NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad 'iÈj[
oor de Provincie Utrecht.
No. 86.
Woensdag 27 October 1915.
44e jaargang.
W44aKSfWIl«.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
DE OORLOG.
FEUILLETON.
BREDERODE DE EDEISTE.
8)
Aangezien ons gebleken is dat er onder onzen
naam zeer ondeugdelijke Naaimachines verkocht
worden, zoo berichten wij dat op al onze Naai
machines nevenstaand handelsmerk moet voor
komen. Men late zich onder welk voorwendsel
ook geen nagemaakte Lewenstein' machine aan
praten. Yoor Amersfoort en Omstreken eenigste
Agent W. KOMMER, Krommestraat 24, Amersfoort.
De Fir ma A LJi-W E IN STE1N
UTRECHT, CII OORSTRA AT 14.
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad f 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Laugestraat 77. Telephoonu. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7'/, Cent.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Een gevaarlijke ziekte in andijvie.
Ingezonden
't Bleek mij indelaatstedageu.dat
in de omgeving van Naarden deandljvie
op vele plaatsen ernstig is aangetast
door eene ziekte, die den teler groote
schade kan veroorzaken.
De verschijnselen dezer ziekte zijn
de volgende: Er verschijnen eerst op
de buitenste, later ook op de meer
naar bet hart van de krop geplaatste
bladeren lichtbruin of geelachtig ge
kleurde, ingezonken vlekjes. Deze zijn
min of meer rond van vorm en 2—5
m.M. in doorsnee. Doordat somtijds
enkele dezer vlekjes met elkaar ver
smelten, ontstaan grootei e zieke plek
ken. Soms namelijk bij droog weer,
verschrompelt bet zieke bladweefsel
en valt uit de bladeren, waardoor
hierin gaatjes ontstaan. Bij vochtig
weer en op een natten bodem gaan
de zieke plekjes gemakkelijk tot rotting
over en ook het gezonde bladweefsel
wordt dan in het rottingsproces be
trokken.
Aangezien de hartbladeren tot een
krop bijeen geplaatst zijn, houden zij
meer vocht vast dan de onderste
bladeren, die vlugger kunnen opdrogen.
Ook zijn de hartbladeren weeker en
aldus is het te verklaren, dat we thans
vooral deze bladeren vanaf den boven
rand in rotting zien overgaan. Dat de
rotting niet meer in het hai l begint,
komt doordat niet daar de kleine zieke
plekjes ontstonden, maar het eerst aan
den bovenrand der bladeren.
Deze ziekte wordt veroorzaakt door
eene zwam, die Marssonia Panatho-
niana is genoemd. Zij is in Italië
bekend en werd in ons land gevonden
in 1903 te Bergen. Sindsdien werd
deze ziekte niet meer waargenomen,
wat nog slechts wil zeggen, dat geen
plantenziektenkundige haar aanwe
zigheid constateerde en ook geen zieke
planten ter onderzoek naar de daar
voor bestemde inrichtingen weiden
opgezonden. Thans werd de ziekte
tegelijkertijd te Wageningen en te
Naarden waargenomen.
Behalve andijvie wordt ook sla door
de zwam aangetast, waaromtrent een
geval bekend is, dat in Brandenburg
(Duitschland) voorkwam. Overigens is
omtrent het optreden der ziekte in
andere landen van Europa niets be
kend.
Hoewel er tegen door zwammen
veroorzaakte ziekten vele werkzame
middelen bekend zijn, kunnen deze bij
groenten als andijvie en sla, die spoe
dig kroppen vormen en korten tijd na
het zaaien reeds worden gegeten of
ingemaakt, slechts in het allereerste
groeitijdperk worden toegepast. Hun
gebruik is dus viijwel uitgesloten We
behoeven daarom nog niet geheel
machteloos te staan tegenover de
ziekte, want we kunnen in ieder geval
grootendeels voorkomen, dal de grond
wordt bemest met sporen der zwam,
die volgend jaar onder voor haar gun
stige omstandigheden opnieuw zou
kunnen opireden. Ik raad daarom
ieder aan, alle zieke andijvie of sla
of deelen daarvan spoedig zorgvuldig
te verzamelen en zoo mogelijk mei
ongebluschte kalk vermengd in een
diepen kuil le begraven. Breng geen
zieke planten op den composthoop en
voer ze niet aan vee, spit ze aller
minst onder, want in het eerste geval
brengt ge met den compost en in het
tweede met den mest de sporen weer
op uw land. Geef ook, rekening hou
dende met de cultuureischen, geen
stikslofrijken mest, want veel stikstof
werkt een weligen groei in de hand
en maakt daardoor de planten in het
algemeen meer vatbaar voor zwam-
ziekten.
