Plaatselijk Nieuws.
Ingezonden.
bestaande, onderging hetzelfde lot als
die van (ie «Ben Criiacnanrr.
Een stoomboot, die 's avonds te
Liverpool aankwam, meldt, dat zij zag,
boe de duikboot een derde stoomschip
in den grond boorde.
Dat blijkt de «Kelcoan Garstonrr
geweest te zijn en bet gebeurde 18
mijlen ten N W. van Liverpool. De
bemanning werd door den kustvaar
der «Gladysrr opgenomen.
De overlevenden van de «Ben Crua-
chans en de »Linda Blanche» verklaren
dat üe Duitsche officieren zeiden «Het
spijt ons, dat we u moeten lastig vallen,
maar wij hebbeu orders, om elk Engelsch
schip, dal wij tegenkomen, indengiond
te boren.»
De kapitein van den treiter »Niblik«
verklaarde, dat hij een kist met 40
reddingyordels heeft opgeviscnt, die
geen nm-rkteekens hadden, wat er op
wijst, dat het schip, hetwelk ze aan
boord had en verging, van groote af
metingen moet zjjn geweest. Mogelijk
is er in de Iersche Zee dus nog een vierde
stoomschip in den grond geboord.
Ook in het Kanaal spookt blijkbaar
een Duitsche duikboot rond. Het Fran-
sche ministerie van marine deelt n.l.
mede, dat het Engelsche stoomschip
«Toko Marut Zaterdagmorgen om 10
uur door een DuitscheD onderzeeër bij
Kaap Antifer getorpilleerd is. Om één
uurishetEngelschestoomschip»Igaria«
eveneens bij Kaap Antifer getorpilleerd.
De »Igaria« zonk niet doch is naar
Havre gesleept.
De uit 57 koppen bestaande beman
ning van de «Toko Maru» is door een
treiler gered.
Wat het in den grond boren van
dergelijke schepen beteekent, kan hier
uit blijken, dat alleen de «Toko Maru»
97.000 geslachte schapen aan boord
had, benevens een hoeveelheid kleeren
voor de Belgische vluchtelingen.
De Berlijners op rantsoen gesteld.
De burgemeester van Berlijn heeft
een oproep lot de bevolking gericht,
waarin hij zegt:
Een ieder weet, dat bet doel van
onze vijanden is ons uit te hoDgeren.
Dit voornemen moet door onze wils
kracht schipbreuk lijden. Levensmid
delen zijn in voldoende hoeveelheid
voorhanden, wanneer maar het noo-
dige overleg wordt betracht. Niemand
behoeft gebrek te lijden, maar allen
zijn verplicht den vroegeren overvloed
tot bet noodzakelijke te beperken
De Bondsiaad beeft 25 Januari
bepaald, dat met 1 Februari te be
ginnen de hoeveelheid bakkerswaren
tot drievierden moet worden beperkt.
Naar dat voorschrift moet ieder burger
zich nu verder regelen.
Aan brood en meel zijn voor de
voeding van één persoon per week
in elk geval niet meer dan twee kilo
gram noodig. De ervaring leert, dat
men zich zoo vaak met minder kau
tevreden stellen. Er staan ons behalve
brood, ook andere goedkoope levens
middelen vooral aardappelen ter be
schikking.
Daarom is een ieder, zoowel door
de wet ds uit vaderlandsliefde, ver
plicht in geen geval het maximum
van twee K.G. brood en meel per
week te overschrijden.
Wel moet daarentegen getracht
worden met minder toe te koenen,
wanneer men aan minder genoeg
heeft.
In het bijzonder wordt van hen,
wier levensomstandigheden voldoende
voediQg met andere levensmiddelen
toestaan, beslist verwacht dat zij hun
broodverbruik zooveel mogelijk ver
minderen zullen.
Moeilijkheden' zullen in het begin
bezwaarlijk te voorkomen zijn. Wij
doen echter een beroep op den vader-
landslievenden geest en het gezond
verstand van onze medeburgers om
bereidwillig de bepalingen op te volgen,
welke in het algemeen belang zijn
gemaakt.
