Gemeenteraad.
allen daarbij gelijk en op ruime schaal
belang geeft.
Indien werkelijk te eeniger tijd Enge
land er toe overgaat een beschermende
staatkunde te volgen, zal dit onge
twijfeld aan sommige belangen hier
te lande aanvankelijk, ernstige schade
toebrengen, al moet men zich ook
voor overdreven bezorgdheid te dezen
wachten. De ervaring ten opzichte
van de gevolgen der argrarische be
scherming in Duitschland voor ons
land is, dunkt ons, bemoedigend. Doch
naast de nadeelen die het economisch
imperialisme in Engeland ons be
rokkenen kan, staat het uitzicht op
belangrijke voordeelen aan den anderen
kant.
Zou niet indien men het schema
in de Birmingham Daily Post onlangs
gepubliceerd mag beschouwen als een
betrouwbare schets van de weuscben
der tariffreformers de heffing ginds
van een recht van 510 percent der
waarde van halffabrikaten, en van 15
percent van geheel afgewerktegoederen
(hoe vaak zjjn ook deze niet hulp
middelen voor andere bedrijven!),een
en ander met niet meer dan 2'/i percent
verlaagd ten behoeve van de koloniën,
voor ons land het begin kunnen zijn
van een tijdperk van krachtige tndu-
strieele ontwikkeling? Ons land, met
zijn prachtige geografische ligging,
welke ons bavenverkeer reeds nu,
ondanks de pogingen om de Duitsche
goederen-beweging bij voorkeur te
lelden langs de eigen havens Emden,
Bremen, Hamburg, men mag wel
zeggen sprongsgewijze doet vooruit
gaan, kan zich bij een verstandige,
breedgedachte handelspolitiek, welke
de invoerrechten en douaneformali
teiten niet verzwaart, doch geleidelijk
beperkt, ontwikkelen tot bet groote
viijhavengebied van Centi aal-Europa.
Eu dit te beter en te sneller, indien
Engeland, men zou bijna zeggen de
vriendelijkheid heeft, aan ons land,
voor de verdere afwerking van half
fabrikaten, een voorsprong boven de
Britsche nijverheid te geven van 515
percent der waarde. Welk een pers
pectief van onbegrensden vooruitgang
voor onze, zoo buitenspong snel toe
nemende bevolking zou zich daardoor
openen
Het zoude in hooge mate te be
treuren zijn, wanneer wij, in plaats
van dankbaar gebruik te maken van
de gelegenheid, ons door de fouten
onzer concurrenten geboden, hun voor
beeld gingen volgen, en liever dan
hierheen te lokken het handelsverkeer,
dat elders wordt bemoeilijkt, ook
onzerzijds aan dat verkeer verdere
belemmeringen zouden in den weg
gaan leggen. Moge, wanneer wij eer
lang op den tweesprong staan, zooal
niet de regeering dau toch de Staten-
Generaal, met ruimen blik op de
wezenlijke behoeften van ons land de
juiste keuze weten te doen.
De vergadering van de Gemeente
raad gisterenmiddag onder praesidium
van den burgemeester Jhr. J. W. A.
Barchman Wuytiersgehouden, duurde,
niettegenstaande de agenda slechts 7
punten bevatte volle twee uur. Er is
dan ook heel wat afgepraat en dat
nu juist niet altijd op een wijze stro
kende met de waardigheid van het
achtbare college. De toon waarin de
discussies worden gevoerd is er sedert
de toetieding der laatstverkozen leden
Diet op vooruitgegaan.
hem om zich nu maar te haasten...
'tWas al tien minuten over eenen...
En Marie ging voor zich een boter
ham snijden... Wat meneer Yan Doorn
zoo bang deed worden, dat zijn hart
met wild-nerveuse slagen in zijn boe
zem klopte, toen hij dan eindelijk weêr
op straat stond, dien middag...
