NIEUWE
1ÈT Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht. |P|
FEUILLETON.
HET BABYLON HOTEL
No. 42.
Woensdag 27 Mei 1914.
WAA1S€1®WW«.
De Firma A. LEWE NSTL.1N
UTRECHT, CH OORSTRA AT 14.
43e jaargang
wp//jffr.LA/
VERSfBIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BUITENLAND.
BINNENLAND
Jt
Aangezien ons gebleken is dat er onder onzen
naam zeer ondeugdelijke Naaimachines verkocht
worden, zoo berichten wij dat op al onze Naai
machines nevenstaand handelsmerk moet voor
komen. Men late zich onder welk voorwendsel
ook geen nagemaakte Lewenstcin' machine aan
praten. Voor Amersfoort en Omstreken eenigst®
Agent W. KOMMER, Kromraestraat 24, Amersfoort.
1/irecM-oM/egracAt. wz.35
y/ecyc/s -fl/o/t/oo 3
aryc/s kvnstso*/p/on o
o tt/ Wrs* foórito/to
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het gebeele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
tngeunden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 77. Telepboonu. 69.
ADVERT ENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7'/> Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst vrorden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Ernstige gebeurtenissen ill Albanië.
De toestand van revolutie, waarin
het land veikeerd. wordt steeds ern
stiger. Over het algemeen schijnen de
Mohammedanen op het oogenbhk de
voornaamste muiters te zijn, die zich
niet met een Protestantsch vorst met
een Katholieke lijfwacht kunnen ver
eenigen.
De laatste gebeuitenissen culminee-
ren hierin, dat de vorst en de vorstin
met hun kinderen, zij het ook maar
tijdelijk, een toevlucht gezocht hebben
aan boord van een Italiaansch oorlogs
schip, dat de opstandelingen naar
Durazzo zijn opgerukt, de gendarmerie
hebben verslagen, vier Hollandsche
officieren gevangen genomen en den
vorst tot onderteekening vau eon
ultimatum hebben genoopt.
Wat er gebeurd is.
De Italiaansche gezant te Durazzo,
Aliotti, heeft aan di San Giuliano ge-
seid In het gevecht dat onder bevel
van de Nederlandsche officieren plaats
had en waarin deze met al hun man
schappen door de opstandelingen wer
den gevangen genomen, werd bevel
gegeven bet vuur van de batterijen op
het stedelijk slot en aan de straat naar
Tirana op te stellen.
Tegen den avond kwamen eenige
vluchtelingen ijlings naar Durazzo en
vertelden, dat de weinige nationalisten,
die de wapenen hadden opgevat, ver
strooid waren en dat de opstandelingen
naar de stad opmarcheerden. Men ver
nam verder, dat de lijfwacht van
Katholieke Malissoren, die, 200 man
sterk, door twee priesters werd aan
gevoerd, bij de eerste schoten op den
loop was gegaan. Men besloot toen in
naam van den vorst, Mehrned Pasja
Drage als parlementair af te zenden.
Deze keerde weldra terug met de
mededeeling, dat de opstandelingen
slechts wilden onderhandelen, als zij
tot aan zee gekomen waren. Tenge
volge van het geweervuur en uit vrees,
dat de opstandelingen, die door de
kanonnade en uit dweepzicht zeer
opgewonden waren, Durazzo zouden
plunderen, trachtte ik maatregelen te
nemen om de Italiaansche kolonie in
veiligheid te brengen. Weldra ont
stond er een onbeschrijfelijke paniek.
Ik begaf mij naar den vorst, ver
haalde hem van de vlucht der natio
nalisten en verzocht hem tegelijk met
anderen de vorstin en de kleine kin
deren in veiligheid te brengen en de
landingstroepen terug te trekken om
ernstige incidenten te voorkomen. Dat
was noodig omdat de Katholieke Malis
soren bij de Mohammedanen zeer ge
haat zijn. Er werd dus besloten de
Katholieke Malissoren op de schepen
te breDgen. De vorstin echter ver
klaarde, dat zij bij haar gemaal bleef.
