NIEUWE
^Êt Nieuws- en Advertentieblad Nj§£
voor tie Provincie Utrecht. |3|
EENE MÉSAILLIANCE
No. 24
Zaterdag 23 M&art 1318.
47e jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG:
AAN ONZE_LEZERESSEN.
DE OORLOG.
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden 1.
Franco per poet door het geheel» Rijk 1.15.
Afionderlgke Nummers 5 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
BureauLangestraat 17. Telephoonn. 69.
II» VERTENTIRN:
Van 16 regels 0.90; iedere reg9l meer 15 Cent.
Groot» letters en vignetten naar plaatsruimte.
Nu vooral in deze tijden zoo menige
huisvrouw zelf voor haar kleeding en
voor die harer kinderen wenscht zorg
te dragen vestigen wij nog eens de
bijzondere aandacht op
HET NIEUWE MODEHLAD
hetwelk tegen slechts 85 cent» per
3 maanden (franco per post f 0.95)
bij ons is verkrijgbaar gesteld.
Ongetwijfeld is deze uitgave met
gratis knippatrouenblad het meest
praetisclie en goedkaope modetijd
schrift van ons land, ja behoeft als
zoodanig voor geen enkel buiten-
landsch modejournaal onder te doen.
Een belangrijke prijsvraag, welke
Het Nieuwe M o d e b l a d binnenkort
uitschrijft en waaraan
BV 100 FRAAIE PRIJZEN
en als hoofdprijs een
SINGER-NAAIMACHINE
wordt verbonden, zal zeer zeker de
aantrekkelijkheid van een abonnement
verboogen.
Bovendien wacht de eerste 1000
nieuwe abonné's een aardige ver
rassing.
Men haaste zich dus als abonné op
Het Nieuwe Modeblad op te geven
aan het bureau van ons blad.
Proefnummer op aanvraag gratis.
DE UITGEVERS.
Een winstsaldo uit een Staats-
Levensverzekeringsbedrijf in de
werkelijkheid onbestaanbaar.
In den „Oproep aan Eensdenkenden",
welke de eerste daad was, die in bet
openbaar tot oprichting van den Eco-
nomiscben Bond werd verricht, werd
o.a. gezegd„Bij bet bevorderen der
economische belangen van de ver
schillende groepen van en lagen in
de bevolking onthoude de staat zich
zorgvuldig van inmengingen, welke
de ontwikkeling van bet groot bedrijl
zoudeD kunnen belemmeren. Hij geve
echter blijk, dat hij ook het landsbe
lang van een gezonden en welvaren
den middenstand, niet alleen in den
landbouw, maar ook in den baridel,
en de nijverheid beseft".
Volgens zijn eigen erkentenis heeft
zooals men zich zal herinneren de
heer Treub „schuld" aan de opstel
ling van dezen „oproep". Deze om
standigheid heeft den heerW. Wieben
Leemans, bekend als publicist over
de Levensverzekering, aanleiding ge
geven, in de constitueerende verga
dering van de Haagsche afdeeling van
den Econ- Bond de vraag testellen:
„hoe een dergelijke programma-eisch
van den Econ. Bond kon samengaan
met de plannen tot naasting van het
levensverzekeringbedrijf van minister
Treub, immers een van de voorman
nen van den Econ- Bond
Het antwoord, dat op deze vraag
door den voorzitter der vergadering
werd gegeven, was hierom van meer
dan gewone beteekenis, omdat deze
voorzitter tevens is voorzitter van het
hoofdbestuur van den Econ. Bond,
maar vooral, omdat bij ook het voor
zitterschap bekleedt van ieder der
beide commissies, welke door den
minister zijn benoemd om hem te
adviseeren in vei band met zijn plan
nen tot monopoliseering, onderschei
denlijk van het Levensverzeketings-
en van het Brand verzekeringsbedrijf.
Op grond van zijn verschillende func
ties mag ten aanzien van den Heer
Tak wotden vermoed, dal deze beter
dan misschien iemand anders op de
hoogte is van de bedoelingen van
den Heer Treub.