«Een andere man zou zich nog scha
men zei mevrouw Lize, toen ze op
den Zaterdag-avond erna, eindelijk
haar gal had uitgestort; uiting gegeven
aan de woede,in haar brandend gemoed;
neen dat ellendige schepsel, die me
vrouw Kanters, met d'r nieuwe-hoed
van vier-en-twintig gulden., met d'r
ophakkerij van wat haar man alzoo
per jaar aan verdiensten «maakte"...
met haar zurig-venijnig medelijden
voor mevrouw Van Doom's onver
schilligheid voor nieuwste modes en
zoo...
«Och ja, ik begrijp 't wel", had de
giftige slang gezegd, met een lachje-
neen, 'n lachje op d'r troDie... Om
zoo'n wijf te verscheuren. Levend te
villen...
«Ja" had meneer Van Doorn toege
geven, al-vreezend voor wending, die
storm begon te nemen «Ja, 't is
De udste Wethouder de heer Ce-
losse was met kennisgeving afwezig.
Na ongewijzigde goedkeuring van de
notulen der vergadering van 25 Jan 11.
deelde de voorzitter mede dat de na
volgende stukken waren ingekomen:
Besluit van de Gedeputeerde Staten
van Utrecht van 31 Januari 1910, 3e
afdeeling. no. 286/287 tot goedkeuring
van het 3e aanvullingskohier van de
inkomstenbelasting dienst 1909.
Besluit van de Gedeputeerde Staten
van Utrecht van 8 Februari 1910 3e
afdeeling no. 324/349 tot goedkeuring
van het raadsbesluit van 25 Januari
1910 no. 25 strekkende tot ingebruik-
gave van gemeenteeigendom, in ver
band rnet een te bouwen sluis.
Besluit van de Gedeputeerde staten
van Utrecht van 8 Februari 1910,
3e afdeeling. no. 283/382 tot goed
keuring van het raadsbesluit van 25
Januari 1910 no. 20 strekkende tot
wijziging der begrooting dienstjaar
1909 (administratie kosten fonds wer
keloosheid).
Besluit van de Gedeputeerde Staten
van 8 Februari 1910, 3e afdeeling
no, 296/354 tot goedkeuring van het
raadsbesluit van 25 Januari 1910,
no. 16, betreffende onderhandsche ver
huring van een strook grond, nabij
de voormalige directeurswoning van
de voormalige gasfabriek,
Besluit van de Gedeputeerde Slaten
van Utrecht van 8 Februari 1910,3e
afdeeling, no. 288/353, tot goedkeu
ring van het raadsbesluit van 25 Jan
1910, no 21, betreffende onderhandsche
verhuring van een perceel, gelegen
aan de Breedestraat.
Besluil van de Gedeputeerde Staten
van Utrecht van 8 Februari 1910, 3e
afd. no. 289/356 tot goedkeuring van
het raadsbesluit van 25 Januari 1910,
no. '18, betreffende onderhandsche ver
huring van een perceel, gelegen aan
de Krankelederistraat.
Besluit van de Gedeputeerde Statpn
van Utrecht van 8 Februari 1910, 3e
aid. no. 287/355 tot goedkeuring van
het raadsbesluit van 25 Januari 1910
no. 17, betreffende aankoop van een
perceel, gelegen aan de Krankeleden-
straat, kadastraal bekend sectie E no.
279.
Schrijven van de Gedeputeerde Sta
len van Utrecht van S Februari 1910,
3e afd. r.o. 297/305 houdende bericht
dat zij het raadsbesluit van 25 Januari
1910, no. 29, waarbij de subsidie van
de Gemeente aan het Burgerlijk Arm
bestuur over 1909 nader wordt vast
gesteld op f 13543.66 voor kennis
geving hebben aangenomen.
Allen voorkennisgeving'aangenomen.
Een verzoek van het Hoofdbestuur
van het Genootschap voor Landbouw
en Kruidkunde te Utrecht om bij even-
lueele benoemingen voor onderwijzeis,
bij gelijke aanspraken, die personen te
willen laten voorgaan, die in het bezit
zijn van een landbouwakte.
(Als ongezegeld ter zijde gelegd).
