NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEIJILLETON. PRINSES THEUDESINDE. No. 65. Zaterdag 14 Augustus 1915. 44e jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. DE OORLOG. BINNENLAND. Amersfoortsche Courant. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad f 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Langestraat 77. Telephoonn. 69. ADVERT ENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7'/, Cent. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. De vredesgeruchten. Wat wel een beetje verwacht werd, is ook gebeurdDuitschland doet blijkbaar na den val vaD Warschau pogingen om tot vrede te geraken. Het doet dit bescheiden, gedekt door tüsscbenpersonen, uit wier koker de min of meer vage voorstellen beeten te komen en die Duitschland natuur lijk dadelijk kan tegenspreken, als niet van de regeering afkomstig, wanneer zij niet met geestdrift wor den begroet. De verschillende tusschenpersonen zijn thans: de paus, de Amerikaan- sche gele pers, die pro-Duitsch is, en een geheimzinnige figuur, die de Rus sische regeering gepolst moet hebben. Het heette de koning van Denemar ken te zijn, maar dit wordt thans beslist tegengesproken en nu wordt beweerd, dat het agenten tan de Duitsche Bank zouden geweest zijn, die de boodschap van Duitschland overbrachten. De oproeping van den paus aan de onzijdige landen tot het bewerken van den vrede is bekend. Het laatste nieuws daaromtrent is tbans, dat de drie Amerikaansche kardinalen, te zamen met die van Nederland en SpaDje, naar Zwitserland zullen reizen, om daar die van andere landen te ontmoeten en met hen besprekingen te houden. De Amerikaansche gele pers drukt met groote letters in al baar bladen, op bevel van den perskoning Hearst, dat de Vereenigde Staten tbans moe ten medewerken om tot een einde te komen van dezen verschikkelijken oorlog. De andere groote Amerikaan sche bladen blijven lauw onder deze betooging. De »New-York World« vraagt, wie heden ten dage nog aan Duitsche be loften zou gelooven na het voorge vallene met België en zegt, dat eerst dan Duitschland vrede zal mogen maken, wanneer de leidende militaris tische partij, die de misdaad tegen België op haar geweten heeft, niet meer den hoofdtoon in Duitschland kan voeren. Duitschland's woord is waardeloos geworden voor de geheele wereld, zegt het blad. en de «New-York Tribunen, de «Herald* en de .New- York Timesa onderschrijven dit oor deel. Al spreekt men in Amerika druk over de Duitsche vredesvoorstellen, toch is men algemeen van oordeel, dat Amerika de Duitsche regeering niet tei zijde zal staan om tot dit resultaat te komen. Men acht het verschijnsel belangrijk, zonder er sympathie voor te gevoelen. Het aan Rusland gedane voorstel om een afzonderlijken vrede te sluiten is volgens der. een een handige zet der Duitsche diplomatie en volgens den ander een nieuwe flater, nog grooter dan de vorige, die door haar werden begaan. De waarde van het voorstel zal afhangen van de gevoelens, waarmede het aangehoord wordt. Duitschland zou, volgens de «Nowoje Wremja«, Rusland Galicië en de vrije Dardanellen hebben aangeboden, mits Egypte aan Turkije terugkwam. Men weet, dat Engeland en ook Italië er altijd zeer tegen gekant zijn geweest, om Rusland vrij in de Middellandsche Zee te zien. Het blijft nog altijd de vraag, of, indien Turkije overwonnen wordt, Rusland daarvan waarlijke voordeelen zal heb ben. Aan de andere zijde beoogt dit voorstel, aan de Balkanslaten allen grond te ontnemen om mee te doen aan de zijde der entente. Indien zij de open Dardanellen kunnen krijgen zon der slag of stoot, zullen zij zich wel wachten hun legers tegen Turkije op te offeren. Tot zoover lijkt het voorstel zeer ingenieus: immers het zou een breuk tusschen Rusland en de Verbondenen kunnen veroorzaken. Het wordt echter een hevige flater, wanneer Rusland het van de hand wijst. En daarop is thans, vooral na de laatste Doemazitting, alie kans. Rusland schijnt na den val van Warschau,'vaster dan ooit besloten den oorlog tot het einde vol te houden en achter deze gevoelens der regeering schijnen die van het geheele volk te staan. In