Vooral geen gedrang bij de winkels:
eenieder koope dagelijks zijn aandeel in.
Alleen roggebrood in Keulen.
Te Keulen zal van lieden af nog
slecnts één soort brood worden gebak
ken n.l. roggebrood. Luxebrood zal niet
meer worden gebakken. Zou blijken,
dat beschuit, die voor zieken nood
zakelijk is, tocb te veel wordt gekocht,
dan behoudt men zich voor om beschuit
verder slechts door apothekers te doen
verkoopen.
Het brood te Weenen.
De «Weener Zeitung* publiceert een
ministerieele verordening,volgens welke
het voor het bakken van brood ge
bruikte meelmengsel, in bet vervolg
slechts voor vijftig procent uit tarwe-
of roggemeel mag bestaan, terwiil de
rest uit surrogaten van b.v. gerst, mals,
haver rijst en aardappelen moet zijn
samengesteld.
De nieuwe Russische plannen.
Een Oostenrijkscti blad meldt: De
laatste openbaringen van het Bussiscb
legerbestuur bepalen zich er toe vast
te stellen, dat in het algemeen geen
verandering in den toestand is geko
men. De Russische troepen houden
zich bezig met het afslaan der Duitsch-
Oostenrijksche aanvallen. De Russi
sche Armeebole zegt: Men beeft in
Rusland van het Ioopgravenstelsel ge
noeg en men zal nu steunen op bet
samenwerken van geweldige troepen
massa's. De Rjelsj zegt, dat de nieuwe
Russische plannen zoo reusachtig zijn,
dat men bijna aan een gelukken zou
twijfelen, ware de Russische cavalerie
er niet. De nieuwe gouverneur-gene
raal van Warschau maant de bevol
king voortdurend tot rust aan eu dreigt
met strenge maatregelen als de luid
ruchtige betoogingen niet aohterwege
blijven. Tegelijk wordt bekend ge
maakt, dat tol leniging van den heer-
schenden nood een leening van '100
miliioen roebels (120 millioeu gulden)
wordt uitgeschreven.
Een onderhoud met den koning van
België.
Een correspondent van de Associa
ted Press bad in het raadhuis van
een oud Vlaamsch stadje een onder
houd met koning Albert.
De koning was alleen. Een olielamp
verlichtte bet sombere vertrek van
waar de koning de hem overgebleven
troepen leidt. Hij prees den moed
zijner soldaten en zeide: Ik geloof.dat
mijn leger dapper is, maar mijn volk
is te democratisch om dezelfde diciplme
te hebben als de overige legers van
Europa. Gij kunt den moed der Belgen
leeren kennen, wanneer gij hen op
het veld ziet werken, in weerwil van
het dreigend gevaar, dat hun have
ieder oogenblik tot een puinhoop kan
gescholen worden. Daarop schetste de
koning hoe zijn troepen door devei-
overing van 't land en der vesliDgen
gedemoraliseerd weiden, toen zij door
het land moesten marcheer en om eerst
aan de Yser zich tegen den vijand te
kunnen koeren en diens aanval op
Calais te verhinderen, natuurlijk met
groote opoffering, die nog vermeerderd
werd, toen de dijken moesten worden
doorgestoken en het land onder water
gezet.
Op één van die verschrikkelijke
dagen aan de Yser, ging de koning
voort, werden dour bestorming en
gevechten van dagen aaneen meer dan
700 man uit de loopgraven wegge
maaid. Ik geloof niet te veel te zeggen,
als ik beweer, dal ons leger Duin
kerken en Calais gered heeft. De koning
waarschuwde den correspondent, toen
deze verzocht, den slag zelf te mogen
zien, voor het daaraan verbonden ge
vaar en verhaalde, dat mevrouw As-
quith, die voor eenige dagen daar was
en ook baar nieuwsgierigheid wilde
bevredigen, veel kans had gehad, door
granaten gedood te worden.
