1 o 3
De heer van Eek acht de aanvangsj aarwedde te laag
en vreest dat de nieuwe ambtenaar spoedig weg zal gaan.
Spreker dringt aan op hoogere bezoldiging.waardoor ook
betere krachten verkregen zullen worden.
De Voorzitter deelt mede,dat dienstjaren in gelijk
waardige positie doorgebracht zullen medetellen„Voorts
vestigt Spreker er de aandacht op.dat tusschen de afdeeling
Comptabiliteit en het Ontvangerskantoor een geregelde
wisselwerking bestaat.en men op het Ontvangerskantoor
de noodige gegevens en aanwijzingen van de afdeeling
Comptabiliteit ontvangt. Men moet zich derhalve geen
overdreven voorstellingen maken van de werkzaamheden van den
nieuwen ambtenaar,die ook eenvoudig klerkenwerk.als het
schrijven van aanslagbiljetten zal hebben te verrichten.
De heer de Koning is van oordeel.dat men een goeden
ambtenaar nooit genoeg kan betalen.daar de gemeente steeds
van zijn werk voordeel zal hebben.Spreker meent evenwel,
dat wij hier altijd jongere ambtenaren zullen krijgen,die
na een zekeren tijd zullen vertrekken. Mochten zij goed
werk verrichten,dan kunnen wij later altijd nog zien hen
te binden.
De heer van Dek kan wel iets gevoelen voor de rede
neering van den heer de Koning,maar blijft bij zijn
meening,dat de salarieering beter moet worden.
De heer Besselsen vraagt nog of in de oproeping ver
meld zal worden, dat dienstjaren in een zelfde betrekking
doorgebracht zullen medetellen.
De Voorzitter -zegt zulks toe.
Het gewijzigde voorstel wordt vervolgens zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
116GSMEEITTEPERSOHEEL (le afd.no.9 - 1 - 67).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders om den heer
L.E,Visser thans tijdelijk technisch-ambtenaar
bij het Gasbedrijf een vaste aanstelling te verleenen en
diens jaarwedde met ingang van 1 Juli 1927 vast te stellen
op f 2400, met 6 tweejaarlijksche verhoogingen van f 150,-,
Tevens wordt voorgesteld den aftrek voor het gebruik der-
ambtswoning te bepalen op 10% der jaarwedde en aan den
heer Visser vrij gebruik van gas toe te staan.
De Voorzitter deelt med.e ,dat den heef Visser nog een
vaste aanstelling moet worden verleend.Spreker stelt voor
thans daartoe over te gaan en tevens zijn salaris regeling
vast te stellen. Spreker deelt mede,dat op het voetspoor
van het Bezoldigingsbesluit voorgesteld wordt voor het
gebruik der ambtswoning slechts een aftrek van 10^ toe te
passen,aangezien de heer Visser ook toezicht heeft te
houden.
De heer van den Breemer deelt mede,dat het voorstel oer
Gascommissie anders luidde,daar men den heer Visser vrij-
wonen wilde geven en de dienstjaren in andere gemeenten
doorgebracht wilde doen medetellen.
De hg^jr van Slten wil gaarne toegeven,dat de heer-
Visser,die thans ruim een half jaar werkzaam is .-goed vol
doet,doch de oproeping heeft voor f 2400,-- geluid en de
aftrek voor de woning is zeer gering.
De heer de Koning zegt dat het gewoonte is, dat
dienstjaren in andere gemeenten medetellen,Spreker vindt,
dat niet vergeiten moet worden,dab de Technisch-ambtenaar- -
daar wonen moet en :s nachts en Zondags bij de hand moet
zijn.Spreker voelt er dan ook veel voor hem vrijwonen te
geven:.