of hief het Vrijheidslied aan,
naar gelang van temperament, ziens
wijze, etc. Maar de eerste verkiezings
avond ging, ten slotte, als een nacht
kaarsje uit... Vroeger, rustiger, matter
dan anders, dan ooit...
Veel over liet thans alom bekende
en van alle kanten bekekene zal ik
niet moer neèrpennen. Het besef, dat
men tegenover »den muur van 55
Rechts» geplaatst is, waar geen ver
wrikken aan valt, 't werkt, ondanks
alle pogingen om leven in de brouwerij
te brengen, in de Linksche gelederen
ontmoedigend en neèrslaand. En men
behoeft dan ook waarlijk geen profeet
te zijn om te durven voorspellen, dat
25 Juni zeer waarschijnlijk nog een
paar zeteltjes aan Rechts zullen toe
voegen het cijfer van 60 nog meer
zal doen naderen; wellicht bereiken!...
In Utrecht staan de kansen der h.h
Van Karnebeek en Roëll \ooral van
laatstgenoemde uiterst zwak. Haar
lem gaat zoo goed als zeker, om. Dr.
Van Staveren's kansen in Rotterdam
ziju verre van denkbeeldig. Niet vele
premiers, voorgangers van mr. Th.
Heemskerk, konden ria den eersten
grooten veldslag reeds uitroepen
mot zóóveel besef van veiligheid: «J'y
suis, j'y reste?»
Over hetgeen de dag van 25 Juni
nu nog brengen zal, wil ik niet verder
bespiegelen, 't Heengaan van bekwame,
kranige figuren uit de Kamer, als een
dr. Lely, een mr. Limburg, een Van
Kol, mannen van elke richting moeten
't betreuren.
Voor de liberale partij was de die
zeer stellig een «dies ater". Er zijn
lichtpunten, ja, bijv. het vooruit
zicht dat in Hoogezand de oud
minister Rink 't op den heer Ter
Laan (die in Den Haag III wel zal
triunjfeeren) zal winnen; ook de
groote waarschijnlijkheid dat mr. De
Meester Helder's eerlijke en bekwame
uitverkorene zal blijken, doch voor
't overige is zij, liberale, deerlijk ge
havend uit den kamp gekomenOnze
practische en verstandige vaderen
hebben 't immers geleerd«Concordia
res parval crescuntdiscordia diia-
buntur". O linkerzijde, waarom dat
«Eendracht maakt macbt" uit 't oog
vei loren 7... Er zijn nederlagen, welke
leidend tot zelfkennis en zelfkri
tiek achteraf zegenrijk blijken. En
overwinningen, die achteraf schaê
berokkenen... Met deze wijsgeerige
bespiegeling moge Links zich nu
pogen te troosten.
Do sociaal-democraten trekken
o-zoo-vergenoegde gezichten, maar
houden zich 't harte vast.
In Amsterdam III is 't, tusschen
mr. Troelstra en prof. Van Hamel
echt «stuivertje op z'n kant", 't Zal
wel, dat de h.h. Oudegeest en Vliegen,
respectievelijk door Amst.IIen AmstlX,
als «homines novi", of te nel groentjes,
naar het Binnenhof wordeo gezonden.
Ook voor de h.h. Schaper, Helsdingen
en Hugenholtz staan, in hunne
districten, de kansen gunstig. Doch
speciaal in de jongste dagen heeft
men immers teekenen kunnen ont
waren, welke allerlei verrassingen
kunnen aankondigen Qui vivra
verra.
Rechts kan nu regeerenheeft een
stevige meerderheid. Kan de gedane
beloften omzetten in daden. Er is
genoeg werk aan den winkel en men
moge vooropstellen de allerdringenste
noodzakelijkheid om iets tot stand
te brengen van het zeer vele, waar
't wachten op is. De «vergissing" van
Juni 1909 heeft ons lang genoeg in
het moeras laten voortsukkelen
Of het «cement" der Rechtsche
coalitie in de practijk hecht genoeg
zal blijkenof de altijd-smeulende
animositeit tusschen Kuyper- en
Lohman-gi oepen niet verterend, ver
woestend zal weiken op meergenoemd
cementVooral wanneer de anti
revolutionairen nog meer «steun"
in het kapittel krijgen en de touwtjes
heelemaal in handen willen krijgen
't Is een der vele vragen, die de
naaste toekomst (altijd, wanneer
de heeren zich, tot eind September
voldoende hebben toegerust voorden
strijd zal moeten op lossen.