Een adres van G. H. J. Bonnier e.a.
houdende verzoek de, Zaterdagavond-
markt te verplaatsen van de Varken
markt naar den Hof (in handen van
B. en W. om praeadvies).
Het verslag en de rekening en ver
antwoording van de Commissie van
het fonds tot bevordering van de
verzekering tegen de geldelijke ge
volgen van onvrijwillige werkeloosheid
in de gemeente Amersfoort (zal wor
den gedrukt en bij het gemeente
verslag gevoegd de rekening en ver
antwoording in handen van B. en W.
om praeadvies).
waar. Ze is een slecht wijf... Een laag,
gemeen wijf..."
Eventjes was Lize stil. Toen barstte
zij los...
«Maar ongelijk heeft ze niet! Om
den drommel niet! Als je ziet, hoe
mijn goeie... Jawel, goeie jurk eruit
ziet...
Met wat-voor een kiep ik op m'n
hoofd moet loopen... Terwijl papa-za
liger dan toch... Dan toch..."
Nil kwam 't, wist hij. Van deftigen
pa, die nooit had kunnen droomen,
dat zij, Elise... z'n kind... En van dien
schatrijker vrijer, dien ze had laten
loopen om lièm, Van Doorü... Ver
trouwend, dat hij een kerel zou blijken
met energie, waar wat in zat... Die
besefte, wht een vrouw, als Lize,
van haar kom-af, hóór stand, opvoeding,
toekwam...
In den loop der negen huwelijks
jaren had hij 't al zóó dikwijls moeten
verduren. Eerst was hij driftig, ge
krenkt, beleedigd geworden... Hid hij
nog de kracht om wel eens dp te
stuiven... Maar nu berustte hij... Had
Lize hem overwonnen... Sidderde bij
voor de scènes... Zat, als zij 't weêr
op de heupen had, somber, droevig
vóór zich uit te kijken... nu en dan
Een adres van A. van Groenestein
houdende verzoek hem alsnog ver
gunning te geven voor het plaatsen
van een gebouwtje op de Kortegracht
't geen hem door Burgemeester en
Wethouders geweigerd is geworden
(in handen van B. en W. om prae
advies).
Een adres van de Kiesvereemging
»Gemeentebelang<r te Amersfoort
waarbij eene motie ter kennis ge
bracht wordt betreffende het voorstel
van Burgemeester en Wethouders
betreffende de Hoogere Burgerschool
(te behandelen bij punt 2 der agenda).
Een verzoek der commissie tot rege
ling der alhier van 1316 Oct te
houden huisvlijt-tentoonstelling om een
medaille daarvoor beschikbaar testel
len, werd op voorstel van den voor
zitter spoedeischend verklaart en z. d.
en z. h. st. besloten tot het beschik
baar stellen van twee zilveren medail
les, waarvan de gezamenlijke kosten
f 13.zullen bedragen.
Aan de onderwijzeres aan de openb.
lagere school voor meisjes, mej. E W.
de Waatd, werd op haar verzoek, met
ingang van 1 Mei a.s., eervol ontslag
verleend.
Daarna kwam aan de orde een
voorstel van Burgemeester en Wet
houders om hel schoolgeld der buiten-
leerlingen aan de Hoogere Burger
school te verhoogen tot f 125.dat
der buitenkostleerlingen tot f 100.
Burgemeester en Wethouders schre
ven tot toelichting van dit voorstel
aan den Raad het navolgende:
Overeenkomstig de mededeeling,
gedaan in ons Voorstel van 9 Decem
ber 1909, afd. I, no. 1702, (Bijlage
Raad no. 470) hebben wij ons gewend
tot den Minister van Binnenlandsche
Zaken met verzoek ons antwoord te
willen doen toekomen op onze missive
van 21 December 1908, afd. I, no.
1728, betreffende de eventueele over
name van de Hoogere Burgerschool
door het Rijk en de stichting van
een Handelsschool door de Gemeente
Uit het daarop ontvangen antwoord
dd. 12 Januaii 1910. no. 54, afd
H. M. O. welk antwoord voor U
ter inzage ligt blijkt, dat de
Minister «voorshand geen vrijheid kan
vinden te bevorderen, dat gemeente
lijke Hoogere Burgerscholen _door het
Rijk worden overgenomen."
