NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor do Provincie Utrecht.
WONINGGIDS
No. 8.
Zaterdag 27 Januari 1917.
46e jaargang
'^rÊiï»hr>p-
TEBSCHMM WOENSDAG ER ZATERDAG!
BELANGRIJK BERICHT.
Ingezonden.
DE OORLOG.
SCHETSEN HIT DE RECHTSZAAL
Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.
Franco per post door het geheele Rijk f 1.15.
Afzonderlijke Nummers 5 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever O. J. SLOTHOUWER
Bureau: Laugeetraat 77. Telephoonn. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.90; iedere reg9l meer 15 Cent.
Groote letters en vignetten naar plaatsrnimte.
In het belang onzer abonné's, maar ook in dat van hen, die zich
metterwoon te Amersfoort willen vestigen en die wij dns later onder onze
abonné's hopen te mogen tellen hebben wij besloten aan ons blad eene
te verbinden. Wij meenen daarbij te mogen rekenen op den steun van hen
die perceelen wensehen te huren of verburen, te koopen of te verkoopen.
Onze condities voor opname dier perceelen onder deze rnbriek zullen zeer
zeker niet afschrikken, daar deze hoogst billijk zijn gesteld.
De opname geschiedt n.l. tegen betaling van 50 cents per perceel en
blijft deze geplaatst tot verkoop of verhuring is tot stand gekomen.
Bovendien wordt ook bij koop of verkoop, buur of verhuring mede
werking verleend door het Amersfoortscb Woningbureau, Scbimmelpenninck-
straat 25, lid van den Nederlandschen Bond van Makelaars van Vaste
Goederen, etc. waardoor verbinding wordt verkregen met het geheele land
door de algemeene Bondsgids.
Bij koop of verkoop door bemiddeling van het Woningbureau wordt
de(n) lastgever(geefster) 4 1°/» in rekening gebracht van den koopprijs.
Bij buur of verhuur wordt 1% van de huurprijs over ééu jaar in rekening
gebracht.
Komt de verkoop of verhuring niet door bemiddeling van bet Woning
bureau tot stand of wordt de opgave ingetrokken dan betaalt de lastgever
(geefster) slechts de gemaakte onkosten of '/i% van de huurprijs over één jaar.
DE REDACTIE.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
redactie zich niet aansprakelyk.
Van ingezonden stukhengeplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopy niet aan den
inzender teruggegeven.
Aan het *olk van Nederland!
Wat gevende grondwetsvoorstellen
Cort van der Linden aan de natie?
Geen verandering van het artikel
over de tioonopvolging (en het be
slaande artikel maakt bij een toch
mogelijk overlijden van Koningin en
Prinses ons land bijna onher roepelijk
tot het tooneei van een oorlog).
geen openbaarheid van de buiten-
laudscbe politiek, dus handhaving van
het oude beginsel, dat een volk, dat
goed en bloed voor een oorlog over
moet hebben, niet behoeft te weten
waarom en waarvoor die oorlog ge
voerd wordt,
een regeling van bet kiesrecht zoo
danig, dat het kiesrecht ook zal komen
aan baliekluivers, dronkaards en sou
teneurs, zoodat ons land dus mede
geregeerd zal worden door de meest
laagstaarideo,
geen kiesrecht aan de vrouw, zoodat
dus elke vrouw zal worden achter
gesteld bij de allerminsten onder de
mannen,
een zoodanige regeling van evenredig
kiesrecht, dat elke kiezer, ook in ver
band met de invoering van stemplicht,
als bet ware gedwoogen zal worden
zich te verklaren voor een politieke
partij en ons land geregeerd zal wor
den door eenige partijleiders, met een
macht, waarop Lodewgk XIV jaloerscb
had kunnen zijn.
Wat geven de voorstellen CortvaD
der Linden aan de natie?
Ze drukken de openbare school, die
ons land als ééa en ondeelbaar volk
bij elkaar hield, in een boek,
en als gevolg van de nieuwe scbool-
regehng zal bovendien bijna nood
zakelijk moeten komen een invoeren
van de tariefwet.
Wat geven de voorstellen Cort van
der Linden aan de kamerleden?
Het systeem evenredige vertegen
woordiging, door deze voorstellen ge
huldigd, maakt de positie van kamerlid
ODgeveer tot een vaste betrekking.
het salaris der kamerleden wordt
verhoogd,
de kamerleden krijgen pensioen en
aan dat pensioen zal zelfs terugwer
kende kracht worden verleend.
De voorstellen ter herziening van
de grondwet, hoe voordeelig ze ook
moge wezen voor de kamerleden, zijn
eeo ramp voor de natie en moeten
worden bestreden door ieder die zich
voelt,
of tegenstander van oorlog,
of voorstander van eeo openbare
buitenlandscbe politiek,
of tegenstander van baliekluivers
kiesrecht,
of voorstander van vrouwenkies
recht,
of tegenstander van partijoverheer-
scbing,
of tegenstander van stemplicht,
of voorstander van de openbare
school,
of tegenstander van tariefwetten.
