NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad iro®r de Provincie Utrecht. Qakmeme, BERICHT. Xo. 22. Zaterdag 18 3Iaart 1911. Veertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG M ZATERDAG. BUITENLAND. FEUILLETON. o DE MOEZJIEKS. Amersfoortsche Courant. ABONNEMENTSPRIJS:' Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Lngez jnden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever O. J. SLOTHOUWER. Bureau: LanKcstraut 77. Telephoonn.. 69. AD VERTENTIËN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7V* Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsrnimte. Met eén-en-vijftigsle nummer van rf-ril'iujTir'i rl 11'nnhMii is lieden aan onze geabonneerde!! ver zonden en bevat o. a. de volgende Illustraties Jhr. Th, H. van Benthem van den Bergh -j- Oud-Besident van de Preanger Regentschappen iu Ned.- Oosi-lndië. Met Fort te Vlissingen en den Mi nisterraad, met foto van de negen ministers. Het 12'/»-jarig Regeeriugsjubileum, gevierd ie 's-Gravenhage en te Am sterdam, met 2 foto's. Z. K. II. Pruis Hendrik op de ten toonstelling van Hotel-Industrie enz. te 's-Gravenhage rr.et 2 foto's. Twee interessante kiekjes op de Tentoonstelling van Hotel-Industrie, met 2 foto's. Hulde aan twee bekende zwemmers te Amsterdam, de heeren P. L. Ooms en Ed. Meijer. 15-jarig Bestaan van de Voetbal vereniging: Quick. »Om den zilveien bal" te Amster dam, met foto van de deelnemers. Tenniswedstrijden op de Oostkust van Sumatra, met foto van de deel nemers. x. .on Het Gebouw der Amsterdamscbc Gasfabrieken, met poitret van den Directeur, den heer I. van Rossum Duchatel. Het Auto-ongeluk te Aerdenhout. Een duiker aan de Mauritskade te Amsterdam aan het weik. Frits Koolboven's nieuwe tweedek ker in bet Vliegkamp te Soesterberg met portret van den heer en mevrouw Koolhoven. Carnaval te 's-Hertogenboscb. Onthulling van het standbeeld van Oldenbarneveld te Amersfoort. Paul Bastide, de componist van de nieuwe opera «Medée.a Het grootste Diodemagazijn in Ne- dei land. Het Pathé-salon te Amsterdam. Het fanfarecorps «Echo der Duinen« te Noordwijkerhoui. Vijf portretten van bekende land- genooten. Be geabonneerde I wonende wenscht zich te abocneeren op het weekblad „PAK ME MEE", tegen den prijs van 3'/> cents thuis bezorgd. Ter dood veroordeeld. De jury heeft eetgisteren Morrison schuldig verklaard aan den moord op Leon Beiori en de techier heeft hem laaiop ter dood veroordeeld. Zoo is dus dit proces, dat in Engeland bui tengewone aandacht tiok, geëindigd. Dat het zoo grooie belangstelling wekte, was een gevolg van bijzondere omstandigheden. Op den Nieuwjaars dag werd in Clapham Road bet lijk gevonden van Leon Beron, een Fransch- man, die echter oorspronkelijk uit Rusland afkomstig was. Beron bleek vermoord te zijn, en deze moord wekte ongewone sensatie. Het Engel- sche publiek was nog onder den indruk «an de misdaden in Houndsditch, on i et beleg van Sidneystreet. De moord nu op een man van Russische afkomst, die in Sidney-treet woonde, en die naar men vermoedde met verschillende van de tot de bende van Houdsditch behoorende Russen iri betrekking had gestaan moest wel zeer de aandacht trekken. En die aandacht werd nog meer gespannen toen op het lijk, bij de schouwing, eenige geheimzinnige teekenen weiden ontdekt, die bet vermoeden deden opkomen, dat de vermoorde gevallen was als het slacht offer van een wraakoefening. Allerlei geruchten deden de rondten en de meest sensationeele mededeelingen over bet werken van geheime Rus sische