Ik stip nog even aan het verblijdend
feit van 't aanvankelijk mooie succès
der middenstands-tentoonstelling te
Amsterdam. Jaren geleden werd van
die maatschappelijke sfeer gezegd dat
zij nagenoeg-sterveode was. Door eigen
pittig initiatief, eigen ferme wilskracht,
hebben de middenstanders getooDd
dat zij «er ook nog zijn"; voorloopig
nog niet van plan om den kamp op
te geven. Inderdaad, het raderwerk
van onze maatschappij is moer-ge-
compliceerd dan de soci's willen toe
geven. En alle deeltjes ervan hebben
elkaar noodigzijn voor elkaar on
misbaar... De grootste zoowel als de
fijnste, teêrste...
Mr. ANTONIO.
H. M. Koningin Emma zal 29
Juni naar de'stad Groningen vertrek
ken en daar tot den volgenden avond
30 Juni blijven.
H. M. zal intrek nemen ten huize
van den Commissaris der Koningin
den heer Geertsema en op dat uitstapje
vergezeld zijn van mevr. De Beaufort,
grootmeesteresse; baronesse Van
Ittersum, hofdame; jhr. De Ranitz,
grootmeester en jhr. mr. Scbimmel-
penninck, kameiheer.
Te Groningen zal H. M. op 29 Juni
de openingsplechtigheid bijwonen van
het nieuwe Universiteitsgebouw, dat
H. M. vervolgens zal bezichtigen.
'sAvouds zal H. M. deelnemen aan
bet groote feestmaal, aangeboden door
curatoren dei Academie en tevens de
licbtsioet der burgerij zien voorbij
trekken.
Op den dag van 30 Juni zal H. M
bezoekende Industrieschool voor
meisjes, bet doofstommen-instituut,
het doorgangshuis, zoomede het Groene
Weeshuis.
Des middags zal H. M. aanzitten
aan een déjeuner ten stadbuize, aan
te bieden door het gemeentebestuur
van Groningen.
H. M. hoopt ook een kort bezoek
te brengen aan de sociëteit «De
Harmonie", waarna zij 's middags nog
de maskerade zal zien voorbijtrekken,
om dan te 6 u. 40 van Groningin
naar Soestdijk terug te keeren.
Krankzinnigengesticht aan den
Dolderschen weg.
De Staatscourant no. 132 bevat een
K. B. van 4 Juni (Stbl. no. 134J.
waarbij aan regenten van het krank
zinnigengesticht te Utrecht vergunning
wordt vetleend op een terrein aan den
Dolderschen weg alhier een gesticht
voor krankzinnigen op te richten.
Van het Kon. Besl. luidt art. 2:
«In het gesticht, dat geacht zal worden
één geheel uit te maken met het
krankzinnigengesticht te Utrecht, be
doeld bij het Koninklijk besluit van
21 Juni 18S7 (Stbl. no. 10i), en dat
bestaan zal uit 10 paviljoenen, eene
boerderij, tevens ingericht voor huis
vesting van verpleegden, en de noodige
dienstgebouwen, mogen niet meer dan
462 krankzinnigen, (236 mannen en
226 vrouwen), verpleegd worden. Enz."
Art. 6. De geneeskundige behandeling
der verpleegden wordt opgedragen
behalve aan den geneesheer-directeur,
tevens werkzaam in het gesticht te
Utrecht aan tenminste drie genees
kundigen, die gevestigd moeten zijn
in woningen op het terrein van het
gesticht en buiten het gesticht geen
geneeskundige practijk mogen uit
oefenen. Zoolang het aantal verpleeg
den niet meer dan 175 bedraagt, moet
aan ten minste één zoolang het aantal
verpleegden meer dan 175 doch niet
meer dan 325 bedraagt aan ten minste
twee geneeskundigen de geneeskundige
behandeling zijn opgedragen.
