28 Mei 1952 36.
leden. Hij zou daardoor juist meer tijd moeten hebben gehad.
De heer BURGWAL zegt, dat de zaken in de commissies
reeds grondig worden besproken.
Het voorstel van de heer Burgwal om het voorstel van
B,& W. aan te houden wordt niet ondersteund.
De wethouder van ZADELHOF? zegt in antwoord aan me
vrouw Polst, dat de rooilijn bij verwerping van het voorstel
van B.& W. op dezelfde plaats komt als in het voorgestelde
plan, want deze zelfde rooilijn ligt ook in het plan van
1938.
Sedert het bestaan van de schadeverordening zijn er
twee aanvragen ingediend, die de Raad beide malen contre
coeur heeft afgewezen - in verband met de aan de Stadhou
derslaan aanhangige kwestie, waar vroeger bouwterrein is
geweest, dat nu bouwland is geworden - en wel met het doel
een uitspraak te krijgen van hogerhand, B.& W. hebben de be
langhebbenden aangeraden zich tot Gedeputeerde Staten te
wenden, hetgeen de eerste jammer genoeg niet, maar de twee
de wel heeft gedaan. In een zitting van enkele leden van
het College van Gedeputeerde Staten is voldoende naar vo
ren gekomen, dat hier inderdaad sprake was van schade.De
gemeente had aan deze schade kunnen tegemoet komen door de
grond te kopen, maar Gedeputeerde Staten hebben gesugge
reerd een wijziging van het plan voor te bereiden, wat op
het ogenblik door de Burgemeester is geschied. De bepaling-
is gemaakt, dat degene, die de grond had gekocht vóór Sep
tember 1942, alsnog recht krijgt daar te bouwen.
De rooilijn is in 1926 door de Raad vastgesteld en nu
doet het zeer vreemd aan, dat men 2o jaar later plotseling
ontdekt, dat men daarvan schade zou hebben. Gedurende 26
jaar heeft men gelegenheid gehad een andere rooilijn wegens
vermeende schade te vragen en dit was toch zeker mogelijk
geweest, toen in 1938 een regeling ex art.43 naar voren is
gebracht, waarbij verwezen is naar de rooilijn van 1926.
Men ziet alleen naar de voorgevelrooilijn en spreker
begrijpt niet, welke bezwaren daartegen bestaan. Als een
pand voor een deel afbrandt, kan het in de oude trant wor
den hersteld en wanneer het totaal is afgebrand, zal iede
re winkelier een modern winkelpand, en niet op de oude
fundamenten, willen bouwen. Hij zal het gehele terrein wil
len benutten vanwege de besloten bebouwing, beneden meer
winkel en boven het woonhuis maken.
De Raad benoemt een commissie van onpartijdige des
kundigen en de suggestie van de heer Ooms kan door de
Raad zeker worden overgenomen. Indien van particuliere
zijde of door een middenstandsorganisatie om de benoeming
van een bepaalde deskundige wordt verzocht, heeft de Raad
volle vrijheid daartoe over te gaan. De Raad. heeft het in
de hand de commissie zo veelzijdig samen te stellen als
hij wil en het behoeft dus zeker geen commissie te zijn,
die alleen op de belangen van de gemeente let. Bovendien
staat voor de belangenden beroep open op Gedeputeerde Sta
ten
Er wordt steeds maar over de voorgevelrooilijn ge
sproken, maar in het voorgestelde plan wordt alleen ver
wezen naar de voorgevelrooilijn van 1926. Heeft men zich