genootschappen, die in het viije Engeland hun zetel zouden hebben opgeslagen, verschenen in de bladen. Intusschen was de politie met gioote ijver haie nasporingen begonnen naar den dader van dezen zeer geheim- zinnigen moord, vooral ook geheim zinnig omdat er geen enkele verklaring was te vinden voor het feit, dat Beron in de Londensche buurt, waar hij nimmer kwam en ook niets te rpaken had, gedood werd. Vrij spoedig na de ontdekking van den moord kwam het bericht, dat de politie den vermoedelijken dader had gevonden. Zij arresteerde een zekeren Morrison, een Rus van afkomst,althans een man u't Russische ouders ge boren, sedert lange jaren in Londen gevestigd en daar werkzaam als bak kersgezel. in den laatsten tijd echter als koopman in juweelen en kleinodieën. Morrison verscheen voor den politie rechter en toen kwamen aller lei voor hern bezwarende dingen aan den dag. Moirison kende Beron, was in den laatsteri tijd herhaaldelijk in diens gezelschap gezien. Zijn financieele omstandigheden waren niet al te best, en uit allerlei aanwijzingen meende de justitie te kunnen opmaken, dat deze man, met het oogmerk om roof te plegen, Beron naar een afgelegen plaats had gelokten daar had vermoord. Dat was voor de Engelsche couran tenlezers 'n heele teleurstelling; men had zich er zoo op gespitst dat de nasporingen in deze rnoordz.iak nieuwe sensationeele onthullingen zouden brengen in verband met samenzwerin gen van Russische bandieten. En nu zou het geheele geval neerkomen op een eenvoudige moord uit roofzucht Dat wilde het publiek maar niet zoo dade lijk aannemen en dat verklaart dan ook de reusachtige belangstelling, die het proces tegen Morrison, die door den politierechter naar de jury werd verwezen, wekte. Men hoopte nog altijd, dat de behandeling van het proces sensationeele onthullingen zou brengen. Die onthullingen nu zijn uitgebleven, al onibrak het dan ook niet aan sensationeele incidenten. Het O. M. riep een aantal getuigen op, die de voorstelling dat Morrison werkelijk uit roofzucht den moord op Beron had bedreven, zeer veel kracht bijzetten. Vooral van belang was hierbij een getuigenis van een kelner in eeo eethuis in Witechapel, waar Morrisson en Beron elkaar hadden leeren kennen en in den laatsten tijd herhaaldelijk samenkwamen. Deze kelner verklaarde, dat in den avond vair 31 December Beron en Morrison samen het restau rant hadden verlaten. Morrison nam toen een pakje mee, dat hij des mor gens den kelner in bewaring bad ge geven, en dat volgens Morrisson 'n fluit bevatte, volgens jien'kellnei ech ter zoo zwaar was, dat de inhoud meer aanvoelde als eeri ijzeren hout. Andere getuigen, zoo o.a. een koetsier, konden vei klaren dat Beron en Mor risson in den oudejaarsnacht naar Clapham waren gegaan. Bezwarend voor Morrison was verder dat hij op Nieuwjaarsdag ruim van geld voorzien was en dat hij dien dag inde garde robe van een station een revolver had gedeponeerd, en eindelijk dat bij na den Nieuwjaarsdag spool loos was ver dwenen. De verdediger van Morrison bleef zich op bet standpunt stellen, dat Beron niet het slachtoffer was van een moord uit roofzucht maar het slacht offer van wraakzucht. Hij trachtte aan te toonen, dat voor een wraakneming van Morrison geen reden was en poogde tevens Morrison's alibi te be wijzen. Werkelijk bracht hij dan ook getuigen voor, die verklaarden dat Moirison op Oudejaarsavond te mid dernacht thuis was gekomen, en den nacht thuis had doorgebracht. Ja, zelfs kwamen twee mei.