Een zware beschuldiging.
Dezer dagen bevatten enkele bladen
een uit het «Nieuws- en Adverten
tieblad voor Ommen en Omstreken"
van 5 Juni jl. overgenomen bericht,
ontleend aan een verslag van een
verkieziDgsrede, door mr. P. Tideman
uit Haarlem, te Ommen gehouden.
Mr. Tideman had daarin een zware
beschuldiging tegen dr. Kuyper als
oud-minister uitgesproken. We hebben
met bet overnemen opzettelijk gewacht
tot na de verkiezingen, omdat wij
niet wisten in hoeverre de beschul
diging als «verkiezingsmateriaal" kon
worden geëxploiteerd.
Nu dr. Kuyper te Ommen is her
kozen, komt het ons evenwel zeer
gewenscht voor, dat deze zaak tot
klaarheid worde gebracht.
Het berichtje uit het Ommensche
blad luidde
«In antwoord op een hem gedane
vraag deelde mr. Tydeman mede. dat
dr. Kuyper gedurende zijn minister
schap incorrect had gehandeld inzake
het verleenen van ridderorden.
«Het was hem bekend, dat dr.
Kuyper f 11000,ontvangen had
van iemand uit Amsterdam, die gede
coreerd was, kort nadat zijn wensch
Klaxln. 2vtEiclia.ëlis.
23) -
Jane zat met de beenen een eind voor zich uit
gestrekt. Als zij thuis kwam van haar lijkengoed,
was ze zoo lui en landerig dat ze geen vinger meer
verroerde. Ze moesten haar verkleeden en het eten
bijna in haar mond stoppen. Zij deed zoo gewichtig
tegenover de anderen, omdat zij het meest ver-
diende en 't was van haar geld dat ze 't schoolgeld
voor Benny betaald hadden en later de kleeren en
de kaartjes voor decomedie; zelfs zyn avondbordje
ging van haar geld. Dat was nu eenmaal niet
anders; maar bij elke gelegenheid liet zij er zich
op voorstaan dat Benny het meest van haar was
en dat werd ten lange leste zoo ergerlijk en ver
velend om aan te hooren.
Nu zat ze daar breed en wel als een kardinaal
en blufte er op dat zij in 't koffie-vrfikwartiertje
naar een gravinnenbruiloft was geweest in de Friie-
kerk. Er waren zestien bruidsmeisjes, zeven en
veertig uniformen en een krans van louter oranje
bloesems.
Je was zeker ook uitgenoodigd zei Tie
snibbig.
Maar Jane verwaardigde zich niet te antwoorden.
Of Klotilde misschien in den zin had den ge-
heelen avond met haar bonten schort rond te loo-
pen? Klotilde haastte zich haar moirée-boezelaartje
voor te doen.
Voor de twintigste maal zeker begon Klotilde
over een neef van slager Nielsen, die in 't hospitaal
was gebracht. Nielsen de slager zei zelf, dat het
kwam van al die nachtelijke zwierpartijen en omdat
hij altijd danste in .Figaro" met meiden, daardoor
had hy zweren in zijn ruggemerg gekregen. Hij
was soms heelemaal de kluts kwijt en hij kon niet
leven en niet sterven, hoewel hij overigens een
gestudeerd persoon was bij 't ministerie.
Tie stak den draak met haar. Men riskeerde eerder
zweren in de ooren te krijgen door al die praatjes
waar Klotilde altijd vol van was, maar ze had
overigens nooit gehoord, dat iemand gestorven was
aan zweren, of ze nu in je armen of je beenen of
je ruggegraat zaten.
