NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad llT
voor de Provincie Utrecht. |9|
No. 20.
Zaterdag 9 Maart 1912.
41e jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
BUITENLAND.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
VERVLOEKT EN VERSTOOTEN.
Amerstoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nnmmen 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en "Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephooun0. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere reg9l meer 7V» Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden sleohts driemaal berekend.
Groote letters eD vignetten naar plaatsruimte.
De staking der mijnwerkers.
Het gist onder de mijnwerkers
overal waar kolen uit het ingewand
der aarde gehaald worden In Duitsch-
land blijft de toestand dreigend,
in Amerika behoort een staking niet
tot de onmogelijkheden, en nu komt
er bericht dat ook in Oostenrijk de
kolendelvers een groote loonsver-
hooging hebben gevraagd, hetgeen
zeer gemakkelijk een staking tenge
volge hebben kan. 't Is alsof de
stakingsbacil, die het reusachtige con
flict in het Vereenigd Koninklijk heeft
veroorzaakt, naar elders is overge
plant en nu aan alle kanten van de
aarde in het mijnwerkers-volk den
lust doet opkomen om voor 'n paar
weken de donkere schachten vaarwel
te zeggen, en te gaan genieten van
de warme voorjaarszon en de ont
luikende boomenLieden, die veel
studie gemaakt hebben van de mijn
werkersbevolking, beweren, dat die
lust elk jaar op komt tegen dat het
groen gaat uitloopen, daar dan de
mijnwerkers de bezwaren van hun
vak meer dan ooit gevoelen: in het
voorjaar is daarom de kans op een
mijnwerkersstaking altijd het grootst,
en daaraan zou het ook toe te
schrijven zijn, dat het voorbeeld der
Britsche mijnwerkers zoo aanlokkelijk
schijnt te werken. Trouwens, daar
voor is ook in ander opzicht grond
genoeg aanwezig, want aan wat er
in Engeland gebeurt, zien de mijn
werkers elders hoe ontzagwekkend
hun macht is. wanneer zij vaslaan-
eengesloten blijven in het besluit om
niet af te dalen in de schachten.
Wat den toestand in Engeland
aangaat, deze is zoo goed als niet
gewijzigd en de onderhandelingen
hebben voorloopig nog tot geenerlei
schikking gevoerd. Minister Asquitb
beeft daarom ook hel debat in bet
parlement over den toestand nog niet
kunnen openstellen, hoe gaarne hij
ook de bespreking wenscht. Maar zoo
lang er nog hoop is op een schik
king wil de premier blijkbaar het
parlementaire debat vermijden, want
wie weet of daardoor niet een'der
partijen gesterkt zou worden in haar
onverzoenlijke houding. Hoop op
schikking is er dus nog wel, aoders
zou men niet onderhandelen, en gelijk
Asquith gisteren mededeelde hebben
de arbeiders zich tot verder onder
handelen bereid verklaard. Als een
ietwat hoopvol teeken wordt het ook
beschouwd, dat de mijnworkers-ge-
delegeerden uit de proviocie naar
Londen opbreken, want het doel daar
van zal allicht wezen het bespreken
van nieuwe voorstellen der regeering
die de arbeiders overweging waard
keuren.
Overigens lijdt het land steeds
sterker onder den indruk der staking,
terwijl de stakers zelf bun vacantie-
dagen op het voetbalterrein of aan
het zeestrand in de frissche voor
jaarslucht doorbrengen. Hun beurs is
goed gevuld, dank zij het zware werk
der laatste weken, en als het geld
op is, dan wacht nog een stevige
weerstandskas. Maar de arbeiders
niet-mijnwerkers, die tot werkloos
heid zijn gedoemd wegens den stil
stand in de kolen-winning, zijn er
minder gelukkig aan toe. Hun weer-
standskassen zijn minder goed ge
vuld en raken al zeer spoedig uit
geput door de uitkeeringen wegens
werkloosheid, zoodat hen, vooral omdat
de staking ook prijsstijging van aller
lei artikelen ten gevolge heeft, de
ellende zeer spoedig wacht. Met den
dag stijgt het aantal dezer tot werk
loosheid gedwongenen, en men schat
het thans reeds op ongeveer 500 000.
