Plaatselijk Nieuws. Gemengd Nieuws. De nieuwe zilverbon van f2.50. Een zéér opvallende verbetering! Was de oude zilverbon bepaald leelijk en onpraktisch, zoo door kleur, als door druk en papiersoort, de nieuwe korni on^ voor uitmuntend te zijn ge slaagd. Zij is gediuktop wit geschept Hollandsen papier, waarin het water merk 2 50 voorkomt. In een zeei fijne geoi nainenteerden ondergrond staat met groote cijfers 2.50 uitgespaard, terwijl de waarde ook is aangegeven in het midden met sierlijke open letters. De rand is eenvoudig en zeer fijn van ornamentatie met in de viei boe ken nog eens de waardevermelding. liet papier dun en sterk en de nieuwe bon, waarvan er 4 000 000 worden uitgegeven, is voorzien van serieleltei en nummer. N. Ct. Donderdagavond sprak de heei J. M Thiel, hiertoe uitgenoodigd dooi de besturen van «Handel en Nijvei- heidor en van «De Hanzen, in «de Arenda over: «De rol van bet geld.n Even acht uur opende de beer Krook de bijeenkomst, die slecht bezocht was. De heer Tbiel zeide, dat de ge beurtenissen van dezen tijd vreemde verschijnselen op het gebied van het geldwezen bebben doen zien. Hij ver telde nu wat van den ruilhandel in de oudbeid, dien we nu in de beschaafde landen niet meer kennen. Daar is bet wettig ruilmiddel geld. Wat moet als ruilmiddel dienst doen Iets, dat ieder een graag heeft. En dat zijo hoofd zakelijk de edele metalen en bovenal goud. Het is van groot belang, dat de verschillende landen hetzelfde ruilmid del bebben. Goud is hiervoor aange wezen, omdat het een contante waarde heeft. Spreker schetst nu het groote voordeel van den gouden standaard voor alle landen. Goud kan men koopen bij de Nederlandsche Bank, dat thans een grooten voorraad heeft. Het overgaan van alle landen tot den gouden stand aard is voor alle landen, behalve voor Engeland, een groote lijdensgeschiede nis geweest. De gouden standaard be- teekent, dat goud het ruilmiddel is, dat tot elk bedrag kan worden gebezigd. Hier mag men elk bedrag ook met zilvergeld betalen. In de middeleeuwen was het ruilmiddel zilver, dat per ge wicht ging. De vorsten hadden het recht van de munt. Tot 1816 had Nederland de zilveren standaard. Toen kwam het gouden tientje en hadden we de dubbele standaard tot 1847, toen we weer de enkele zilveren standaard kregen. Dat bield vei band met de reusachtige goud productie Nederland werd geprezen om zijn wijs beleid, doen zooals later bleek ten onrechte, want het goud bleef op prijs, (let zilver, dat aan het geld zit. vertegenwoordigt met de waarde. De zilvei noteering is ook maar 23'/.. I 'uitsehland had tot 1870 de zilveren standaard, toen kieeg bet de mark. Iri Fiaikiyk is bel'ook zoo gegaan. Hoe meer de industrie toenam, hoe me>-r behoefte er kwam aan ruilmid delen. Deze werden kunstmatig ver groot door het uitgeven van bank biljetten dooi de Nederlandsche Bank Deze moei '/i »an de biljetten aan goud hebben. In Augustus 1905 was voot 254 mtllio n gulden aan biljetten in omloop. De Bank behoefde maar 5 oullioen aan goud in haar kelders te hehben eri de zaak was gezond. De Nederlandsche Bank is geen Staatsbank, wat vele voordeelen beeft, gelijk door spreker werd aaDgetoond met voorbeelden uit andere landen. Vervolgens kwamen de voordeelen van het gtro-vei keer ter sprake. De praktische Engelschen hebben dit reeds, met het gevolg, dat ze maar 420 millioen gulden aan bankpapier noodiü hebben en het kleine Neder land 470 millioen gulden. Verschillende wetenswaardigheden werden nog meegedeeld en eenige vragen en opmerkingen beantwoord. Met een warm woord van dank en hulde sloot de beer Krook de bijeen komst. Ter gelegenheid van den ver jaardag van Koning Albert werden de Belgische vluchtelingen jl. Donder- lag in de feestelijk versierde zaal der