Bespreking in de vergadering van B.en W. met den Directeur van
Gemeentewerken op 11 Juli 1939*
Voorzitter; H.J.Gasille, waarnemend.
Secretaris; J.G.A.Batenburg.
Wethouder; D.A.de Bruijn.
Aanwezig: Ir.W.C.van Goor.
De Voorzitter wenscnt van den Directeur te vernemen of de aan
leg van wegen in het complex Heidebloesem o.a. de wegen genummerd
14) en 144 van het uitbreidingsplan geschiedt, of geschied is on
der leiding van den Directeur van Gemeentewerken.
De Directeur geeft op de vraag een bevestigend antwoord.
De Voorzitter vraagt alsdan den Directeur hoe hij er toe geko
men is weg no.144 in de richting Soestduinen ter lengte van onge
veer 30 M' aan te leggen en weg no.144 in de richting Heideweg van
af den aan te leggen weg no.145, niet aan te leggen.
De Directeur geeft daarop ten antwoord dat de wegen zijn aan
gelegd overeenkomstig de overeenkomst van grondruiling aangegaan
met de NV.Heidebloesem.
De Voorzitter constateert dan.dat de Directeur niet op de
hoogte is van de werkelijke besluiten te dien opzichte.
wethouder de Bruijn zegt reeds getwijfeld te hebben, doch men
heeft hem verzekerd dat de aanleg juist was.
De Voorzitter zegt dat de Raad op 4 April 1959 besloten heeft
het gedeelte weg no.144 vanaf weg no.14^ naar den Heideweg aan te
leggen en het gedeelte weg no.144 vanaf weg no.145 in de richting
Soestduinen langs het perceel dat Heidebloesem bij ruiling heeft
verkregen ter lengte van 30 M' niet aan te leggen, aangezien met
de N.V. Heidebloesem is overeengekomen, dat laatstgenoemd wegge
deelte uiterlijk 1 Januari 1944 zal zijn voltooid. De Directeur is
van een en ander in kennis gesteld door toezending van. de raads
voordracht dd. 4 April 19)9, 1e afd.no.1765 en het raadsbesluit
van 4 April 1959, 1e afd.no.1765»
De Directeur zal nagaan of hij de stukken heeft.
De Voorzitter constateert wederom een groote fout van de Di
rectie van Gemeentewerken, welke de gemeente op extra kosten brenj
Hierna sluiting.