NIEUWE
Nieuws- ei Advertentieblad
voor ie Provincie Utrecht.
WOORD EN VOORBEELD
""binnenland!
feuilleton.
Honderd pond sterling.
No. 7.
Zaterdag 14 Februari 1920.
49e jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.
Franco per post door het geheele Rijk 1.16.
Afzonderlijke Nummers 5 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Vrijdag.
Tijdelijk slechts Zaterdags.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
BureauLangestraat 71. Telephoonn. 00.
AO VERTENTIËN:
Van 16 regels 0.90; iedere reg9l meer 15 Cent.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Woord en voorbeeld zijn twee
groote machten die elkaar weder-
zijdsch ondersteunen en ons tel
kens in het dagelijksch leven ten
dienste staan.
In de taal uit zich het hart. Het
woord lokt het wederwoord, lokt
het vertrouwen uit en bereidt al-
zoo den weg voor den invloed dien
onze persoonlijkheid uitoefenen
kan. Daarom moet men nooit het
woord gering achten. Een uitne
mende persoonlijkheid zal soms
weinig invloed oefenen, omdat zij
zich niet uit, niet opent voor ande
ren, niet in en door het woord
hen tegemoet gaat en alzoo min
of meer voor her: een vreemde,
een gesloten boek blijft. Het woord
moet helpen om aan het voorbeeld
kracht en steun bij te zetten.
Doch het voorbeeld is het voor
naamste, want zonder dit verliest
het woord alle waarde. Hoe is
het dikwijls te merken in menig
gezin, waar de kinderen eenvoudig
doen alsof de ouders niet hadden
gesproken, waar hun woord blijk
baar voor niet wordt geteld. Ja,
bij ons klagen en zuchten zouden
wij dit vooral moeten onthouden:
op ons voorbeeld komt het aan.
Het voorbeeld is meer waard
dan de prachtigste redevoering.
Het voorbeeld is een altijd waar
achtige toespraak, een toespraak
die eerst tot anderen komt als zij
persoonlijk toegepast en beproefd
bevonden is. Het voorbeeld is een
voortdurende toespraak, die on
mogelijk met den wind verwaaien
kan, omdat zij als een tastbaar
feit zich aan ons voordoet en
door dagelijksche herhaling steeds
nieuwe kracht verkrijgt. Het voor
beeld is een toespraak zonder
woorden, doch daardoor ooit zon
der misverstand. Het is een toe
spraak niet van of voor zekere
hoorders opgesteld en uitgespro
ken en toch door meer hoorders
gehoord en verstaan dan eenig
woord.
Te zamen zijn woord en voor
beeld de beste opvoedingsmiddelen
de grootste, macht waarover een
ieder beschikken kan, die op ande
ren invloed oefenen wil. Overal,
in huis en daar buiten, staat er
werk voor ons gereed, overal zijn
er die op ons wachten en naar
ons uitzien. Maar hoe weinigen
zijn er die zich het lot van degenen,
die hun toevertrouwd zijn, ernstig
aantrekkenVeel te zelden weer
klinkt het ernstig woord, het
woord van toorn en verontwaar
diging of althans, te zelden is die
toorn een heilige, klopt er in het
woord van verontwaardiging een
liefdevol hart, waarbij de toorn
dadelijk wordt verzacht door inner
lijke ontferming. En bovenal te
zelden wordt dat woord in kracht
vertiendubbeld door een beter
voorbeeld.
Heden waar alles zoo duur is
en het leven voor iedereen zoo
moeilijk wordt, klaagt men over
de weelde en den opschik, maar
in plaats van nu een voorbeeld te
geven van eenvoud en zich en de
zijnen te wennen aan minder be
hoeften, offert men zuchtend en
klagend, ja, maar offert dan toch
zijn tijd en zijn geld aan de eischen
der dolste mode. Men kan toch
niet achterstaan bij zijns gelijken!
Men klaagt over de toomelooze
genotzucht en de jammerlijke geld
verspilling, waardoor bijna ieder
te kort komt, maar verzuimt in-
tusschen niet gaarne de gelegen
heid om zelf mee te genieten en
geeft zijn kinderen veel meer ge
noegens dan de verdienste toelaat;
ze kunnen toch niet steeds onder
hun vrienden en makkers den
zonderling spelen Men schreeuwt
om wraak als men-zich heeft laten
oplichten door een persoon of
onderneming, die groote winsten
beloofde en in plaats daarvan nog
niet eens het geleende teruggeeft
en vergeet dat men zich daarover
niet te beklagen zou hebben, indien
men zich niet door den gouddorst
tot zulk een misplaatst vertrouwen
had laten verleiden. Men klaagt
over de zedeloosheid, den diep
verdorven toestand onzer maat-
schapij, maar maakt er zich in-
tusschen zoo gauw mogelijk af,
zoo een dier ongelukkigen eens
aanklopt en een open hart zoekt
voor belangstelling, steun en hulp
in zijn zedelijke ellende. Men klaagt
over de ongehoorzaamheid en ban
deloosheid der jeugd en men heeft
nog niet eens zelf zijn drift, zijn
humeur, zijn gemakzucht in be
dwang 1
Wij allen zijn hulpbehoevend en
zwak. Maar onze eigene ellende
voelen wij nooit dieper dan wan
neer wij er aanvankelijk uit ver
lost zijn en daarom kunnen wij
eerst dan en recht diep met anderen
meevoelen en mee lijden. Onze
plicht is ons sterk te maken, ons
kloek te houden om de leidslieden
te kunnen worden van al degenen
die begeerig uitzien naar een hoofd,
dat raad weet, naar een hart dat
lief heeft naar een sterken arm
die steunen en desnoods dragen
wil.
