- 28 november 1955 - 154-
Xn de vakliteratuur van 1929 tot 1940 komt men over dit
vraagstuk hoegenaamd niets tegen, en wel omdat de ambtenaren
met de toen voor hen geldende regeling best tevreden waren.
Na de oorlog echter kwam men in hogere kringen der ambte
naren, vooral in verband met de verhoging van de salarissen,
tot de ontdekking, dat aan artikel 125 van de Ambtenarenwet
een bepaald recht ontleend kan worden. Vooral toen bleek, dat
de wetgever de ambtenaren ook onder de Algemene Ziekenfondswet
wilde doen vallen, kwam men in verzet en men heeft kans gezien
het ontwerp-Ziekenfondswet al die jaren slepende te houden tot
groot nadeel van de duizenden Nederlanders, die op het in
werking treden van deze wet zitten te wachten. Spreker weet,
dat er nog andere problemen zijn, bij voorbeeld de premie
inning, die ten aanzien van de kleine zelfstandigen om een
oplossing vroegen, doch hij is er van overtuigd, dat de tegen
werking van de ambtenaren een streep door de rekening van de
Minister is geweest. Persoonlijk is spreker er van overtuigd,
dat indien de hogere ambtenaren deze actie niet begonnen waren,
deze wet al in werking zou zijn getreden tot heil van de be
volking. Nu zijn vele duizenden Nederlanders de dupe van de
houding der ambtenaren.
Als rechtsgrond voert men aan de bijzondere status van
de ambtenaar. De ambtenaren willen als particulier patiënt
behandeld worden. G-ezien het feit, dat de bijzondere status
van de ambtenaar tegenover het particuliere bedrijfsleven de
laatste jaren in het middelpunt van de belangstelling heeft
gestaan, heeft de regering een staats commissie benoemd. Deze
commissie moet onderzoeken of er nu werkelijk een groot ver
schil is tussen de ambtenaar en de werknemer in de particu
liere sector. Deze staatscommissie heeft onlangs haar rapport
uitgebracht, waaruit blijkt, dat de ambtenaar en de particu
liere werknemer ten zeerste naar elkander zijn gegroeid. Is
er nu werkelijk zo'n groot verschil tussen een plantsoenarbei
der, meteropnemerambtenaar-kantoorbediende en soortgelijke
beroepen in de particuliere sector? Naar sprekers oordeel in
genen dele. De roestkrabber op de rijkswerkplaatsen in vaste
dienst valt ook onder de Ambtenarenwet. Is het nu werkelijk
de bedoeling van de ambtenarenorganisaties om bij hun stand
punt te blijven, dat deze mensen een bijzondere status inne
men in het maatschappelijk bestel? Neen! De ambtenarenorgani
saties die de laatste tijd streven naar een afzonderlijke
ziektekostenregelinghebben alleen voor ogen het belang te
behartigen van de hogereboven de zogenaamde loongrens
vallende ambtenaren. Onder het mom van solidariteitsgevoel
probeert men de lagere ambtenaren in het kielzog mee te
trekken. In dit streven komt een groot groepsbelang naar
voren in plaats van het dienen van het algemeen belang en het
ook rekening houden met de belangen der lagere ambtenaren.
De voorstanders van de I.Z.A.-regeling voeren o.a. als rechts
grond aan, dat de ambtenaren ook buiten de andere sociale
wetten vallen. Dit laatste is te begrijpen, indien men de
gehele geschiedenis van de totstandkoming van de Nederlandse
sociale wetgeving bestudeert en vooral indien men de tot
standkoming van iedere wet afzonderlijk bekijkt. Voordat er
in de particuliere, sector nog maar iets op het gebied van de
sociale voorziening was geregeld, hadden de ambtenaren reeds
hun voorzieningenDeze waren niet alleen gebaseerd op de
- Ambtenarenwet -