Het moment van bestrijding is nu
gekomen, gewerkt moet er worden,
opdat de Eerste Kamer zie, dat het
Nederlandscbe volk deze voorstellen
niet wil, opdat de Eerste Kamer zie,
dat het volk boopt en verwacht, dat j
onze senaat niét haar sanctie zal ver-
leenen aan een dusdanig grondwets
voorstel.
Gewerkt moet worden, opdat bij
mogelijke aanneming door de Eerste
Kamer een Dieuwe Tweede Kamer
klaar is, om de voorstellen te ver
werpen.
Laat ieder helpen, tegenstanders
van oorlog, voorstanders van een open
bare buitenlandsche politiek, tegen
standers van bahekluiverskiesrecht,
voorstanders van vrouwenkiesrecht,
tegenstanders van partijoverheerscbing,
tegenstanders van strmplecht, voor
standers van de openbare school, tegen
standers van tariefwet, helpt allen
mee, geeft uw adres op aan onderge-
teekende, opdat ge zoo spoedig mogelijk
in de actie kunt worden betrokken.
Hebt ge geen werkkracht te geven
steunt linantieel; zend uw bijdrage
groot ot klein. Zoo spoedig mogelijk
zal alles worden verantwoord.
Spoedig zal deze actie begonnen
worden met een groote protestmeeting
te Amsterdam. Verschillende voor
aanstaande personen van Nederland
hebben reeds toezegging gedaan daar
het woord te zullen voeren.
Werkkracht is noodig, sympathie is
noodig, laat ieder die helpen wil of
sympathie voelt zich opgeven, we
moeten niet met honderden maar met
duizenden staan en laat ieder die
finantieel steunen kan niet aarzelen en
zijn bijdrage zenden.
Wie eerst nog nader wenscht te
worden ingelicht vrage een exemplaar
aan van nummer 4 van »'t Hoefjes,
dat 26 Januari is verschenen. (Ad
ministratie Marnixstraat 344, Amster
dam).
Laten we samen werken velen en
velen, opdat deze wet, die geen goed
heeft en veel kwaad nooit in bet
staatsblad kome.
NINE M1NNEMA,
»De Kluyses, Hilversum.
De troon der Hohenzolierns
in gevaar.
Het Züricher blad Volksrecht is
in het bezit van een strooibiljet, dat
op ruime schaal in Duitschland en
vooral in Beieren moet zijn verspreid.
De schrijver van het pamflet, die
zich Heinrich Suger noemt, is van
meening, dat Duitschland slechts aan
de vernietiging ontkomen kan door
onttroning der Hohenzolierns.
Hij vergelijkt den toestand in het
huidige Duitschland met dien van
Frankrijk in 4814 en 1815 en vraagt of
de keizer Duitschland wil redden door
troonsafstand, gelijk Napoleon Frank
rijk redde. Hij beweert, dat de over
winning voor Duitschland onmogelijk
is en dat de meening in het land
veld wint, dat alleen een verandering
van dynastie de vredesvoorwaarden
kan verzachten. De schrijver beweert
dat de vervanging van de Hohen
zolierns door het Beiersche Huis
Wittelsbach een waarborg voor den
vrede in Europa zou wezen en ook
ondanks de nederlaag uitzicht zou
openen op een grooter Duitschland.
Hij ontwerpt een programma van
Groot-Duitscbers tegenover dat der
Pangermanen en wenscbt daarin de
aansluiting der Duitschers uit Oosten
rijk, welke staat duidelijk zijn einde
nadert. Hij meent, (lat de vervanging
van Hohenzoilern door Wittelsbach
de aansluiting der Oostenrijksche
Duitschers bij bet Duitscherijk zou
vergemakkelijken en terzelfdertjjd
het vestigen van goede betrekkingen
zou mogelijk maken met Engeland en
Frankiijk, die nimmer zullen toe
stemmen in een onderhandeling met
den keizer of den kroonprins.
Verhouding tussehen Beijereu en
Pruisen.
Het «Journal des Débats" publiceert
een merkwaardig gesprek, dat een
zijner correspondenten in Zwitserland
met een industrieel uit Beieren ge
had heeft:
nlndien wij een dezer dagen met
de Pruisen handgemeen raken, zal
bet niet zijn voor politieke redenen,
maar om een kwestie van de maag.
Want na ons op het slagveld te hebben
laten doodbloeden, zijn ze nu bezig
ons land leeg te eten."
In deze bewoordingen heeft een
Beijersch industrieel tegenover mij zijn
door MaItke Coibiatj.
Avontuur. Een „mop".
