ti'è Ap.?il '.i.«!-. 9xl'j,
De heer de Bruijn meent dat de heer G-asille feitelijk de vrij
willige "brandweer en den "Veearts een trap heeft gegeven. Zulks is
geheel onjuist. B.en W, hadden de vrijwillige "brandweer moeten
hooren, want het is een vraag wie hier schuldig is. Tijdens den
"brand zijn door Van Duinkerken of zijn huisgennoten da hekken voor
de auto geworpen, zoodat deze dus stuk moesren. 71 at de praatjes
betreft inzake het verstrekken van een borrel met sigaren, wil
Spreker opmerken dat men daar geen vergif uit moet zuigen, daar
zulks een gemoedelijkheid onder de boeren is, Spreker vraagt zich
echter af wie uit zal maken of de koe schade gehad heeft door den
brand. Zulks is niet te constateeren. Spreker is van oordeel dat
de mannen van de Vrijwillige Brandweer geenerlei schuld treft.
Daarom kan Spreker niet begrijpen waarom door den heer G-asille
zoo over de brandweer wordt gesproken. Waar den man schuld treft.,
en niet te constateeren is dat de schade door den brand is veroor
zaakt, wenscht Spreker geen vergoeding toe te kennen.
De heer van Klooster zegt deze kwestie niet te begrijpen.Inder
tijd werd het voorstel van B.en W. van de agenda afgevoerd, ter
wijl men nu weer partij trekt voor Van Duinkerken. Y/aarcm komji
Van Duinkerken niet met een rapport van zijn veearts. Spreker be
treurt het dat zoolang over dergelijke kleine dingen wordt gespro
ken, terwijl er zooveel groote dingen op afdoening wachten en niet
afgewerkt kunnen worden. Spreker is tegen toekenning eener vergoe
ding
De heer Hilhorst meent dat men de zaken moet scheiden. Hier is
niet de vraag aan de orde of Van Duinkerken sympathiek is opgetre
den Voor zijn overtreding is hij reeds gestraft. Het gaat hier om
de kwestie of het vee schade heeft geleden, hetgeen moeilijk te
constateeren is. Spreker kan zich er wel mede vereenigen eenige
vergoeding toe te kennen. De eenige oplossing zou een direct onder
zoek geweest zijn.
De heer G-asille zegt dat hij zich niet bewust is dat hij de
vrijwillige brandweer een trap heeft gegeven.Spreker waardeert het
werk dezer vereenigingdoch de commandant had meer beleid kunnen
toonen. De manier van optreden maakt esn groot verschilDe brand
weer moest op het terrein en dat zal door niemand worden tegenge
sproken, doch bij minder ruw optreden valt in den regel moer te
bereiken. Spreker heeft ook den Dierenarts geen trap gegeven,doch
alleen gezegd dat hij een rapport na 4 maanden onzin vindt, B,en W.
hadden onmiddellijk een rapport moeten laren opmaken.
Wethouder Endendijk wijst er op dat door de publicatie van het
voorstel van B.en W.waarin opgenomen zijn enkele mededeelingen
van den Dierenarts, de'indruk gevestigd zou kunnen word en dat het
vee van Van Duinkerken in verwaarloosden toestand verkeert. In dit
verband wil Spreker verklaren dat de stal vee van Van Duinkerken
er uit ziet als een spiegeltje. Het is ook nimmer de bedoeling ge
weest een indruk te vestigen alsof het vee in verwaarloosden toe
stand verkeert, 1
De Voorzitter betoogt vervolgens dat toen Van Duinkerken inder
tijd bij hem kwam, de zaak overdreven werd voorgesteld en naar vo
ren gebracht. Het college van B.en W. had geen bezwaren om een
kleine schadevergoeding toe te kennen,doch de Baad heeft zelf ge
meend op deze zaak terpg te moeten komen. B.en YL hebben deze zaak
nader onderzocht, en daarbij is gebleken dat voor toekenning eener
schadevergoeding geen enkelerechtsgrond aanwezig is0 Spreker is
"van oordeel dat de gemeente niet verplicht is tot schadevergoeding.
-Do brandweer heeft verzet ondervonden, hetgeen in een dergelijke
mate is geweest, dat zulks van invloed was op de verdere uitoefe
ning van den publlaken dienst. Van Duinkerken is daarom door den
Kantonrechter vero.crdeeld.Bovendien weet men niet in welken toe
stand