nieuws
Nieuws- en Advertentieblad ^ÉTi
voor lie Provincie Utrecht. ||p
Gemeenteraad.
FEUILLETON.
HET OUDEJASTEEL.
No. 69.
Woensdag 28 Augustus 1912.
41e jaargang.
a
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 17. Telephoo nn. 09.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer Tl, Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De gisterenmiddag gehouden open
bare vergadering van den Gemeente
raad W6rd gepresideerd door den beer
H. W. van Esveld als oudste Wethouder,
waarnemend burgemeester.
Na de mededeeling dat de heeren
Briët, Rolandus Hagedoorn, Van Kalken
en Eysink bericht hadden ,gezonden
verhinderd te zijn de vergadering bij
te wonen, werden de notulen der ver
gadering van den 30sten Juli, zooals
deze door den Secretaris waren ont
worpen, vastgesteld. Daarop werd den
heer P. van Achterbergh door den
Secretaris binnengeleid, als raadslid
geïnstalleerd en legde hij in handen
van den voorzitter de voorgeschreven
zuiveringseeden af. Hij nam daarop
plaats naast den beer H. Koning.
Alsnu volgde de gebruikelijke
mededeeling der ingekomen stuk
ken t.w.
Een schrijven van den Commissaris
der Koningin in de provincie Utrecht,
houdende toezending van een af
schrift van het Koninklijk Besluit van
1 Augustus 1912, No. 128 tot be
noeming van mr. J. C. Graaf van
Randwijck tot burgemeester der ge
meente Amersfoort, en voorts een
schrijven van den Commissaris der
Koningin in de provincie Utrecht van
22 Aug. 1912, 3e afd. No. 3662,
waarbij bericht wordt, dat mr. J. C.
Graaf van Randwijck op 19 Augustus
1912 de eeden, voorgeschreven in
art. 65 der gemeentewet heeft af
gelegd. (Voor kennisgeving aange
nomen.)
Besluit van de Gedeputeerde Staten
van Dtrecht van 13 Aug. 1912, 3e
afd. no. 3174/2284 tot goedkeuring
van het raadsbesluit van 30 Juli 1912,
No. 310 betreffende verkoop van een
strookje grond aan de Groote Haag.
(Voor kennisgeving aangenomen.)
Van Burgemeester en Wethouders:
De gemeente-begrooting met
memorie van toelichting voor 1913.
(Te verzenden naar de tffdeelingen.)
De begrooting voor de gasfabriek
voor 1913.
De begrooting voor de waterleiding
voor 1913.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot reorganisatie van den
geneeskundigen dienst en tot het
geven op verzoek van eervol ontslag
en pensioen aan Dr. A. H. C. van
Driel.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders betreffende de salarisregeling
van bet onderwijzend personeel aan
de lagere scholen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders betreffende de salarisregeling
voor den gemeente deurwaarder.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders betreffende een verzoek van
de afdeeling Amersfoort van het Cen
traal Genootschap voor kinder-her-
stellings- en vacantie-kolonies om
subsidie.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders naar aanleiding van een adres
van de vereeniging Openbare Leeszaal
er. Bibliotheek te Amersfoort, om
subsidie.
(Allen te behandelen bij de be
grooting.)
De afdeelingsverslagen betreffende
de vergaderingen, gehouden ter be
spreking van het werkliedenreglement
en de reorganisatie van de brandweer,
benevens het antwoord van Burge
meester en Wethouders. (Te behan
delen bij punt 11 der agenda.)
Van het Burgerlijk Armbestuur de
begrooting voor 1913.
Van het Burgerweeshuis de rekening
over 1911, (in handen der Commissie
belast met 't onderzoek).
Een schrijven van M. R. J. Brink-
greve, dat bij zijn benoeming tol
leeraar in de oude talen aan bet
Gymnasium niet aanneemt, (voor
kennisgeving aangenomen).
Van de onderwijzeressen J. S. C.
Brederode, W. M. van Eek, G. Th.
W. Mezger, S. G. G- van Kalken, en
van de onderwijzers P. Kortland, Mr.