Volgens het door den Heer Tak
gegeven antwoord nu, zou de heer
Leemans hel standpunt van minister
Treub niet voldoende hebben begre
pen. ,,0e minister- zoo zeide mr. Tak
die van alle kanten aan zijn jas ge
trokken wordt om geld, beeft mede
gedeeld een onderzoek te willen in
stellen naar de uitkomsten van het
verzekeringsbedrijf, en wanneer er
ruime baten voor de schatkast uit te
verwachten zijn, zal hij tot anne
xatie van het bedrijf overgaan".
Uit dit antwoord valt op te maken,
dat de heer Treub zijn oorspronke
lijk ingenomen standpunt nog niet
verlaten heeft, n.l. om het levensver
zekeringsbedrijf aan den staat te
brengen uitsluitend tot stijving van
I's Rijks schatkist!
Zooals men weet, zijn de winst-
I vooruitzichten, door den minister ge
geven, reeds herhaaldelijk op deug
delijke gronden bestreden, en heeft
men zelfs de meening uitgesproken,
dat een loonend staatsbedrijf der
levensverzekering niet zonder een
verbooging van de te betalen premiën
tot stand zal zijn te brengen.
Maar laat ons nu eens aannemen,
dat er ook bij het bestaande premie
tarief voor den Staat winst te maken
zou zijn, gelooft men dan, dat inder
daad baten uil het levensverzeke-
nngsbedrijf in de schatkist zullen
vloeien Ziet de minister, ook na de
in de laatste jaren opgedane erva
ringen niet in, dat de fiscus koud zal
blijven van het trekken van voordeel
uit levensverzekering En beeft bij
dan niet het voorgevoel, dat men zal
trachten dit overheidsbedrijf „zoo
goed mogelijk aan zijn doel te doen
beantwoorden", en dat daaronder dan
zal te verstaan zijn in de eerste plaats,
dat men van die staatsinstelling zal
doen genieten de „economisch zwak
keren", en dat daaimede net zoover
zal worden gegaan tot er van een
winstsaldo geen sprake meer zal kun
nen zijn, of wel, dat getracht zal
worden de rekening sluitend te ma
ken, ten koste der beter gesitueerde
verzekerden Ten ware men nog een
stap verder zou willen doen, door ook
de niet-verzekerden te doen bijdra
gen, nl. door aan het bedrijf uit de
staatskas een subsidie te verleenen.
Niemand zal durven beweren, dat
deze verwachtingen slechts op fanta
sie berusten.
Hetgeen men zich in sommige
kringen voorstelt omtrent „overheids
bedrijven en inkomsten voor de schat
kist, zal aan degenen, die daarom
trent nog in twjjfel verkeeren, dui
delijk worden uit een artikel, onder
dezen titel voorkomende in het
„Weekblad" van „Het Volk" waaruit
wij hier bet een en ander laten vol
gen
„Als twee hetzelfde doeD, dan is
het daarom nog niet hetzelfde. Wan
neer Minister Treub bepaalde bedrij
ven tot staatsmonopolie wil maken,
om daaruit inkomsten voor de schat
kist te trekken, dan is dat niet het
zelfde, als hetgeen wij willen met
het brengen van bedrijven in mono
polistisch overheidsverkeer. Treub
wil het overheidsbeheer van bepaal
de bedrijven gebruiken als heffing in
plaats van belasting. Zijn voorgeno
men verzekeringsmoDopoIies zou de
Econ. Bond ze in stand laten zijn
van deze gedachten de uitdrukking".
Wij willen het overheidsbeheer van
bedrijven- zoo wordt in bet artikel
verder gezegd- niet toepassen, om
dat het gelegenheid tot hefting biedt,
vooral niet tot heffing van degioote
massa, bij wie weinig te nemen valt.
Wij willen allereerst het overheids
beheer van bedrijven toepassen, wan
neer en naarmate het waarborgen
biedt, dat het beter in algemeens
behoeften voorziet dan particulier
bedrijfsbeheer. Onze maatstaf is Diet,
dat het een gemakkelijk middel is om
heffingen voor de schmkist te doen.
