819
Ged.Staten
deelen mede dat de Minister van Binnen-
landsche Zaken het wenschelijk acht om
onder de tegenwoordige Buitengewone
omstandigheden vergoeding van overwerk
voor de ambtenaren in engeren zin ach
terwege te laten.
Toepassing van dit richtsnoer, sluit na-
de meening van Zijne Excellentie niet
uit, dat in zeer uitzonderlijke gevalle
de billijkheid kan meebrengen, dat bij
zondere prestaties, na afloop daarvan,
met een gratificatie worden beloond.