Klotilde zat een poosje zwijgend. Toen zei ze
opeens fluisterend en in één adem:
„En Nielsen zei ookdat Benny iederen avond
met een juffrouw met roode haren en groote veeren
loopt te wandelen. Maar dat is er zeker een van
zijn kennissen!"
„Mij dunkt dat je Benny te hoog moest hou
den, dan dat je zijn naam ook maar zoudt noemen
tegenover zoo i9mand als Nielsen den slager. En
nu weet je 'tl"
Jane had gesproken, de anderen zwegen onthutst.
Jelle ruimde de tafel op, lei er het kleed met de
kwastjes en het lichte kleedje op en kwam met de
schaal met Benny's felicitatiekaartjes. Overdag ston
den ze overdekt in 't hoekkastje.
Er waren er bij, dagteekenende van zijn vijfde
jaar, sommige met een vastgehouden handje ge
schreven, met groote letters, en andere met heel
kleine lettertjes, als stofjes zoo klein. Eén was er
met een spinneweb over 't geheele kaartje, zóó
natuurlijk, dat Klotilde eerst geprobeerd had 't er af
te blazen en later met haar schort er over ge
wreven had om 't weg te krijgen. En er waren er
ook met Deensche kasteelen er op. Benny had ze
nageteekend van andere platen, zoo duidelijk, dat
men de steenen kon tellen.
Dat was een idee van Jane; die had bet er altijd
het meest over, dat ze eiken zomer eens op reis
moesten gaan om een van de groote landgoederen
te zien. Iedereen had toegang't koste alleen maar
het kaartje voor den trein heen en terug. Het was
natuurlijk voor Benny; 'twas nuttig voor hem dat
hij ze kende men kon toch nooit weten, waar
hij mettertijd nog eens kwam te wonen. Heerlijk
waren die tochten als 'tweer goed was. En ze
kwamen in tuinen, waar broeikassen waren met
druiven en meloenen. En dan teekende Benny het
slot uit, in zijn schetsboekje, als een herinnering;
maar later kocht hij een fotografie, want dat was
nog beter om na te teekenen, en 't gelukte steeds.
Op een goeden dag kwam over de post het slot
in een couvert met een postzegel er op en een ge-
lukwensch- Aan d' overkant op Fijn, lagen overigens,
zeide men, de mooiste landgoederen, maar die
moesten ze opgeven. Jane kon er niet aan denken
't water over te gaan. Dat was ook heel natuurlijk.
Ja, wat was Benny altijd attent! Hij zou nooit
het eerst een deur ingaan of zijn sigaar opsteken
zonder permissie te vragen hoewel hij wist dat
't haar grootste genot was den rook te ruiken.
En zoo uitvoerig als hij altijd antwoordde, als
ze hem iets vroegen en zoo keurig als hij haar
altijd bedankte na iederen maaltijd en Tak for Mad
zei en over 't geheel genomen altijd bedankte voor
de minste kleinigheid, die ze hem gaven!
En al die jaren, niettegenstaande zijn drukke
werk, had hij daar eiken avond haar vuile geld
zitten wasschen in salmiak, dat zoo vreeselijk in
den neus prikte, alleen maar omdat hij het zoo vies
vond dat ze geld hadden, dat alle andere menschen
aangeraakt hadden. De winkelmenschen waren in
hun nopje3 als zij er kwamen, want haar geld was
altijd zoo spiegelblank, dat het een lust was.
Ja, Benny, die goede beste jongen
Voor elk van de zusters stond nu het kleine
Noorsche doosje met een schaar en naaldenkoker
en een vingerhoed van echt zilver en het Zweedsche
klossen-bakje met de roode dwergen van brand
werk, van de buitenlandsche reis meegebracht.
Klotilde zat echter polsmofjes te breien van uit
getrokken oude kousen; een mensch zijn polsen
werden zoo ruw en gesprongen door al die koude
nattigheid 's morgens, als je zelf al 't huiswerk
deedt. Maar Jelle borg haar mofjes altijd weg en
haalde wit garen en haakpennen voor den dag
voor haar slaapnetje, dat stond dan toch altijd netter.
Wordt vervolgd).