B. de Rlécourt, J. Meyer, W. C.
Luberti en F. Beverloo dankbetui
gingen voor hunne benoemingen bij
het lager onderwijs, (voor kennisgeving
aangenomen).
Een adres van J. Ham, en anderen,
waarbij verzocht wordt controle te
doen uitoefenen over den handel op
de markt, (in banden van B. en W.
om advies).
Een dankbetuiging van N. Vink
voor het hem verleende pensioen en
de toegekende gratificatie, (voor ken
nisgeving aangenomen).
Een adres van het bestuur der
Nederlandsche vereeniging van school
artsen, waarbij verzocht wordt een
verordening vast te stellen betreffende
den gezondheidstoestand op de scholen,
(niet behandeld als ongezegeld).
Een verzoek van Mr. Dr. J. G. Stenfert
Kroese om hem eervol ontstag te
willen verleenen als curator van het
Gymnasium wegens vertrek uit de
gemeente, (eervol verleend).
De voorzitter deed daarop de deuren
sluiten en toen na een half uurtje de
geheime zitting werd opgeheven ver
namen wij, dat de Raad zonder hoofde
lijke stemming zijn goedkeuring hechtte
aan een voorstel tot het ruilen van
een strook grond aan de Beukenlaan
met Dr. Van Enst.
De voorzitter deelde daarop mede,
dat de heer L. A. baron van Ittersum
door hem belast was met het waar
nemen van het Secretariaat der Ge
meente tot de komst van den nieuw-
benoemden functionaris. De heer Van
Ittersum legde daarop eveneens de bij
de Wet voorgeschreven eeden af.
Op hun verzoek, naar aanleiding
hunner benoeming aan een andere
school, werd eervol ontslag verleend
aan Mej. G. F. W. Mezger als onder-
wijzeresaandeOpeobare Jongensschool,
aan A. Pot als onderwijzer aan de
Openbare Jongensschool, aan P. Kort
land als onderwijzer aan de Openbare
School aan de Hellestraat en aan T.
Beverloo als zoodanig aan de Openbare
School aan de Puntenhurgerlaan.
Eveneens werd op zijn verzoek eervol
ontslag verleend aan den hee: C. J. F.
Prins als leeraar aan de Burgeravond
school.
Tot tijdelijk leeraar in de Hoog-
duitsche Taal en Letterkunde aan het
Gymnasium en de Hoogere Burger
school (vacature W. Emmens) werd
benoemd den heer D. Polak te Am
sterdam.
De wijziging der salarïsregeling van
den leeraar in de Plant-en Dierkunde
aan het Gymnasium en de H. B. School
werd, zooals wij die in ons vorig num
mer mededeelden, zonder discussie en
zonder hoofdelijke stemming goed
gekeurd.
Op dezelfde wijze hechtte de Raad
zijn goedkeuring aan de periodieke
verhooging der jaarwedden van de
leeraren A. G. van Os en Dr. E. J.
Beumer en aan de vaststelling hunner
pensioensgrondslagen.
Daarop kwam aan de orde het
voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot reorganisatie der brand
weer. De heer Van Achterbergh vond
de loonen der brandweerlieden Ie laag
en wilde deze voor nachtarbeid met
50% verhoogen. Ook de belooning
aan de politiebeambten voor hun
werk bij brand achtte bij te gering
en ook mistte hij op de begrooting
een post voor eventueele ongelukken.
Nadat de voorzitter had toegezegd
dat een en ander nog bij nadere
regeling zou worden vastgesteld, werd
zonder hoofdelijke stemming tot
reorganisatie besloten conform het
advies der commissie.
Zwijgend hechtte de Raad ook zijn
goedkenring aan het voorstel van
Burgemeester en Wethouders tot
het betalen van een honorarium voor
bet uitvoerige zakelijke rapport der
reorganisatie.
Het voorstel van Burgemeester en
Wethouders om afwijzend te beschik
ken op het verzoek der heeren I,.
baron van Hogendorp en H. J. de
Kempenaer tot het plaatsen eener
straatlantaarn voor hunne woningen
vond levendige bestrijding. De heer
Oosterveen wilde dit verzoek wel zien
ingewilligd mits de requestranten in
de kosten een gedeelte zouden bij
dragen. De heer Kroes achtte het een
gemeentebelang aan villabewoners
het gevraagde licht te verstrekken.
