-19 december 1957 -
201
De heer HILHORST betreurt het, dat de heer Pieren zijn
voorstel handhaaft. De heer Pieren weet, dat de gehele raad
zijn mening over de salarissen van het lagere en middelbare
personeel deelt. Bij de verhoging van de topsalarissen
- waar spreker het niet mee eens was - heeft men mede als
argument voor deze verhoging aangevoerd, dat daardoor de
betrokken instanties zeer beslist aandacht zouden moeten
schenken aan de salarissen van het lagere en middelbare
personeel. Ook de heer Pieren zal erkennen, dat het college
alles heeft gedaan om de positie van het lagere personeel
zo goed mogelijk te doen zijn. Het is de heer Pieren ook
bekend, dat de organisaties - en dat zijn in deze de
aangewezen lichamen - door overleg met het ministerie voor
dè ambtenaren - niet alleen voor die van de gemeente Soest -
een regeling trachten te treffen. Dat de heer Pieren toch
zijn voorstel handhaaft, ziet spreker dan als het maken van
een zekere reclame voor de persoon, die dit naar voren
brengt in de volledige overtuiging, dat er in de praktijk
niets van terecht komt.
De heer ORAHJB sluit zich - behoudens de laatste op-*
merking - geheel aan bij het betoog van de heer Hilhorst.
Men weet, dat op het hoogste niveau door de vakorganisatie
wordt getracht een oplossing te vinden. Het lijkt spreker
dan onmogelijk hier thans als individuele gemeente iets
te doen. De gemeente moet de resultaten van het overleg
afwachten.
Mevrouw XANDWEER-de Visser sluit zich geheel aan bij
de heren Van Zadelhoff, Hilhorst (behalve wat betreft
diens laatste opmerking) en Oranje. Zij was wel voor het
voorstel de salarissen van de hogere ambtenaren te verhogen.
Zij heeft daarbij echter gezegd, het te betreuren, dat er
voor de lagere ambtenaren niets werd gedaan. De heer Van
Zadelhoff heeft toen gezegd, dat men best het voorstel kon
aanvaarden, omdat daardoor de lagere ambtenaren met betrek
king tot hun salariseisen nog sterker zouden komen te staan.
Spreekster blijft dit standpunt handhaven, niet omdat zij
verhoging van de salarissen der lagere ambtenaren niet no
dig acht. IntengendeelZij heeft indertijd zelf gezegd;
Vroeger begon men met de lagere en eindigde men met de
hogere ambtenaren^ misschien was dat nog niet zo gek be
keken.
Hierop brengt de voorzitter het voorstel van de heer
Pieren in stemming, dat wordt verworpen met 16 tegen 3
stemmen.
Tegen hebben gestemd de ledens mevrouw landweer-de
Visser, Clemens, Brouwer, Oranje, Versteijne, Klarenbeek,
Van den Arend, Van Wely, Hilhorst, Butzelaar, Zoetelief,
Schaafsma, Van Zadelhoff, Van Andel, Dorresteijn en De
Haan.
Voor hebben gestemd de leden; Grift, mevrouw Polet-
Musler en Pieren.
De voorzitter schorst vervolgens, te 12.40 uur, de
behandeling van de begroting voor het bedrijf gemeente
werken en voorts de vergadering tot 14.05 uur.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering uan
de Raad der gemeente Soest, gehouden op 27 februari 19o8.
Ty-psH.K. De secretaris, De voorzitter,
Co 11;