Het genoemde schrijven van den
Minister bevat verder mededeelingen
betreffende de toekomstige regelen
ten aanzien der subsidieering door
bet Rijk en de schoolgeldheffing voor
buitenleerlingen overeenkomend met
hetgeen reeds bekend is uit de behan
deling van de Staatsbegrooting voor
1910. Volgens die Staatsbegrooting
zal. te rekenen met ingang van 1
Januari 1910, ten behoeve van een
Hoogere Burgerschool met 5-jarigen
cursus zonder parallel-klassen een
jaarlijksch subsidie toegekend worden
van f 50u0.te vermeerderen met
flOOO.voor elke parallel-afdeeling,
die wordt gevormd om te voorkomen,
dat het getal leerlingen eener klasse
25 zou te boven gaan.
Bovendien ligt bet in de bedoeling
van den Minister, dat de Gemeenten,
die eene Hoogere Burgerschool in
stand houden, tevens aanspraak zullen
mogen maken op eene bijdrage van
de omliggende Gemeenten, van uit
welke buitenleerlingen de school be
zoeken, een en ander onder voor
waarde, dat die buitenleerlingen op
denzelfden voet worden toegelaten
als de leerlingen uit de Gemeente,
iets zeggend... Want heelemaal zwijgen
was óók weêr niet geraden...
Maar nü deed hij heel-anders. Marie
had den vorigen dag al iets bijzonders
aan zwager bespeurd... Waar Lize
heelemaal niet op lette...
Nu zat meneer Van Doorn met een
soort van lachje de striemende, kren
kende woorden aan te hooren...
«Een andere man zou zich nog
schamen riep ze uit, en 't scheelde
slechts een haar, of zij had het vaasje,
waar ze vlak-bij stond, te-gruis ge
smeten... Dat grijnzen van hem maakte
haar reël-dol... En Marie dacht ook
al: «Wat scheelt hem toch? Hij weet
dat zij door zulke dingen nog erger
wordt!..."
Mevrouw Lize had de naar prooi
tastende vingers van de rechterhand
al om het rampzalige vaasje geklemd,
een honend scheldwoord drong haar
naar de lippen... Zóó smalend, dat ze
'ttoch nog even terughield... Maar dat
vervloekte grijnzen van dien man...
Tik-tik, 't Was Jans, de meid,
met een doos...
«'n Doos? Voor mij Bepaald ver
keerd 1"
»'t Stond er toch secuur op... «Me
vrouw E. van Doorn, geb. Lanterhof..."
waar de Hoogere Burgerschool geves
tigd is.
De Minister geeft u daarom in over
weging, met de besturen der belang
hebbende buitengemeenten een over
eenkomst aan te gaan, waarbij de
Gemeente Amersfoort zich verbindt,
de leerlingen uit deze Gemeenten op
den zelfden voet tot de Hoogere
Burgerschool toe te laten als de
Amersfoortsche leerlingen, en bedoelde
Gemeentebestuien hunnerzijds de ver
plichting op zich nemen, jaarlijks een
som aan de Gemeente Amersfoort te
betalen, hetzij tot een vooraf vast te
stellen bedrag, onafhankelijk van het
aantal leerlingen, hetzij berekend naar
het getal dier buitenleerlingen, die op
de Hoogere Burgerschool plaatsing ver
langen.
Voor het geval een of meer buiten
gemeenten mochten weigeren een
dergelijke overeenkomst te sluiten,
zou de Minister er geen bezwaar
tegen hebben, dat van de leerlingen
uit deze Gemeenten een hooger school
geld werd geheven, mits niet tot
zoodanig bedrag, dat het den Minister
met het oog op de omstandigheden
overdreven zou voorkomen.
Het bezwaar, dat tot heden bestond
tegen bet heffen van een hooger
schoolgeld van buitenleerlingen dan
van Amersfoortsche leerlingen t.w.
verlies van de Rijkssubsidie is der
halve vervallen.