-jes getuigen, dat zij op den Oudejaarsavond met Morri son uit waren geweest. Bij het kruisverhoor van den be schuldigde bleek, die tijdens het ge heele proces een bewonderenswaardige kalmte aan den dag had gelegd, maar bij dat vei hoor van zijn stuk geraakte, bleek dat Morrison's antecedenten nu niet van de beste waren, dat hij her haaldelijk reeds was veroordeeld, steeds onder andere namen. Dat was toen werkelijk een zeer slechte dag voor Morrison. In een zeer uitvoerige rede heeft, na de getuigenverhooren, de advocaat van Morrison, de beer Abinger, ge tracht de onschuld van zijn cliënt aan te loouen, maar na hem kwam het O. M. aan het woord, dat op niet minder scherpzinnige wijze de juistheid en betrouwbaarheid van zijn opvatting der misdaad uiteenzette. De advocaat trachtte nog indruk te maken, door het getuigenis van een politiebeambte, die vei klaarde dat Morrisson door de politie wel degelijk bij zijn ariestatie was ingelicht over den aard der tegen hern ingebrachte beschuldiging. Deze getuigenis moest ontzenuwen de bewering van het O. M., dat een der aanwijzingen voor Morrison's schuld o.a. deze was, dat hij bij zijn arrestatie direct uit zich zelf had verklaard, wegens moord te zijn gepakt. Als hij niet schuldig was, zoo redeneerde het O. M., zou bij toch niet allereerst aan moord als reden der arrestatie hebben gedacht. Maar de rechter deed gisteren de jury op merken, dat men hier met een zeer ondergeschikt punt te doen had. Hij vond het in het geval van Morrison volstrekt niet vreemd, dat hij aan een arrestatie wegens moord dacht, en hechtte aan deze uitlating, gedaan of niet gedaan, niet de minste waarde. Niettemin ging met de behandeling van dit ondergeschikte punt eeri groot deel van den dag gisteren been, zoo dat eerst laat de uitspraak viel. Oorlogsgeruchten. De Rjetsj verneemt uit Cbarbin, dat gewapende Chineesche troepen »Iwan Makarüjtsj was mijn weldoe ner en ik moet dag en nacht den Heer voor hem bidden. Ik ben het aan hem verschuldigd, dat ik iet3 geworden ben.» »0 vadertje, men hoort bijna nooit meer over hem spreken,» zeide eene groote oude vrouw, de zuster van Iwan Makarüjtsj, met tranen in de oogen. »Van den winter was hij bij Omon,» zeide Nikolaas, »maar ik heb gehoord dat hij vpor het volgende seizoen aan genomen is ergens in den omtrek van Moskou in een tuin. Hij is oud ge worden. Vroeger bracht hij zomers tot tien roebels daags tehuis, maar nu zijn de loonen overal lager. De arme jongen maakt zich moe voor niemen dal.» De vrouwen en de jonge meisje3 zagen dat Nikolaas vilten laarzen aan had, beschouwden zijn doodsbleek ge laat en zeiden toen somber »Maar jij kunt niets meer verdienen Nikolaas Ossipüjtsj,jij kunt niets meer. Je tijd is voorbij.» Iedereen liefkoosde Sasja. Zij was al tien jaar, maar heel klein en mager en als men haar zag, gaf men haar op zijn best zeven of acht. In ver gelijking met andere meisjes, met door de [zon gebruinde wangen, slecht ge knipte haren en verschoten kleederen, stak zij, een beetje bleekjes, met groote zwarte oogen en een rood lintje in het haar, grappig af. Zij geleek op èen beestje, dat men op het land had ge vangen en naar de iezba had over gebracht. »Zij kan lezen,» zeide Olga trots, terwijl zij haar teeder aanzag, »lees eens, mijn kind,» zeide ze, terwijl ze haar kerkboek uit haar bundeltje voor den dag haalde. »Lees en de Christe nen zullen je aanhooren.» Het kerkboek was een oud, zwaar in leder gebonden boek; de hoeken er van waren vuil en omgebogen. Aan den reuk ervan zou men gemeend heb ben