31 Mei 1954
Het initiatief van deze onbewoonbaarverklaring ging uit van
het College en er werd dan advies gevraagd van de Hoofdinge
nieur-Directeur van de Wederopbouw en de Volkshuisvesting.
Met de thans voorgestelde onbewoonbaarverklaringen is
het anders gegaan. Hierbij is het initiatief uitgegaan van
de Hoofdingenieur-Directeur van do Wederopbouw en de Volks
huisvesting, die een serie woningen in Soest door zijn
ambtenaren heeft laten onderzoeken. De ambtenaren, waarover
de heer A.P. Hilhorst heeft gesproken zijn dus rijksambte
naren geweest.
De heer A.P. HILHORST: Die hebben dan wel enige opvoe
ding nodig.
De VOORZITTER deelt verder mede, dat de Hoofdingenieur-
Directeur naar aanleiding van dat onderzoek het College heeft
voorgesteld de woningen onbewoonbaar te verklaren. Overeen
komstig de Woningwet moet de Raad hierop binnen drie maanden
een beslissing nemen. Doet do Raad dit niet of gaat hij niet
in op het voorstel van de Hoofdingenieur-Directeur, dan kan
deze bij Gedeputeerde Staten voorziening vragen.
De Raad en ook het College hebben in dit geval dus een
meer passieve rol dan bij vorige onbewoonbaarverklaringen.
De heer Zoetelief heeft gevraagd, of dit slechts 20 uit
60 woningen waren. Spreker weet dit niet. Wel weet hij, dat
in Soest nog meer woningen voor nadere bestudering voor on
bewoonbaarverklaring in aanmerking komen, maar het is hem
helemaal niet bekend of de Hoofdingenieur-Directeur voorne
mens is binnen afzienbare tijd weer met zo'n lijst te komen.
Spreker vermoedt van niet. Hij vermoedt, dat de naar het oor
deel van do Hoofdingenieur-Directeur twintig ergste gevallen
zijn uitgezocht.
De heer ZOETELIEF: Dan is de Hoofdingenieur-Directeur
niet gelukkig geweest in zijn keuze!
De VOORZITTER zegt, dat het uit hetgeen hij heeft naar
voren gebracht, duidelijk is, dat het niet mogelijk is het
voorstel aan te houden. De termijn is feitelijk al over
schreden. Door het onderzoek, dat ook nodig was van gemeen
tewege, zijn de drie maanden overschreden, maar de Hoofdin
genieur-Directeur heeft het gemeentebestuur schriftelijk ver
zocht alsnog aan zijn voorstel gevolg te geven. Tegelijker
tijd heeft hij Gedeputeerde Staten verzocht in deze maatrege
len te treffen. Nu is het mogelijk, dat het hedenavond
eventueel te nemen raadsbesluit ongeldig zal worden verklaard,
omdat het na afloop van de drie maanden is gevallen. Het is
spreker niet bekend, maar omdat de Hoofdingenieur-Directeur
het gemeentebestuur heeft gevraagd alsnog een besluit te ne
men, neemt hij aan, dat dit niet het geval zal zijn. Toch is
hot verstandiger wel een besluit te nemen, omdat dan in het
besluit enige modulaties kunnen worden aangebracht ten aan
zien van de ontruimingstermijn als door spreker aangegeven.
Wanneer Gedeputeerde Staten de beslissing nemen, is er grote
kans, dat do ontruimingstermijn voor alle woningen op zes
maanden wordt gesteld. In het belang van de bewoner-eigenaars
en van de verder voor een langere ontruimingstermijn in aan
merking komende bewoners zou spreker het zeer betreuren,
wanneer zij in grotere moeilijkheden zouden komen dan nodig
is, wanneer do Raad de zaak enigszins in eigen hand houdt
- en -