Toen besloot men dat ook de vorst
zich aan boord van de aMisurata" zou
begeven. Tegen den avond begaf ik
mij met de gezanten van Roemenië,
Oostenrijk, Frankrijk en Engeland op
weg om de onderhandelaars van de
opstandelingen te ontmoeten.
Op weg naar Tirana ontmoetten wij
den Nederlandschen kapitein, onder
geleide van drie ongewapende opstan
delingen, die de parlementaire vlag
droegen, en die ons mededeelde, dat
hij gekomen was, om namens de op
standelingen den vorst mee te deelen,
le, dat de opstandelingen bem hun
eischen door onderhandelaars zouden
doen kennen; 2e, dat alle gevangenen
zouden worden doodgeschoten, wan
neer den volgenden avond 8 uur de
kapitein niet met een brief van den
vorst terugkeerde, die een gunstig
antwooid bevatte. Ten 3e eiscblen zij,
dat de wapenen nooit weer tegen heD
zouden opgevat worden.
Den vorst werd de raad gegeven
naar bet paleis te gaan, waar hij den
kapitein ontving en den brief over de
eischen der opstandelingen ondertee-
kende. De vorst verlangde, dat men
hem opnieuw matiozen als escorte zou
meegeven. Ik oveileg nog met mijn
Oostenrijksch-Hongaarscben collega
over die vraag, opdat er zich geen
incidenten zullen vooidoen of bet tot
een botsing zal komen waarin de
Italiaansche matrozen betrokken zijn.
De kapitein beweerde, dat de opstande
lingen 2000 man steik zijn. De be
weging schijnt een godsdienstig karak
ter te hebben; maar het is niet uit
gesloten, dat handlangers van Essad
pasja er de hand in hebben.
Zeker is de beweging, daar Essad
zich niet weer met zijn aanhangers in
verbinding heeft kunnen stellen, .van
zeer spontanen aard. Het Italiaansche
gezantschap is gevuld met leden der
kolonies. Albaneezen en diplomatieke
vertegenwoordigers, die het gastvrij
heid verleent.
Het ministerie heeft zijn ontslag
ingediend.
Vermoedelijk zal een internationale
troepenmacht naar Durazzo komen.
Wie de gevangen genomen Holland
sche officieren zijn, is niet bekend.
Doch majoor Thomson was het, die de
opstandelingen van de heuvels heeft
laten beschieten en verder stoüd de
gendarmerie onder aanvoering van
majoois Sluys en Rosselma en kapitein
Gumpenberg, die in den slag zwaar
gewond werd.
Vermoedelijk zijn het dus deze
Nederlandsche officieren.
Storm en onweer.
Van alle kanten uit Europa komen
berichten van hevigen storm van on
weer vergezeld.
In Frankrijk werden vooral de Oise-
vallei en die van de Viosne geteis
terd. Geheele korenvelden werden ver
woest. Perzike-, pruime- eD kerse-
boomen werden door ontzettend
groote hagelsieenen kaal geslagen. In
het arrondissement Pontoise was
Zaterdag gedurende 3 uren alle tele
fonische en telegrafische verbinding
verbroken.
Boven Duinkerken en Calais ont
lastte zich een zeldzaam hevig onweer.
Verscheiden boerderijen en woonhuizen
zijn door den bliksem getroffen en
brandden af, evenals de kerk van
Fort-Saint-Philippe. De wind, die de
kracht van een cycloon had, verooi-
zaakte enorme schade. Uit het noorden
van Frankiijk en zuidelijk België
komen verder veel berichten over in
slaan van den bliksem, waardoor
branden ontstonden en veel weidend
hoornvee gedood werd. In de nabijheid
van Paiijs werden kanonnen afge
schoten om schade door hagelslag te
voorkomen. Twee jonge mannen wer
den door den bliksem gedood. Te
Tronquai trof de bliksem doodelijk een
aan de tafel zittend jong meisje; te
Nevers een spoorwegbeambte. Aan de
wijnbergen van Angoulème is veel
schade toegebracht.