Wie de ziekte in zijn planten waar
neemt, doet mij een genoegen door
dit per briefkaart even mede te deelen
en wie twijfelt of zijn andijvie de
ziekte heeft, zende mij per postpakket
een zieke knop toe.
De Controleur bid.
phylopathologischen dienst te Naarden:
P. J. SCHENK.
De binnenlandsche toestand in
Rusland.
Het heet, dat er in den laatsten
tijd in verscheidene groote Russische
steden weer hevige onlusten hebben
plaatsgehad. Vooral in Moskou kwamen
botsingen voor tusscben het volk en
de politie, waarbij verscheidene politie
agenten werden doodgeschoten. Het
volk is woedend op 'de politie, omdat
deze vrijgesteld is van den dienstplicht.
In Moskou moeten thans soldaten en
kozakken belast zijn met de hand
having der openbare orde.
Tengevolge van al deze onlusten,
die slechts bezworen kunnen worden
door het bijeenroepen der Doema,
heeft, volgens een bericht uit Cbris-
tiania, de tsaar dan maar eindelijk
gelast, dat de Doema den 3en Novem
ber bijeen moet komen, zoogenaamd
in verband met de Balkancrisis. De
Doema moet van plan zijn dadelijk
van de gelegenheid gebruik te maken
om de konstitioneele monarchie uit
te roepen. Zou de Doema nog eens
naar huis worden gestuurd, dan zou
de algemeene revolutie iu Rusland
onvermijdelijk zijn.
Volgens de Nowoje Wremja heeft
de tsaar door dèn minister van binnen-
landsche zaken den vertegenwoordigers
van de steden en van de Zemstwo's
zijn dank betuigd, maar geweigerd
hen te ontvangen. De ledenderdeputatie
verklaarden hierop, dat zij bet be
schouwden dat zij van bun mandaten
ontheven waren. HetZemstwo-congres,
dat in begin November gehouden zou
worden, zal niet plaats hebben.
De Duitsche keizer in Ostende en
Brussel.
Volgens de Fransche bladen heeft
keizer Wilhelm, vergezeld van prins
Eitel en generaal Von Falkenhayn
een bezoek gebracht aan Ostende en
aan de kustbatterijen. Verder heeft
hij den hertog van Würtenberg te
Gent bezocht en voorts den nacht te
Brussel doorgebracht Er waren buiten
gewone maatregelen genomen om den
keizer tegen aanvallen van vijandelijke
vliegers te beschermen.
Eeu Engelsch transportschip
getorpedeerd
De nKölnische Zeitungt verneemt
van de Nederlandsche grens, dato 20
October, dat een Engelsch transport
schip bij het eiland Wight door een
Duitsche duikboot is getorpedeerd. De
stoomboot helde over en zoük, tal van
soldaten sprongen o»er boord.
Een pessimistische beschouwing.
Via Berlijn beieikt ons de volgende
beschouwing van de »Bersjewija Wje-
demosli«
»Wij zullen ons kruis moeten dra
gen, want Duitschland is in militair
en diplomatiek opzicht onoverwinne
lijk. Het geval met Bulgarije bewijst,
dat wij het diplomatieke spel verloren
hebben en onzen vrienden gaat bet
evenzoo. Eeuwen laog hield men de
Engelsche diplomatie voor onoverwin
nelijk, maar thans bevrijden zich alle
kleine staten «an bet Engelsche juk
en Duitschland triomfeert; ook hel
Fransche goud heeft gefaald in zijn
uitwerking op Turkije, Roemenië en
Griekenland.
Duitschland viert drievoudige triom
fen en het is bewezen, dat Engeland
en Frankrijk in onhandigheid en blind
heid bij Rusland niet ten achter staan.
Het toeneiueu van het aantal
Engelsche vrijwilligers.
De sPall Mall Gazette# schrijft, dat
de bezielende oproep van den koning,
de schitterende campagne onder de
arbeiders, de brief van lord Derby en
de terechtstelling van miss Cavell een
prachtige uitwerking hebben gehad op
de recruteering. Op elk werfbureau te
Londen hebbeD zich gisteren zulke
geestdriftige tooneelen afgespeeld als
in maanden niet zijn waargenomen.
Voor tien uur 's morgens stonden er
verscheidene honderden mannen te
wachten op hun vertrek naar een mili
tair depót terwijl in het oude Scotland
Yard, waar het personeel onder ver
hoogden druk werkte, een onafgebroken
stroom recruten zich aanmeldde. Offi
cieren verklaarden, dat dit het gevolg
was van het feit, dat mannen, die tot
dusver vonden, dat zij zich niet bij het
leger behoefden aan te sluiten, thans
onder den indruk waren gekomen van
den ernst van den oproep. De woorden
van den koning hebben een uitwerking
gebad als men met geen gewone recru-
teeringscampagne ooit had vermeend
te kunnen bereiken. Autoriteiten dee
len mede, dat de vrees voor dienstplicht
niet veel invloed heeft gehad.