De beslissing, die uwe vergadering,
thans ten aanzien van de buiten
leerlingen kan nemen, kan in 3 rich
tingen gezocht worden:
le. het sluiten van de school voor
alle buitenleerlingen;
2e. bet toelaten der buitenleerlingen
op de bestaande voorwaarden
3e. het toelaten der buitenleerlingen
teaen betaling van hooger schoolgeld
Een besluit, in dén onder le aan
gegeven zin achten wij niet in het
belang der gemeente. De motieven
voor deze meening uitvoerig uiteen
te zetten, meenen wij als overbodig
te mogen beschouwen, daar waar uwe
vergadering de school steeds voor alle
huitenleeilinsen open gesteld heeft
toen de omstandigheden belangrijk
ongunstiger waren, dan zij zich thans
laten aanzienimmers destijds hield
de Rijkssubsidie geen verband met
het aantal parallel-afdeelingen zelfs
werd deze verminderd toen het aantal
afdeehngen steeg en zoudeinvoe
ling van hooger schoolgeld voorbui
tenleerlingen de Rijkssubsidie doen
vervallen.
In 't bijzonder wijzen wijerop.dat
sluiting van de school voor de buiten
leerlingen niet het gevolg zou hebben,
dat met 5 klassen volstaan zou kunnen
worden. Neemt men, in verband met
het schrijven van den Minister, een
getal van 25 leerlingen per klasse als
maximum aan, dan zou ook voor
kinderen uit de gemeente meermalen
een klasse gesplitst moeten zijn.
Een besluit als bedoeld onder 2e,
achten wij evenmin in 't belang der
gemeente. Hier voor is reeds gezegd,
dat vroeger het verhoogen van school
geld, uitsluitend voor de buitenleer
lingen, verlies van de Rijkssubsidie
zou veroorzaakt hebben. Dit gevaar
is thans uitgesloten. Gelijk uit het
hierna volgende blijkt, zijn de ge
middelde kosten per leerling na aftrek
der Rijkssubsidie belangrijk hooger
dan het schoolgeld. Er bestaat naar
onze meening geen enkele deugdelijke
reden, de gemeente Amersfoort jaar
lijks voor iederen buitenleerling een
Van Heveling en De Bruin... Het
elegante magazijn... Wat's dat?..."
Marie stond in sprakelooze verba
zing.
«H...Heeft de jongen ook antwoord
gevraagd?" vroeg Lize. Maar Jans
knikte-van neen. 't Was goed, ze
kon gaan...
Meneer Van Doorn stond, op een
ruit, wijsje te trommelen... En neuriede
zachtjes... De wereld liep op z'n eind
Hij hoorde touwtjes doorknippen.
Het met elkaar opgewonden-fluisteren
van de beide zusters... Geritsel van
vloeipapier...
«Hé!!?..."
Hij trommelde verder...
«Kees!" riep Lize opeens... Hij her
innerde zich den tijd niet, dat zij hem
zoo genoemd had...
«Kees!"
Toen draaide hij zich om.
Zag haar staan met de enveloppe,
die hij in de doos had laten doen,
geopend voor zich.... Twee lapjes van
vijf-en-twintig op de tafel. En de
prachtige mantel, van Heveling en De
Bruin, waar ze van verteld had... Die
mevrouw Kanters «lief' vond... Dat
kreng... En die ze van plan was ge
weest «maar te nemen", zoo-eentje
naar verhouding belangrijk bedrag te
doen bijpassen.
Uit de redenen die tot bestrijding
van de onder le en 2e genoemde
besluiten leiden, volgt tevens, dat wij
eene regeling, waarbij een hooger
schoolgeld der buitenleerlingen ge
heven wordt, onder de bestaande
omstandigheden het meest in 't be
lang der gemeente oordeelen.
Rekent men onder de kosten de
jaarlijksche annuïteitsallossing voor het
hoofdgebouw ad f 1800 en een bedrag
voor het Werkhuis ad f 500's jaars
welk bedrag hiervoor zeer laag gesteld
is dan bedragen over de jaren 1904
tot 1909 de gemiddelde kosten per
leerling,(na aftiek van de Rijkssubsidie,
pl.m. f142, terwijl het schoolgeld op
f 60 vastgesteld is. Voor deze bereke
ning is het wenschelijk, met 1904 le
beginnen, omdat de nieuwe salaris
regeling voor bet personeel op 1 Sep
tember 1903 in werking is getreden.