Dat maakt dus, met de over het
millioen mijnwerkers, meer dan ander-
balf-millioen werkloozen in het Ver
eenigd Koninkrijk! In enkele plaatsen
is de wet op bet voeden van kinderen
reeds in werking gesteld, omdat
duizenden kleintjes hongerend op
school kwamen.
In Duitscbland blijft de atmosfeer
onheilvol. De staking in de mijnen
h'aisersstuhl en Scharnhorst is wel
iswaar niet verder gegaan, ja, een
groot deel der arbeiders daar is weer
gaan werken, maar men vreest ten
zeerste, dat Maandag a s. het con
flict zal uitbreken in het Dortmund-
sche district, want 't is ook hier weer
als in Engeland de lust tot staken
zit in de mannen, en velen gelooven
dat de leiders al wilden ze het, niet
bij machte zouden zijn om een staking
legen te houden. Maar ook, de tucht
zit den Duitschen mijnwerkers zoo
in het bloed, dat zij aan het bevel
der leiders om te wachten op een
teeken van hen, ten einde dan ge
zamelijk en op een welgekozen tijd
stip den strijd te bsginnen, hebben
gehoorzaamd, zoodat de staking van
drie dagen geleden zich niet verder
uitbreidde. Volgens de berichten in
de bladen van heden zal evenwel
naar alle waarschijnlijkheid de staking
in het Roer-gebied niet algemeen
zijn, omdat de christelijke vakver-
eeniging zich tegen baar heeft ver
klaard en besloten heeft, daaraan niet
mee te doen. Dat zou zekerlijk de
beweging veel minder krachtig maken
dan ze in Engeland is. Maar 't kan
natuurlijk wezen dat op stuk van
zaken ook de christelijke arbeiders
door de stakings-epidemie worden
aangetast en meedoen, niettegen
staande het besluit van hun bond.
In elk geval, de situatie is ook in
Duitscbland zeer hachelijk en indien
er in Engeland niet heel spoedig
een oplossing gevonden wordt, kan J
West-Europa nog voor onaangename I
gebeurtenissen komen te staan.
Pompeji.
De Berlijnscbe correspondent van de
N R. Ct. seint
Uit Pompeji woidt gemeld, dat op
gravingen, die daar twee maanden ge-
ledeD begonnen zijn, tot de ontdekking
van een nieuw belangrijk deel van de
bedolven stad geleid hebben. Men heeft
ook opschriften van groote historische
waarde gevonden en rijke archeologi
sche schatten. Het werk wordt met
ijver voortgezet. Er zal een buitenge
woon krediet aangevraagd worden van
750.000 lire voor verdere opgravingen.
Lich. opvoeding van Rijkswege.
Binnenkort kan van Regeeringswege
de vaststelling worden tegemoet gezien
van eenige algemeens regelingen tot
vermeerdering van het aantal personen,
geschikt tot deskundige leiding van
lichaamsoefeningen en tot bevordering
van de lichamelijke volksontwikkeling.
Men is van meening, dat meer nog
dan aan den van Regeeringswege tot
dusver verleenden materieelen steun
de arbeid voor de lichamelijke volks
ontwikkeling thans behoefte heeft aan
bekwame leiders van oefeningen van
jeugd en jongelingschap, aan personen
die, toegerust met de noodige kennis,
deze oefeningen op goede banen weten
te voeren en te houden.
Daartoe zal een instelling worden
opgericht, waaraan niet alleen oefe-
ningsleiders ais bedoeld kunnen wor
den gevormd, maar ook onderwijs
krachten in staat om buiten die
instelling aan plaatselijke cursussen
daartoe geschikte personen tot oefe
ningsleiders te bekwamen. Bovendien
zal aan die insteliing ook militair
personeel onderricht kunnen ontvan
gen.
De bedoelde instelling zal worden
verkregen door uitbreiding en her
vorming van de gymnastiek-afdeeling
van de Normaal Schietschool tot een
zelfstandige gymnastiekschool, welke
gevestigd zal worden te Utrecht iu
het gebouw, dat thans dienst doet als
kazerne voor het 4de bataljon van
het 9e regiment infanterie.
