17. 28 November 1928- 227 H0IU12 N van het verhandelde in de openbare vergadering van den Raad der ^eraeente Soest., op Woensdag 28 November 1928,des namiddags 2 uur. Voorzitter: Mr. G.Deketh. Burgemeester, Secretaris: J„G.A.Batenburg, Tegenwoordig de leden: Pvan den Breemer.D.A. de Bruij n W.P.H.Busch, W.H.CDoorman, Ur.J.H.van DoorneA.Undendijk,H. J Gasille, G, J .GrootewalG.Hilhorsx, H.van Klooster ,a.J C.hoen ders en G.Pronk. Afwezig met kennisgeving bet lid L.den Bliek, De Voorzitter opent de vergadering, en gaat voor in gebed. 188 .NOTULEN. Vaststelling van de notulen der vergaderingen dd.22 October en 31 October 1928. Wethouder Hoenders verzoekt alsnog aanteekening in de notu len der vergadering van 22 Oct.jl,(blz. 204)dat zijn antwoord betreffende het gaan naar een anderen notaris niet betrekking had op de vraag van den heer Grootewal, maar op een door den heer Hilhorst gestelde vraag. De heer Busch vraagt welk verschil er is tusschen deze defi nitie en de redactie der notulen. Wethouder hoenders zegt dat hij een antwoord heeft gegeven aan den heer Hilhorst. Deze vroeg te informeeren bij een anderen notaris, die lagere kosten berekende. Spreker heeft daarop ge zegd dat hij daarmede reeds bezig was. Spreker zegt dat hij tooh immers niet alleen zou kunnen beslissen om een anderen notaris te nemen. De heer Grootewal zegt dat de wethouder toch moeilijk een antwoord kon geven aan den heer Hilhorst op een vraag die eerst later gesteld is. De Voorzitter leest hierna het desbetreffend gedeelte der notulen voor. De heer Hilhorst zegt dat hij in die vergadering het idee naar voren bracht om bij een anderen notaris te informeeren. De Voorzitter zegt dat wijziging der notulen kan plaats hebben als de meerderheid van den Haad van meening is dat het antwoord van Wethouder hoenders beirekking had op de vraag van den heer Hilhorst om te informeeren of bij een anderen notaris de kosten minder zijn. De heer Busch meent dat het in de notulen vermelde gezegd is, zulks ook mede naar aanleiding van het gesprokene door den heer Grootewal. Hier wordt blijkbaar bedoeld een correctie op de wijze van zeggen. Wethouder hoenders wijst er nogmaals op dat het door hen gezegde niet sloeg op een vraag van den heer Grootewal, maar op de bedoeling van den heer Hilhorst. Spreker verzoekt hiervan als- nccg aanteekening. De Voorzitter vraagt of de vergadering er bezwaren tegen heeft de notulen alsnog aan te vullen en wel in dier voege dat het door Wethouder hoenders gezegde slaat op een vraag van den heer Hilhorst, De

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1928 | | pagina 490