13 Juni 1928 132. voorstel, mede om de zaak niet te vertroetelendeze vergadering te sluiten, en "binnen 8 a 10 dagen eerst een officieuze "bespreking te houden. De leden kunnen dan ook nog een en ander in studie ne men, teneinde voor deze bespreking goed geprepareerd te zijn; zoo had ook de heer Endendijk voorgesteld. De Voorzitter zegt dat hij meende dat de naad het beleid en de interpretatie der verordening wilde scheiden. Indien de naad ech ter van oordeel is dat deze zaken niet gescheiden kunnen worden, dan is hem dat goed. Spreker, die meent dat deze bespreking toch wel afgezonderd kan worden van de beleidskwestie, wijst er op dat een beslissing van den naad omtrent de interpretatie der verorde ning zeer urgent is vooral om de vraag: "hoe de balansen op te ma ken", zulks temeer waar Ged. Staten reeds vooraf een oordeel hebben gegeven. Inzending van de balans dienst zoo spoedig mogelijk te geschieden, daar de goedkeuring van de rekeningen 1924,1925 en 1926 hierop wacht. Voorts moet ook nog over die jaren afrekening met de besturen der bijzondere scholen plaats hebben. Deze zaak moet niet langer getraineerd worden. Spreker meent dat de uitleg der verorde ning nu toch wel in 't openbaar kan geschieden, terwijl over het beleid straks met gesloten deuren gesproken kan worden. Indien de Raad echter anders wil, heeft Spreker tegen het voorstel van den heer Busch. geen bezwaar. Wethouder Endendijk wijst er op dat hij in de vorige bijeenkomst voorgesteld heeft een officieuze bespreking te houden omtrent het beleid, en een openbare vergadering voor de interpretatie der ver ordening. Spreker heeft toen niet de voorkeur gegeven om eerst een officieuze of eerst een openbare vergadering te houden. Dij een te lefonisch gesprek met den Burgemeester was Spreker van meening dat deze zaken los van elkaar stonden. De Burgemeester was toen met Spreker van oorddel dat het gewenscht was om eerst de interpreta tie te behandelen en daarna een officieuze vergadering te houden. De Voorzitter merkt op dat wanneer men de zaken scheiden wil,ook nu doorgegaan kan worden met de behandeling van den uitleg der ver ordening. De heer den Bliek zegt dat, waar de Voorzitter gezegd heeft dat de zaken los van elkaar staan, het hem bevreemdt dat er voor de verordening zooveel stukken 90 folio's) gedeponeerd zijn.Deze stukken, welke de voorgeschiedenis betreffen, hebben niets met de interpretatie der verordening te maken. Doordat deze paperassen gedeponeerd waren, is de schijn gewekt alsof beleid en interpre tatie der verordening met elkaar verband houden. Iien moet deze zaak objectief bekijken. Spreker, die het voorstel van den heer Busch steunt, acht eenigen tijd noodig voor bestudeering der stuk ken. De kwestie gaat echter thans in hoofdzaak om de verordening zelf. Be Voorzitter zegt dat hij deze stukken juist ter inzage gelegd heeft om na de officieele vergadering direct een officieuze bespre king omtrent het beleid te houden. De leden waren clan met een en ander op de hoogte. De heer Busch vreest dat uitleg van de verordening op zichzelf diet mogelijk zal zijn. V/aar reeds uitgelegd wordt dat er verlies is, terwijl aan de andere zijde gesproken wordt van winst, zal on getwijfeld reeds direct het beleid ter sprake komen. Spreker acht e^n officieuze bespreking noodzakelijk, echter niet na de vergade ring van hedenavond, aangezien zulks vrijwel vruchteloos zou blij ken. De betrokken persoon of personen moeten ook gehoord worden;zij aoeten in de gelegenheid gesteld worden zich te verdedigen. Zelfs grootste boef heeft het recht een verdediger te" hebben. Boven dien heeft men geen tijd gehad om die 90 folio's voldoende door te werken. Hoewel Spreker'één van de voorstanders is om deze kwestie zoo

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1928 | | pagina 300