Op z'n kop.
Het Nederl. Verboud van Vakver-
eenigingen (de sociaal-democratische
vakcentrale) houdt een openbaar
congres met de hoofdbesturen der
daarbij aangesioteQ organisaties, ter
bespreking van de socialisatie.
In Het Volk kwamen de stellingen
voor, aan de hand waarvan dit «on
derwerp* zal worden besproken.
Nu willen wij slechts wijzen op de
volgende zinsnede, welke in een der
stellingen voorkomt:
«Terwijl de verarming het meer
dan noodzakelijk maakt alle krachten
in bet werk te stellen om de productie
op te voeren, wordt dit door het
kapitalisme belet, uit overwegingen,
ontleend aan nationaal kapitalistische
belangen."
Dit lezende, gelooft men bijkans
zijn oogen niet.
Het kapitalisme belet de opvoering
van de productie!
En is ons niet in allerlei vormen
gezegd, óók door de leiders van bet
N. V. V. dat de arbeiders weigeren
hun volle kraebt ter beschikking te
stellen voor de opvoering van de
productie, zoolang niet voldaan is aan
betgeen zij onder sociaal-democra
tische leiding vorderen?
Men zette de dingen niet op hun
kop
Natuurlijk is bet waar, dat de
vrede, welke de Ententelanden toe
staan aan de overwonnen volken,
allerminst geschikt is om opvoering
van de productie te bevorderen, in
tegendeel wordt deze daar door be
lemmerd.
En voor zoover «het kapitalisme*
in de Ententelanden hieraan schuld
heeft, zullen wij dit niet van schuld
vrijpleiten.
Maar wat deed en doet bet prole
tariaat onder sociaal-democratisch
regime
Hier de productie stopzetten, daar
de ontwikkeling der productieve kracht
tegenhouden.
Doorzetting van de ontwrichting
prediken, bevorderen en toejuichen.
De verarming vermeerderen.
Waarom wordt hierover gezwegen
Wie het wèl meent met het volk,
leze bovenstrande zinsnede, aldus
«Terwijl de verarming bet meer dan
ooit noodzakelijk maakt, alle krachten
in het werk te stellen om de productie
op te voereD, mag onder geen voor
waarde woiden geduld, dat dit wordt
belet, hetzij uitoverwegingen, ontleend
aan «nationaal kapitalistische belan
gen*, hetzij uit hoofde van interna
tionale of nationale revolutionnaire
proletarische belangen*.
Stand.
Wijn- en Drankwet.
De Vereeniging van Nederl. Wijn
handelaren heeft in een adres aan de
Tweede Kamer verzocht te voorkomen:
a. dat bepalingen in de Drankwet
worden opgenomen, waardoor wijn
als sterke drank wordt beschouwd
b. dat bepalingen in de Drankwet
worden opgenomen, waardoor de ver
koop van wijn in verlofzaken belem
mering zal ondervinden.
De officieele opening der 4de
Nederl. Jaarbeurs te Utrecht zal ge
schieden door den Minister van Land
bouw, op Maandag 23 dezer.
(Slot)
Maar na een paar maanden begon
ik te wenschen, dat ik de flinke grati
ficatie, welke ik had gekregen bij mijn
demobilisatie, er maar niet zoo gauw
door had gebracht. Want Rose,
dat is mijn meisje begon er op te
zinspelen, dat ze het wel prettig zou
vinden, dat we nu eindelijk eens in
het huwelijk traden en even als zij
was ik ook wel beginnen te verlangen
naar een eigen tehuis.
Het bezwaar was bet geld. Er is
heel wat noodig om in den tegen-
woordigen tijd te trouwen en ik bezat
heelemaal geen cent.
Het ergste was, dat Rose dat niet
wist, want ik vond bet maar beter
haar niet te vertellen, dat ik zoo dom
was geweest, om het geld op te ma
ken, dat ons een heel eind op weg
had kunnen helpen bij het inrichten
van onze woning.
En toen kwam de duivel en fluisterde
me de verleiding in het oor.
Door de nieuwe betrekking aan de
Bank gingen er sommige heel groote
bedragen door mijn handen en ik zag
spoedig, hoe ik het zoo kon schikken,
dat ik van dat geld wat kon nemen,
wanneer ik maar maatregelen nam,
dat het op tijd terug was, in den
tusscbentijd zou hot dan niet worden
gemist.
