NIEUWS Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. Qakwrnt BERICHT. FEUILLETON. So. 7i. Zaterdag 16 September 1911. Veertigste jaargang. „ZIJN EED GETROUW" BINNENLAND. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonuo. 69. AD V ERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/, Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. No. 25 46 September 4911. &&-0-XJ Dit zeer actueel nummer, bevat als voorplaat Het portret van den op 56-jarigen leeftijd te Leiden overleden Hoogleer aar Dr. G. Wildeboer. Zitting te 's-Gravenhage van het Internationaal Instituut voor de Stati stiek (met twee foto's) Zeil wedstrijd op de Zuiderzee. De slachtoffers der Aviatiek (met 2 foto's). De Haarlemsche Vliegenier Fok ker. Een stout stukje vliegkunst. Een nieuw R. C. Kerkgebouw. De wereldberoemde schaakspeler Capablanca te Rotterdam. Onge regeldheden te Parijs. De Kerkbrand te Vlissingen met twee interessante moment-opnamen. De tijdelijke verblijfplaats van H. M. de Koningin te Avezaath Scheveningen, als Badplaats, met 7 foto's. De gestoorde Bruiloft bij Gebr. van Lier te Amsterdam. De voetbal wedstrijden te Rotterdam. Een wel daad van Z. K. K. Prins Hendrik. De afschuwelijke moord te 's Graven- bage. Sir Baden Powell, de leider der Scouts-boys, inspecteert de pad vinders te Amsterdam en te 's-Hage met 4 foto's. Koninginnedag te Leiden. De Electrische tram te Leiden. Ten slotte Portretten van bekende landgenooten. boeiende Schetsen, de rubriek van Redacteur X, bet Kinder nummer »Ons Prinsesje» en bet ver volg van den nieuwen roman, getiteld door Beatrice Walsh. Zomerverpleging. De voorlaatste groepen kinderen zijn uit de verschillende koloniehuizen van het Centraal Genootschap voor Kindei herstellings- en Vacanliekolo- nies vertrokken. De resultaten waren als gewoonlijk uitstekend. Van een aantal kinderen, die op advies der kolonie-artsen een verlengd verblijf noodig hadden, is door de afdeelingen en particulieren met prijzenswaar- digen ijver het verpleeggeld bijeen gebracht. De laatste groepen der zomerver- pleging zijn gearriveerd. Nagenoeg alle plaatsen zijn bezet. Dank zij de vermeerderde plaats ruimte door den bouw van koloriiehuis «Zwartendijk" is de vooruitgang van het aantal verpleegden jzrooter dan ooit. Totaal werden 1924 kinderen voor 4 weken opgenomen of 463 meer dan het vorige jaar. Najaars- en Winterverplegiiig. Door de kolonie-artsen van bet Centraal Genootschap is aanteekening gehouden welke van de in de zomer- kolonies verpleegde kinderen een lang durig verblijf in najaars- en winter verplegiiig noodig hebben tot afdoend herstel. Het aantal is beduidend. Aan de afdeelingen is mededeeling van de namen gedaan. Van eenige is reeds het voornemen bekend, om voor de na-kuur van de zwaksteu hunner kin deren de verpleegkosten te verzamelen. Deze bedragen 1 gld. per dag 1 gld. 's maands voor de algemeene kas. De naverpleging begint te Egmond in koloniehuis Zwartendijk op 7 en te Nunspeet in koloniebuis Weezenkas op 6 October. De bedoeling is, dat de verpleegden ten minste drie maanden blijven. Zij ontvangen op een tijd, die niet aan de buitenlucht onttrokken wordt, onder wijs in de hoofdvakken, nuttige hand werken en slöjd. Ook kunnen uit plaatsen, waar geen afdeelingen gevestigd zijn, kinderen uit ziekenhuizen of van particulieren worden opgenomen. Zij hebben zich te richten tot den administrateur A C. Bos te Egmond aan Zee. Het 13e Internationale Congres i tegen het Alcoholisme. Woensdagmorgen werd bet congres voortgezet met een bespreking van de wettelijke maatiegelen tegen het alcoholisme. In de eerste inleiding werd een overzicht gegeven van de wettelijke maatregelen, welke in ver schillende landen bestaan. Dr. Stiaussund Torney gaf een beschrijving van bet Duitsche vergun ningsstelsel. Meer uitvoerig werd in een zeer toegejuichte inleiding het Gemeentelijk Beslissingsrecht door Dr. Scharffenberg, uit Kiistiania. be handeld. Het Gemeentelijk Beslissings recht bedoelt om in de banden der burgers eerier gemeente bet recht te leggen, te beslissen over de vraag, of, en zoo ja in hoeverre, de drank' bandel in hun gemeente zal toegela ten zijn. Dat de vrouwen daarin mee beslissen mogen spreekt vanzelf, daar zij bet meeste lijden onder de gevolgen van het drankmisbruik van den man. Groote voordeelen levert dit stelsel, vooral voor de opvoeding der jeugd op, daar bij gemeentelijk verbod de publieke drankverleiding is weggeno men. Spr. noemde het Gemeentelijk Beslissingsrecht een uiting van gezonde democratie, daar aan het volk zelf