13 Maart 1928 81. jioewel er geen financieele nadeelen zijn, zal toch. door den gewonen dienst bijgedragen moeten worden. Spreker, die in den beginne ook niet dadelijk voor dezen verkoop was, is er van overtuigd dat de geboden som aangenomen moet worden. Spreker, die het jammer vindt dat de winst van de patriarchale gronden niet mag worden overgehe veld, adviseert tot verkoop over te gaan. Er bestaat dan aanleiding mondeling bij Ged.Staten aan te dringen op wijziging der verordening. De heer van Klooster vraagt nog hoeveel rente-verlies dat ter- xein geeft Wethouder Koenders antwoordt:f 2000,- De heer Busch zegt naar aanleiding van het gesprokene van den Voorzitter dat er nog meer uit den gewonen dienst zal moeten worden bijgepast, zoodat men dus dubbel voorzichtig moet zijn. Waarom zijn er bezwaren deze aanvrage om koop aan te houden. Het is toch absurd om steeds te moeten bijpassen, De begrooting zal dan met duizenden moeten worden aangevuld. Er zijn veel te veel sociale maatregelen i die op uitvoering wachten; laten we daarvoor het geld uitgeven. Spreker ontraadt aanneming van het voorstel ven Burgemeester en .Wethouders; de noodzakelijkheid tot verkoop is er niet. Spreker die er van overtuigd is dat de grond in waarde gaat stijgen, wil alleen dan zijn stem geven wanneer Burgemeester en Wethouders naar Ged.Staten gaan en dit College de verzekering geeft dat de regeling van het Grondbedrijf in overeenstemming met de werkelijkheid wordt j gebracht. De Voorzitter wijst er nog op dat 2 jaren geleden dezelfde gronden verkocht hadden kunnen zijn voor hooger prijs, doch de 'Raad heeft toen niet gewild, en nu vischt men achter 't net. Wethouder Endendijk vraagt nog aandacht voor het gezegde van den heer den Bliek, waarmede Spreker zich geheel kan vereenigen. Uit de gewone middelen moet worden gevonden plm, f 6000.- waarvan kan worden afgetrokken f 2000 ,- zoodat een bedrag van f 4000,- blijft te dekken. Dit bedrag zal geheel of voor een groot deel ge dekt worden door de meerdere inkomsten aan belastingen. Men moet dezen verkoop afgerond beschouwen. De heer Busch kan zich hiermede niet vereenigen. Men moet de geldelijke gevolgen in het geheel bezien. Er ligt geen noodzaak tot verkoop. Door de gunstige ligging in de gemeente zullen de gronden in waarde stijgen. Burgemeester en Wethouders kunnen toch naar Ged. Staten gaan en dat college onder het oog brengen dat deze verkoop ernstige oppositie veroorzaakt. Dat college kan zich dan uitspreken, en welk bezwaar is er om met de beslissing op deze koopaanvrage voor 14 dagen a 3 weken te wachten. Wethouder Endendijk zegt het zeer wenschelijk te vinden dat de verkoop doorgaat. Juist dan is er aanleiding Ged.Staten te wijzen op de onbillijkheden der verordening. De heer Grootewal verlclaart zich wel voor verkoop indien het mogelijk zou zijn het verlies over 3 jaren te verdeelen. De heer den Bliek zegt dat hier toch wel eens opgelet mag worden» Spreker vraagt zich af waardoor Soest te redden is. Bij de laatste begrooting is maar al te duidelijk gebleken dat meerdere bezuini- I ging niet mogelijk is. Wel was er een geest van bezuiniging, doch de realiteit was er echter niet. Bezuiniging is alleen te verkrijgen door vestiging van meerdere belastingbetalers. Wethouder Koenders vestigt er de aandacht op dat deze verkoop S^at tusschen Soest en de Bilt. De heer van Doorne vraagt of aanvrager ook een termijn heeft gesteld. Wethouder Koenders zegt dat de aanvrager onmiddellijk na de vergadering de beslissing wil weten. De kooper wil met 1 April a.s. overdracht; weigert de gemeente, dan gaat de kooper naar de Bilt.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1928 | | pagina 196