KUITENLAND. BINNENLAND. Plaatselijk Nieuws. onzes levensbehoefte vaststellen Want de reusachtige kapitalen waarmede een bank werkt zijn maar voor een onbeduidend deel bijeengebracht door de aandeelhouders in die bank, en toch rust bij hen (in meer beperkte zinbij de door hen te benoemde directeuren en commissarissen), het beheer der kapitalen die ten goede of ten kwade de andere veertig kapita len vormen in beweging kunnen zetten Wanneer wij een volgend maal de zaak eens van dit standpunt uit zullen bezien, zullen wij er mede hebben te houden dat de fondsen waarmede eene bank werkt bijeengedragen zijn door datzelfde publiek dat dienstbaar gemaakt wordt om door middel van van «lossende" prijzen dit bankkapi taal goed te doen rendeeren. Volgt hier dan uit dat deze winsten weder in zijn zak terug vloeienVolstrek niet. Het plubliek ontvangt zijn vaste rente, hij zij dan depocitant of reke ning- courant houder of houder van eene levensverzekering polis. Want verzekeringsbanken hebben en moes ten hebben enorme bedragen van hun reserve in liquide vorm, dus als contract geld, bij diveise banken ge stort deze bedragen zjjn zoowel als de geheele reserven, de geaccuuleerde gestorte premies der pohshouders die veilig beheert moeten worden om aan latere verplichtingen der verzeke raars te kunnen voldoen. De opening d. Wereldtentoonstelling. Terwijl de zon door de dreigende wolkengevaai ten brak, die den ge- ijerl o Zaterdagmorgen den feestgan ger- hei erg-te nadden doen vreezen. b-i a i koning Albei t, met zijn gemalin en een gionl gevolg om even twee nor oei centerend versieide hoofl- g - ou i waar reeds een uitgelezen zei chap hijeen was. Oe l.iaiste dagen en nachten heeft h -i un oerend cumiié met buitenge- \v e inspanning doen arbeiden. 111 hoop, dat de opening der Belgische wei eldientoonsielhng een uitzondering zou kunnen maken op den regel, dat exposities nimmer op den aangegeven tijd gereed zijn: het heeft niet mogen zijn. Niettegenstaande de haast boven- mensciielijke inspanning der 10 tot 12 duizend werklieden, veikeeren de meeste afdeelingen nog in het wordings stadium; een enkele sectie, zooals de Duitsche en Japansche, maken hierop een gunstige uitzondering. Een moeilijke taak rustte zeker op de schouders der commissieleden, die den ommegang na de opening hadden te regelen. Hoeden desolaten toestand der verschillende afdeelingen te ver bergen voor de oogen van den vorst? Koning Albert heeft het de heeren gemakkelijk gemaakt en slechts een zeer vluchtig overzicht genomen van het geheel; hij wandelde door de af deelingen, zonder zich ergens in het bijzonder op te houden, zoodat de stoet om ruim vijf uur het feestterrein we der verliet. Nadat de koning, omringd door een kleurige schaar van hoogwaardigheids bekleders, op den, met den Belgischen Leeuw versierden troonzetel had plaats genomen, trad de voorzitter van het uitvoerend comité naar voren, om allereerst de vorstelijke personen te danken voor hun aanwezigheid enden koning warme hulde te brengen voor zocht hij, met een kaarsje, in de keu ken naar restje-eten. Verslond het koude kliekje-aardappelen, door Ka overgelaten. En een stukje steenhard brood... Sinds dien dag beheerschte Guu9 zich als Marie begon over duiten. Ging-ie naar z'n kamer en dronk daar zijn anderhalf borreltje, totdat het sein werd gegeven van aan tafel gaan— Vandaag deed-ie heel anders. De jobstijding over den melkboer hoorde hij glimlachend aan. nik verzeker je, de vent is niet van de deur te krijgen. Hij maakt buren gerucht. As-jij 't dan asjeblieft maar zelf bereddert, hoor! Jij smeert 'm naar kantoor, en ik kan met het schandaal zitten had Marie gedreigd. Maar Guus trommelde met z'n vingers op tafel, floot zachtjes een deunj- uit de «Carmen" en keek vroo vtje aan met glinsterend-verliefde oogjes Marie kwam dicht bij z'n i I. ronk of-ie bijgeval ook