Het komt ons op grond van dit
getal wenschelijk voor, te besluiten,
dat voor iederen buitenl°erling-spoor-
leerling een bedrag van f125 en voor
iederen buitenleerling-kostleerling een
bedrag van f 100 per cursus aan de
Gemeente betaald worde, met ingang
van '1 September 1910.
De toehoorders betalen thans, voor
elk vak
f 6 's jaars, indien eenmaal 's weeks.
f9» tweemaal
f 12 driemaal
f15 vier of meermalen
's weeks onderwijs in dat vak wordt
gegeven. Deze getallen zouden voorde
buitenleerlingen-toehoorders vastge
steld kunnen worden op f 12, f 18,
f24 en f30.
Op 31 December werd de school
bezocht door 76 buitenleerlingen.
De invloed, die een besluit als door
ons boven aangegeven is, op het aantal
buitenleei lingen zal uitoefenen, is niet
te berekenen. In verband met de rege
ling van het aantal klassen is bet even
wel noodzakelijk, bijtijds het noodige
aantal paralel-afdeelingen te kennen,
zulks rnet het oog op de eventueele
verlenging van de tijdelijke benoe
mingen van eenige leeraren.
Volgens het gewijzigde art. 6 van
het Reglement behooren de leerlingen
zich vóór 1 Juli bij den Directeur op
te gevenna dien termijn behoeven
zij de toestemming van de Commissie
van Toezicht om tot de school te wor
den toegelaten. Nu helzeer waarschijn
lijk is, dat in de eerstvolgende jaren
min of meer belangrijke verandering
in het aantal buitenleerlingen zal ko
men, achten wij het voor eene goede
regeling van het onderwijs noodzakelijk
den termijn voor aanmelding op 1 Juni
te bepalen. Daarna kan dan met eenige
zekerheid de organisatie van de school
voor den toekomsligen cursus worden
vastgesteld. In den regel zal er natuur
lijk geen bezwaar tot toelating ook bij
aanmelding na '1 Juni bestaan, indien
de plaatsruimte zich hiertegen niet
verzet.
Zoodra uwe vergadering tot eene
verhooging van het schoolgeld voor de
buitenleerlingen besloten zal hebben,
stellen wij ons voor ons overeenkom
stig het schrijven van den Minister van
Binnenlandsche Zaken te wenden tot
de besturen der betrokken Gemeenten,
voorzoover dit althans mogelijk is in
verband met de leerlingen, wier ouders
in Indië wonen.
Van den uitslag dier onderhande
lingen zullen wij U mededeeling doen,
opdat tijdig de verordening betreffende
kon ze nog wel gebruiken van 't jaar-
De slang... Mantel van over de veer
tig gulden... Op z'n minst... Op z'n
allerminst
Nu hing-ie over een stoel, en de
gordijnen waren hóóg-opgehaald. De
zon tooverde lichtglimpjes in de gitten...
«Snoezig!" zei Marie, al-maar kijkend
naar zwager... «Nou, Lies, je bent
ingespannen, hoor!"
Hij, mannie, had verteld van z'n
gelukje. Gratificatie van vijf gele
lapjes... Als bijzondere waardeering
voor extra-diensten... En stellige pro
motie het volgend jaar... De referen
daris had er hem de hand op gegeven...
't Was zeker in geen twee jaar
gebeurd, dat Lize hem, uit eigen be
weging, 'n zoen gaf. In de roes van
haar blijdschap schaamde ze zich...
Durfde zij hevig-miskenden mannie
niet aankijken... Maar telkens gaf ze
hem tikjes op den schouder. Aaide
hem, in 't voorbijgaan, over het hoofd...
Knikte tegen hem... Liet een paar ons
van die worst halen, waar-ie zoo dol
op was... Die anders veel te duur
werd geoordeeld. Tracteerde hem op
een lekker grogje... Verraste hem
met een kistje-van 25, drie cents 't
stuk... Weelde, die mannie in geen