sociëteit Vereenigingc op versnape ringen onthaald. De aalmoezenier De Rolder hield een toespraak in bet Fransch en in het Vlaamscb afgewis seld door muziek en zang van eenige Belgische militairen. In De Keizerskroon werd des avonds eerie druk bezochte soirée-musicale geven, waarbij een groot aantal zoo Nederlandsche als Belgische officieren aanwezig waren, evenals het comité voor Belgische vluchtelingen Het programma bestond uit muziek en zang en monologen en werd op hoogst verdienstelijke wijze uitgevoerd, geen wonder trouwens daar de executanten align kunstenaars waren. Alle aanwezigen zullen zeker nog lang aan dezen genotvollen avond terugdenken. Twee boodschapjongens botsten gistermorgen tegen elkaar en rolden over den grond aan het begin van de Langestraat. Voor ze konden opstaan werd de een door een wagen over reden en bij den beer Ittman binnen gebracht, waar hem de eerste hulp verleend werd. De Vereeniging «De Mobilisatiea gaf Dondeidag avond haar eerste uit voering in «Amicitiae voor een vrij volle zaal. Het programma was dan ook zeer afwisselend, er werd gezon gen, muziek gemaakt, geschermd en gedaost, nl. moderne dansen, terwijl na de pauze «De big van het 168ste« werd opgevoerd. Hartelijk werd om dit blijspel gelachen. De iietto opbrengst komt ten bate van bet Roode Kruis, afd. Amersfoort. Tot Voorzitter en Secretaiis van de afd. «Gooi- en Eemland" der Ned. Ver tot Bescherming van Dieren zijn benoemd do Heeren: Jhr. W. van den Heuvel te de Bilt en Jhr. W. E. van Engelen te Hilversum, in de plaats van den Burgemeester van Bu--sum en den Heer G. A. A. van de Wall te Hilveisum, die wegens drukke werk zaamheden als zoodanig aftraden, docb zitting in het bestuur behielden. In het Kamp van Zeist is een school geopend met 8 schoollokalen voor 50 man. Er zal onderwijs gegeven worden in: boekhouden, snelschrifl. burger lijk- en handelsrecht, handelscorres pondentie in Nederlandsch, Fransch. Duiisch, Engelsch en Spaanscb, wis kunde, koloniale aardrijkskunde enz. Algemeene cursussen voor bouwkunde, metaalbewei king, houtbewei king, land bouw, visscherij, bloemkweekerij, de coratieve kunsien. Voor de organisatie hebben zich vooral verdienstelijk gemaakt de beer Buijse pn de onderofficieren Halliez, de Carnières en Lorent. Luitenant van Stockum is de algemeene bestuurder der school. De Steunpenning v^n het Kon. Nat. Steuncomité, Daar een model van den bekenden Unechtschen stempel snijder J. C. Wienecke is verschenen. De voorzijde toont den tot verweer bereid zijnden Nederlandschen leeuw in den Hollandscben tuin, waartegen de golven, die de van buiten dreigende gevaren verbeelden, beuken. Rond den leeuw de fiere wapenspreuk Je Main- tiendrai. De keerzijde heeft de vredes palm in de as. aan den voet gedekt door den vuurslag, symbool der booge gedachte en waarop de woorden: Steun penning 1914. Ter weerszijdo bloeiende en vruchtdragende Oranjetakken. Op de Dinsdag gehouden vee markt waren slechts 9 stuks aange voerd. De prijzen der kalfkoeien liepen van I 220 tot f230, die van kalfvaarzen van f 130 lot f 190, terwijl pinken van f 40 tot 160 opbrachten. Op de j.l. Donderdag gehouden paardenmarkt werden aangevoerd circa 100 paarden, 50 hitten en 6 veulens. Luxe paarden golden van f500 lot f650, werkpaarden van f250 tot f 400, slachtpaarden van f 100 tot f 150, hitten f90 tot f225 veulens f150 tot f200. Er was tamelijken handel, of schoon er geen buiteniandsche kooplui waren. Op de Centrale eierveiling der V. P. N. werden Viijdag 9 April aan gevoerd 80917 stuks. De prijs liep voor kipeieren van f5.tot f5 30. Eendeneieren f4.85 tot f5.10. Mlddenprijs f5.15. Door verplaatsing van den handel van Engeland naar Duitscbland is de piijs van witte en bruine eieren gelijk Verschenen is een