dit opzicht heeft de val der Poolsche hoofdstad den Russen meer goed dan kwaad gedaan. Overigens zal Rusland meer geneigd zijn de beloften van de Verbondenen dan die van Duitschland te gelooven. Zoo denkt men er over in Londen, in Parijs en in Rome, waar men het voorstel gro tesk en belachelijk vindt. Het laatste telegram uit Milaan, volgens hetwelk de centrale mogend heden zoo tegen een wintercampagne in Rusland opzien dat het Vaticaan zou aangezocht zijn moeite te doen om tot een vrede te geraken, gegrondvest op de teruggave van België, zonder meer, zal wel evenmin bij de geallieerden in goede aarde valleD. Juist de vrees voor die wintercampagne is voor hen een reden om door te zetten, als Duitsch land niet over de brug komt. Algemeen is men van meening, dat Duitschland thans zijn hoogtepunt heeft bereikt en de volgende tijden een daling zijner krachten zullen aanwijzendaling, die den Verbondenen niet anders dan ten goede kan komen. Zal Japan toch komen helpen? De Parijsche correspondent van'de Dépiche du Toulouse gelooft met stel ligheid aan een aanstaandjverscbijnen van Japansche troepen op het ooste lijk oorlogstooneel in Europa. Intus- schen zal het bondgenootschap van Rusland met Japan het eerste land op het verspelen van zijn invloed in China komen te staan. Uit België. Men meldt uit Maastricht: Van betrouwbare zijde verneem ik, dat het in de streek van Charleroi nog verre van rustig is; een groot deel der bevolking bad onverholen zijn sympathie te kennen gegeven met de stakers en velen, die niet onmiddellijk in bet conflict betrokken waren, na men daadwerkelijk deel aan de op roerige beweging. Welke de eigenlijke oorzaken tot deze ongeregeldheden waren, is niet met eenige zekerheid te zeggen, doch het schijnt vast te staan, dat zij wel degelijk bet karakter aannamen van een betooging tegen het Duitsche bewind of althans tegen de wijze, waarop dit bewind gevoerd werd. Men beweert dan ook, dat de plaatselijke politie volkomen buiten het conflict is gebleven, hetgeen er op wijst, dat men niet met gewone stakersongeregeldheden te doen had, daar in dat geval de politie met de militaire overheid zou hebben samen gewerkt. De Duitscbers hebben de garnizoenen in het bekken van Char leroi versterkt. Naar men van de Zeeuwsch-VIaam- sche grens seint is de arrestatie van den pastoor, den koster en den com missaris van politie te Brasschaet geschied, omdat bij de zoons van den koster, die drukkers waren voor hel Belgisch ministerie, een proclamatie is gevonden van koning Albert aaD zijn volk. De proclamatie is volgens de Braschaeters een oude proclamatie, terwijl de Duitscbers van meening zijn, dat deze proclamatie nieuw is. De gemeente Biasscbaet is beboet voor dit feit voor een som van 12.000 frcs. Alweer een nieuw koninkrijk? Volgens een bericht uit Milaan, zouden bewoners uit de Russische pro vincie Lithauen verklaard hebben, dat de Duitscbers er tallooze strooibiljetten, in de taal van het land gesteld, ver spreiden en de bevolking met bet plan bekend maken om Russisch en Duitsch Lithauen te vereenigen en er een koninkrijk van te maken, met een beuscben koning en een Duitsch parle mentair systeem. De jongste zoon van den keizer, prins Joachim, wiens por tret ook alle biljetten versiert, zou die koning zijn. Wij laten het bericht voor wat bet is. Tabaksbelasting. In de groote zaal van de Beurs voor den diamanthandel, te Amsterdam, werd eergisteravond een protestver gadering gehouden tegen de Regee- ringsvoornemens inzake een tabaks belasting, welke belegd was door den Ned. Bond van Sigarenwinkeliers, de Centrale Commissie van Advies in zake tabaksbelasting, waarbij aangesloten het Verbond van Sigarenfabrikanten- vereenigingen, de Nederlandscbe Siga renmakers- en Tabaksbewerkersbond, de Nederlandscbe Federatie van siga renmakers en tabaksbewerkers, en de Ned. Bond van Sigarenwinkeliers- vereenigingenterwijl ook de vereeni- ging van reizigers in bewerkte tabak «Ons Belang" mee protesteerde. Het woord werd gevoerd door de beeren A. v. d. Berg, voorzitter der Ned. Federatie van sigarenmakers en tabaksbewerkers, A. J. M. Coote, voorzitter der