De heer Van Achterbergh meende dat,
waar deze inwoners straatbelasting
betalen, zij ook recht hebben op ver
lichting.
De heer Gerritsen vraagt: waai
blijft de grens, wanneer wij dit ver
zoek toestaan? De heer Van Duinen
wil algeheelo verlichting van de ge
meente tot in zijn uiterste uithoeken
en dat is natuurlijk te kostbaar
of niets. De voorzitter wijst eveneen i
op het gevaar van precedenten tn
scheppen. De beer Veis Heyn wilde
het voorstel naar de afdeelingen
renvoyeeren. Maar het einde der
historie was dat het voorstel van
Burgemeester en Wethouders met 10
tegen 4 stemmen werd aangenomen
en het voorstel van den heer Ooster
veen, om voortaan dergelijke verzoe
ken wel in te willigen mits belang
hebbenden bereid zijn in de kosten bij
te dragen, gerenvoyeerd aan hel
college van B. en W. om advies.
Het voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot wijziging der verorde
ning tot voorkoming, wering en be
teugeling van mazelen en andere be
smettelijke ziekten zooals wij dio
in ons vorig nummer mededeelden
werd zonder discussieen zonder hoofde
lijke stemming goedgekeurd.
Daarna werd het concept werklieden
reglement, op verschillende punten
geamendeerd, met algemeenestemmen
vastgesteld. De voorzitter bracht nog
een woord van dank aau de gemengde
commissie, die er zooveel werk aan
beeft gehad, en aan haren secretaris
den heer De Beaufort, voor zijne
redactie.
Een voorstel tot wijziging der be
zoldiging van de boden ter Secretarie
werd zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Ook het voorstel tot het in gebruik
7) Slot.
Zoo dobberde hij bestendig tusschen
hoop en teleurstelling en toch bleef hij.
Daar hij in het kasteel niet meer kwam,
want het gezicht van den somberen man
was hem ondragelijk geworden, wan
delde hij rusteloos op de hoogten, die
den ouden hurgt omgaveD. Een soort
van voorgevoel zeide hem, dat zijne
betrekking met Bertha nog niet ten
einde was en een gebeurtenis tusschen
die muren er over beslissen zou.
Inmiddels ging de zomer voorhij en
de herfst kwam met zijne nevels en voch
tige avonden. Het landschap verloor
allengs zijne fraaiheid. Het groen ver
dween overal en alles was bladerloos
en kaal. De natuur was nu meer in
overeenstemming met Walters gemoed.
In de zomerdagen had hij de tegen
stelling van het zonnige landschap met
de woestheid van zijn binnenste diep en
dikwerf gevoeld.
Zulk een treurige herfstdag ging ten
einde. De hemel was in grijze wolken
gehuld, een dichte regen viel. Wal
ter zat eenzaam als altoos in zijne ka
mer, en dacht meer dan ooit aan het
verledene. Bertha's beeltenis was leven
diger dan ooit voor zijn geest. Maar
hare oogen hadden nu een onuitspre
kelijk treurige uitdrukking, zoo dat hij
onwillekeurig zijne oogen afwendde,
als stond zijne geliefde werkelijk voor
hem. Steeds meer en meer verdiepte
hij zich in zijne droomerijen. steeds har
der kletterde de regen huiten op het
zand.
Daar werd aan de deur geklopt
Martha trad binnen. Walter zag ver
wonderd op, maar de beweende oogen
der oude dienstmaagd lieten het ge
voel van vreugd dat hem wilde over
weldigen, niet opkomen.
"Ach mijnheer," zeide zij, «het ver
wondert u zeker dat ik hier kom, maar
het zou niet geschied zijn, indien het
niet zoo erg gesteld was.«
«Hemel! Martha, spreek, wat is er?«
riep hij angstig.
