13 Januari 1928 3. hun akkers hebben op den Bngdie zij langs de verharde wegen he reiken, "betalen niet mede. De rentenier die aan den verharden weg woont, zal misschien hij voorkeur er naast loon en, en deze moet wel "betalen. Spreker vraagt zich af of het nu daarvoor noodig is een afzon derlijke stramtbelasiing te heffen. Die kosten kunnen toch iromers evengoed gevonden worden uit de Inkomstenbelasting. Fiet alleen even goed, maar beter. De Inkomstenbelasting is de minst onbillijke belasting. Deze laat de kleinste inkomens vrij, en is progressief, hetgeen voor de straatbelasting niet geldt. Fog een bezwaar der straatbelasting is, dat de woning, die grondslag van deze belas ting is, volstrekt niet altijd geëvenredigd is aan de draagkracht van den bewoner. Dn ten slotte,zegt 'Spreker dat elke afzonderlijke belasting werk eischt en dus kosten, zoodat het verdwijnen dezer belasting bezuiniging zou meebrengen. Spreker meent dat men wijzi ging overweegt. Haar hoe ook, een deel van Sprekers bezwaren zul len niet te ondervangen zijn. Daarom zag Spreker gaarne die straat belasting weg, met of zonder verhooging van de Inkomstenbelasting. Spreker hoopt echter, in verband net een betere toekomst, zonder verhooging. kaar als nu die straatbelasting dit jaar voor het laatst geheven zou werden, dan vervalt de aanleiding om de onderhoudskosten te schrappen uit de bijdrage voor aanleg en onderhoud. Bovendien - Spreker heeft reeds betwist dat die strao.tbelasting geheven wordt voor straat-onderhoud en daarin rechtvaardiging vindt - ontheft men dus hen die aan niet-verharde wegen bouwen van een deel van hun bijdrage; dan vermindert men eenvoudig, wat Spreker noemde, hun waardevermeerdedngsbelasting. Bovendien, zij die vroeger f 28,- per strekkende meter betaalden, krijgen niets terug. Spreker noemt zulks hoogst onbillijk. Spreker stelt in verband met zijn betoog voor, alvorens over het voorstel van Burgemeester en rethouders te stemmen, eerst te behandelen de volgende uitspraak? "De Raad, overwegende dat liet hem gebleken is, dat Burgemeester en Wethouders een wijziging overwegen in de tot nu toe geldende regeling inzake medebetaling dooi" grondeigenaren aan de bestra ting van nog niet verharde wegen, en dat deze wijziging verband houdt met een bestendiging der straatbelastingspreekt als zijn oor., el uit, dat deze straatbelastingals zijnde in vele opzich ten onbillijk, zoo spoedig mogelijk, liefst met ingang van 1929» moet worden afgeschaft." Spreker zegt dat het voorstel tot cleze uitspraak vrij onver wachts lcomt, o.m. een gevolg van het feit, dat liet voorstel van Burgemeester en ethouders eerst verschenen is op 10 Januari j-1. Daar deze zaak behoorlijk overwogen dient te worden, komt het Spre ker gewenscht voor den leden tijd van beraad te kaeen en dit punt der agenda aan te houden. Indien Burgemeester en ethouders hier- 'coe niet wenschen mede te werken, verzoekt 'wreker vóór alles stemming over de door hem voorgestelde uitspraak. Tenslotte heeft Spreker nog een opmerking van technischen aard. De verlengde Talmaleendie geen verlenging is, verspringt ten opzichte van de Taliaal&an ongeveer 17 Heter. Hen maakt hier de- zelj.de fout als bij de '.nna kaulownalaann.1. een verkeersfout Vel is hier de toestand in zoover anders, dat de Soester Bngweg een noofdverkeersweg moet worden (wat niet het geval is bij de Prins ixendriklaanmaar liet oordeel van den 'eren-ingenieur van den /.B, dien Spreker hiernaar vroeg, luidde, dat ook in dit geval en verspringing van minstens 2^ meter noodig is cm een /Berijdba re ^auboele bocht te corkoraen.Yóór de bestrating gelegd wordt,is ait nog te veranderen.De weg moet dan bij aansluiting van den .poes eer xüigweg minstens 8 meter 2-waarts verlegd worden.De gemeente tcope hi er-co e een strook grond van den eigenaar aan die zijde.Zij ^ïiic evenveel terrein aan de overzijde. Jet-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1928 | | pagina 34