nieuwe uitgaaf van de recepten voor bet gebruik van tiet Delftscb Planterivet Delfiaa. Deze bijlage van het Rec-ptenborkje der Delftsche Slaolie bevat vele recep ten van den kok der Oliefabnekmi Calvé Delft te Delft, betrekking heb bende op het stoven van groenipn, hei stoven en smoren van vleescb, het gratineeren van restanten visch en vleesch. het bereiden van gebak en pudding, het maken van gebonden soepen, enz alles in het Planteuvet «Delfiaa. Ieder, die aao de Afdeeling Reclame van genoemde fabriek het Recepten boekje der Delftscbe Slaolie aanvraagt, ontvangt meteen deze nieuwe bijlage er bij Wie bet bekende gele recepten- boekje reeds bezit, kan ook afzonderlijk de nieuwe recepten van bet Planlenvet «Delfiaa aarivrageö. Deze zijn niet bij de winkeliers, doch alleen bij de fabriek te Delft verkrijg baar, die voor gratis en franco toe zending zoig draagt. Vluchtelingen in ouden tgd. Daar België ook in de vorige eeuwen hetslagveld van Europa was,zoo schrijft meu aan de Middeliurgsche Courant zal bet niemand vei wonderen dat ook in dien tijd de bewoners van de door ooi log geteisterde streken in ons land gastvrijheid vroegen. Eenigen lijd se isden bleek het mij, dat ook in 1583 vele gevluchte Brabanders en Vlamin gen in Middelburg een schuilplaats hadden gevonden De notulen van Wet en Raad van 17 December 1583 geven dit duidelijk te kennen. Zij luiden: «Alzoo in deseri jammerlicken ende benauden tyt de gasthuismeesters duer hel verloop van den volcke uyl Vlaen deren ende Brabant, alwaer het gan- sche lant vernielt ende gedestrueert wort duer orloochsvolck bun zo zeere beswaert voelen van de arme schamele verloope meinsche de welcke niet en muegben verloren gaen, de welcke ommesien naer versterkinge van mid delen omme de Gasthuismeesters daertoe dienende te mueghen vervul len, en verstaende dat de leproos- meesters deser slede nu cleynen last hebben de welcke de voorschreve gasthuysmeesters wel ceunen assis- teeren, zo eyst dat wyde voorschr. leproosmrs. ordonneren by desen dat zij aensiens dezes in banden van de voorscbr. gaslbuismrs. tellen alsulcken ppnningen als onder benl. berusten Ter gelegener tyt moesten de gasthuis meesters het geld restitueeren. Tot goed verstand van bet boven staande is bet misscbien nuttig op te merken, dat de gasthuizen vroeger niet in de eerste plaats ziekenhuis waren maar zoogenaamde passantenhuizen, d. w. z. buizen, waar arme vreemde lingen gratis één of meer nachten logies konden bekomen. Ook in 1576 kwamen bier vluchte lingen uit België. In de rekeningen van Middelburg, geëxerpeerd door H. M. Kesteloo, leest men op bet jaar 1576: «Er werd 6 betaald aan drie schip pers die naar Antwerpen voeten om vluchtelingen te balen. Er zat iemand zes dagen in bet Gortstraatpoort om inkomend volk op te schrijven.a Gewetenswroeging van een moorde nares: Wij lezen in «Asser Ct. :a Naar aanleiding van de arieslatie van Geert Dina B., in het huis van bewaring te Assen opgenomen, wegens moont op Johanna Vennink, te M-ppel gepleegd in 1912, vernemen wij nog het volgende; De aangehoudene leidde te Meppel een niet onberispelijk leven, waai bij zij bet door haar verdiende geld aan een jongmenscb afdroeg. Toen deze op een keer met genoemde Joh. V uit was geweest, weid Geert Dina zoodanig aangegrepen duor jaloersch beid, dat zij op een goeden avond (9 April) Joh. V. medelokte buiten de stad, zeggende, dat zij daar kennis sen ging opzoeken. Bij die gelegenheid stortte zij haar 16-jarige medeminnares in de Hooge- veensche Vaait. Job. zonk dadelijk in de diepte weg en Geert Dina keprde naar buis terug. Den volgenden morgen werd het lijk van Joh. V. gevonden, doch daai geen uiterlijke kenteekenen van een misdaad te bespeuren waren, werd aan een ongeluk gedacht. De