Over den ondergang van zijn heer
schappij als koning wilde de vorst
niet spreken, en op de bemerking van
den correspondent, dat hij m dri-
maanden weer in Brussel zou zijn,
antwoordde bij: Zoo snel zal het niet
gaan, maar ik hoop dat ik eenmaal
aan het hoofd der mij gebleven troepen
in mijn hoofdstad mijn intocht zal
kunnen houden.
De vergadering, Maandagavond
door de afdeeling Amersfoort van de
S. D. A. P. belegd, was vrij goed
bezocht Even 8 uur opende de voor
zitter de vergadering, zooals hij zeide,
onder eigenaardige omstandigheden.
Aanwezig waren twee officieren en een
ambtenaar van Politie in verband met
den staat van beleg van onze stad.
Uitgenoodigd waren de heerenDe
Kempenaer en De Lange, het bestuur
van Amersfoortsch Belang en de heer
P. en Joh. T. G. van Acbterbergu.
Sprekers waren de heeren Kleere-
koppr uit Amsterdam en Hofland,
candidaat alhier.
De heer Kleerekoper begon met mede
te deelen, dat hij niet zou spreken en
waarom niet. Onze weermacht is ge
mobiliseerd om zoo noodig ons land te
verdedigen. Wij wenschen niet in den
oorlog te worden betrokken en boeien,
dat de gevechten elders worden ge
leverd. De Tweede Kamer heeft hier
over niet te beslissen, omdat vrede en
oorlog rechten zijn van de Kroon. Over
de noodige gelden heeft de Tweede
Kamer wel to beslissen. Welnu, de
Soc. Dem. fractie heeft ook voor de
credieten gestemd Het beoogde gevolg
is bereikt. Geen schending vari onze
neutraliteit heeft plaats gehad. In ver
schillende plaatsen van ons land is de
slaat van beleg afgekondigd. Dit houdt
geen direct verband met onze inter
nationale positie, doch dient om de
controle te vergemakkelijken, om ver
boden uitvoer tegen te gaan en om een
oog in 't zeil te houden, daar waar
interneeringsdepots zijn. Het zijn dan
praktische middelen.
In tal van plaatsen waar de staat
van beleg is afgekondigd, heb ik ge
sproken en er heel geen last van
gehad. Doch sinds verleden week ben
ik tot een andere ervaring g-komen,
nl. aan den Hoek van Holland. Om
te mogen spreken moest ik een con
tract teekenen, dat ik rechtstreeks
noch zijdelings over de Koningin zou
spreken, noch rechtstreeks of zijdelings
het openbaar gezag of de krijgstucht
zou aanranden.
Deze feileu zijn strafbaar in Neder
land en ten andere ik heb betere
dingen te doen. Ons doel is de wet
ten veranderd of gewijzigd te krijgen.
Onze strijd is tegen de bewapening.
Mijn bezwaar is alleen, dat het ge
vraagd wordt. Niet dat ik het niet
doen mag, ik doe het toch niet. Deze
zaak gaat uit van den opperbevel
hebber van leger en vloot, die zijn
handen moet vrij hebben Ik acht
me niet geroepen in dit plaatsje te
spreken en toezegging te doen over
den inhoud van mijn rede. Het was
me ook niet bekend, dat de krijgs
macht geroepen was toe te zien op
de redo van een of ander volksver
tegenwoordiger.
De heer Hofland verkreeg nu het
woord. Om dezelfde reden waarom
Kleerekoper niet sprak, zou hij wel
spreken. Spreker trachtte nu een beeld
te geven van de politieke situatie bier
te Amersfoort ontstaan door het open
vallen van 3 raadszetels. Zoowel Ge
meente Belang als Amersfoortsch
Belang trachten met de S. D. op goe
den voet te blijven, omdat ze de S. D.
wel nood.ig hebben.