extra- lij.' ge-uaptbad. Sloot het karafje, v «o alle securiteit, inaax weg. Hij liet 't zich welgevallen. n3t lijkt wel stapel!" viel ze uit den steun, welke hij zoo ruimschoots aan deze onderneming verleend heeft Ook herinnerde hij met groote erken telijkheid aan hetgeen koning Leopold gedurende zijn werkzaam leven voor België's grootheid en vooruitgang ge daan heeit. Ten slotte wees de voor zitter op de groote beteekenis van deze wereldtentoonstelling en betoogde dat zulk een onderneming niet vol doende geslaagd mag beeten, indien zij ook niet dienstig is gemaakt aan het hooge werk der beschaving. Na hem nam de Minister van Arbeid het woord. Evenals de Grieken, zoo sprak hij ongeveer, eertijds onder Hellas' schit terende zon het station binnenstroom den, om zich te verlustigen in den aanblik der Olympische spelen, zoo snellen in deze dagen de drommen toe, om den wedstrijd van wetenschap en industrie gade te slaan en te be wonderen. Hierop trad hij in een uitvoerige beschouwing over den vreedzamen wedstrijd tusschen de volkeren op het gebied van hel tentoonstellingswezen waar vooruitgang en beschaving steens nieuwe triomfen vieren op elk terrein der menschelijke bedrijvigheid. «Deze wereldexpositie zal een ver heerlijking blijken van den arbeid, die nieuwen glans zal werpen over ons geliefd vaderland". Nu was het de beurt van den jeug digen, sympathieken vorst, om de daad der eigenlijke opening te verrichten. Zich verhellend van zijn zetel, sprak hij, wachtend na iederen zin, langzaam en met heldere stem zijne rede uit, waarin hij allereerst een eerbiedige hulde bracht aan de nagedachtenis van koning Leopold If. Met vreugde, zoo klinkt het dan «eider, open ik deze tentoonstelling, die een trotsch beeld vormt van België's arbeidskracht en scheppenden geest. De Belgen vari thans zijn hun voor- vadeien waardig, die eens met nim mer wankelenden ijver den zandigen bodem tot vruchtbaarheid dwongen. Nieuwe takken van industrie zijn ont staan, de Belgische werkkracht heeft zich een uitweg moeten banen naar Afrika. De deelneming der vreemde natio naliteiten noemde de koning een bewijs van de achting en vriendschap, welke deze voor het Belgenland koesteren. «De wereldtentoonstelling van 1910 zij door haar internationaal karakter een machtig pleidooi voor den vreed zamen kamp in het strijdperk van arbeid en vooruitgang, waarin de volkeren zich steeds meer en meer gaan meten zij moge een dier werken van vrede en broederschap blijken te zijn, waardoor de vrije wedijver het vroegere wapengeweld naar den achter grond dringt. Deze wensch ten minste spreek ik hier, aan het begin mijner regeering en in tegenwoordigheid der bevriende Staten, luide uit, en ik boop dat zij een weerklank moge vinden in aller harten." Onder de tonen der Brabanqonne en de luide vivats eener onafzienbare menigte ving daarop de ommegang aan over het tentoonstellingsterrein. Op de Nederlandsche afdeeling werd de vorst begroet met den kreet «Leve de Koning." Het eerste avondfeest dat Zaterdag de opening besloot, is uitstekend ge slaagd. Een groote menigte bewoog zich door de lanen der tuinen, welke schit terend geillumineerd waren. Om tien Maar nijdig was Guus niet te krijgen... Toen gebeurde dat met Ka... Van dat tusschen de tanden pruttelen, terwijl de meid met haar bord-eten zou weggaan. «Hadt-je iets?" vroeg mevrouw nog eens. «Dan mot-je 't maar zeggen, hoor!" «Ik ga net-zoo-lief bij m'n moeder eten!" riep Ka uit «daar hebben ze 't breeder as hier bij jeluiIs me dat middageten voor een meisje, dat den godganschelijken dag moeten werken... Twee stukkies rollende... Zoo droog as kurk... En dan nog praats op den koop toe... Ik..." Weg was ze. Dicht smakte de deur... Marie haar na- Maar Guus hield 'r bij een slip van d'r huisjurk tegen knikte, knipoogde, wenkte... «Och, la-me..." met een woedenden ruk aan d'r jurk, «je bent gewoon weg boven je theewater... 