Samuel, de postmeester-generaal,
zeide in een toespraak tot een ver
gadering van beambten van het hoofd
postkantoor dat 43.600 man van het
personeel der posterijen vertrokken
waren om voor het rijk te vechten,
maar op de postkantoren worden nog
steeds maatregelen getroffen, opdat
iedere man, die zulks wenscht, dienst
kan nemen. Samuel achtte het zelfs
van grooter belang de Duitscbers te
verslaan, dan de post op haar uit
stekend peil te houden.
Historisch romantisch verhaal.
„Ik zal wel even komen," zei ik. De hooge achting waarin
mijn geneeskundige bekwaamheden mij in het klooster gebracht
hadden, maakte dat de broeder geen tegenwerpingen maakte, ja
zelfs zich er niet over verbaasde dat ik in de plaats van den
abt handelend optrad.
Ik ging naar de kloosterpoort. De man stond buiten geduldig
te wachten, twee personen te paard, een man en een vrouw,
waren op don achtergrond.
„Wat wilt gij?" vroeg ik barsch aan den man voor het tralievenster.
„Onderkomen voor twee voorname reizigers."
„Hoe komt gij zoo laat in den nacht hier?" vroeg ik.
„Wij zijn door een sneeuwstorm opgehouden."
„Laat uw meester zelf hier komen," zei ik.
De man bracht de boodschap over en een jong krijgsman,
geheel in het ijzer gekleed naderde.
„Zijt gij de abt?" vroeg hij op bevelenden toon.
„Neen heer," antwoordde ik, „maar ik ben de plaatsvervanger.
Wie is u?"
„Kom dicht bij het luik," zei hij, „dan zal ik het u
zeggen."
Ik drukte mijn gelaat tegen de tralie. De vreemdeling sprong
van zijn paard, kwam voor het luik, keek mij ernstig aan en
zei„Ik ben keizer Otto, die daar is mijn gemalin Theophana."
Sicco keek verrast op. Tetburga uitte een lichten kreet.
„Toen hij het gezegd had," vervolgde Anselmus, „herkende
ik hem. Ik was geheel ontsteld en gaf den portier een wenk de
deur te openen. Toen kwamen zij binnen. Ik bracht hen naar
de groote voorzaal. Gelukkig brandde daar nog eenig vuur in
den haard en ik liet dadelijk nieuwe beukenblokken er bij
werpen. Ik schoof jden gasten stoelen toe, liet door den portier
den kok wakker roepen, om iets voor de reizigers gereed te
maken. Het vuur vlamdo helder op en terwijl de bediende, die
aan de poort geklopt had, den keizer hielp bij het afdoen van
zijn mantel, trad ik naar keizerin Theophana en vroeg haar of
ik haar mocht helpen haar opperkleed af te doen. Zij knikte
ja en wierp tegelijk een blik op mij. Misschien drukte mijn
oogen de bewondering uit die ik gevoelde toen ik haar schoon
gelaat aanschouwde, want zij keek mij eenigszins verwonderd,
hoewel niet onwelwillend aaD.
Haar mantel was af en ik stond verbluft. Ik was als het
ware in bewondering verzonken. Daar stond zij voor mij in
haar Grieksohe kleederdracht, een parelsnoer liep als een zilver
lint door haar donkerblond, volgens oud-Grieksch model opge
maakt haar, een laag uitgesneden kleed viel in ruime plooien
over haar boezem, het was van fijne veelkleurige zijde en op
de schouders door een kostbaren gouden gesp vastgehecht. Een
gouden gordel met edelgesteenten rijk bezet omsloot haar middel
en in rijke plooien daalde een zwaar zijden rok naar beneden.
Haar blanke armen waren met breede gouden armbanden even
boven den elboog omgeven, haar ooren droegen gouden ringen,
uit een groot aantal fijne eirkelsgewijze ingevoegde ringetjes
bestaande. Ik had nooit zulk een schoone vrouw gezien. Nooit
een in zulk een rijke kleedij, met zulke lieflijke oogen, zulk een
aanminnig gelaat. Haar gemaal, de keizer, een knap man met
hoogblozend gelaat, maakte aan mijn stomme bewondering een
einde door naar mij toe te komen en dankende voor de ver
leende hulp, de opmerking te maken, dat er elk oogenblik
weder aan de kloosterpoort kon geklopt worden, want dat hij
aan het hoofd van een groot leger de Alpen overtrok en de
voorhoede van zijn krijgers elk oogenblik kon verwacht worden.