15 Juni 1954 89. wordt er "bij deze banken gewaakt tegen het lichtvaardig opnemen van crediet. Het gevaar van het lichtvaardig op cre- diet nemen ligt juist bij vele afbetalingsmagazijnen. Men spreekt nu over het gevaar van het gezinscrediet, doch deze klachten heeft spreker niet vernomen naar aanlei ding van het in de raadsvergadering van 2 5 Augustus 1953 behandelde punt, Vaststelling Algemene Voorwaarden, waaronder van gemeentewege hypothecaire geldleningen en voorschotten kunnen worden verstrekt ten behoeve van de particuliere woningbouw. Voor deze credieten zou in de gemeente Soest gro te belangstelling bestaan, terwijl men nu aanvoert, dat deze belangstelling voor het gezinscrediet niet aanwezig zou zijn. De hypothecaire geldlening van de particuliere woning bouw loopt ongeveer over een termijn van 30 40 jaar. Loopt de gemeente dan niet meer risico, dan bij een geldlening ge durende de looptijd van een jaar? In de periode van veertig jaar kunnen er zich vele moeilijkheden voordoen, meer dan in één jaar. Ja, zegt men dan, men heeft dan het perceel als onder pand. Maar dat kan in een tijdsbestek van dertig jaar ook in waarde verminderen. Spreker wil en kan niet aanvaarden, dat er een wezen lijk verschil is in de geldlening voor particuliere woning bouw en een geldlening voor een stofzuiger. Waarom wel het eerste en niet het tweede? Tot nu toe waren er in Soest slechts tien gegadigden voor de particuliere woningbouw. Het gevaar van het gezinscrediet HeT~gevaar-"Bestaat hierin, cfat de consument te veel crediet opneemt en daardoor zoveel moet aflossen, dat hij niet genoeg voor zijn noodzakelijke levensbehoeften over houdt, dat dus het evenwicht in het gezinsbudget wordt ver stoord Dit gevaar wordt vergroot door te krachtige stimulering van de afzet door sommige afbetalingsverkopers, speciaal in tijden van scherpe concurrentie (de crisisjaren 1930 en thans weer door de verminderde aankoop van duurzame gebruiksgoede ren) en vooral doordat verschillende handelaren of crediet- instellingen, onafhankelijk en veelal onkundig van elkaar, aan dezelfde persoon crediet geven. In het rapport van 19 October 1953 wordt verder medege deeld, dat zo lang geen centrale registratie der uitgegeven credieten door alle credietverlenende instanties verplicht wordt gesteld bij de wet, de poging om de woeker te bestrijden slechts van weinig effect kan zijn. Hiermede is spreker het volkomen eens. De eerste stap in deze richting kan men echter zetten door een volkscredietbank te stichten. Centralisatie van het credietwezen in een gemeentelijke volkscredietbank is een oplossing Verschillende gemeenten zijn hiertoe reeds overgegaan. De voordelen hiervan zijn, dat men in de gemeente op de hoogte is met de credietverlening en -neming en aldus ook waakt tegen het lichtvaardig credietopnemen, waaronder zo vele gezinnen gebukt gaan. De realiteit van het gezinscrediet. Hoe men oöTc subjectief tegenover het gezinscrediet moge staan, het feit ligt er, dat het voorziet in een door pro ducenten en consumenten van duurzame gebruiksgoederen gevoeld - behoefte -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1954 | | pagina 238