't ïs..." Toen gebeurde het wonderbaarlijke. Hield Guus haar een smal reepje papier vóór het gezicht. Lichtgroen... Hij vouwde een hoekje ervan om- Bankje vaii veertig— «Hèriep ze uit, en haar gezicht veranderde zófy dat 't tooverwerk leek... uur had een groote taptoe plaats met fakkellicht, welke tegen het hooge hout van het Bois de Cambre een feeërie ken indruk maakte. In de taveernen van Oud-Brussel werd het feest tot laat in den avond voortgezet. De World's Fair, zooals de Brus selaars hun tentoonstelling niet zeer juist betitelen, is geopend. De liquidaties. Voortdurend komen nieuwe «enor miteiten" aan het licht betreffende de wijze waarop Duez zijn taak als liquidateur der congregaties opvatte en 's lands belangen behartigde. De reizen van Staatshoofden en ministers jagen de schatkist dikwijls op groote uitgaven. Maar die onkosten zullen toch vaak blijven beneden de sommen, welke Duez en zijn medewer kers daarvoor in rekening brachten. In de boeken van den vereffenaar staat een bedrag genoteerd voor reis- en verblijfkosten van één millioen francs Daar de rechter Albanel toch wel gaarne iets naders wilde weten aan gaande dezen fabelachtig post, vroeg hij uitlegging aan de verantwoordelijke secretaresse van Duez, mejulïrouw Dumortet. Deze noemde de boekhouder van haar patroon «vreemd". Voor elke te vereffenen congregatieboedel opende hij drie rubrieken, een voor de reis kosten, een voor de algemeene on kosten aan zijn personeel. De posten werden daarop op goed geluk inge schreven, volgens een uiterst opper vlakkige berekening. In 1904 moest zij een weinig orde brengen in dezen chaos. Met de algemeene onkosten en die voor het personeel bad zij niet veel moeite, maar met de rekening en verantwoording der reiskosten wist zij geen weg. De posten der beide eerste rubrieken wezen een veel lager totaal aan dan eerst. Dueg wist er echter wel raad ophij telde eenvoudig dit verschil op bij het bedrag voor de reiskosten en het millioen was verantwoord. De Zeppelin II verongelukt. De Zeppelin II, rukte zich, volgens de «Nassauer Bote," Maandagmiddag om 1 uur van zijn anker los, nadat de ballon opnieuw met gas gevuld was. Het luchtschip vloog in N. W. richting, zonder dat iemand er zich in bevond en kwam 1,30 bij Weil- burglahn, geheel verwoest op den grond terug. Naar het «Kreisblatt" meldt, is het luchtschip middendoor gebroken en hangt bet iu de boomen, die zich op den Webergberg bevinden. De »Z. II," streed reeds den gebee len morgen op de landingsplaats bij Lemburg, tegen de krachtige wind- slooten. Even vóór een uur greép een rukwind, met een snelheid van l8m. per sec. het luchtschip links terzijde aan. De staaldraadtrossen, waarmee de ballon verankerd was, knapten af. en tevergeefs trachtten de manschap pen bet luchtmonster vast te houden. De »Z. II," vloog in razende vaait op Weilburg aan, en werd tegen het paviljoen op den heuveltop geslingeid. waarbij het achterste gedeelte bleef hangen, en het voorste gedeelte naar beneden omknakte. Bij het ongeluk werd niemand gekwetst. De ïZeppelin II" is één der drie stuurballons, die Vrijdag en Zaterdag te Homburg in tegenwoordigheid van «Hè Maar 't was geen droom. Daar lèg, vóór haar, op tafel, tusschen Guus z'n soepbord en 't hare in, lapje van veertig. Het «postje" bij de Ver zekering-maatschappij. waar Guus agent van was, het postje, waar ze niet eens meer aan dachten... Er door gekomenOver drie maanden weêr een lapje van veertig. Va9te inkomst zoolang de polis liep... De jonge patroon had er zich voor ge ïnteresseerd. Gemaakt, dat de zaak tot stand kwam. «Dat noem-jij nou 'n lammen kerel verweet Guus, en Marie kreeg 'r tra nen van in de oogen— Voelde echt- berouw. Guub rommelde met de tafelschel. Ka vertikte 't... Zou die armoedzaaiers wel eens toonen, dat ze zich niet langer liet uitbuiten— Ka d'r «aanstaande" was aan den felrooien kant... Laat die kerel-binnen maar schellen— Hij kan lang wachten— Piet zou er lol in hebben as-ze 't hem vertelde... «Kaatje!" riep Guus, aan de kamer deur, «och, kom-je even hier?" Met gloeiend gezicht verscheen de meid. Als-ie wat durft te zeggen— 't Keizer Wilhelm gemanoeuvreerd hebben. Zo< a's we reeds in een vorig nummer melden, was het dit schip, 't welk ook een poos boven Limburg gema noeuvreerd heeft. Het eerste geschilderde portret van Prinses Juliana. Onder de veriassingen, aan Z. K. H. Prins Hendrik ter gelegenheid van zijnen verjaardag bereid, behoorde ook het portret van Prinses Juliana, op last van H. M. de Koningin naar het leven geschilderd door mevrouw Thérèse Van DuylSchwartze. De kunstenares, die het stuk daags te voren ten paleize had opgesteld, werd op den ochtend van den vei- jaardag door Z. K. H. ontboden, die haar persoonlijk zijne groote tevreden heid en dank wilde betuigen. Aan H. M. de Koningin werd Vrijdagavond de eerste haring aange boden door de Zeevisscberij «Neder land", De Zeeuw en Van Raait te Vlaardingen. Mr. I. A. Levy. Nederland's geleerdste jurist. Mr, I A. Levy, vierde Maandag zijn 50-jarig doktersjubileum, Nederlands geleerdste in dien zin, Nederland's eerste jurist, ja, zoo mogen wij Mr. Levy zonder twijfel betitelen Een kennis van de wereldliteratuur op juridisch gebied en op het terrein van elk onderdeel daarvan als Mr. Levy bezit, treft men bij geen enkele onzer rechtsgeleerden aan. Ja, zelfs bij onze geleerde Oos telijke naburen zouden ze weinig man nen kunnen vinden, die Levy in be lezenheid overteffen. En dan niet enkel tot de juristerij bepei kt zich Levy's kennis: wie hier te lande is beter thuis in Kant dan I. A. Levy? Mr. I. A. Levy is geen professor, geen kamerlid, geen lid van provin ciale staten of gemeenteraad. Hij is niets anders dan: Mr. I. A. Levy, advocaat te Amsterdam. Maar men zou zich vergissen, wanneer men dacht dat de jubilaris van heden niet te vreden was met dien eereiitel. Want het «nobile ofliciuma (het edel be roep) van den advocaat houdt hij hoog als geen zijner collega's. En bij vat het ook op, dat beroep, met een «noblesse» als men onder oe gilde der advocaten ter nauwernood zóó zal aantreffen. Winstbejag, zucht naar roem, naar succes... het is hem alles vreemd; hij dient het Recht. Voor hem is dat geen vaag begrip; in zijn lang, in zijn onvergelijkelijk werkzaam leven heeft bij zich een scherp omlijnd begrip Recht gevormd, gebaseerd op onomstootelijke beginselen, die door hem heilig worden geacht Dat Recht te dienen, Mr. Levy beschouwt het als zijne hooge roeping. Dat op die wijze geen groote winstgevende prak tijk Levy's kantoor heeft opgezocht, het behoeft nauwelijks betoog. Wie Levy eens heeft hooren spreken, vergeet berri nooit meer. Welverzorgde taal, lijkdom van gedachten, slaag vaaidigheid in het debat, gloed, over tuiging... al de eigenschappen die een man geschikt maken een vergadeiing mee te sleepen, Mr. Le«y bezit ze, en met recht mocht Pi of. van Hamel in een tafelredevoering aan het feest maal van de vergadering der Juristen- Vereemging in 1908 te Amsterdam gehouden, opmerken, dat zonder Levy MiiiBte of geringste... Dan zal ik 'm— Ik krijg nog drie gulden veertig van ze— En dan Beek, de melkboer, met z'n brietie... Ze wachtte, Kaatje, in uitdagende houding. Strijdvaardig, kant en klaar... Hij most maar opkomen... «Kaatje" zei Guus ijzig-bedaard «och wil-je eveD dit bankje van veertig gulden wisselen... Bij den slager maar- Bij Bakker, hé?... Ka d'r oogen gingen van meneer naar mevrouw... D'r strijdlust versmolt.. Nog volhardde ze in haar gekrenkte houding. Eu mevrouw keek haar strak aan met vroolijke spottende oogen... Hé, dat valt je tegen!