aangehoudene zette baar avon tuurlijk leven voort en maakte zich, ten vooideele van bedoeld jongmenscb, schuldig aan diefstal waarvoor zij 5 maanden gevangenisstraf kreeg, die zij te Zwolle onderging. Na uit de gevangenis ontslagen ie zijn, werd zij, door middel van een in die stad gevestigd dames-comité geplaatst in een doorgangshuis, waar zij door baar zonderlinge wijze van doen de aandacht trok. Waar men in twijfel verkeerde om trent baar geestvermogens, werd zij voor eenigen tijd naar een gesticht in Haarlem overgebracht ter observatie. Daar werd zij zoodanig door haar ver leden gekweld, dat zij ten slotte het gebeurde aan de hoofdverpleegster mededeelde. Een duur boek. Toen in 1738 onze groote, wereld beroemde Boerliave stierf, vond men onder zijn nagelaten papieren ook een verzegeld stuk, dat tot opschrift droeg: «Het eenige en diepste geheim der geneeskunde". De beroemdheid van den dokter in aanmerking genomen, die zelf een hoogen leeftijd had be reikt, vermoedde men natuurlijk in dit boek de grootste geheimen en de meest waardevolle recepten geopen baard te zien. De nalatenschap van Boerhave zou onder den hamer komen en uit alle landen kwamen liefhebbers om het waardevolle boek te bemach tigen. Een rijk Engelschman gelukte het ten slotte in bet gelukkige bezit van het waardevolle document te ko men en bij betaalde er 70 000 gulden voor Op plechtige wijze werden de zegels van het boek genomen het was leegl Alleen op de eerste bladzijde stond; «Houdt het hoofd koel. deu stoelgang goed, de voeten warm, dan kunt ge spotten met alle doktoren". Tot op dezen dag zijn die woorden het geheim der geneeskunde gebleven. Er wordt echter niets vermeld van de vreugde van den Engelschman. BURGERLIJKE STANDEN. Amersfoort. Van 2 tot en met 8 April. GeborenMaria Everdina, d. van Bar tus Kolijri en Maria Piins. Gerrit, z. van Genard Laseur en Grietje Everarda Adriana de Regt. Alij-la, d. van Ttjmen van Korlaai en Johanna van Westerlaak. Jacobus Tieme, z. van Everardus Broekman en Johanna Lablans. Maasje, cl. van Jan Masten broek en Franciena van de Pol. Dirk, 7. van Du k Juller en Hilligje Groen. Rengellj-.d van Hendrik Jan van Barre-, veld en Cornelia van (Ier Heijden. Cai olina Johanna, (1. van Willem van der Heiden en Hendrika Poort. Jules Albert Ghislain Marie, z. vao Nicolas Auguste Joseph Mattart en Jeanne Marie Ma Claren. Jacob Wilhelm, z. van Johan Wilhelm Antoiuus Gante- -oort en Wilhelmma Johanna Elsen- doorn. Johanna Geerlruida, d. van Jan Berg en Johanna Walet. Cairina Wilhelinina, d. van Aiie van Eijkelen- burg en Catrina Wilbelmina Kraanen. Adrianos, z. van Barnardus de Wit en Elizabeth Oostveen. Johannes Petrus Aloysius, z. van Antonius Wil helmus Timmermans en Maiia Wilhel-" mina Winters. Cornelia Jobanna, d. van Heiman Cornells Slagter en Hen- riëlta Elisabeth Maria Kaspers. Johannes Gerardus, z. van Gerardus l'bilippus van Moorselaar en Gerrilje Kommer. Geurt, z. van Jacobus Bouman en Jobanna Geerlruida ter Beest. Cornells, z. van Aart Bone- stroo en Sophia Willemina Groen- huijsen. Marius F'ranciscus Dirk, z. van Cornells Zwanenburg en Everdina van Kleef. Cornelia Wilbelmina, d. van Jan Jansen en Maria Wilbelmina Jansen. Janna, d. van Gerrit Nijbof en Maria de Hoog. Ondertrouwd: Johannes Rikkelman en Catiina van Koot. Cornells Hen drik us 'l'heodorus Vial en Catberina Cornelia Cornelissen. Gehuwd Fioris Horsting en Jacoba Cbi isiiua Elisabeth Spruiji. Antonius Hendrikus van Bekkura en Alijda Maria van de Geest. verzen op haar knieën liggen. Zij had ze mede ilit Rome gebracht. Men had haar sterk aangeraden ze te lezen, zij waren van Horatius. Sorana had evenwel zoo gebabbeld terwijl zij lustig haar spinne wiel bewoog, dat Claudia nog niet veel gelegenheid had