De candidaten van Amersfoortsch
Belang zijn onze tegenstanders op
dit oogenblik. De waarde van het
strooibiljet van Amersfoortsch Belang
kunt ge pas op de juiste waarde
schatten, als ge weet, dat Amers
foortsch Belang mij 6 Nov. vroeg ol
ik bij een vacatuie haar candidaat
wilde zijn. Op de publieke straat sprak
mij nog Joh. F. G. v. Achteibergh
hierover aan en wilde zelis dat ik
mijn partij maar ontrouw zou worden.
Zoo hebben ze de kiezers langs sluip
wegen een S. D: trachten op te dringen.
De heer De Lange bedankte uit ge
kwetste eigenliefde, omdat de heer
Rant werd gekozen, en hierom liep
hij over naar Amersfoortsch Belang
Ik heb aan Amersfooi tsch Belang
geschreven dat ik alleen een candi-
datuur kon aanvaarden, als de afdee
ling van de S. D. A. P. mij candidaat
stelde. Amersfoortsch Belang heeft dus
de Godsvrede geschonden en niet wij
De kiesvereeoiging Gemeente Belang
maakt «en mooi gebaar. Evenredige
vertegenwoordiging is billijk, zegr de
schrijver in hel Amersfoortsch Dag
blad; slechts een arheider kan over
de arbeiders oordeelen. Amersfoortsch
Belang en Gemeente Belang zijn over
eengekomen de S. D. eeu zelfstandigen
zetel aan te bieden. Amersfoortsch
Relang had dit nu moeten doen en
Hofland nemen. Wij hebben aan Amers
foortsch Belang gevraagd, welke hou
ding het bestuur nu zal aannemen,
doch geen antwoord ontvangen. Het
strooibiljet van heden is het antwoord
Tenslotte zet Hofland nog uiteen,
hoe de houding van de S D. zal zijn
bij zaken van algemeen belangGas,
ondenvijs, belasting, om de nood
zakelijkheid van een beetje rood bloed
in den Raad aan te toonen. Hoe De
Kempenaer over deze zaken denkt,
is niet bekend. CK-ereem is in de
arbeiderswereld gunstig bekend, hij
is goed ter taal en heeft school ge
maakt in de vakbeweging. Van Hofland
zelf is zeer veel kwaad gezegd, doch
alles is onderzocht en bet is gebleken,
dat er geen smet op hem kleefde.
Met een krachtige opwekking de S. D.
te stemmen, eindigde spreker zijn
rede. Van de gelegenheid tot debat
werd geen gebruik gemaakt.
Volgens het jaarverslag der Ver-
eeniging «Liefdadighoid" bedroeg het
aantal leden op 1 Sept. 1914, 184.
Uitgereikt werden 796 spijskaartjes
en 213 kleedingstukken.
De ontvangsten bedroegen f 1057 55'It
de uitgaven I906 30'/i.
Tot directeur der Middenstandscb
Credietbank is benoemd de heer H.
Grevers le luit Ned -lnd. leger met
verlof te Rotterdam.
De Arrondissements-rechtbank
te Utrecht veroordeelde den bij Soas-
terberg geïnterneerde, die 3 Decem
ber bij de muiterij in een der barak
kenkampen op heeterdaad werd be
trapt, terwijl hij een vaatje bier uit
de cantine naar zijn barak rolde, tot
vijf maanden gevangenisstraf met af
trek van de voorluopige hechtenis.
De eisch was zes maanden, met
aftrek.
De heer J. K. Knottenbelt, van
«Vinkenhoef», is herbenoemd tot lid
der zuivel-commissie voor de Provincie
Utrecht.
Militair gezag in Soest en Zeist.
Bij Koninklijk besluit is bepaald
dat, zoolang onder de huidige tijds
omstandigheden Nederland niet met
terdaad in den oorlog is betrokken,
en ongeacht de bevoegdheid van den
commandant der Nieuwe Hollandscbe
Waterlinie voor bet riemen van maat
regelen van tactischeri aard, het mili
tair gezag in de gemeente Soest en
Zeist zal worden uitgeoefend door den
Opperbevelhebber van Land- en Zee
macht.