Zoo kwam ik er toe, wat geld weg
te nemen en daar ik me verbeeldde,
nog al wat kijk te hebben op de
paardensport, wedde ik bij de wed
rennen op een paar paarden, met de
bedoeling een fatsoenlijk winstje op
te sti ijken en dan het «bediijfskapi-
taal« weer te deponeeren op de Bank.
Wat een dwaas! In het eerst won
ik een beetje, maar het geluk keerde
zich tegen me en ik verloor zwaar,
zoodat ik ten slotte een honderd pond
sterling achterop was.
Toen kwam ik weer goed tot mijn
positieven. Wanneer ik doorging was
ik geruïneerd. Ik dacht er over Rose
en mijn moede)- mijn ernstige misstap
te bekennen. Moeder heeft een beetje
geld, dat later aan mij zal komen en
ik was er van overtuigd, dat zij op
de hoogte zijnde van de moeielijkheden
waarin ik verkeerde, me zou helpen
om het geld dat ik weggenomen had
door haar eigen met moeite overge
spaarde centen te vervangen.
Natuurlijk beteekende dat dan, dat
ik mijn huwelijk voor een zeer langen
tijd moest uitstellen, maar het andere
gevaar dat me boven het hoofd hing,
was nog veel grooter.
Ik kreeg echter niet de kans. Want
toen ik den bookmaker, met wien ik
de weddenschap was aangegaan,vroeg
mij eeoige dagen uitstel te geven van
de betaling van het bedrag, waarom
ik meer had gewed dan ik bezat, zei
hij me mogelijk om me op de
proef te stellen, doch op een toon
van groote zekerheid dat hij zeer
goed wist, waar ik het geld voor de
weddenschappen vandaan baalde en
tenzij ik doorging met het plegen van
fraude aan de Bank zou hij onmid
dellijk aangifte doen bij de directie
van wat hij wist. Aan mijn houding
zal hij toen wel bemerkt hebben, dat
de zaak niet zuiver was.
Zoo bleef er voor mij maar één weg
over zuster. Ik ben niet van plan
meer geld van de Bank te nemen, om
dien schurk te voldoen en ik mis de
kracht voor het dragen van de vreese-
lijke gevolgen, wanneer de waarheid
aan bet licht komt.
Ik heb een iedee, zei Maria, toen
Lessingham zijn verhaal had voltooid.
Geef me naam en adres van dien man
en beloof me je verder kalm te houden,
totdat u wat van me hoort. Mag ik
daar op rekenen
Het is alsof u nieuwe hoop in
me brengt, zuster, zei de jonge man,
terwijl hij de hand uitstak. Ik zal
doen wat u van me vraagt. Wat den
naam van den man betreft, hij beeft
er twee. Hij is zoowel voorschotgever
als bookmaker. Als voorschotgever is
hij bekend als Jacob Peters, als Book
maker noemen ze hem Sammy Wright,
En daarna gaf hij nog alle verdere
bijzonderheden, welke Maria wenschte.
Den volgenden dag zat Maria in
gewone kleeding in een vrij sjofel
kantoor tegenover een man met een
sluw uiterlijk, die zijn plaats bad aan
een schrijfbureau.
U is de heer Jacob Peters, niet
waar
Ja, dame, was het antwoord,
wat kan ik voor u doen?
Is u ook niet Sammy Wright,
de bookmaker?
De man sprong op.
Wat heeft dat te beduiden? riep
bij uit.
Ik kom u alleen maar even
zeggen, dat er een eind komt aan uw
spel. Kijk hier maar eens even naar.
En zij duwde onder zijn oogen een
vel papier met een vignet van de
politie en waar boven aan stond
»Belooning«. Er bleek uit het plak
kaat, dat er honderd pond sterling
uitgeloofd was op de aanhouding van
Jacob Peters, zich ook wel noemende
Sammy Wright, wegens door hem
gepleegde uitgebreide bar.kfraude.
Peters werd zoo wit als èen velletje
papier.
Die gekke Lessinghamsnikte
hij. Hij is er aan schuldig.
Maria antwoordde hier niets op.
En wilt u die belooning nu op-
eischen door mijn verblijfplaats aan
de politie bekend te maken? O, doet
u dat als het u belieft niet. Geef me
drie uur twee uur en dan zal
ik u de honderd pond geven en nog
vijftig bovendien. Hier
Hij maakte zijn brandkast open eü
wierp een bundeltje bankbiljetten naar
haar toe.
Heel kalm telde zij bet geld en ten
slotte ging ze weg met honderd pond
sterling in haar bezit, terwijl Peters
druk bezig was met bet treffen van
voorbereidingen voor zijn vlucht.
Een uur later was ze bij Lessing
ham.
Hier zijn je honderd pond ster
ling, zei ze, terwijl ze hem de bank
biljetten gaf. Ga er m.)e naar de Bank
en doe niet weer van die gekke din
gen. Hoe ik er aan kwam? Wel een
vriend van me, die diukker is, maakte
voor me een biljet, waarop de aan
houding van Peters werd verzocht en
zoo gauw hij dit onder de oogen
kreeg, sloeg de schrik hem zoo om
het hart, dat hij dadelijk met de hon
derd pond voor den dag kwam. Neen,
geen dank, doe nu niet weer van die
gekke dingen