- 2 mei 1956 -- 54»
De heer CLEMENS is het met de wethouder niet eens en steunt het
amendement-Oranje. De gemeente "behoeft niet met plannen te komen; zij
kan de zaak ter sprake brengen. De Minister zal wel beter weten dan de
raad wat aan dit kleine stukje weg waar herhaaldelijk ongelukken ge
beuren moet worden gedaan om het zo veilig mogelijk te maken.
De wethouder VAD ZADELHOFF vreest dat de heer Clemens hem niet
heeft begrepen. Hij heeft het amendement-Oranje niet bestreden, maar
slechts gezegd dat het college graag wil weten wat de raad wenst en
gevraagd of deze ermee akkoord gaat dat B&W, na de motie aan de Minis
ter te hebben gezonden, komen met een plan tot verbetering van het weg-
profiel, dan wel of deze een omlegging wenst. En daar dit laatste pre
matuur is geve men het college de gelegenheid, met een goed profiel
te komen.
De VOORZITTER heeft, de motie-Pieren gehoerd, de zaak ruimer wil
len stellen en daarom de plannen voor wegomlegging en profielverbetering
ter sprake gebracht. Hij is wel bereid de motie-Pieren over te nemen,
mits met invoeging van de woorden; "in afwachting van meer duurzame
verbeteringen van deze weg", waarmee duidelijk wordt uitgesproken dat
wat thans wordt gevraagd een voorlopige verbetering voer de eerste maan
den is. Om een ontwerp-profielverbetering of -wegomlegging te maken
staat men thans te onvoorbereid tegenover deze zaak. Wel is gewenst dat
het college, dat geregeld contact heeft met de Rijkswaterstaat, weet
hoe de raad daarover in principe denkt. Dat kan echter beter in de vol
gende raadsvergadering aan de orde worden gesteld.
Mevrouw LANDWEER-de Visser merkt op dat over het onderzoek naar
de mening van de neringdoenden in Soesterberg helemaal niet meer is ge
sproken. Voor de raadsleden die niet in Soesterberg wonen is een derge
lijk onderzoek echter wel nodig. Zij zou dus, behalve een voorstel in
zake de kwestie omlegging-profielverbetering tegen de volgende raads
vergadering gaarne ook de mening van de neringdoenden in Soesterberg
vernemen.
De VOORZITTER zegt dat dit ook de bedoeling is. De mening van het
college is slechts oppervlakkig gefundeerd; nu van enkele raadsleden
een tegengestelde mening is vernomen zal het college zich over dit be
langrijke vraagstuk gaarne nader oriënteren. Vandaar ook, dat hij deze
kwestie niet onvoorbereid heeft willen doen behandelen, maar voorstelt,
dit in de volgende vergadering te doen. Van belang is ook, welke func
tie deze weg straks in het rijkswegenplan krijgt te vervullen. Voor een
weg die na vijf jaar door een andere wordt vervangen is het niet nodig,
ingrijpende maatregelen te nemen.
De heer SCHAAFSMA wijst er op dat men, even voorbij de plek van
het ongeluk, zit in de gemeente Zeist. Het zal dan ook niet mogelijk
zijn, zonder samenwerking met Zeist een goede oplossing tot stand te
brengen. Spreker geeft dan ook in overweging, de hele situatie eens met
deze gemeente te bespreken, en wel in de richting van een omlegging van
het verkeer.
De heer CLEMENS zegt, dat voor de veiligheid van de kom van
Soesterberg de gemeente Soest of de Rijkswaterstaat moet opkomen. De
gemeente Zeist heeft daar niets mede te maken.
De VOORZITTER zegt, dat in de gemeente Zeist niet dezelfde proble
men liggen als in Soesterberg. Over wat voor Soesterberg de beste op
lossing is, zal de raad van Soest zich een oordeel moeten vormen. Als
dit wijziging van het wegverloop in andere gemeenten noodzakelijk
maakt, komt de zaak daar vanzelf wel aan de orde.
- De -