J I. Maandag zijn weder twee
Belgische officieren, die hun eerewoord
teruggevraagd hebben, naar het eiland
Urk vertrokken.
Maandag 1 Februari j.l. waren
ter kaasmarkt aangevoerd 17 wagens,
bevattende 2575 K G. kaas. Piijs per
50 K.G. f39a f43.Handel
tamelijk vlug.
Aangehouden Belgen.
Men schiijft ons uit Neerpelt:
In den laatsten tijd zijn vele Bel
gen aangehouden, wanneer zij uit
Noord-Brabant, voorzien van de ver-
eischte passen, naar de grensgemeen
ten gingen, om daar bun waren te
verkoopen. Verschillende van deze
mannen en vrouwen werden drie
dagen gevangen gehouden te Neer-
pelt en Maeseijck en moesten boven
dien een boete betalen van zes tot
tien francs. Vooral zij, die couranten
bij zich hadden, werden zwaar ge
straft.
In de omgeving van Neerpelt zijn
vele, naar schatting 50 jonge matinen
door de Duitschers aangehouden en
mee naar Duitscbland genomen, omdat
zij getracht hebben over de Neder-
landsche grens te ontsnappen. Er
wordt nu scherp toezicht gehouden.
Wie zich langs binnenwegen in de
nabijheid der grens durft vertoonen,
wordt slechts éénmaal gewaarschuwd
en onverbiddelijk doodgeschoten. Be
kend makingen in dien geest zijn in
de verschillende dorpen aangeplakt.
Het is tevens verboden, zich tusscben
's morgens 8 en 's avonds 4 uur bin
nen een half uur afstand van de grens
te vertoonen. Tel.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
redactie zich niet aansprakelijk.
Va?» ingezonden stukkengeplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopy niet aan dert
inzender teruggegeven.
Ncderlandsche Anti-Oorlog Raad.
Lezers van dit blad, j 1. Maandag
was het eerste halve jaar van den
oorlog vol. Een vol half jaar staan nu
milhopnen mannen in de kracht van
verbreid. Volgens de officieele berichtgevers is een Prins nooit
ernstig ziek voordat hij dood is. Dat is staatkunde.
Het ergste van Prins Eugen's toestand was, dat braak
middelen volkomen vruchteloos bleken. Geen van de beide
dokters wist dat verscbijnsel te verklaren, doeh 't was maar
al te duidelijk. Eindelijk gaf de groote specialiteit uit Man
chester Square als zijn meening te kennen, dat voor 't behoud
van Prins Eugen geen boop meer bestond, tenzij de natuurlijke
kracht van zijn constitutie in staat mocht blijken zich, zonder
hulp van geneesmiddelen, aan den invloed van het vergift te
onttrekken, zooals een dronkaard door den slaap weer nuchter
kam worden. Alles was geprobeerd, tot zelfs de kunstmatige
ademhaling en het inspuiten van warme koffie. Na die uit
spraak te hebben gedaan, ging de groote specialiteit heen.
't Was nu éen uur in den nacht. Door een van die eigenaardige
toevalligheden, die zich dikwijls voordoen, kwam de specialiteit
juist Theodore Racksole met zijn gevangene tegen toen deze
het hotel binnengingen. Geen van beide partijen had er 't minste
vermoeden van wat de andere bezig was geweest te doen.
In de Hof-slaapkamer stond de kleine groep, die er de
wacht had gehouden, nog altijd rondom het bed. Met angstige
langzaamheid volgden de minuten elkaar op. Weer ging een
uur voorbij. Toen, op eens, maakte de tot nog toe volkomen
onbeweeglijke gestalte op het bed een lichte beweging; de
opeengeklemde lippen openden zich.
«Er is eenige hoop," zei de dokter en hij goot den patiënt
eenige druppels in van een opwekkend middel, dat hem door
Nelly werd toegereikt.
Een kwartier later had de lijder zijn bewustzijn herkregen.
