23 Februari 1953 21.
do P.U.E.M. verkoopt, is het nodig de hypotheek op deze 96 m2
te royeren. Spreker stelt voor daartoe te besluiten.
Het voorstel van de Voorzitter wordt zonder hoofdelijke
stemming a'angenomen.
24» Voorstel tot intrekking van het beroep tegen het besluit van
Gedeputeerde Staten dd. 25 Juli 1950, 2e afd. nr. 2539/1664,
waarbij gedeeltelijke goedkeuring werd onthouden aan het Raads
besluit van 26 Augustus 1949 tot vaststelling van een uitbrei
dingsplan voor het gedeelte der gemeente gelegen ten Zuiden van
de spoorlijn Utrecht-Amersfoort (1-259)»
De VOORZITTER herinnert er aan, dat Gedeputeerde Staten
een gedeelte van het plan in hoofdzaak voor Soesterberg niet
hebben goedgekeurd, waartegen zowel de Raad als de Minister
van Oorlog in beroep zijn gegaan bij do Kroon. Uit een later
overleg met het Ministerie van Oorlog is een geheel nieuw
uitbreidingsplan in hoofdzaak voortgekomen, waardoor de zin van
het beroep inzake het oude plan is vervallen. Het Ministerie
van Oorlog heoft zijn beroep ingetrokken. Spreker stelt voor
hetzelfde te doen van de kant der gemeente.
Ook dit voorstel van de Voorzitter wordt zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Hierop stelt de Voorzitter aan de orde:
25. Voorstel tot uitvoering van een werkgelegenheidsobject
(Koninginnelaan Regentesselaan) met aanvaarding van een rijks
bijdrage 1 2 51
De VOORZITTER deelt mede, dat, zoals uit de stukken blijkt,
dit werk is begroot op ƒ.120.000,plus 10 omslag voor
Gemeentewerken, waardoor het totale bedrag tot ƒ.132.000,
stijgt. Het Rijk heeft een subsidie toegezegd van 75 van de
kosten tot een maximum van ƒ.99.000,In verband met het en-
gunstige jaargetijde, waarin dit werk ter hand moet worden ge
nomen - er moet nog aan worden begonnen in deze maand - was de
laagste inschrijver aanmerkelijk boven de raming. Ha overleg
met deze laagste inschrijver en ook met de Provinciale Griffie
is'bereikt, dat de laagste inschrijver het werk wil doen voor
ƒ.140.000,welk bedrag moet worden verhoogd met een omslag
voor Gemeentewerken van 5.000,Op het totale bedrag van
ƒ.145.000,ontvangt de gemeente van het Rijk een subsidie
van ƒ.99.000,--, zodat het de gemeente 46.000,zal kosten.
Spreker stelt de Raad voor het benodigde crediet toe te
staan.
Mevrouw LAHDWEER-de Visser vraagt, of dit bedrag al in
de begroting was opgenomen.
De VOORZITTER: In het oorspronkelijk ontwerp tot wijziging
der begroting was op 33.000,gerekend.
Mevrouw LAHDWEER-de Visser: U vraagt dus verhoging van
het bedrag van 33.000,tot ƒ.46.000,
De VOORZITTER zegt, dat de begroting is gemaakt, toen er
geen sprake was van werkverruimingsobjecten. Hu is de ver
plichting opgenomen, dat 93 van de arbeiders van de arbeids
beurs moeten worden betrokken en dat het werk vóór 1 Maart
wordt aangevangen. Er komt echter voor ƒ.46.000,een stuk
riolering tot stand, terwijl de buizen alleen al ƒ.60.000,
kosten.
De heer A.P. HILHORST zegt, dat het toezicht voor Ge
meentewerken, nu het werk voor een deel door niet vakmensen
- wordt -