108. Volgens mijn oordeel zou door den maatregeldie Burgemeester en Wethouders thans voorstellendie ook gewenscht wordt door hen,welke beweren,dat nu maar in eens schoon schip gemaakt moet worden,aan den bloei onzer gemeente groote schade doen. Be belastingen zijn,- in het genoemde artikel van den heer van Buren is dit nog eens aangetoond-, veel hooger dan die der gemeentenmet wie wij moeten concurreeren,wat betreft het bevorderen der vestiging. Worden die verschillen nog grooter., wel ik zal geen groote woorden gebruiken door te zeggen dat er alsdan een kapitaalsvlucht zal plaats hebben; de inwoners met een inkomen van eènige beteekenis voor de belastingen zul len natuurlijk niet dadelijk Soest den rug toekeeren;uit den aard der zaak gaat zulks niet gemakkelijk. Maar hun besluit tot vertrek naar een andere gemeente in den omtrek,waar de na tuur al evenzoo tot vestiging lokt en waar een betere belas- tingpolitiek in vroegere jaren is gevoerd,zal zeker veel lichter genomen worden. Een feit is het toch dat de meesten hunner noch door bedrijf noch door nering in Soesb'als woon plaats belang hebben. En wat de vestiging betreft van min of meer vermogende personen,die zal zeer zeker sterk belemmerd worden,ondanks alle mooie advertenties en lokkende opschriften langs de spoorbaan. Men staat voor het feit dat juist de menschen die een min of meer beduidend inkomen hebben en die een nieuwe woonplaats zoeken vooraf - tenzij bijzondere fac toren gelden - nagaan hoe zwaar voor hen de belastingdruk zal zijn en wat hen daarvoor geboden wordt. En als dan vergelijkin - gen worden gemaakt tusschen Soest en b.v.-om maar in de buurt te blijven- Baarn,Bilthoven,Zeist,Bussem,Briebergen,Mij s^enburg, dan blijkt nu reeds dat Soest het meeste vraagt en het minste biedt.- En toch,mijnheer de VoorzitterSoest moet het toch heden uitsluitend hebben van de min of meer grootere inkomens; de andere bronnen waa,ruit geput kan worden om de noodzakelijke uitgaven te doen,beteekenen niet veel. Zonder flinke belasting leverende vermogens is Soest gelijk aan een grootscheeps opge zette zaak zonder klanten en dergelijke zaken gaan te niet. Wanneer de vestiging als gevolg van de hooge lasten wordt be lemmerd is daarvan noodwendig een gevolg; waardeverminde ri ng der gronden en huizen, maar ook daarbij een ramp voor de nering doenden. Be handarbeider kan wel wegjhij neemt per saldo zijn hoofd en handen als zijn bedrijfskapitaal mede,doch de nering doenden kunnen dit niet en zijn de dupe,alsmede allen die hier in eigen woning wonenwaarin al hun spaarduitjes zitten.Het is nog altijd gebleken dat zware belastingen niet in staat zjjn een Rijk of gemeente blijvend tot grootere bloei te brengen. En dit geldt vooral hierwaar den inwoners niets geboden wordt behalve hun portie regen,wind en slecht weer. Met vergeten mag worden - en ik vrees dat Ged.Staten daar niet voldoende mede bekend zijn - dat Soest verkeert in een overgangsstadium. Juist de financieele maatregelen van heden zullen beslissen of Soest zal worden een groote noodlijdende gemeenteondanks haar rijk bezit aan grond en mooie natuur. Mijnheer de Voor zitter,i n buitengewone gevallen zijn buitengewone maatregelen niet alleen geoorloofd,doch ook gebiedend. Behalve Soest zijn er nog een paar gemeenten waar de fout werd gemaakt,die ons een kwaden post heeft bezorgd. Bie gemeenten herbergen ge noegzaam menschen met heel hooge inkomenszoodat er geen be zwaar bestond den kwaden post te dekken zonder., de belastingen te verhoogen. Soest verkeert niet in die gunstige positie. Toch heb ik tegen een navordering van den beginne af een af keer gehad,omdat wij toch eigenlijk niet zóó arm zijn. We be zitten ongeveer een half millioen aan geldswaardig papier. Ten aanzien van dit eigendom schijnt Ged.Staten ons slechts te beschouwen als vruchtgebruiker en het nageslacht als eige naar. We zijn echter ten volle eigenaar.Riet betwisten zal ik dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1927 | | pagina 250