Nabij het bedoelde gebouw te Utrecht
is tevens voldoende open terrein be
schikbaar voor openluchtoefeningen
en spelen.
De school zal haar taak vervullen:
A. wat betreft de bevordering van
de deugdelijkheid van het militair
onderwijs in de gymnastiek, het
schermen en het zwemmen, door aan
officieren van het leger hier te lande
en van het leger in Nederlandsch
Indië de voor het doel vereischte prac-
tische en theoretische bekwaamheid,
in die vakken bij te brengen.
en B. wat betreft het vormen van
arbeidskrachten ten behoeve van de
lichamelijke volksontwikkeling
ten eerste door ingeiijfden bij de
militie in werkelijken dienst theore
tisch en practiscb te vormen tot
deskundige leiders van lichaamsoefe
ningen,
ten tweede door officieren en onder
officieren van het leger hier te lande
te bekwamen tot leiders van cur
sussen, ten doel hebbende daartoe
geschikte personen in hun woonplaats
te vormen tot leiders van lichaams
oefeningen.
Ingesteld worden twee examens, het
eerste ter verkrijging van getuig
schrift A. voor geschiktheid om op
te treden als leider van lichaams
oefeningen en B. als leider van plaat
selijke cursussen tot opleiding van
spelleiders. Leeraren M. O. in de
gymnastiek worden geacht houders
te zijn van beide getuigschriften.
De houders van deze getuigschrif
ten zullen voor het geven van het
hierbedoelde onderricht van Rijkswege
beloond worden. De houder van ge
tuigschrift A. die gedurende een
kalenderjaar geregeld de oefeningen
heeft geleid van een aantal leerlingen,
waarvan ten minste dertig niet jonger
zijn dan 15 en niet ouder dan 20
jaar en van wiens leerlingen in dat
jaar tevens ten minste 5 het in art.
70 der Militiewet bedoeld bewijs van
voorgeoefendheid hebben verworven,
ontvangen daarvoor een toelage van
f 100, benevens f5 voor iederen leer
ling, die genoemd bewijs van voor
geoefendheid verkreeg.
Ook vereenigingen zullen dit voor-
Een Roman uit de laatste Poolsche Revolutie
VAN
JULIUS ALICZNT.
10)
En Anka? zij bemindeSeniawitsch
niet; maar stellig zou zij hem, inge
volge den wensch harer ouders, hare
hand hebben gegeven, omdat haar
hart zich nog niet tot een ander
zich aangetrokken gevoelde. Nu had
het ongeval bij Dubrovica plaats gehad,
en van nu af dacht zij meer dan zij
zich bekennen wilde, aan haar redder.
Het was SeDiawitsch minder om het
bezit van Anka zelve, dan wel om het
bezit van haar toekomstig vermogen
te doen, hetwelk hem in staat zou stellen
zijn gewoon leven ongestoord voort
te zetten.
i Gelukt het mij hier niet, dacht hij, dan
heb ik nog een pees voor mijn boog
in voorraad. Deze tweede pees moet
de schoone Sara zijn, daar ook haar vader
met zijn bijeen gescharreiden grooten
rijkdom niet alleen al zijn schulden
betalen, maar zijne dochter ook nog een
aanzienlijken bruidschat geven kon.
De verschijning van Dewbinsky was
Seniawitsch dus zeer onaangenaam
reeds eenige dagen geleden had hij
achterdocht tegen hem opgevat en nu
ontmoetten beide mannen elkander hier
weder. Een zeker voorgevoel deed de
een in den ander zijn vijand erkennen.
Seniawitsch vernam van de dames,
dat Dewbinsky, de gebannen eigenaar
van Dubrovica, de dames door zijn
moedige vastberadenheid in het beslis
send oogenblik gered hadeen bericht,
dat nijd en haat tegen Dewbinsky in
hem opwekte, jegens wien hij zich zoo
vriendelijk mogelijk moest betoonen.