wordt overgelaten te beslissen over datgene, wat een voortdurende be dreiging voor de gezonde ontwikkeling der gemeenschap is. De laatste spr. van dezen morgen, Dr. Helenius van Helsingfors, sprak over het zelfde onderwerp eri beval bet eveneens zeer warm aan, herinnerde aan de uitne mende gevolgen van het gemeentelijk verbod in de noordelijke landen van Europa, en waarschuwende tegen het Gothenburgerstelsel. Op beide in leidingen volgde levendige discussie, o.a. ook door den Voorzitter der Neder). Vereen, tot Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken, die wees op de proef-volksstemmingen in ons land gehouden. (Woensdagmiddag). In de middagzitting werd het be langrijke vraagstuk der erfelijkheid besproken. Prof. Forel hield een inleiding over de ontaarding van de kiemen door den Alcohol. Dr. Vlassak over de gezondheid van bet ras in verband met den alcohol en de En gelschman Hyslop over de invloed op het nageslacht Uit alle inleidingen bleek, dat het nageslacht van drinkers in meerder of mindere mate in aller lei opzicht in ongunstige conditie ver keert. Alleen is nog niet met nauw keurige beslistheid te zeggen of deze abnormaliteit een gevolg is van het alcoholisme, dien wel met het alco holisme gepaard gaat. Nog verschil lende nauwkeurige onderzoekingen zullen ingesteld moeten worden. Verschillende fraaie lichtbeelden lichtten de voordacht van Prof Forel toe. Donderdagmorgen werd de vraag behandeld boe Staat en Volksverte genwoordiging zouden te bewegen zijn, krachtig in te grijpen tegenover het alcoholisme. Vooraf ging een in leiding van Dr. Muller over de behan deling van drankzuchtigen in Duitsch- land. Over bet onderwerp van den dag spraken twee Fransche rechtsgeleer den, Hayem en Schmidt. Beide spre kers toonden aan, dat de Staat zeer lijdt onder de gevolgen van het alco holisme en dat dientengevolge de Slaat zich behoort te verweren daar tegen het is zijn plicht, meende Schmidt. Dr. Hayem gaf als middel om den Staat schadeloosstelling te geven voor het verlies der acctjnsen bij een sterk verminderd gebruik, o.a. aan belasting te heffen van alcoholvrije dranken en versche vruchten, waar tegen namens de Nederlandsche drank bestrijders protest werd aangeteekend en ook door sprekers uit verschillende andere landen. Groote nadruk werd door Schmidt er opgelegd, dat het voor de toekomst van den Staat van het grootste belang is, dat de jeugd geheel alcoholvrij opgroeit, en dat dus in deze richting strenge maatregelen zeer wensche- lijk zijn. De Engelschman Leif Jones bekeek het vraagstuk van den politieken kant en grondde zich daarbij vooral op Engelsche toestanden. In het debat wees Dr. Ferrari uit Milaan eronder veel instemming op, hoe verkeerd de regeering handelen door soldaten en matrozen wijn, drank of bier te ver schaffen of ze in de gelegenheid te stellen het in de cantine te koopen. Rijkspensioen voor geuieente-auibtcnarcn. Weldra zal ter indiening bij de Tweede Kamer gereed zijn een wets ontwerp tot bet toekennen van pen sioen ten laste van het rijk aan gemeente ambtenaren en beambten en en hun weduwen en wezen. Het wetsontwerp zal in de aan staande Troonrede aangekondigd wor den en daarna zoo spoedig mogelijk worden ingediend. Het moet de bedoeling van de regeering zijn de behandeling van dat wetsontwerp zooveel mogelijk le be spoedigen, opdat het in elk geval nog in den loop van bet nieuwe zittings jaar tot wet verbeven worde. Te Zeist beeft Woensdag de aldaar gevestigde Broedergemeente bet jaarlijksrh zendingsfeest gehonden in bet kerkgebouw op het Zusterplein. Des morgens traden aldaar als sprekers op: ds. C. Thiele, predikant te Krefeld, en ds. L. Reichei, zendings- direktor te Berthelsdorf, bij Herrnhut. Ds. Thiele gaf eene schets van Jezus als «den goeden herder, die de geheele kudde verzamelt; die groot is in zijn knechtschap zoowel als in zijn over winning». Ds. Reichei noemde het zendigsfeest een oogstfeest; hij wees ZEIST IDE DIEPTE. EEN AMERIKAANSCHE GESCHIEDENIS. n) Rosa Holder wist niet goed wat haar gebeurd was, zij staarde naar de deur alsof daar nog altijd de engel stond, die haar zooeven gered had, en hare tranen vloeide nog rijkelijker. Zij knielde bij haar bed neder, verborg haar hoofd in de deken en weende een vurig dankgebed, want zoo dicht was haar het vreeselijke, de vloek Kaïns «zwervend en zonder woonplaats» nog nooit genaderd. Maar Rosa was van dit oogenblik geheel anders geworden. Zij, die anders bij haar arbeid zong, zoo zij niet toe vallig aan haar ongeluk dacht, zat het overige van den