Integendeel wanneer Treub de vesti
ging van een staatsmonopolie door
voert, doet hij het omdat bij de hef
fing, waartoe het Staatsmonopolie
hem het middel biedt, verkiest boven
de verhooging van inkomsten-, ver
mogens- of eifeuisbelasting. Maar bij
doet bet met smart in het harte, om
bet leed, dat aldus wordt aangedaan
aan het particuliere bedrijf. Hij zegt
er bij tot de ondernemersklasse
Vriend, dat koD nu niet anders, maar
weest gerust, ik doe het zonder vreug
de het geschiedt niet meer dan on
vermijdelijk is Wanneer wij een
bedrijf tot Staatsmonopolie maken,
dan doen wij het met genoegen, ook
al brengt bet geen cent in de schat
kist. Wij verheugen ons er in, dat
zulk een bedrijf rijp is gemaakt om
in overheidsbeheer te worden geno
men.
Tot zoover de schrijver in „Het
Volk"
In de door dezen uitgesproken
meening beeft men natuurlijk niet
slechts te zien dat die van den een
ling, doch wel degelijk de uiting van
een talrijke groep, waaraan verschil
lende andere groepen slaande buiten
de partij van „Het Volk", gewoon
zijn in dergelijke gevallen haar steun
niet te onthouden.
Miskent Minister Treub die stroo
ming? Natuurlijk niet I Meent hij
dan, dat alleen een eventueel Staats-
verzekëringsbedrijf aan haar invloed
zal ontkomen Het lijkt wat al te
dwaas, deze vraag bevestigend te be
antwoorden. Wij zouden dan ook
niet verder durven gaan dan te zeg
gen Schijnbaar wel schijnbaar,
zoolang de heer Treub niet openlijk
heeft doen blijken dat hij zijn geloof
in de mogelijkheid van baten voor
's Rijks schatkisi, trekken uit eon
Staats-levens verzekeringsbedrijf, ge
heel heeft prijs gegeven.
Het hongerende en berooide
Rusland.
Aan den brief dien de correspondent
van de Daily News den 6e Maart aan
zijn blad schreef, ontleenen wij o.a.
tiet volgende:
Het landbouwbedrijf, waarvan Rus
land bestaat, is bijna geheel stopgezet
door het absoluut ontbreken van
werktuigeD. De spoorwegen zijn in
eengestort en niets dan een krioelende
9)
"Neen, nogmaals neen I" zeide zij
«znlk een huwelijk zal nooit gesloten
worden 1" Met die woorden ijlde zij
de kamer uit. Zij riep haar man van
zijn kantoor, om dadelijk te beraad
slagen, hoedanig in verzet met hun
zoon te komen. De heer van Herme-
lo, minder hartstochtelijk en zenuw
achtig dan zijne vrouw, nam zich
voor, op Filip's gevoel van eigenwaar
de te werken. Hij ging dan ook da
delijk naar de kamer, waar Filipzich
bevond.
«Je moeder," zeide hij, «heeft mij
van de dwaasheid gesproken die gij
je in je hoofd hebt gezet. Denk er
eens goed over na, hoe gij je com
promitteert, met znlke lieden om te
gaan."
«Weet gij iets nadeeligs van hen,
vader
«Nadeeligs nn wel juist niet, maar
die menschen zijn onze gelijken niet
vergeet niet, dat men geëerd wordt
met wie men omgaat. Op Zomer's
gedrag valt niets te zeggen. Ieder
streven om op eerlijke wijze vooruit
te komen, i9 prijzenswaardig te noe
menmaar zijne afkomst is gering,
en zijne bloedverwanten met wie hij
stellig op joodsche wijze in aanraking
is gebleven, zijn ontegenzeggelijk ge
ringe lieden. De een verkoopt mis
schien oudroest op straat, de andere
heeft een zuurkraam. In jou plaats,
zou ik mij schamen, bij zulk volk be
kend te zijn, en waarschijnlijk bij den
naam aangesproken te worden I Denk
wat de gevolgen eener dusdanige
mésailliance zouden zijn. In den kring
waarin je gewoon bent je te bewegen,
behoef je niet te hopen, zulk eene
vrouw opgenomen te zien. Je wordt
er ontegenzeggelijk buiten gesloten.
Je vrienden zullen je bespotten, het
huwelijk te baat te hebben genomen,
om het bezit te verkrijgen van een
meisje, dat elk hunner overtuigd is,
zonder die levenslang verbindende
formaliteit, even goed te hebben kun
nen erlangen."