Spoedig werd een nieuw bezoek aan
gekondigd, en Seniawitsch was blijde
voorshands van een lastigen dwang
bevrijd te worden. Maar in zijn binnen
ste gistte en kookte de ijverzucht, want
hij begreep dat deze Poolsche balling
hem bij de schoone Anka nu zeer ge
vaarlijk kon worden. Hij besloot beiden
voorloopig scherp in het oog te houden,
tot er misschien eene omstandigheid
plaats had, waarvan tot Dewbinsky's
nadeel op een of andere wijze gebruik
kon worden gemaakt.
In den loop van den dag kwamen
nog verscheidene families met hare
dochters van de naburige landgoederen
aaD, zoodat des avouds ongeveer twintig
personen in de groote gezelschapszaal
bijeen waren.
De bejaarde heeren zaten spoedig
aan de speeltafeltjes, terwijl de jongere
heeren over jacht en wedrennen, of
ook over politiek spraken en de jonge
dames amuseerden. Weldra werd het
levendiger, men schertste luid en zacht
en gebruikte de ververschingen en lek
kernijen die rondgediend werden.
Nu en dan nani een der lieve
jonge dames plaats aan de wellui
dende piano en speelde, onachtzaam
de toetsen aanrakende het thema van
een quadrille of wals, terwijl hare
vriendinnen ongeduldig met de kleine
voeten de maat op den gladden vloer
trapten. Spoedig hadden de paren
elkander gevonden en huldigden nu
ijverig Terpsichoré. Dewbinsky danste
zoo dikwerf met Anka als het de goede
toon veroorloofde. Weder draaide hij
met haar, die van vreugde scheen te
stralen, op de tonen van een wals
van Strauss in een kring rond, terwijl
het schoone paar gevolgd werd door
de blikken van Seniawitsch, die slechts
met moeite zijne grimmigheid kon ver
kroppen.
Toen na eenige toeren Dewbinsky
Anka naar een armstoel had gebracht,
naderde Seniawitsch om haar ook ten
dans te noodigen.
Anka gaf hare toestemming, doch
verzocht eenige oogenblikken rust.
Dewbinsky verwijderde zich hierop bui
gend en plaatste zich in een vensternis,
zoo dat het gordijn hem half bedekte.
Hij was op zich zelf ontevreden. On
weerstaanbaar gevoelde hij zich tot
Anka aangetrokken, wier bekoorlijk
heden en geheel haar wezen hem te
meer boeiden, daar aan de volstrekt
vrouwelijke vormen harer gestalte zich
op wonderbare wijze eene niet gewone
energie paarde, zooals hij uit eenige
harer woorden in zijn gesprek met haar
had knnnen waarnemen. Maar zijn ge
voel als Poolsch patriot, de herinnering
aan het verdrukte vaderland, aan zijne
veroordeelde broeders verweten hem
zijoe ontkiemende liefde.
Zij behoort niet tot uw volkzeide
hem een inwendige stem. Wel wist
hij, dat bij de beminnende vrouw de
nationaliteit weinig geldt, ja dat Anka
door de macht der liefde met hem mis
schien gelijk denken en gevoelen zou
maar haar vader? Zou deze zijne toe
stemming tot een huwelijk met den
balling, den opstandeling geven?
Door deze gedachte gefolterd, had
hij niet opgemerkt dat Anka en Seni
awitsch dicht bij hem stondenniet
eerder dan toen hij naast zich hoorde
spreken werd hij oplettend.
Seniawitsch fluisterde Anka eenige
woorden toe, welke Dewbinsky niet
verstaan kon.
«Neen," antwoordde Anka tamelijk
luid en barsch.
Andermaal sprak Seniawitsch zacht
tot haar.
«Hij heeft het voor zijn vaderland
gedaanzei Anka weder.
«Ik ben wanhopend, door u verkeerd
begrepen te worden, dierbare Anka,"
zei Seniawitsch. «Ik bezweer u het
gezegde slechts aan mijne gloeiende
liefde toe te schrijven en geloof mij
«Mijnheer de graaf, ik heb nooit
uwe liefde aangewakkerd en nog min
der u het recht gegeven, mijn gedrag
na te gaan," antwoordde Anka fier en
draaide hem den rug toe.
Bij deze scherpe terechtwijzing vloog
een koortsig rood over het gezicht van
den graaf, die zich toornig op de lip
beet. Zijne oogen fonkelden als die van