dag stil en in zich gekeerd, hoewel haar de zorg plotse ling ontnomen was. Zij, die anders nooit aan een man had gedacht, dan aan haar overleden vader of haar oom, zij dacht nu uren lang aan den geheim- zinnigen vreemdeling, dien zij eigenlijk meer te danken had dan eenig ander mensch ter wereld, want hij had zijn beschermende hand boven haar gehou den in den hoogsten nood, en haar van een afgrond teruggetrokken, waar in zij gevallen zou zijn. Zelfs mannen, die in het groote Amerika plotseling op zichzelven staan zonder vriend, zonder raad, stellen zich dien toestand veel vreeselijker voor dan hij inder daad is, hoeveel meer dan een jong onervaren meisje, dat de vaderlijke bescherming in Europa verloor, een andere in Amerika hoopte te vinden, en nu reeds sedert maanden hulpeloos alleen staat. Rosa dacht over den donkeren man in de elegante kleeding en met de voorname manieren. Hij was haar ver schenen in het gevaarlijkst oogenblik als een reddende engel, en hoezeer ook iets in zijn voorkomen, een zekere blik en zijn plotselinge verschijning haar verschrikt had, haar zacht waar schuwde, zij kon toch niets kwaads van hem denken. Hij had zoo goed van den lieven God gesproken en had zulk een zachte vleiende stem, hij was zoo edelmoedig en had zich zoo be scheiden verwijderd neen, neen, dat kon onmogelijk een slecht mensch zijn. En terwijl zij zoo dacht en droomde, kwam het beeld van den fraaien man steeds zuiverder en lichter uit op den donkeren achtergrond van een onbe paalde achterdocht, en zij bekende het diep in haar binnenste, dat de man, dien zij ooit zou beminnen, zoo er uit zien, zoo handelen en zoo spreken moest, als de edelmoedige vreemde. Arm kind! Des avonds legde Rosa Holder zich vroeg te bed, want zij had den vorigen nacht onafgebroken gewerkt, en dat kon haar teeder Jichaam niet doorstaan. Toen zij het licht uitgedoofd en voor haar weldoener gebeden had, was het haar als klonken in de aangrenzende kamer zachte guitaar-accoorden en een welluidende mannenstem zong in het Duitsch „Ik droomde van een koningskind, Met bleeke konde wangen, Ik zei, ik heb u steeds bemind, Gij hebt mijn liart gevangen. Ik wil niet eenen koningstroon, Geen scepter tot regeeren, Ik wil geen diamantenkroon, U wil ik slechts begeeren! „Dat kan niet zijn," riep rij tot mij, „Wijl ik in 't graf moet rusten, „Alleen des nachts aan uwe zij, „Bevredig ik mijn lusten." En met deze zacht vervliegende ac- coorden van het zoete lied, ging Rosa over de brug, die den slaap van het water scheidt, en niets stoorde haar in den slaap. HOOFDSTUK VI. Jim Fulton had menschenkennisHij wist dat niets de harten meer vermurwd als de nood, en dat zulke harten licht te veroveren zijn als men er de gouden regen van Danoë op laat vallen. Rosa Holder was veroverd. Toen zij den volgenden morgen ont waakte, behoorde haar eerste gedachte den onbekende, en van dit oogenblik af verliet haar deze gedachte niet meer. Zij had geen rust meer bij haar werk en zag telkens uit het venster, hetgeen zij vroeger nooit gedaan had, en kon het namiddaguur nauwelijk afwachten, want aan den maaltijd hoopte zij hem weer te zien. De middag kwam en zij vroeg den spiegel: «hoe zie ik er uit?« en den spiegel, die geslepen leugenaar, zeide voor het eerst in zijn leven de waar heid toen hij haar antwoordde«be koorlijk Bekoorlijk was de rechte uitdrukking, want Rosa was eigenlijk niet schoon, wat men naar de eeuwige wetten der schoonheid «schoon» noemt zij ge leek geen grieksch beeld, maar een mooi burgermeisje. Haar eenigszins te licht blond haar was rijk en eenvoudig maar net gekapt. Bij het blonde haar paste volkomen de fijne doorschijnende tint, de lichtroode wangen, de blauwe, onschuldige oogen, de kleine, kersroode lippen en de geheele overige gestalte, die noch te groot, noch te klein, noch te mager, noch te vol was. Zooeven riep de bel ten tweede- male aan den maaltijd. Rosa bracht schielijk nog iets aan haar toilet in orde en ging naar be neden. Hier had het blind toeval of de vooruitziende juffrouw Smith het zoo beschikt, dat Rosa's stoel naast dien van den heer Pulton stond, dien wij nu wel Meyer moeten noemen, want men kende hem in het huis slechts onder dezen pseudonym. Bij de soep werd niet -gesproken, het ronddienen van het rundvleesch gaf aanleiding tot onverschillige ge sprekken, zooals gewoonlijk aan open tafels plaats hebben. Tusschen Meijer en Rosa werd het gesprek in het Duitsch gevoerd en had tot onderwerp de op de tafel

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1911 | | pagina 1