28 Juni 1954 - - 112 Hij acht het niet wenselijk, dat diens plaatsvervanger aan de Prins Alexanderlaan op het gebied van de gemeente Zeist woont. Na deze beide artsen komt in aanmerking ie dere dokter, die nabij de plaats van een ongeluk woont of er in de buurt is. In Soesterberg woont geen enkele arts, die niet bereid zou zijn bij een ongeluk terstond hulp te verlenen. De in de vorige vergadering gewekte indruk, dat een arts zou hebben geweigerd hulp te verlenen, is te enen male onjuist. Het is echter volkomen logisch, dat een arts, indien zijn hulp wordt ingeroepen, eerst vraagt of de gemeentegeneesheer is gewaarschuwd. Het is ook een figuur van niets als er twee doktoren zouden komen. Een niet-gemeentegeneesheer of plaatsvervanger wekt spoedig de indruk, dat hij deze de ogen zou willen uitsteken. Achten B&W het niet wenselijk, dat de gemeentegeneesheer en zijn plaatsvervanger in dezelfde plaats wonen? Spreker gelooft, dat de heer Clemens in de vorige vergadering wel wat te hard van stal is gelopen. Hij heeft daarvoor thans excuses gemaakt en spreker wil hopen, dat het daarmede is afgelopen, maar het is jammer, dat hij zo hard van stal is gelopen, want hij zou zich zelf en een ander veel onaangenaamheden hebben bespaard, in dien hij dit niet had gedaan. De heer CLEMENS meent de zaak reeds te hebben rechtgezet. Voorts meent hij, dat dokter Van der Helm, die de plaatsvervanger is voor de particuliere praktijk van de gemeentegeneesheer, niet als plaatsvervangend gemeente-arts is benoemd. De VOORZITTER zegt, dat de plaatsvervanging van de gemeentegeneesheer een zaak is van de gemeentegeneesheer zelf. De artsen hebben een onderlinge afspraak inzake vervanging, die geldt voor de particuliere praktijk en ook voor de praktijk van de gemeentegeneesheer zelf. Als er een ongeluk is, waarbij snel hulp moet worden verleend, zal de plaatsvervanger, die buiten de gemeente v^oont en die zijn praktijk grotendeels buiten de gemeente heeft, er niet zo gemakkelijk aan te pas komen. Indien de ge meentegeneesheer afwezig is, zal de politie zich dus niet tot diens plaatsvervanger wenden, maar een andere arts trachten te bereiken, bij voorbeeld een passerende mili taire arts of een in de gemeente woonachtige arts. De heer BUTZELAAR acht het plaatsen van een bord wenselijk, omdat de meeste automobilisten sullen veronder stellen, dat er wel eens een politie-agent bij kan staan. De heer A.P. HILHORST.0 En wat doet de politie dan? De heer BUTZELAAR.6 Niets, maar iedere automobilist heeft een zeker ontzag voor do politie. De heer A.P. HILHORSTi Wij moeten bij de overheid zijn, die de borden "maximumsnelheid" heeft weggenomen. De VOORZITTER sluit de discussie en deelt mede, dat om half negen enige heren de leden van de Raad zullen komen voorlichten omtrent een ziektekostenregeling voor het ge meente personeel Rondvraag. Mevrouw LANDWEER- de Visser vraagt inlichtingen in- - zake -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1954 | | pagina 284