«Ja, wat is er? Doodziek ligt het
arme schepsel ginder boven en roept
en verlangt naar u, zoodat 't een steen
vermurwen zon. Daar heeft de oude
man nu eindelijk zijn trots laten varen
en mij tot u gezonden om u te ver
zoeken hoven te komen. Ach, wat
heb ik niet moeten beleven! Nu kan
ik het u zeggen: Haar vader heeft ze
sedert den nacht, dat zij bij u was en
u bespiedde, opgesloten gehouden in
een kamer, welke aan niemand dan hem
bekend was. Maar zij weende dag en
nacht en dreigde zich het leven te ont
nemen, zoo haar vader ze niet vrijliet.
Het hielp niet. Daarop werd ze allengs
stiller en stiller, bleek als de dood en
hare oogen glinterden niet meer. Ein
delijk werd zij ziek en heden middag
zei de doctor, dat het slecht met haar
was en zij misschien nog gered kon
worden, zoo zij u weder zag. Kom
dus, mijnheer, gij bemint haar immers,
wijt het haar niet wat haar vader u
misdaan heeft.»
De oude vrouw wreef, terwijl zij sprak,
meermalen met het vlak harer hand
over hare oogen, om hare tranen te
drogen. Walter was reeds bij de eerste
woorden als verlamd een soort van
verstijving overviel hem, hij kon geen
lid bewegen en hij voelde zijDe adem
gestremd. Eerst na eenige oogenhlik-
ken kwam hij weder tot zich zelf, sloeg
een mantel om en volgde Martha.
De regen viel met stroomen neder,
de grond was glad en glibberig. Daarbij
een diepe duisternis. Maar Walter hin
derde dat alles niet, hij ijlde zoo snel
voorwaarts, dat de oude dienstmaagd
moeite had hem bij te houden.
Schier buiten adem bereikten zij de
binnenplaats van het kasteel nog
eenige seconden en Walter stond voor
dezelfde deur op de eerste verdieping
van het ridderhuis, door welke hij vroe
ger met zulk een onstuimig kloppend
hart gegaan was.
«Men heeft haar hier gebracht,» zei
Martha, wijl zij hier het liefst woon
de.» Juist wilden zij binnentreden, toen
de slotvoogd op den drempel verscheen.
Zijn vorige sombere gelaatsuitdrukking
was verdwenen zijn gelaat droeg nu
de kenteekenen van diepen smart. Zwij
gend nam hij Walter's hand dezelfde
hand, welke hij vroeger geweigerd had
en voerde hem de kamer binnen. Het
was er zoo stil. Slechts nu en dan
hoorde men het zacht knetteren der op
de tafel staande waskaarsen, anders
geen gedruisch.
Ja, het was dezelde kamer van toen,
en toch een aDdere. Op de plaats waar
vroeger Bertha's werktafeltje stond,
verhief zich thans haar ledikant met
witte opengeslagen gordijnen. Daar lag
zij met saamgevouwen handen. Haar
wangen waren even bleek als het linnen,
haar blond haar golfde langs hare
schouders neder.
Voor het bed stond, haar beschou
wend de docter.
Daar ontwaarde zij haar geliefde
en hare oogen herkregen plotseling den
vorigen glans en haar gezicht gloeide.
Zich half oprichtend, stak zij de hand
toe en riep: «Walter, Walter, ik ben de
uwe de uwe!»
In het volgend oogenblik lag hij voor
haar op de knieën, hij voelde haar hoofd
aan zijn schouder, hare armen om zijn
hals geslagen.
Lang bleef zij in die houding, ver
volgens maakten hare handen zich los,
zij zonk in het kussen achterover en
sloot de oogen. Diepe ademhalingen
bewezen dat zij sliep. De krisis was
gelukkig doorgestaan.
Nu trad de slotvoogd aan het bed
zijner dochter, boog zich over haar en
kuste haar voorhoofd. «Mijn kind,»
zeide hij met bevende stem, als ware
buiten haar en betn niemand in de ka
mer. «Vergeef mij. Gij mocht het lot.
uwer zuster niet deeleu, gij moest geluk
kiger worden en daarom was ik zoo
hard. Maar ik heb uwe liefde als echt
en waar erkend en zij belooft een he-