31 Januari 1928 - 44. Zonder hoofdelijke stemming worden daarnaovereenkomstig de aangeboden ontwerpen vastgesteld de begrooting van Ont- vangsten en Uitgaven "an het Wegenfonds voor het dienstjaar 1928 (gewone en kapitaaldienst) alsmede het besluit tot be paling der kosten c.a. als hiervoor genoemd en he^ besluïit tot belegging der beschikbare gelden bij de gemeente. De Voorzitter stelt aan de orde de begrooting van het Grondbedrijf voor het dienstjaar 1928 (dossier 4e afd.no.5-1- 17 A»B- - De heer Doorman merkt op dat op de oegrootmg der ge meente niet tot uitdrukking komt een eventueel te verwachten winst, voortspruitende uit" den verkoop van gronden; z.i. zal er toch wel in 1928 tot verkoop worden overgegaan, zoodat der halve ook van winst sprake zal kunnen zijn; om deze eventueele winst te kunnen verantwoorden verdient het instelden van een memoriepost aanbeveling. Een en ander werd ook reeds door hem in de commissie op gemerkt De Voorzitter licht toe, dat een eventueele winst in zoo verre wel in de begrooting tot uitdrukking kan komen, voor zoover deze valt onder den post volgno. 157 A. De heer Doorman wenscht evenwel de winst op den gewonen dienst tot uitdrukking te zien gebracht; z.i. kan dit geschie den op grond van art.35 der bedrijfsverordening, dat zegt, dat een winst onder bepaalde omstandigheden mag strekken tot dek king van verliezen of voor uitkeering aan de gemeente. De Voorzitter merkt op, dat ook ten vorigen jare oorspron kelijk in de begrooting was opgenomen een post wegens geraamde winst; Gedeputeerde Staten hebben daartegen evenwel bezwaar ge maakt Wa.t betreft het verantwoorden van winst op den gewonen dienst der gemeente, licht Spreker toe, dat eerst zal moeten zijn gedekt het thans geraamde tekort ad pl.m. f 11.000,-, en dat dan pas van winstuitkeering aan de gemeente op den gewonen dienst 3prake zal kunnen zijn. Thans is er evenwel geraamd op dengewonen dienst een verliestegelijkertijd zal geen winst raming op de {fèmeentebegrooting kunnen pareeren. In dit verband wordt gewezen op volgno.3a der Grondbedrijfsbe- grooting gewone dienst, waaruit reeds blijkt dat de winst eerst in het bedrijf zelf wordt verwerkt en daarna pas aan de ge meente zal kunnen ten goede komen. De heer den Bliek stelt de vraag of het niet mogelijk zou door ?en wijziging der taxatie of anderszins kapitaalwinst aer gemeente ten goode te doen komen. Bij hertaxatie toch mag het verschil verrekend worden. Voorzitter merkt op, dat de patriarchale gronden ge heel afgezonderd moetren blijven van de andere gronden; zij ormen alshetware een geheel afzonderlijke administratie. verordening1" an wiJst nogmaals op art.35 dor grondbedrijfs een af7o5ri^?r-vndC?diJi: Zegt.f dat höt ,DedriJf eerst geheel als duq dp administratie moet v/or&en behandeld, waarin komt mocfPiiu/ +8 JÖn eiSen bate wordt aangewendpas daarna -p,1 s gewonen dienst der gemeente ten goede; een bate uit ineont toch dat de mogelijkheid bestaat dat 3a der"ffrondhprir-f--r0!?0 zou kunnen voortkomen; volgno. 24 en i? zi f sl3GSf 00 gewone dienst verwijst naar art. en is ziniet van toepassing.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1928 | | pagina 104