vereeniging van reizi gers in bewerkte tabak «Ons Belang" en F. S. Stroosnjjder. die als woord voerder voor den Ned. Bond van Siga ren winkeliers-vereenigingen optrad. Ten slotte werd een motie aange nomen, waarin de vergadering als baar onwrikbare overtuiging uitspreekt, dat een belasting op tabak en tabaksfa brikaten, in welken vorm deze ook wordt voorgesteld, zou zijn een ern stige bedreiging van handel en indu strie: den export voor een zeer be langrijk deel zou doen verloren gaan, in één woord een ramp voor de be trokkenen zou zijn: alle nadoelen, die nooit kuonen opwegen tegen de, mede op die gronden, twijfelachtig blijvende opbrengst; «verwacht mitsdien van het door zicht van den Minister, dat hij, ken nis genomen hebbende van de onover- Historisch romantisch verhaal. 15) „Tusschen mijn meester en mij kunnen moeilijk groote aan gelegenheden zijn." „Gij bedoelt dat daarvoor de afstand te groot is?" Dodo wist waarlijk niot wat hij hierop zou antwoorden. Hij genoot echter onuitsprekelijk, want hij begreep dat de prinses op weg was zich te verraden. „Strijd tusschen groote aangelegenheden, bijvoorbeeld?" vroeg hij met gedempte stem, schijnbaar alle aandacht aan den steel van de paardobloem wijdende, die hij kunstig in vieren had ge spleten. „Bijvoorbeeldals Grimoald eens behagen kreeg in het meisje Dodo keek haar vragend aan. waarop gij verliefd waart," vervolgde Theudesinde met moeite. „Dat zou een lastig geval zijn," antwoordde Dodo kalm „maar het is niet denkbaar." „Neem het anders," zei Theudesinde. „Zeg dat de hertog een meisje heeft en dat zij op n verliefd wordt." „Nog minder denkbaar," antwoordde Dodo. „Als iemand Grimoald bemint, heeft zij niet de minste reden op Dodo te verlieven." „Maar als zij Grimoald niet bemint." „Och, zulk een meisje zou om Dodo ook niet veel geven," bracht Dodo met moeite uit. Theudesinde was half boos, half verdrietig. Een trekje van stille wanhoop kwam op haar lief gezicht. Begreep hij haar niet; begrepen de Franken dan zoo moeilijk? Zij stond op. „Kom," zeide zij, „ik zal u nog iets laten zien en wij komen dan meteen dichter bij het bosch waar Radboud is; misschien heeft hij al naar ons uitgezien." Zij liep hem voor naar den grooten weg en stak dien over. Zij daalden langs het grasveld en liepen tegen den weg waar Landolins huisje stond op. Ook dezen weg staken zij over en waren toen bij dik eiken kreupelhout dat zich naar het Zuiden uitstrekte tot den zoom van het woud van Harich waar de jacht plaats had. Zij waren ongeveer twee honderd schreden van dat woud af. Theudesinde sloeg echter rechtsaf en stapte in het kreupelhout met een vrooiijken glimlach Dodo uitnoodigende haar te volgen. Theudesinde schoof plotseling een paar takken weg en Dodo slaakte een kreet van verrassing. Daar lag stil en rustig, zacht deinende de Almere, het meer Flevo. Een strook wit zand waarop de golfjes kabbelden, lange rijen wier en scholpen door den vloed aangevoerd, een viertal schepen in 't gezicht, waaronder een sneg, een Noorsch schip, kenbaar aan het vreemde zeil, den hoogen als een drakenkop uitgesneden voorsteven, en heel in de verte aan den horizon eenige zeiltjes van visschersvaartnigen. Daar stonden zij op den hoogen kant, afgeknaagden zandgrond met heide en mosplantjes begroeid. Het was een tooneel van lieflijke rust dat zij aanschouwden. Door den grooten afstand gleden de schepen onhoorbaar voor hen heen. Zij konden noch het geklots van het tegen den boeg opstuwende water, noch het gesprek van de bemanningen hooren. Zij waren alleen bij het stillo geruisch van het meer. Hun voeten werden warm door het witte zand en mos dat door de zon gestoofd was. De zon, die hen echter niet plaagde, daar zij door het hooge geboomte van het Heilige Woud in de schaduw stonden. Een oogenblik stond Theudesinde sprakeloos naar de zee te staren en toen liet zij zich op het zachte mos gljjden. Zij was bleek. Dodo merkte het toen hij naast haar plaats nam. „Hoe vindt gij het hier?" vroeg Theudesinde, terwijl haar hand speelde met een paar kleine schelpjes, die zij uit het fijne

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 1