Voor de tienduizendste maal in de geschiedenis der genees-
i kunde was door een gezonde constitutie een wonder verricht,
j dat aan de medische kennis van eeuwen onmogelijk was geweest.
I Toen het dag was geworden, Dam de dokter afscheid, zeg-
gende dat Prins Eugen wnu goed op den weg was van beter-
I schap," en met de belofte dat hij binnen een paar uur terug
zou komen. Nelly trok de groote gordijnen op en liet het
zonlicht in de kamer schijnen. De oude Hans was, door ver
moeienis overmand, in een der verste hoeken van de kamer
op een stoel ingedommeld. De reactie was te groot voor hem
geweest. Nelly en de Prins keken elkaar aan. Ze hadden om
trent zichzelf geen woord met elkaar gewisseld en tocb wist
elk van hen volkomen goed wat de ander had gedacht. Ze
drukten elkaar de hand en die handdruk toonde dat ze elkaar
hadden begrepen. Hun korte liefdeshistorie was grootendeels
zwijgend afgespeeld en ook nu zwegen ze. Een schaduw die
hen bedreigde, was over hun hoofd voorbijgegaan, maar alleen
hun blik gaf uitdrukking aan 't gevoel van verlichting en
vreugde dat ben vervulde.
"Aribert!" Met zwakke stem klonk die uitroep uit het bed.
Aribert trad naar het ledikant, terwijl Nelly bij het raam
bleef staan.
»Wat is er, Eugen?" zei hij. "Je bent nu beter, niet waar?"
«Geloof je dat?" fluisterde de ander. «Ik moet je vergeving
vragen, Aribert, voor al den last dien je van me hebt gehad.
Ik heb 't ook zoo onhandig aangelegd; dat is 't ellendige
van de zaak. Laudanum was een te zwak middel, maar ik
wist niets te bedenken en ik durfde niemand om raad vragen.
Ik was genoodzaakt zelf uit te gaan om bet goed te koopen.
't Was een onaangename historie; maar gelukkig is 't althans
geen vergeefsche moeite geweest."
«Wat bedoel je, Eugen? Je bent nu veel beter. Morgen,
uiterlijk overmorgen, zal je weer beelenal in orde zijn."
"Ik ga sterven," zei Eugen kalm. "Denk niet dat ik je
maar iets wijs maak. Ik sterf omdat ik verlang te sterven,
't Is een uitgemaakte zaakik voel bet aan 't kloppen van
mijD hart. Binnen een paar uur zal alles voorbij zijn. De troon
van Posen zal dan door jou worden ingenomeD. Aribert, je
zult die waardigheid beter vervullen dan ik 't heb gedaan.
Maar laat daarginder niet bekend worden, dat ik een eind
aan mijn leven heb gemaakt; laat Hans geheimhouding zweren,
laat de dokters geheimhouding zweren en zwijg er zelf beelenal
over. Ik ben een dwaas geweest, maar ik wil 't niet bekend
laten worden dat ik ook een lafaard ben. Misschien is 't geen
lafhartigheid, misschien is 't moed, bij slot van rekening
moed om den knoop door te hakken. Ik zou de schande niet
hebben kunnen overleven dat sommige diDgeD aan 't licht
kwamen, Aribert, en ze zouden aaD 't licht zijn gekomen,
stellig en zeker. Ik ben een dwaas geweest, maar ik ben bereid
voor die dwaasheden met mijn leven te betalen. Wij vorsten
van Posen we betalen altijd alles behalve onze schulden.
Odie schulden! Als ik die niet had gehad, zou ik haar, die
mijn vrouw zou zijn geworden, vrij hebben kunnen aanzien.
Ik zou een nieuw leven zijn begonnen en met haar hulp zou
me dat zijn gelukt. Maar 't Noodlot is tegen me geweest
altijd! altijdI Zeg eens, Aribert, wat was dat toch voor
een complot tegen me? Ik ben 't vergeten, totaal vergeten."
Wordt vervolgd).