- 19 december 1957 -
204.
Wanneer men spreekt over bestedingsbeperking, dan kan er
naar sprekers oordeel op dit punt nog wel iets gebeuren. Het
is hem als wethouder van openbare werken uiteraard het aller
liefst een zo groot mogelijk bedrag ter beschikking te krijgen
om de voetpaden en de wegen in goede staat te brengen. Bepaal
de dingen zullen ook in ieder geval moeten gebeuren. "Wanneer
op onverharde wegen het verkeer sterk toeneemtdan zullen ze
verhard moeten worden» In de toekomst zullen steeds meer wegen
moeten worden verbreed. Dit neemt niet weg, dat de toestand in
Nederland in vergelijking met die in het buitenland bijzonder
goed is. In het buitenland zet men - behalve natuurlijk in de
grote steden - de huizen midden in het land en dan moet men
maar zien, hoe men er komt. Yan toegangswegen en -paden trekt
men zich niets aan. Wanneer hier echter een tegeltje dwars
ligt, schreeuwt men moord en brand. In deze tijd van beste
dingsbeperking zal men zich op dit gebied enkele beperkingen
moeten opleggen. De nieuwe wijken moeten zo goed mogelijk wor
den uitgerust, laarvoor is namelijk een bijdrageregeling, waar
binnen dit nu eenmaal kan worden gespeeld. De heer Yan Andel
heeft indertijd gevraagd, waarom er bij de Talmalaan met nieuwe
huizen wel mooie voetpaden worden aangelegd, terwijl dit niet
geschiedt bij oude straten, waar het zo hoog nodig is. Spreker
heeft toen geantwoord, dat het één uit de gewone dienst moet
komen, terwijl het ander via de kapitaaldienst gebeurt. Wanneer
men bij de bouw van nieuwe woningen te zuinig is met betrekking
tot trottoiraanlegwegenaanleg enz., dan breekt dit de gemeen
te later op, Dat merkt men op het ogenblik. Ieder jaar besteedt
de gemeente 14.000,— 15.000,-- alleen voor het vernieu
wen van trottoirs, hetgeen eigenlijk allang uit de grondver-
koop betaald had moeten zijn. Dit belast uitermate zwaar de
gewone dienst.
Het eerste gedeelte van de Soester Engweg is dit jaar ver- -
beterd. Hopelijk geeft de begroting de ruimte om het komende
jaar een volgend stuk van deze weg ter hand te nemen. Het ge
deelte tot de Talmalaan is niet provisorisch, maar definitief
gedaan.
De heer HI1H0RST gaat - al was het alleen maar uit een
oogpunt van bestedingsbeperking - volledig akkoord met verbe
tering van de Soester Engweg. Verbetering zal immers minder
kosten, dan het steeds maar weer onderhouden van deze weg, het
geen op het ogenblik geschiedt. Is het tracé van de weg echter
juist? Hen moet niet nu de weg gaan verbeteren, terwijl de weg
over twee jaar een ander tracé zal krijgen.
De wethouder VAN ZADELHOEEDat geldt voor het tweede ge
deelte van de weg. Het eerste gedeelte zal blijven, zoals het
nu is. Aan de andere kant komt echter een nieuwe weg, die
langs de huishoudschool zal lopen en die in het verlengde van de
Rubenslaan schuin door het land naar de Molenstraat zal lopen.
Ten aanzien van het tweede gedeelte van de Soester Engweg
moet dus worden bekeken, of er reden bestaat om tot verbete
ring over te gaan. Yoor het eerste gedeelte van de weg bestaat
deze reden echter in ieder geval.
De heer ORANJE zegt naar aanleiding van art.23, dat hem
het voor plantsoenen uitgetrokken bedrag van 175.000,zeer
hoog voorkomt. Dit temeer, nu de wethouder zojuist heeft ge
zegd, dat een bedrag van 14.000,-- reeds een aanzienlijke
verzwaring der begroting betekent. Spreker is zich er overigens
van bewust, dat onder het bedrag van 175.000,valt de ge-
- meentelijke -