dat er monniken in de iezba wa ren gekomen. Sasja trok de wenk brauwen op en begon op zangerigen toon te lezen En de Engel des Heeren verscheen Jozef in den droom.... zeggende: »Sta op, en neem tot u dat kindeke en zijne moeder.» »Dat kindeke en zijne moeder,» her haalde Olga in vervoering. »En vlied naar Egypte... en wees aldaar totdat ik u zeggen zal...» Bij die woorden »en wees aldaar» kon Olga zich niet meer inhouden en begon eensklaps te weenen. Marja barstte eveneens in snikken uit, daar na de zuster van Iwan Makarüjtsj. Grootvader kuchte en zocht naar iets, om aan zijne kleindochter te geven, maar hij vond niets, en maakte alleen eenige beweging met zijne vingers. Toen de lectuur geëindigd was, gin gen de buren ontroerd naar hunne woningen terug, vol van lof over Olga en Sasja. Ter gelegenheid van het feest, bleef de familie deD geheelen dag thuis. De oude vrouw, die door haar man, hare schoondochters en hare klein kinderen zonder onderscheid babka of grootmoeder werd genoemd, trachtta in huis alles zelf te doen. Zij stookte zelf den oven, zij maakte de samowar gereed, zij werkte tot 's middags op het land, en klaagde dan, dat zij zich dood moest werken. Zij deed al wat zij kon, om te beletten, dat iemand een stuk te veel at, of dat haar man en hare schoondochters ledig zaten. Nu verbeeldde zij zich, dat de ganzen van den landheer door het land in haar moestuin gekomen waren, en liep zij met een langen stok gewapend naar buiten. Daar bleef zij een half uur loopen schreeuwan bij hare kooien, die er even slap en verflensd uitzagen, als zijzelf. Dan weer haalde zij zich in het hoofd, dat een roek hare kleine kuikens wilde grijpen, en zat zij, schreeuwend en scheldend, den roek na. Zij bromde en gromde van den morgen tot den avond, en schreeuwde soms zoo hard, dat de menschen op straat stil bleven staan. Ten opzichte van haar man gedroeg zij zich niet zachtzinniger; zij noemde hem nu eens luiaard, dan weer cholera. Hij was, dat moet gezegd worden, een moezjiek, daar men niets aan had, eD als zijne vrouw hem niet gedurig de huid vol gescholden had, dan zou hij wellicht niet anders gedaan hebben, dan op den oven zitten'praten. Hij vertelde zijn zoon langdradige ge schiedenissen over denkbeeldige vijan den, hij beklaagde zich over veronge lijkingen, die hij, volgens zijn zeggen, van zijne buren moest verdragen; het was vermoeiend om aan te hooren. Ja,» zoo verhaalde hij, met de han den op den rug. Zie-je, de week na Kruisverheffing verkocht ik hooi, voor dertig kopeken per pud mooi Alles gaat best. Ik ga dus op een morgen dat hooi wegbrengen mooii Ik doe geen vlieg kwaad. Maar daar komt me uit den traktier starost An- tiep Sedelniekof! »Waar breng je dat hooi heeD, schurk van een kerel!» be gint hij te schreeuwen en meteen slaat hij me om mijn ooren...» Siriak, die zijn roes uitgeslapen had, had hevige hoofdpijn, en schaamde zich tegenover zijn broeder. «Zoo wordt men van den brande wijn,» zuchtte hij, terwijl hij zijn ziek hoofd schudde. Maar broeder en schoon zuster, ik smeek er u om, vergeef het mij, ik ben er zelf ook niets over te vreden.» Men had, ter eere van het feest, een haring gekocht in den traktier en van den kop had men soep gemaakt. Om twaalf uur gingen ze allen aan tafel zitten, theedrinken. De moezjieksdron ken zonder opbonden, tot zij er van zweetten en opgeblazen van de thee waren en toch gingen ze daarna soep zitten eten allen uit één pot. Het

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1911 | | pagina 1