Vooral westelijk en noordelijk
Duitschland bad ook van het weer te
lijden. Tijdens den wedstrijd van de
keizerlijke jachtclub te Kiel brak een
geweldig onweder los. Van de jachten
«Meteor,* «Komeet* en «Cecilie* brak
de groote mast. Twee kotters sloegen
om, waarbij vjjf matrozen verdronken.
Er ontbreekt ook nog een boot van
den kruiser «Veneta,* waarin zich 12
personen bevinden. Ook vreest men
voor twee booten van den kruiser
«Magdeburg.* Twee personen, die in
den grootsten nood verkeerden en aan
boord van die schepen behoorden,
werden door visschers uit Laboe gered
Tijdens de «Prins Hendrik-vlucht,*
die wegens 't onweer werd geschorst,
vonden de vliegers Broeder en Bern
hardt, toen zij bij bet neerdalen met
hun machine tegen een boom sloegen,
den dood. Verschillende andere vliegers
landden. De machine van den lsten
luiteuant König werd door den bliksem
getroffen, maar niet beschadigd.
Te Altona, waar een fabriek ge
bouwd wordt, vernielde de storm den
steiger van een schoorsteen. Vijf ar
beiders werden uit een hoogte van
30 meter op de straat geslingerd.
Drie hunner stierven reeds aan bun
kwetsuren. Op de Aliter sloegen een
20-tal roei- en zeilbooten om. Drie
personen moeten daarbij verdronken
zijn. Verscheiden personen werden
door vallende dakpannen en schoor-
steenen gewond. In de haven te
Kirchenpau rukte een schip de kraan
van de kade, waarbij de kraanmeester
verdronk. Te Bei lijn was ook alle
draadgemeenscbap verbroken, en ont
stond hier en daar een overstrooming.
Te Osnabriik werden een vrouw en
een kind, te Duisburg twee zoontjes
van een mijnwerker door den bliksem
gedood.
Over een groot deel van Engeland
woedde de storm insgelijks. Ook daar
deed de bliksem in boerenhoeven
brand ontstaan, velde veel boomen
en doodde o.a. twee kostbare veulens.
De Baptistenkerk van Poplar (Londen)
werd grootendeels door brand ver
nield, men denkt door den bliksem.
Ook de kerk te Woolwich werd door
bet hemelvuur getroffenen beschadigd.
Door het onweer werden de electriscbe
leidingen der trams tusschen Wool
wich en Eliham over grooten afstand
onbiuikbaar. To Bristol sloeg de blik
sem in verscheiden huizen.
Zelfs tot in Rusland heeft zich de
storm doen gevoelen. Verschillende
bruggen van de Wolga, de Karna en
de Bjelaja zijn dooreen hevigen storm
verwoest. Een groot aantal telegraaf
lijnen werden vernield en verscheidene
dorpen zijn overstroomd. Een aantal
huizen werden van het dak beroofd.
Evenredige Vertegenwoordiging.
Naar verluidt zat in het binnen
enkele dagen te publiceeren rapport
25)
door E. Bennett
{uit het Engelsch.)
»U ia misschien een Yankee, maar in elk geval een gek," zei ze.
Ze greep naar het schelkoord.
«Trek niet aan die schel als uw leven u lief is," zei Nelly.
«Als wat?" vroeg juffrouw Spencer.
"Als uw leven u lief is," zei Nelly kalm, en bij die woorden
haalde ze uit haar zak een kleine, keurige revolver te voorschijn.
IX.
Tweb vbouweb es een revolver.
»U u doet dat maar om me schrik aan te jagen," stamelde
juffrouw Spencer, met zachte, gedempte stem.