— Nou ben-je toch wel koest— Hadt-je niet gedacht... Een kwartiertje later rinkelde het zilvergeld op tafel. Had Ka d'r drie veertig. En het geld voor Beek... En Hakker, de slager, had zijn zes gulden kunnen afhouden. Dubbeltje fooi ge geven aan Kaatje— Gezegd dat-ie zich «wèl gerecommandeerd hield..." Vertoonde Ka zelfs wonderbare gedienstigheid. Meneer en mevrouw konden, van-avond, gerust uitgaan, hoor. 't Gaf-niks... Heelemaal-niks. Ka zou wel een ander avondje voor zich nemen. Had al, in de gauwigheid, om een vergadering der Vereeniging in compleet zou zijn. Want van welken aard ook het onderwerp is dat daar ter sprake kornt: burgerlijk recht, straf-, staats- of handelsrecht, Levy staat vooraan in het debat, brengt er vuur en leven in. Waarom dan zulk een man, met zoodanige qualiteiten, geen dei eere ambten bekleedt die de maatschap pelijke conventie als hoogst aanzien lijk pleegt te betitelen Waarom deze geleerde geen hoogleeraar, deze poli ticus van den eersten rang, geen minister, geen kamerlid? Omdat Levy's karakter niet die plooibaarheid bezit, die noodzakelijk is tot het bereiken van maatschappelijke eer en roem. Omdat Levy niet weet van schipperen, van loven en bieden, van schikken eD transigeeren, omdat hij alleen staat met zijn rotsvaste overtuiging en strijdt zonder genade voor zijn tegen partij. En ook, wij mogen het niet verhelen, omdat Levy's geleerdheid hem wel eens van het werkelijke leven heeft vervreemd, omdat hern de feiten van het bijzonder geval onver schillig zijn en hem slechts de quaestie die daaaionder verborgen ligt belang inboezemt. Dat alles neemt niet weg dat men zich een man als hij is, geplaatst, denkt op den professorszetel men zegt dat hem er een te Groningen werd aangeboden, maar door hem werd geweigeid, wijl bij voor zijn veelomvattenden geest het bonte leven der hoofdstad niet kon ontberen. Maar had niet juist hier, in het hart van het land, mr. Levy achter den professoralen katheder behooren te staan Er zijn velen onder de Nederlansche juristen, die Levy's verdiensten niet naar waarde schatten, hem een kamer geleerde theoreticus heetenmaar is er wel niemand die niet zal erkennen dat in wetenschap geen hem overtreft en ook geen in hooge, edele opvatting van het vak der juristen, van den dienaar des rechts? De zekerheid, vijftig jaar lang zijn taak zoo boog te hebben opgevat, geeft zij geen oneindig grooter voldoening dan die welke hooge ambten, orden, titels konden schenken? Het Nederlandsche juristendom bracht een eerbiedig en nederig eere-saluut aar. den geleerd- sten, den nobelsten zijner vakgenooten. Mr. Levy's leven te beschrijven, zijn werken op te sommen: zijn zware juridische monographieën, zijn brochu res over allerlei onderwerpen, zijn redevoeringen over duizend quaesties van maatschappelijk belang het ware een monnikenwerk En trouwens waartoe zou het dienennog steeds gaat er bijna geen week voorbij, of men ziet Mr. Levy's naam in dag en weekbladen, als schrijver, spreker, politicus, kunst-criticus, filosoof. Want zoo sterk is de levenskracht in dezen meer dan zeventigjarige, dat vijftig jaren overzware arbeid niet de ge ringste afbreuk hebben gedaan aan zijn jeugdig vuur, zijn lust om voor overtuiging op de bres te slaan! J.l. Zondag vergaderde het Cen traal Genootschap voor Kinder hei stel ling?- en Vacantiekolonies in de Arend onder voorzitting van mr. L. N. Roo- denburg ie 's-Gravenhage. De vooi zilier dr. A. Sikkel uit den Haag, was verhinderd. De tonn, aldus de voorzitter, kan den hoek, getelefoneerd naar de zaak, waar Piet, de «aanstaande", in be trekking was. Ze had'm «veel nieuws' te vertellen— «Toen Guus en Marie, tegen acht uur, door de straat wandelden, ge armd als in de wittebroodsperiode,— In 't heerlijk, veilig, bewustzijn, dat ze tot einde-maand alles konden be talen— Er was nog een dikke dertig nop over. Hij had tientje gehouden- Na al de misère van den laatsten tijd mochteri ze toch wel iets ervan nemen— Och, niks-bijzonders— Een