gehad te lezen. Ook nu dacht zij daar niet aan. Haar blik dwaalde naar het water voor haar, waar de eenden lustig rondzwommen en gedurig haar glanzende kopjes in het vocht dompelden dat dan als zij den kop weer verhieven in flonkerende druppels er afdroop. Bijen gonsden om haar heen en vlinders wipten vlug van sprietje tot sprietje op het heerlijke grasveld dat als een tapijt, bedekt met veelkleurige bloempjes, van haar zitplaats tot het meer zacht glooiend afdaalde. Aan de overzijde van het meer in de sappige weiden liepen tal van prachtige runderen. Links van haar wa3 een met lange palen afgeschoten grasveld waar binnen een twintigtal paarden lustig ronddraafde. Het waren merries met baar veulens. En terwijl Claudia droomerig rond keek, begon zij een gevoel van angst te krijgen. Zij begon aan haar eigen goed inzicht te twijfelen. Was zij niet dwaas, vroeg zij zich af, alles wat haar hier met liefde aangeboden werd van zich te stooten en alleen haar liefde voor Petilius te volgen? Kon iemand zich heerlijker plaats denken om er als meesteres te gebieden dan deze hoeve? Was het huis niet ruim en wel ingericht, was de omgeving niet schoon Kon iemand zich liever schoonmoeder begeeren dan Sorana En wat kon Petilius haar aanbieden? Hij zou haar mede naar Rome nemen. Zeker hij was rijk en zij zou een prachtig huis bewonen. Het zou haar niet aan slaven ontbreken, die op haar wenken vlogen. Petilius zou haar liefhebben en zij was er zeker van, zijn genegenheid zou eer wassen dan afnemen. Maar hoe zouden de voorname Romein- schen haar behandelen. Zou zij voor haar niet altijd een wezen van minder rang blijven? Wist zij niet hoe in Rome een niet- Romeinsche veracht werd? En terwijl zij zich die vragen stelde, werd zij meer en meer droevig gestemd. En die weemoedige stemming werd verhoogd door den angst, welke haar kwelde bij de gedachte, dat Brinio elk oogenblik kon verschijnen en dat zij hem voor het hoofd zou moeten stooten door groote koelheid, óf zijn liefdeblijken aannemen en hem zoodoende bedriegen. Zou zij hem iets kunnen zeggen wat hem opmerkzaam zou maken op hare veranderde houding. Zeker, zij zou hem nimmer durven bekennen, dat zij een Romein beminde. Hoogstens zou zij het durven wagen hem ontkennend te antwoorden als hij haar vroeg, of zij hem liefhad. Maar zou hij dat vragen? Zou hij niet in de overtuiging dat zij bestemd was zijn vrouw te worden eu wel met haar eigen goedvinden, de gedachte aan zulk een vraag verre van zich houden. Terwijl al deze gedachten haar hoofd doorkruisten, trof plotseling een lichtschittering tusschen de hoornen van den rijweg haar oog. Claudia wendde het hoofd een weinig om en kon nu de boomenrij, welke aan de zijde waar zij zat den weg begrensde, goed zien. Zij zag evenwel niets bijzonders. Terwijl zij verder door zat te droomen en slechts half haar aandacht schonk aan het liefelijk landelijk tooneel voor haar, vloog de tijd ongemerkt om en Sorana verscheen maar niet. Daar kwam zij echter eindelijk de zijdeur der hoeve uit. Zij wierp een snellen blik op Claudia eu een geheimzinnige glim lach speelde om haar lippen terwijl haar oogeu van geluk straal den. Claudia zag hiervan niets. Zij was te zeer met haar eigen gedachten bezig om veel op Sorana te letten. De statige vrouw nam weder plaats. „Lang weggebleven, hé Claudia?" zei ze. „Ja," antwoordde Claudia, meer echter om iets te zeggen dan dat zij werkelijk had opgemerkt, dat Sorana's afwezigheid zoo lang had geduurd. Toen zich evenwel plotseling herinnerende, dat Sorana was blijven steken in haar verhaal van de ontmoeting tusschen Caesar en koniDgin Cleopatra, zei zij levendig „Vertel nu verder van dat binnendragen." Wordt vervolgd.) 'j

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 2