31 Mei 1954 69- worden gebouwd. Het is zeer moeilijk vast te stellen, hoeveel het er moeten zijn. Het heeft geen zin de bij uitstek grote gezinnen bijzonder voor te trekken, zodat er voor deze categorie geen en voor de andere categorieën wel woningnood zou blijven. Het is mogelijk een overzicht te maken van de gehele woning voorraad en van de grootte van de gezinnen. Men zal dan naar sprekers overtuiging theoretisch tot het inzicht komen, dat er voldoende woningen voor grote gezinnen zijn, maar een ge deelte van deze woningen wordt door kleine gezinnen bewoond en het gemeentebestuur kan niet als dictator de woningen onder de inwoners verdelen. Ook middelmatige gezinnen zitten wel in te kleine woningen, zeker bij samenwoning. Het gemeentebe stuur zal nooit de ideale toestand in deze kunnen bereiken, maar altijd achter de feiten aanlopen. Door ruiling kan de situatie iets worden verzacht en die heeft op bescheiden schaal ook wel plaats. Adressanten hebben in zoverre wel nut tig werk gedaan door dit probleem nog eens onder de aandacht ook van de raadsleden te brengen, maar dit probleem is niet direct op te lossen door het bouwen van enkele grote woningen. Die zouden ook te duur worden, als er een rijtje grote wonin gen worden gebouwd in plaats van normale. In de eerste plaats behoort er rekening mede te worden gehouden, bij welke cate gorie de woningnood het grootst is. Voorts moet er naar worden gestreefd het standaardtype van de te bouwen woningen zo groot mogelijk te doen zijn, opdat het voor zoveel mogelijk gezinnen bruikbaar is, ook in de toekomst. De door de heer Clemens in Grootebroek genoemde woning zal geen arbeiders-, maar een middenstandswoning zijn. De gemiddelde grootte der gezinnen ligt bovendien in Grootebroek veel hoger dan in Soesterberg. Bij de bouw van de gemiddelde woning heeft men daarmede rekening te houden. Met de adressanten is geen bijeenkomst gehouden, maar dit was ook in het geheel niet nodig. Zij hebben een aardig overzicht verschaft en gevraagd, nadat er betrekkelijk goed is gezorgd voor de middelgrote gezinnen, ook eens aan de zeer grote en grote gezinnen te denken. Daar staat het College helemaal niet afwijzend tegenover. De woningen zullen exploi tabel moeten zijn, maar het was niet nodig van gedachten te wisselen, want het adres was duidelijk en behoefde geen aan vulling. Het is meer een kwestie van "timen", wanneer van de gemiddelde woninggrootte moet worden afgestapt om over te gaan tot het helpen van de bij uitstek grote gezinnen. In het adres wordt van absoluut te kleine woningen ge sproken, maar er wordt niet bijgezegd, van welke normen men is uitgegaan. Over die normen zou misschien eens gepraat kunnen worden, maar bij een dermate ernstige woningnood als in Soest heerst, is het duidelijk, dat ook de grote gezinnen in de knel raken. De heer VAN AITDEL meent, dat aannemen voor kennisgeving in het algemeen en althans in de spreektaal een bedekte afwijzing inhoudt. Hij vraagt daarom, of het niet mogelijk is het antwoord iets anders te stellen dan in de vorm van uit sluitend voor kennisgeving aannemen. De VOORZITTER zegt verder, dat het met de zeer kleine gezinnen van de bejaarden precies ligt als met de grote - gezinnen -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1954 | | pagina 198