bioscoopje en zoo— Dan gezellig een halfuurtje naplakken in een café-restaurant... Dat vond Marie altijd zoo «eenig leuk". Hadden ze er in geen maanden van kunnen nemen— Toen ze, op weg naar bioscoop- en-zoo bij Hakker langs kwamen, groette de slager, allerhoffelijkst. Zóó diep... «Zie-je dat?" vroeg Guus, en Marie was 't of alle verdriet en duiten misère voor-goed aeliter den rug waren. «Ik hèb altijd een voorgevoel gehad" zei ze «dat 't terecht zou komen. Van nacht heb ik van vlammen gedroomd. En de vorige week van stèpels bank dit jaar heel w liet vorige, toe deeling moest stop te zetten,! snel was, dat a[ den onderdak g zijn de vooruil worden. De gri geweest, al is stuur geen o gemaakt. Than gen tegen 86 i| bewijst, dat dezi bezig is volksj nationaal belail ming vindt. D opzettelijk gev cijfers. In 1909 aan tegen f 2350 van het ledent digend. Het De aandacht v^tuur is hierop foorzitler een eiing om de gevestigd. Ook beroep op de, propaganda te Waar van O] lid gesproken wordt is het weldra te opei De behoefte ha voelen; de vr; gelden bijeen t, tkter zijn dati |em de mede- pi opaganda de groei zoo en niet kon- irden. Thans junstiger ge- bevredigend liet Hoofdbe- propaganda 1100 afdeelin- [leze toename Iheidskolonie ivorden, een Êeral instem- laganda niet iijkt uit deze akosten f320 De toename e van bevre- 172 lot 231. stigd op het koloniehuis. eds lang doen inaar hoe de Verschillende plannen werdetkt cn ook weer afgekeurd, doclfift>?comité «Ter wille van het ling over het g| was ongedacht gift los voor ha was nu waarl H B. was niet om niet te EgJ dan De tijd dl aangewend om| verkrijgen te lag te laag. bleef Egmond gaf hier een terrein van 2 Iu 1909 wa verpleging zeei] te Nunspeet. Dit kan ook| worden, wat dat versterkinl Ten slotte e|_ het werk, de ;ri de zorg, die besteed zijn ge floor de afdee- een ïnzame- [d. Het succes m een groote tuis. De vraag plaatsen. Het ntratie, daar- maar waar in gen werden jk gronden te Z.; dit terrein alleen over- ix te 's Hage beschut duin- [ifpacht. esultaten der één sterfgeval janciën gezegd weg neemt, lodzakelijk is. lan dank voor lingen. Een directrices en g| toewijding, waj ben verricht. Hierna werd| en on middel lijl wone vergadeij ging van bet dat werd aangj Tot de alg. gaan om de Het jaarver! goedgekeurd. Het getal het aantal be; Dit jaar tral missie van tor koloniehuis t( Het kolonie! kelijk uitgebre houten statioi ruimte voor In hulde aan Ivoor de groote I hun taak heb- ferg. geopend een buitenge- jden tot wijzi- Ihjk reglement, gd nu overge te handelen. 1909 werd ging vooruit; achteruit, eerst een Com dvies voor hei 3t in werking. |ijk is aatuner- tnkoop van een zoodat er nu til is. papier... stèpel Hij lachte a «Spot jij izei ze «vuur en papiergeld... lalrvan droomt krijgt geluk!nepje 't toch!—" Weêr lacht, Maar ze waren, dien avond, vtelukkig, te zalig in het verlicham' zorgenpak om ergens boos o orden. Zoo gingen .inlicht stralende bioscoop-geboiinnt*n «Tachtig ceaompeMe bij, en trok een bedegA?icht: «'t heeft al bij de vier guc°8t, van-avond? fluisterde hij !°e- Maar zij Jen van gróóte lichtzinnigheióflj In de bioscoop was 't allerleiBest. Ze had een punchje gedroj hadden hen Guus had haa hebben— Wijs| magnifieke pó schien over del Op 't laatst! eraan geven, voor twaalhoc «Pflf, 't is minachtend, cents-feestsiga Bestelden de Samen voor el Wenkte biertje... 't Sc Marie zoo dc blouse van vi| gekeken hadd reikbaars, vanj juist zeggen ding... vóórda naar z'n port I paar kennissen zien zitten... Es van 't puik- |dat een tweede ust was— Mis plden provisie. heele kantoor kapot-sappelen wat!" zei hij van zijn vier den kellner. (ats du soir"— een versch te-binnen, dat die grijszijden waar ze naar laar iets onbe- lde... Woft net- haal-je het |eg is..." Tastte om haar met-

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1910 | | pagina 2