«Zoo, denkt u dat?" antwoordde Nelly, op zoo vasten, be
slisten toon als haar mogelijk was, hoewel haar hand lievig
trilde van een opgewondenheid en ontroering, waarvan juffrouw
Spencer niets merkte of vermoedde. «Denkt u dat? U zei daar
even dat ik misschien een Yankee was, maar in elk geval een
gek. Nu, ik ben een Yankee, zooals u 't noemt, en in mijn
land, al geven ze er op de scholen ook nog geen les in, zijn
er toch een massa meisjes, die uitstekend met een revolver
kunnen omgaan. Toevallig behoor ik daar ook toe. Ik zeg u,
dat 't geraden is niet aan die schel te trekken.»
Voor 't grootste gedeelte waren al die verklaringen van
Nelly niets dan bluf en grootspraak, en ze stond doodsangsten
uit dat juffrouw Spencer zou inzien, dat 't slechts bluf en
grootspraak was. Gelukkig voor haar behoorde juffrouw Spencer
tot die soort van vrouwen, die elke soort van moed bezitten
behalve physieken moed. Juffrouw Spencer zou met succes
elke moreele proefneming hebben doorstaan, maar bracht iemand
haar op het denkbeeld, dat haar lichamelijk gevaar bedreigde,
dan gaf ze zich aanstonds gewonnen. Nelly had die voor haar
zoo voordeelige omstandigheid dadelijk als bij instinct geraden
en ze maakte er gebruik van, terwijl ze haar eigen gewaar
wordingen zoo goed als 't kon verborgen hield.
»'t Zon beter zijn als n maar weer ging zitten,» zei Nelly,
»ik wou u een paar dingen vragen.»
En juffrouw Spencer ging heel gehoorzaam zitten ze zag
eenigszins bleek en deed vergeefsche moeite haar lippen tot
een vormelijk glimlachje te dwingen.
«Waarom verliet u dien nacht het Babyion Hotel?» Zoo
begon Nelly haar ondervragingen, terwijl ze een gezicht zette
van een streng rechter.
«Ik had orders daaromtrent gekregen, juffrouw Raeksole,»
zei juffrouw Spencer.
«Van wie?»
«Och ja ziet u ik ben eigenlijk een getrouwde vrouw,
en 't waren orders van mijn man.»
«Wie is uw man
«Tom Jackson Jules, de oberkellner van het Babyion
Hotel.»
«Dus JuleB' eigenlijke naam is Tom Jackson? Waarom
wilde hij dat u vertrok zonder eenige voorafgaande kennis
geving
«Ik weet 't werkelijk niet, juffrouw Raeksole. Ik zweer u
dat ik 't niet weet. Hij is mijn man, en natuurlijk doe ik
wat hij me zegt, zooals u ook eenmaal doen zal als u ge
trouwd is. De hemel geve dat u een beteren man zal krijgen
dan ik heb !u
Juffrouw Spencer toonde eenige neiging tranen voor den
dag te laten komen.
Nelly betastte den revolver en spande den haan. «Waarom
wilde hij, dat u zoo in eens vertrok?" herhaalde ze. Ze was
in de hoogste mate verbaasd over haar eigen koelbloedigheid
en een klein weinigje verheugd er over tevens.
«Ik kan 't u niet zeggen, ik kan 't u niet zeggen.»
«Dat zal toch moeten,» zei Nelly, op vasten, indrukwek-
kenden toon.
«Hij hij wou, ijat ik hier in Ostende kwam. Er was het
een en ander niet in orde. O! hij is zoo'n vreeselijke lastige,
driftige man, die Tom. Als ik u alles vertelde, dan zou hij
«Was er iets niet in orde in het hotel, of hier?»
«Allebei.»
«Was 't iets betreffende Prins Eugen van Posen?»
«Ik weet 't niet ja ik geloof 't wel.»
«Wat heeft uw man te maken met Prins Eugen vanPosen?»
«Ik geloof, dat 't iets van zaken betreft geldzaken.»
«En was de heer Dimmock ook in dat alles betrokken
«Ik geloof 'twel, juffrouw Raeksole. Ik vertel u alles wat
ik weet, dat zweer ik u.» (Wordt vervolgd.)