«Dat kan allemaal waar zijn, vader,"
zeide Filip, «en ik ontken niet, dat
het mij onaangenaam zou zijn, als mijne
vrouw huiten mijn kring moest blij
ven. Toch ben ik daar niet volkomen
van overtuigd, want Sara Saffier zou
er geen slecht figuur maken. Zij heeft
beschaafde manieren, en schijnt een
goede opvoeding genoten te hebben.
Bovendien wat het zwaarste is, moet
het zwaarste wegen. Liefde is de
grondslag van het huwelijk. Men
trouwt voor zichzelven, niet voor an
deren. In mijn huiselijk leven zal ik
mijn geluk zoeken, en door onze we-
derzijdsche liefde, ook wel vinden.
Wat zou mij een verbintenis geven,
met een meiBje van mijn stand, voor
wie ik geen genegenheid had. Neen,
alleen door mijn wensch Saartje tot
mijn vrouw te maken, is het geluk
voor mij te verkrijgen."
«De wet," zeide de heer van Her-
melo, thans zijn vaderrol opnemende,
«bevat de wijze bepaling, dat het kind,
niet voor zijn dertigste jaar bevoegd is,
over zijn persoon eigenmachtig te be
schikken. Zoo lang je moeder en ik
leven, zijn wij besloten, onze toestem
ming tot een dergelijk huwelijk niet
te geven, Ik ben zoo dwaas niet, mij
te verbeelden, je te kunnen noodza-
ken, met die bewuste jodin aftebre-'
ken. Maar daargelaten, dat je met er|
mede voorttegaan, je ouders groot
verdriet zoudt aandoen, ken ik je te
veel eergevoel toe, het hart van een
meisje te begeeren, met de bewust
heid je "hand niet te kunnen aanbie
den."
De heer van Hermelo begaf zich
daarop naar zijn kantoor en Filip
bleef diep verslagen alleen in het
vertrek over. Zijne moeder had zich,
na haar man geroepen te hebben,
naar haar slaapkamer begeven, om
ongestoord lucht aan hare droefheid
te geven. Die droefheid verminderde
niet, toen zij later van van Hermelo
vernam, dat ook hij niet geslaagd
was, Filip zijn dwaasheid uit het
hoofd te zetten, en er hem geen an
der middel overgebleven was, dan de
verklaring, zich krachtens de vader
lijke macht, hem door de wet ver
leend, tegen het voltrekken van een
dergelijk huwelijk te verzetten.
Filip dacht lang over zijn toestand
na. Niet dat hij gedacht had, zijn
ouders dadelijk bereid te vinden, tot
zijn huwelijk toe te stemmen, had hij j
toch gehoopt, dat zij overtuigd zou- i
den geworden zijn, dat met die ver
bintenis zijn gelnk gemoeid was. Hij
kende zijn vader genoeg, om overtuigd
te zijn, dat hij van zijn voornemen,
zijn consent te weigeren, niet licht
af te brengen zou wezen. Maar tocb
dacht hij er geen oogenblik aan,
Saartje's bezit op te geven.
Sinds Saartje te Amsterdam logeer
de, dacht Filip er niet meer aan, eeo
uitstapje naar Utrecht te doen. Niet
dat hij zijn neef Gerard minder ge
negen was dan voorheen, maar wan
neer de liefde zich van het hart mees
ter heeft gemaakt, geraakt de vriend
schap in de achterhoede. De eenige
dag die hij beschikbaar had, naar
willekeur te besteden, was de Zon
dag, en die dag was het juist, dat
hij Saartje kon zien en spreken. Dat
genot kon hij er niet aan geven, om
Gerard te bezoeken.
En toch wilde hij gaarne diens raad
inwinnen hoe na het ontmoedigend
onderhoud met zijn beide ouders te
handelen. Hij was vast besloten, zijn
omgang met de famillie Zomer niet op
te gevenhij wilde er dan ook den
Zondag niet aan opofferen, en hij be
sloot dan ook Geard van het voorge
vallene schriftelijk kennis te geven,
en hem te vragen, hoedanig in de