2)
Ik wil den vent bewijzen, dat hij
heeft zitten opsnijden. Ik sluip stiekum
straks z'n kamer binnen. Hij heeft heb
ik gezien zoo'n klein taschje hij zich,
waar iwel iets van waarde in zal schui
len. Ik kaap dat ding in de ganwig-
heid weg, neem 't morgen heel vroeg
voordat die meneer Cijfers nog bij de
hand is, in mijn valies mee naar het
station en als hij dan arriveert
Natuurlijk in doodsschrik over zijn
taschje dan overhandig ik den uitge
slapen pienteren meneer het verloren
schaap Dan zul je eens een gezicht
zien Of't Is ook goed mo
gelijk, natuurlijk, dat hij hier blijft
zoeken Wij nemen den patroon
van de gelegenheid hier in 't geheim
Dat moet, voor alle ,eventualiteiten,
toch gebeuren, snap je.... Als de
vent wakker werd, terwijl ik aan 't
zoeken ben, zou ik een bijzonder lam
figuur slaan Nou amice, wat zeg
je ervan Is 't niet een leuke mop
Ik wed, dat de ouwe heer er per slot
van rekening zelf nog pret in heeft
Jan Snel zat na te denken. Hij
kende collega Van Dijk maar zeer
oppervlakkig. Maar de man represen
teerde een zeer nette firma. Hij had
een niet ongunstigen indruk op onde
ren collega gemaakt. Eigenlijk vond
meneer Snel 't wel wat familiaar van
het sjonge broekje" in het vak om
hem zoo ineens te betrekken in een
soort van carnevals-grapje. En ook als
hij er goed over nadacht vond hij zelfs
iets bedenkelijks in de "mop» Maar
jongere collega had alvast een paar
versche grogjes laten komen en den
hotelhouder geïnviteerd van de party
te wezen.
Tjonge, heeren, zei patroon, op
z'n horloge kijkend, 't wordt heusch
kinderbedtijd. Maar tegenover meneer
Snel een van zijn oudere en beste
meest soliede klanten, durfde hij niet
weigeren.
Zachtjes praatten zij over 't geval.
En patroon begon met de liphoeken
omlaag te trekken, de wenkbrauwen
fronzend en 't hoofd heen en weer
wiegend Tjonge, zouen de heeren
dat nu wel doen Die meneer Cijfers
leek hem 'nogal driftig nogal opstuivend
van aard.
Meneer Snel antwoordde niet veel,
maar jonge collega wist, met ver
bijsterende radheid van tong, alle
scrupules weg te praten.
Op uw verantwoording dan meneer
Snel, zei patroon eindelijk, nadat Van
Dijk hem verklaard had den oud
ontvanger op een fijne flesch in het
hotel te zullen inviteeren, met meneer
Snel en patroon er hij, binnen een
week. Dan zou immers gesteld dat
oud-ontvanger nijdig over de grap
zal wezen, alles worden afgeklonken,
hè?.
Nou, top dan maar, riep patroon
uit, zei 't tegen z'n zin.
Ik ga naar m'n mandje, zei
hotelhouder, morgen is 't weer vroeg
dag.
In de gang der eerste verdieping
gekomen, hield Snel zijn jongeren
collega eensklaps staande.
Zeg, fluisterde hij, we moesten
't toch maar niet doen. Zoo onder een
grapje kun je wel een mop verzinnen,
maar per slot van rekening Wij
zijn toch geen kwajongens meer
Kerel, klets niet, zei Van Dijk,
je zult zien, de oude Cijfers viodt 't
per slot van rekening nog het leukst
van ons allen, 't Is toch maar een
uit
Weg was jongere collega. Meneer
Snel wachtte. In de hotelgang schenen
de getemperde gaslichtjes. Hier en
daar stonden een paar laarzen voor
een deur. De groote vraag was natuur
lijk of oud-ontvanger zijn kamerdeur
zou afgesloten hebben met den sleutel.
Natuurlijk doet-ie dat, had
meneer Snel nog gezegd.
En die volkomen zekerheid omtrent
den voorzorgsmaatregel, door voor-
zichtigen man te treffen, had hem
eigenlijk Van Dijks mop doen berus
ten. Er kwam toch niks van terecht...
Dat zoo'n jongen dat niet begreep.
Hij hoorde iets schuifelen over de mat
in de hotelgang. Een donkere figuur
schoot langs de deuren. Meneer Snel
ging z'n kamer binnen. Sloot z'n dear
af. Een onbehagelijk gevoel kwam in
hem op.
Eenige oogenhlikken gingen voorbij.
Toen werd er schier onhoorbaar tegen
z'n deur getikt. Als met vleugel
spitsen.
Ben je daar, Snel, fluisterde
iemand.
Daar stond Van Dijk. Met't taschje
van meneer Cijfers in de hand.
't Is in orde, hoor, zei hij, en
in het halfduister zag hij Snel zijn
oogen vonken.
Was de deur niet van binnen
gesloten vroeg hij, in groote -ver
bazing.
Glimlachend knikte jongere collega
van neen
Toen was hij weg
Ja, riep hotelhouder den volgen
den ochtend, terwijl meneer Snel in
de ontbijtkamer in groote, hevige
twistpartij met den oud-ontvknger was,
uit, ja, ik heb de heeren wel gewaar
schuwd Ik wasch m'n handen in
onschuld. Maar die meneer Van Dijk
zal wel dadelijk telefoneeren. Of wil
ik even den piccolo naar het station
sturen? Hij staat er met nw taschje
te wachten, meneer de ontvanger.
De vent, zei meneer Cijfers, be
vend nog van woede, heeft mij hier
mijn eigendom terug te brengen. En
als hij er niet binnen tien minuten is,
dan zullen we verder zien.
Wordt nertolj/d).